Meer bewijsmateriaal tegen de
Verenigde Staten op het WTI
Inter
Press Service Dahr Jamail
ISTANBOEL,
27 juni (IPS) - Tijdens de hoorzittingen van de ‘World
Tribunal on Iraq’-slotsessie in Istanboel werd afgelopen
zondag nieuw bewijsmateriaal voorgelegd tegen de oorlogsmisdaden
en de schendingen van het internationaal recht door de Verenigde
Staten.
Het
‘World Tribunal on Iraq’ (WTI) is een
‘volksrechtbank’, door academici,
mensenrechtenactivisten en niet-gouvernementele organisaties
ingericht, om het Irakdossier van de Verenigde Staten en andere
bezettingsmachten zoals Groot-Brittannië onder de loep te
nemen. Het tribunaal werd opgericht naar het voorbeeld van het
‘Russell Tribunal’ uit het Vietnamtijdperk.
Het
driedaagse tribunaal, het eenentwintigste in een reeks van
bijeenkomsten de afgelopen twee jaar, vond plaats tegen de
achtergrond van een nieuwe geweldvlaag die 41 doden eiste ten
gevolge van bomaanslagen. Onder de doden waren vier VS-soldaten,
waarvan drie vrouwen.
Het
tribunaal stelt dat de legitimiteit ervan voortvloeit uit het feit
dat een agressieoorlog tegen Irak begonnen werd “ondanks het
verzet van mensen en regeringen over de hele wereld”.
Hieraan voegt het toe dat “er hoe dan ook geen rechtbank of
autoriteit de daden van de VS en haar bondgenoten zal berechten.
Wanneer de officiële autoriteiten verzaken, kan de autoriteit
vanuit de universele moraal en mensenrechtenprincipes in naam van
de wereld spreken.”
De
laatste zitting vond plaats voor een ‘gewetensjury’,
waarin onder andere de schrijfster Arundhati Roy en François
Houtart, die destijds meewerkte met het ‘Bertrand Russell
War Crimes Tribunal’ tegen de misdaden van de VS in Vietnam,
zetelden. In totaal getuigden 54 personen over verscheidene
aspecten van de invasie en bezetting van Irak.
“De
aanval op Irak is een aanval op ons allemaal: op onze waardigheid,
onze intelligentie, en onze toekomst”, zegde Roy tijdens de
hoorzittingen. “We erkennen dat het oordeel van het WTI
volgens het internationaal recht niet bindend is. Onze ambitie
overstijgt dit echter. Het WTI legt zijn vertrouwen in het geweten
van miljoenen mensen over de hele wereld, die niet willen staan
toekijken terwijl het volk van Irak wordt afgeslacht, onderworpen
en vernederd.”
Denis
Halliday, voormalig assistent secretaris-generaal van de Verenigde
Naties, die uit protest tegen de sancties tegen Irak ontslag nam,
zegde tijdens zijn getuigenis dat “de VN de volledig
illegale bombardementen in de no-fly-zone door de VS en
Groot-Brittannië, die in de aan de onwettelijke invasie van
2003 voorafgaande opwarmingsaanvallen culmineerden, zwijgzaam
aanvaardde.
Halliday
zegde dat “de VN met deze verschillende middelen zelf de
fundamentele mensenrechten van het Iraakse volk, door het
moedwillig negeren van Artikels 22-28 van de Universele Verklaring
van de Rechten van de Mens, teniet deed. De VN verzuimde, zowel
voor als na de invasie, de kinderen en mensen te beschermen en hun
veiligheid te waarborgen.
Thomas
fasy, hoogleraar pathologie aan de Mount Sinai faculteit voor
Geneeskunde in New York, bracht het bewijs van een zevenvoudige
toename van aangeboren misvormingen bij Iraakse baby’s
tussen 1990 en 2001. Fasy getuigde ook dat kankers en leukemie bij
kinderen onder vijf jaar in de provincie Basra 26 keer hoger kwam
te liggen van 1990 tot 2002. (noot v/d vertaler: tijdens de Eerste
Golfoorlog in 1991 gebruikte het VS-leger uraniumwapens in de
provincie)
Fadhil
al Bedrani, een journalist van BBC en Reuters, die tijdens de
novemberbelegering in Fallujah was, bracht het bewijs van
collectieve bestraffing van burgers door VS-troepen.
De
Iraakse vrouwenrechtenactiviste, Hana Ibrahim, zegde dat 90 % van
de vrouwen onder de werkloosheid te leiden heeft, en dat ze
dikwijls het slachtoffer van verkrachting, wetteloosheid,
gedwongen prostitutie en ontvoeringen zijn. “Vanaf de dag
dat de bezetting begon werden de vrouwenrechten systematisch
geschonden”, zegde ze.
Herbert
Docena, onderzoeker bij de groep’ Focus on the Global
South”, die de Iraakse wederopbouw en politieke overdracht
onderzocht, wees op de economische en politieke machten achter de
invasie en bezetting van Irak. “Tegen februari 2003 had de
VS een ontwerp klaar, dat door de Wall Street Journal ’drastische
plannen om de Iraakse economie naar het Amerikaanse model om te
vormen’ genoemd werd“, zegde Docena. “Net zoals
de VS bijna alle Iraakse ministeries platbombardeerde en fysiek
wegvaagde, leidde het plan tot de afschaffing van bijna alle
heersende wetten en de ontmanteling van de bestaande instellingen,
behalve degene, die reeds overeenkwamen met het VS-plan.”
In
haar beslissing erkende de jury “het recht van het Iraakse
volk zich te verzetten tegen de illegale bezetting van het land”.
Ze
adviseerde “onmiddellijke en onvoorwaardelijke terugtrekking
van alle bezettingsmachten” en riep de coalitieregeringen op
“de Irakezen volledig te vergoeden voor elke schade die ze
geleden hebben, en dat alle wetten, contracten, verdragen en
instellingen die onder de bezetting ontstaan zijn en door de
Irakezen schadelijk of onbruikbaar geacht worden, gebannen
worden”.
Andere
aanbevelingen omvatten onder andere onmiddellijk onderzoek naar de
misdaden tegen de menselijkheid door VS-president George W. Bush,
de Britse eerste minister Tony Blair, en elke andere president van
de landen die tot de coalitie behoren.
Daarnaast
riep de jury op om de journalisten en mediakanalen die met leugens
het geweld tegen Irak promootten, evenals de bedrijven die van de
oorlog geprofiteerd hebben, verantwoordelijk te stellen en te
berechten.
Posted
by Inge Van de Merlen
|