arch/ive/ief (2000 - 2005)

verjaardag brand in Rijksdag
by autonoom Sunday, Feb. 27, 2005 at 7:56 PM

rehabilitatie Marinus van der Lubbe

Berlijn, de nacht van 27 op 28 februari 1933, een vlam van verzet laait op uit de koepel van Rijksdag. De Nederlander Marinus van der Lubbe wordt op heterdaad betrapt. Er volgt een ,door de nazies georchestreerd, schijnproces. Er moet koste wat kost aangetoont worden dat er sprake is van een communistisch complot, hoewel hun eigen onderzoeken dit zelf tegenspreken. Commisaris Heisig , belast met het onderzoek in Nederland, is er van overtuigd dat "de brandstichter vrijuit spreekt" en is van mening dat "alleen van der Lubbe den brand heeft gesticht". Tot zijn dood blijft Marinus verklaren dat hij alleen en op eigen initiatief de brand heeft gesticht. Hij geeft verder nog drie andere ,mislukte, brandstichtingen toe. Op 10 januari 1934 wordt hij onthoofd. De nazies gebruiken hun "complottheorie " om hun reeds lang geplande repressie tegen politieke dissidenten in versneld tempo door te voeren. Tegelijkertijd onstaat er een andere "complottheorie" die ontwikkelt word door de 3de Internationale . Er moest een theorie komen die wenselijker was voor de communistische partijtop. Deze wordt beschreven in het zogenaamde "bruinboek" . Marinus zou een door de nazies betaalde provocateur zijn. Verder zou hij als "schandknaap" een gewillige speelbal zijn in de handen van de nazies. Tweemaal word Marinus veroordeelt , verraden door de communisten en vermoord door de fascisten.
Het was van in het begin duidelijk dat de nazies er alle belang bij hadden een "complot" te bewijzen. Het belang van de "provocateursthese" voor de 3de Internationale is echter iets complexer, uiteraard is het handig meegenomen om de brandstichting te kunnen bestempelen als "alweer een wandaad van de fascisten". Het Communistische partijbeleid was namelijk op dat moment al lang niet meer geintresseerd in een sociale revolutie, integendeel, de partijtop was op dat moment vooral geintresseerd in politiek gekissebis met de andere partijen in de Rijksdag. Voorts was een arbeidersrevolutie en dus sociale onstabiliteit niet voordelig voor Rusland dat toen aanzienlijke handelsbelangen had met Duitsland. Marinus was op zijn reizen door Duitsland erg onder de indruk gekomen van enerzijds de macht van de nationaal-socialisten en anderzijds de apathie van Duitse arbeiders die niet in beweging leken te komen zonder bevel van de Communistische partij. Marinus, die partijgeleide politiek veracht, probeert her en der arbeiders op te zwepen tot actie. Hij wordt onthaald op apathie en moedeloosheid. Marinus besluit dat hij iets moet doen, een signaal dat het proletariaat in vuur en vlam zou moeten zetten. Na enkele kleinere brandstichtingen die, op één na, allemaal mislukken wil hij het bijna opgeven. Maar hij besluit het nog één maal te proberen. Met zijn laatste geld koopt hij enkele ontvlammers en trekt naar dé plaats waar de arbeiders verraden en verknecht worden. Het parlement in de Rijksdag…
Voor de communisten was/is het gewoonweg onbespreekbaar dat een individu op eigen houtje tot revolutionaire daden overgaat. Geen daden zonder bevel van bovenaf. Het is bovendien al helemaal onbespreekbaar dat zo iemand de arbeiders zou kunnen inspireren tot zelforganisatie waardoor de autoritaire partijstructuur als een kaartenhuis in elkaar zou vallen. Dus moest Marinus zwartgemaakt worden en daarmee andermaal de arbeidersstrijd verraden worden uit eigenbelang…En andermaal moest autoritair links niet onder te doen voor rechts…

" Zo kan alleen de volgende conclusie getrokken worden: Deze jonge ,24 jarige man, is met een verbazingwekkende, affektieve overbiddelijkheid, ja zelfs verbetenheid, consequent gebleven tot aan zijn terechtstelling. Daar ligt -juist met het oog op zijn leeftijd- een verbazingwekkende menselijke prestatie. Maar hij wàs ook een ongewoon mens… Hij was goedhartig en niet haatdragend, maar verzette zich tegen iedere autoriteit. Deze fundamenteel opstandige neiging was wel zijn meest bedenkelijke eigenschap. Het was met name deze eigenschap die hem de noodlottige weg wees die hij is gegaan."
(K.Bonhoeffer en J.Zutt, M.v.d.L's psychiaters tijdens het proces)