arch/ive/ief (2000 - 2005)

Belgisch ontwikkelingsbeleid trappelt ter plaatse
by 11.11.11 Tuesday, Nov. 30, 2004 at 2:48 PM

Vandaag licht Minister De Decker zijn Centraal-Afrika beleid toe in de Senaatscommissie. Hopelijk heeft hij het ook over zijn ontwikkelingsbeleid, zoals neergeschreven in zijn beleidsnota. 11.11.11 vreest voor de stagnatie van het groeipad naar de 0,7% en een vervuiling van het budget ontwikkelingssamenwerking met o.a. veiligheidsgerelateerde kosten. En dat ondanks het feit dat we nu een echte minister hebben, een eis van 11.11.11 naar aanleiding van de federale verkiezingen in 2003.

Het ontwikkelingsbeleid van minister De Decker gaat voort op het beleid van zijn liberale voorganger. Uiteraard legt de minister zijn eigen accenten meer bepaald op het vlak van veiligheid, defensie en good governance. Maar van een andere visie of andere initiatieven is geen sprake. Zo blijft de aandacht voor privé- ondernemingen bestaan, het concentratiebeleid van de vorige minister wordt verder gezet ende trend om allerlei uitgaven, die voorheen door andere departementen werden betaald, onder de noemer van ontwikkelingssamenwerking te zetten gaat onverminderd voort. Omdat de beheersbevoegdheid niet mee verschuift met deze begrotingsposten, betaalt ontwikkelingssamenwerking voor een beleid waar ze geen zeg in heeft. Minister De Decker geeft geen garanties dat hij zelf de volledige zeggenschap en beslissingsbevoegdheid over zijn budget behoudt.

Ontwikkelingsbeleid blijft blauw
Nadat Verwilghen een concentratiebeleid doorvoerde bij de partnerlanden van de Belgische ontwikkelingssamenwerking, doet minister De Decker hetzelfde voor de multilaterale instellingen.Zo zijn o.a het VN- ontwikkelingsfonds voor de Vrouwen, en het Hoog Commissariaat van de VN voor de Mensenrechten geen prioritaire organisaties meer voor het Belgische ontwikkelingsbeleid. 11.11.11 is niet tegen een concentratie als dit het ontwikkelingsbeleid ten goede komt. Maar de concentratie moet ontwikkelingsrelevant zijn.

De minister ontwijkt in zijn beleidsnota ook een aantal belangrijke themas. Zo spreekt hij met geen woord over eerlijke handel en neemt de minister geen standpunt in de WTO-discussie over de liberalisering van essentiële diensten. De aandacht voor de privé- sector is ook bij minister De Decker de verwachte blauwe noot in zijn ontwikkelingsverhaal. 11.11.11 vindt dit als doelstelling niet verkeerd als het principe van ongebonden hulp maar gerespecteerd wordt. Alleen spreekt de minister in zijn beleidsnota zich daarover niet uit. De minister zegt evenmin hoe hij de privé- ondernemingen wil betrekken bij ontwikkelingssamenwerking.

Geen defensie-rekeningen voor ontwikkelingssamenwerking
Minister De Decker ziet het recht op veiligheid, in een steeds meer gewelddadige wereld als een essentiële bekommernis en een bijzondere uitdaging. Hij vertaalde deze bezorgdheid ook op de bijeenkomst in Maastricht van de Europese ministers van ontwikkelingssamenwerking. Voor de minister is defensie een belangrijk onderdeel voor het streven naar veiligheid en stabiliteit. Steun aan de Monuc, het VN- leger in Congo, wordt dan ook betaald met ontwikkelingsgeld. 11.11.11 erkent ten volle dat peacekeeping in het kader van de VN in sommige regios wenselijk en zelfs noodzakelijk zijn. Maar deze operaties moeten gedragen worden door defensie en niet betaald worden met ontwikkelingsgeld. België kan hier nochtans een mooi voorbeeld stellen, want op Europees en internationaal niveau pleit men ervoor om bepaalde uitgaven voor terrorismebestrijding en defensie bij ontwikkelingssamenwerking onder te brengen. 11.11.11 vindt dit een onaanvaardbare denkpiste. Armoedebestrijding dreigt verdrongen te worden als hoofddoelstelling van ontwikkelingssamenwerking door heel andere bekommernissen.

Centraal-Afrika als absolute prioriteit
De Koepel vindt het meer dan terecht dat Centraal-Afrika als absolute prioriteit op de agenda blijft staan van de minister. We verwachten dat de minister twee belangrijke accenten in dit complexe dossier bewaakt. Vooreerst kan België, samen met de internationale gemeenschap, toezien op de uitvoering van de besluiten van de Internationale Conferentie van de Grote Meren, die op 20 november door de betrokken staatshoofden werden ondertekend. Staatshoofden uit de regio, die andere dan vreedzame middelen wensen in te zetten voor de oplossing van het conflict, moeten kordaat onder druk gezet worden om deze nieuwe besluiten te respecteren. Daarnaast moet België ook zorgen voor een regeling over een goed gereglementeerde inbreng van bedrijven in de ontwikkeling van de regio. Hun inbreng voor duurzame ontwikkeling is noodzakelijk, maar moet rekening houden met de aanbevelingen van het VN-panel en van de senaatscommissie die zich heeft gebogen over de exploitatie van de natuurlijke rijkdommen van DRCongo. Niets houdt de minister tegen mee te werken aan een regeling waarbij Belgische bedrijven actief in de regio verantwoording moeten afleggen aan het parlement, vergelijkbaar met het jaarlijkse rapport over export van wapens.

Groeipad naar 0,7% verdraagt geen vertraging
En het budget voor ontwikkelingssamenwerking? Minister De Decker neemt een goede start in zijn nota wanneer hij het engagement voor het bereiken van de 0.7% norm in 2010 herhaalt. Een engagement dat overigens via de programmawet werd vastgelegd. Maar de verschuiving van begrotingsposten heeft helaas voor gevolg dat een groei van het budget ontwikkelingssamenwerking nooit zuiver kan zijn. Bovendien toont de begroting ontwikkelingssamenwerking voor 2005 en de bijhorende solidariteitsnota aan dat er geen concreet groeipad is. In 2004 werd het budget begroot voor een bedrag van 767,744 miljoen euro. In 2005 is het budget begroot voor een bedrag van 800,934 miljoen euro. Zowel in 2004 als in 2005 wordt 0.45 % van het BNI aan ontwikkelingsinspanningen uitgegeven. Met andere woorden, het procentueel aandeel voor ontwikkelingssamenwerking stagneert in vergelijking met vorig jaar. Nochtans schrijft de programmawet voor dat de regering moet voorzien in een jaarlijks volgehouden procentuele stijging van het ontwikkelingsbudget.
Indien er geen versnelde groei is in de komende jaren, dan wordt er afgeweken van het groeipad.

De Belgische ontwikkelingssamenwerking is maar een kleine speler op de internationale scène, maar 11.11.11 eist dat ze het spel tenminste goed speelt, en in de beleidsbeslissingen van België de belangen van het Zuiden verdedigt om de kloof te dichten.