Berichtgeving tav minister Verdonk by Astrid Essed Friday, Jun. 25, 2004 at 3:40 PM |
Door het ontbreken van enige kritische achtergrondinformatie in dezen geeft de NOS-teletekstredactie de lezer de indruk, dat het uitzetbeleid van de Nederlandse minister Verdonk legitiem zou zijn, hetgeen niet het geval is.
Open brief aan de NOS-teletekstredactie
Aan de NOS-teletekstredactie
Geachte Redactie,
Ik wil graag uw aandacht vragen voor het volgende
In uw berichtgeving dd 25-6 stelt u, dat de 22 jarige man, die Minister Verdonk van Vreemdelingenzaken in een telefoontje aan RTV-Noord-Holland bedreigde , een zware straf riskeert omdat hem zowel bedreiging als een misdrijf tegen de veiligheid van de Staat ten laste gelegd wordt, waarbij de OM een zeldzaam gehanteerd wetsartikel in stelling brengt.
U vervolgt uw berichtgeving met de mededeling, dat de aanklacht bedreiging tegen de Staatsveilligheid [waarvoor de maximumstraf levenslang is]als zodanig door het OM is geformuleerd, omdat de man door middel van deze bedreiging de ministerraad tot besluiten hebben willen dwingen.
U eindigt uw berichtgeving met de mededeling, dat de man eiste dat Minister Verdonk haar uitzetbeleid zou aanpassen en dat het OM met een dergelijke ten lastelegging een voorbeeld heeft willen stellen.
Met een dergelijke wijze van berichtgeving zonder enige kritische achtergriodinformatie uwerzijds wekt u impliciet de indruk, dat het door Minister Verdonk gevoerde uitzetbeleid in dezen legitiem is, hetgeen niet het geval is
A Bedreiging:
Hoewel het in dezen uiteraard geen betoog behoeft, dat het bedreigen van ieder mens om welke reden dan ook absoluut verwerpelijk is en dat hiertegen streng moet worden opgetreden
is de door het OM gedane tenlastelegging niet alleen buitenproportionneel en grotesk, maar snijdt daarenboven vanuit politiek-juridisch oogpunt geen hout, aangezien bedreiging van de Staatsveiligheid gezocht moet worden in de categorien van het plannen cq uitvoeren van een grootschalige terroristische aanslag of gevaarlijker nog, de poging tot het plegen van een militaire staatsgreep.
In dit verband is het dan ook volkomen terecht en informatief-juist, dat u niet alleen refereerde aan dit zeldzame wetsartikel, maar eveneens de nadrukmlegde op de zwaarte van de tenlastelegging in dezen.
B Uitzetbeleid:
Het getuigt echter uwerzijds van een ernstig gebrek aan kritische achtergrondinformatie, dat u door te refereren aan het uitzetbeleid van minister Verdonk zonder enige kritische achtergondinformatie uwerzijds, de indruk wekt, dat het hier een hard, maar legitiem beleid betreft, hetgeen niet het geval is.
Te uwer informatie:
Het reeds op gang gebrachte uitzetbeleid van Minister Verdonk waarbij in drie jaar tijd meer dan 26.000 uitgeprocedeerde asielzoekers Nederland worden uitgezet is in strijd met het Internationaal Recht.
In een brief dd 13-2 2004 aan Minister Verdonk stelt de gerennommeerde mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch [http://www.hrw.org], dat een groot deel van de reeds uitgezette of nog uit te zetten asielzoekers, met name Somaliers en Afghanen, teruggestuurd worden naar politiek en miliair onveilige gebieden, met als gevolg een groot risico voor hun veiligheid, hetgeen in strijd is met artikel 3 van de Europede Conventie voor de Bescherming van Mensenrechten en Fundamentele Vrijheden, dat uitzetting naar onveilige gebieden in het land van herkomst verbiedt.
Een en ander wordt tevens bevestigd door de rapportage tav Somalie dd januari n2004 door de VN-Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen de Nederlandse ex-premier Lubbers en tav Afghanistan door de Secretaris Generaal van de VN, Kofi Annan [dd januari 2004], die overigens eveneens zware kritiek uitte op het asielbeleid van minister Verdonk.
Kinderen:
Eveneens uitte Human Rightsb Watch in reeds genoemde brief zware kritiek op het feit, dat minderjarige kinderen gescheiden van de ouders zonder enige begeleiding naar het [vaak nauwelijks of in het geheel niet bekende] land van herkomst teruggestuurd werden en veelal tijdelijk gedetineerd werden, hetgeen nog afgezien van het inhumane in dezen een flagrante schending is van de VN-Conventie van de Rechten van het Kind, die door Nederland is geratifieerd in 1995.
Het verdient dan ook aanbeveling, dat u bij een volgende berichtgeving over hetb asielbeleid van minster Verdonk eveneens deze bovengenoemde achtergrondinformatie vermeldt, temeer daar een en ander niet algemeen bekend is bij het grote publiek.
Een en ander zal bijdragen tot een eerlijkere en objectievere berichtgeving, hetgeen uw journalistieke taak is tegenover het teletekstlezende publiek
Vriendelijke groeten
Astrid Essed
Amsterdam [Z-O]