een tussenwerpsel by gert Thursday, Jun. 24, 2004 at 12:38 PM |
commentariaat@pandora.be |
De dreiging, het doembeeld van ‘wat zou kunnen komen’ loopt onwaarschijnlijk achter op wat reeds geruime tijd het geval is, wat de situatie van 1991 overigens zelf heeft mogelijk gemaakt. Het kalf is verdronken.
Lieve mensen,
Een tussenwerpsel.
(oftewel, volharden in de boosheid)
Met spijt moet ik vaststellen: koffie is al lang geen exotische drank meer, en hoe groot is ons verlangen naar, nee, onze hoogdringende nood aan het exotische niet. U wist ongetwijfeld dat er nu ook bio-koffie bestaat, in de eerste de beste supermarkt te verkrijgen, en ja, tegen ‘democratische’ prijzen inclusief keur-merk. (Wie vertelt me vandaag dat er geen vooruitgang meer mogelijk is?) Ik heb het gekocht, drink het terwijl ik dit schrijf, en ik moet u dringend vertellen, ... het is toch niet echt dàt. Het smaakt naar – en hier moet ik terugvallen op eerder technische terminologie – huishoudkoffie. Goed, ik kan best leven met een zekere spartaanse blindheid en de caffeïne, ook al doet ze haar fysieke werk niet meer, ... ik kan voorlopig nog steeds rekenen op de nodige placebo-effecten.
Wel, dit is nu precies de belangrijkste reden waarom ik niet op een “grote” partij heb gestemd. Laten we eerlijk zijn : er zijn slechts vier grote merken vandaag die de markt domineren. Qua exotiek hebben drie van de vier reeds lang alle kleur verloren, en ook de vierde is niet bio, heeft geen ethische uistraling, is bovendien niet enkel in de supermarkten te verkrijgen maar wordt, (soms geniepig, maar meestal zonder boe of bah) zowat overal gevent en wel geheel gratis en voor niets, alsof het om soft-drugs ging. (Zijn er trouwens nog van die bizarre mensen die thee drinken?)
En bij de koffie, een knabbeltje? Een “opiniemaker” van De Morgen (die van gisteren), misschien? Iets met een beetje pit: “Gezocht: m/v met ballen” leek me wel iets. Dat moet alleszins goed knapperig en zoet zijn, dacht ik nog, ook omdat het de rot versleten formule van XL en XXL hanteerde.
Ik moet nochthans zeggen, ... het was ook weer niet helemaal dàt. Het gaat om een veel te kieze, te fijnzinnige en toch ook weer al te oprecht boze hap. Opiniemaker van dienst – je ‘hebt’ vandaag geen opinie meer, je moet er één (laten) maken – is Carl Devos, politicoloog, Universiteit Gent. Gelukkig zit er voldoende banaliteit en talige zoetigheid in om een koffiekransje niet geheel te verpesten, maar deze scherpzinnigheid, gecombineerd met een inzichtelijke en doorvoelde kritiek is enkel al te modieus te noemen.
Lees bijvoorbeeld: “Gedreven door sociologische veranderingen werden kiezers vaak als massaproduct aangesproken: de volslanke middenklasse.” Op dit stukje heb ik bijvoorbeeld al een kwartier tot twintig minuten moeten kauwen voor ik zelfs maar aan slikken kon denken. “Sociologische veranderingen” zijn dat veranderingen die enkel sociologen kunnen waarnemen, of misschien ‘veranderingen’ die enkel voor sociologen relevant of betekenisvol kunnen zijn? Ik ben er niet uitgeraakt. Is een kiezer in een liberale democratie niet grondwettelijk gewoon een massaprodukt (met de nadruk op ‘produkt’)? Is die massa verder zomaar te reduceren tot iets dat een middenklasse kan genoemd worden? Deze brok ontsnapte me dus bijna geheel, maar ik heb moedig geslikt en verder gelezen.
Nee, het was niet bepaald dàt, maar ook niet iets heel anders. Je kan vandaag zowat alles slikken aan al te redelijke prijzen maar dit gaf me wel degelijk voor een heel kort moment een kick. Voor het eerst in verschrikkelijk lange tien dagen, heb ik het gevoel gehad een sprankeling van leven in mijn ogen (en mogelijk andere ogen) te kunnen persen. Het had er alle schijn van dat er iets gezegd ging worden wat betreft de particratie, democratie, oprechtheid en dergelijke meer. Wat is dit recept?
Het is niets anders dan een eerder originele versie van het oudste recept dat je maar kan bedenken: recht toe recht aan verleiding, en... ik heb me laten verleiden. Tot aan de laatste paragraaf, toen het duidelijk werd dat wat beloofd werd er niet stond aan te komen: “Het is dan ook alle hens aan dek, want de volgende keer zou er wel eens slechts één regeringsformule kunnen overblijven. Een democratie zonder keuze is die naam onwaardig. Democratie steunt op het georganiseerd meningsverschil, een tripartite sluit dat niet uit, als die maar niet-klassiek te werk gaat.”
Wat een afknapper. “Alle hens aan dek?” en dat terwijl we al generaties een kritisch tekort hebben aan ‘hens’ en bovendien aan ‘kritisch’. Er zijn niet enkel te weinig mandaatjes om in te vullen, er zijn vooral te weinig mensen om ze ook nog te bemannen. Vandaar dus de onmogelijkheid voor de ‘professionelen’ om dubbelmandaten te weigeren. Indien een democratie afhangt van een keuzemogelijkheid, welke keuze moet dat dan wel zijn? Is een meningsverschil dat georganiseerd wordt ook nog een meningsverschil? Welk classicisme wordt hier verdedigd?
Carl Devos maakt hier dus wel een bedenking een zwarte zondag in 1991 waardig, maar die formule werkt voor mij, en ik vrees voor velen, niet meer. De dreiging, het doembeeld van ‘wat zou kunnen komen’ loopt onwaarschijnlijk achter op wat reeds geruime tijd het geval is, wat de situatie van 1991 overigens zelf heeft mogelijk gemaakt. Het kalf is verdronken.
Devos is hier een onmogelijke minnaar. En ik was, dacht ik, welwillend. Wat is immers de basisvoorwaarde voor een liberale democratie? Toch wel dat de keuze slechts is die tussen versies van hetzelfde, dat de inhoud het moet afleggen tegen het louter formele en procedurale (wat Devos hier meent te komen argumenteren), dat het de belofte van de “niet-klassieke oplossing” steeds aan de voordeur staat, maar vooral niet binnen mag. Een georganiseerd meningsverschil kan ik op mijn eentje ook wel verwezenlijken (kan ik onmogelijk niet verwezenlijken). Bij democratie gaat het uiteindelijk om de onmogelijkheid het ooit eens te zijn en die onmogelijkheid organiseer je niet zomaar eventjes, die kan je in het beste geval cultiveren. De vraag is nooit geweest naar een nieuwe politiek cultuur, maar botweg om een politieke cultuur.
Zolang we niet met een wezenlijk erkende eis zitten opgescheept die de liberale democratie ten gronde in vraag stelt (de precieze anti-pode van het Vlaams Blok dus), heb je helemaal geen democratie om te verdedigen. Het gaat er met andere woorden helemaal niet om een tas koffie ook een tas koffie te noemen, het gaat er uitdrukkelijk om of het een goede tas koffie is en dat is een absolute, zelfs absurde vraag, een vraag die van letterlijk wezenlijk belang is. Zonder die vraag heb je gewoon geen koffie die naam waardig. Of zullen we nu allemaal “creatief” (zogenaamd “niet-klassiek”) moeten zijn samen met permanente-vakantie-idioten als een Richard Florida in ware dope-head-seventies stijl? Moeten we allemaal het Blok niet enkel naar inhoud maar nu ook naar de vorm achterna hollen?
Nee, ik ben wel degelijk volkomen oneerlijk ten aanzien van Carl Devos en anderen. Zijn opinie-gemaakt stuk is knap geschreven, oprecht en goed doordacht, ongetwijfeld ingegeven door ervaring en betrokkenheid. Dank u voor uw tussenwerpsel, meneer of professor Devos. Het ontbreekt me uiteindelijk enkel aan datgene dat me niet onmiddelijk een momentane kick geeft, maar iets dat ook blijft, dat me voeding geeft, al was het maar een blinde vlek of zelfs een klein inzicht.
Dat spartaanse ligt me uiteindelijk dus niet echt en het placebo-effect blijkt ook al snel uitgewerkt. Nee, deze koffie bekomt me niet goed, of was het dat hapje. Tijd voor iets stevigers of een honderdjarige slaap of beide, op het risico af dat we toch nog in de werkelijkheid zouden leven.
U heeft vanzelfsprekend toch ook voor de juiste gestemd?
Alvast met de vriendelijkste groeten,
Voor het Commentariaat,
Gert Nuyts
ik drink by frank colle Thursday, Jun. 24, 2004 at 6:59 PM |
thee...
voor koffie ga ik naar Ethiopië
uw koffie is misschien niet echt dàt by Alain Claessens Sunday, Jun. 27, 2004 at 9:18 PM |
... maar uw wiet is precies de moeite....