G3W-coöperante Sille Moens bericht uit Kinshasa by Sille Moens Sunday, Jun. 06, 2004 at 4:14 PM |
sille_moens@yahoo.fr |
Bukavu, een belangrijke stad in Zuid-Kivu (Oost-Congo) is opnieuw in handen gevallen van “rebellen” gesteund door Rwanda. Sille Moens is ngo-coöperante van Geneeskunde voor de Derde Wereld. Ze bericht vanuit de volkswijken van Kinshasa.
Woensdag 2 juni
Bukavu, een belangrijke stad in Zuid-Kivu (Oost-Congo) is opnieuw in handen gevallen van “rebellen” gesteund door Rwanda. President Kabila verklaart dat het land door Rwanda is aangevallen, dat de noodtoestand is afgekondigd en dat alle menselijke, logistieke en financiële middelen in werking zullen worden gesteld om Bukavu te bevrijden. Hij roept op tot nationale mobilisatie.
Donderdag 3 juni
Massa’s studenten vertrekken van de Universiteit van Kinshasa en verschillende hogescholen naar het stadcentrum en de wijk Limete om te betogen tegen de bezetting van Bukavu door het Rwandees leger. Ze houden Ruberwa van de rebellenbeweging RCD en de VN-troepen in Congo – de MONUC – verantwoordelijk voor de val van Bukavu. Ook scholieren stappen mee op. Mama’s en kinderen zijn ook van de partij, maar in kleinere getallen. Ze schreeuwen dat ze genoeg hebben van de oorlog, dat de MONUC Congo moet verlaten want dat ze niets onderneemt tegen de agressie. En dit ondanks “hoofdstuk 7” in de VN-resolutie die vorig jaar het statuut van de MONUC veranderde van een observatiemissie in een missie die de territoriale eenheid militair moet verdedigen en de bevolking moet beschermen. De studenten steken verschillende voertuigen van de MONUC en drie van haar gebouwen in brand. Op alle grote ronde punten worden autobanden in brand gestoken om het verkeer lam te leggen. De straten zien zwart van het volk. Ik schat dat er tussen één en twee miljoen mensen op de been zijn (Kinshasa telt tussen 8 en 10 miljoen inwoners).
De betogingen zijn grimmig. Het voorlopig bilan is acht doden. Drie van hen zouden gevallen zijn door schoten van de MONUC. De Congolese politie schiet in de lucht om de mensen uiteen te drijven, om eventuele plunderingen te vermijden. Zij kregen de opdracht goederen en personen te beveiligen. De studenten blijven echter zeer gedisciplineerd en de plunderingen zijn beperkt. De zetels van enkele politieke partijen worden wel leeggehaald. De stad is volledig lamgelegd, er wordt niet gewerkt, de winkels zijn dicht.
Van verschillende radio- en televisiezenders noteer ik de volgende getuigenissen van de studenten:
“We gaan ons lot in onze eigen handen nemen. Samen met het leger en de politie zullen wij gaan vechten tegen de Rwandezen.”
“Ons land is niet te koop! Americans go home!”
“Wij willen vrede, wij willen dat de overgang doorgaat en dat de verkiezingen kunnen plaatsvinden.”
“In deze overgangsperiode zijn er vier vice-presidenten, 56 ministers en meer dan 600 parlementairen. Zij worden dikbetaald, terwijl wij elke dag honger hebben. Dat zij eens hun verantwoordelijkheid opnemen om vrede te brengen in Bukavu en in heel Congo”.
Om 23 u spreekt president Kabila opnieuw op TV. Hij zegt de woede van de bevolking te begrijpen. Die is immers gehecht aan de eenheid van het land. Maar “de solidariteit die u betuigt met uw broeders en zusters in Bukavu kan op geen enkele manier de vernielingen van andermans goed rechtvaardigen”. Kabila maant aan tot kalmte en tot vertrouwen in de instellingen van de overgang, “zodat die het volk kunnen leiden naar vrije en democratische verkiezingen”. Maar hij bevestigt ook dat “het volk niet zal aanvaarden dat een ander land, zoals Rwanda, zijn toekomst gegijzeld houdt”.
Vrijdag 4 juni
De stad is nog steeds lamgelegd. De mensen kunnen zich niet naar hun werk begeven omdat er geen transport beschikbaar is. SN Brussels Airlines heeft zijn vluchten geannuleerd. Dokters kunnen niet naar de ziekenhuizen. Enkele jongeren geraken gewond door de kogels van de politie. Eén van hen sterft omdat men hem, bij gebrek aan transport, te voet naar het ziekenhuis moest vervoeren.
De politie heeft verschillende toegangswegen naar het stadscentrum gebarricadeerd, zodat de mensen geblokkeerd zijn in de volkswijken. We horen hier in Matonge veel schoten in de lucht van de politie. De beelden van de Boulevard du 30 Juin, die gisteren zwart zag van het volk, tonen een compleet lege Boulevard. De massa geraakt vandaag niet meer daar waar ze gisteren de MONUC aanviel. Toch zouden ook vandaag nog vijf mensen door de MONUC zijn doodgeschoten.
De protesten van vandaag zouden volgens verschillende studentenvertegenwoordigers niets te maken hebben met die van gisteren. De studenten kwamen vandaag samen om een evaluatie te maken van hun acties gisteren. Ze hadden hun eigen veiligheidsdiensten voorzien om plunderingen te voorkomen - buiten die van de MONUC en van de zetels van enkele politieke partijen. Deze studenten verklaren dat het vandaag straatkinderen en bendes zijn die op straat komen, die provoceren en hun beweging in diskrediet willen brengen. Verschillende TV-zenders tonen videoclips over vrede, met een boodschap van de regering die de bevolking vraagt kalm te blijven en buitenlanders en werknemers van de MONUC gerust te laten. Maar verschillende ministers feliciteren ook de jongeren voor hun intitiatief van gisteren omdat het een uiting is van vaderlandsliefde en nationale eenheid.
Een studentenvertegenwoordiger verklaart dat de mars van gisteren een waarschuwing was voor de MONUC, omdat de Rwandese agressoren doormarcheren en de MONUC het laat doen. De houding van de studenten tegenover president Kabila is positief, ze willen alleen dat de regering haar verantwoordelijkheid neemt en de Rwandezen doet vertrekken. “De regering moet de eenheid van het land herstellen”, stellen ze. “We willen niet dat de regering valt, dat de president aftreedt of dat de transitie stopt, zoals sommige provocateurs die onze beweging willen recupereren het stellen.”
Het wordt hoe langer hoe duidelijker dat het inderdaad Rwanda is dat aanvalt in Oost-Congo. De hele bevolking zegt dat en is werkelijk razend op Ruberwa (van de RCD) en de Rwandezen. Mensen hier krijgen telefoontjes van hun familie in het oosten, in totale paniek omdat de Rwandezen opnieuw aanvallen. Ook ngo’s en missionarissen meldden de aanval van het Rwandese leger. De Société Civile van Zuid-Kivu heeft een gedetailleerd verslag gemaakt van van de passages van het Rwandese leger via het eiland Idjwi naar Congo, vanaf 29 mei al. Het gaat om duidelijke plannen van Rwanda, niet om een “rebellie” van het “Congolese” RCD. Zelfs VN-rapporten zeggen dat Rwandese officieren leidende functies bekleden in het RCD-leger. In het oosten van Congo zijn er trainingskampen van het Rwandees leger.
Zaterdag 5 juni
Er sijpelt nog meer nieuws door vanuit het oosten van Congo. Een contact in Bukavu vertelt me dat de Rwandese soldaten gestationeerd zijn op verschillende strategische plaatsen. De verkrachtingen, plunderingen en moorden gaan door, vooral ‘s nachts. De MONUC zou zich alleen verplaatsen over de grote wegen. Over Goma vertelt dezelfde persoon me dat de MONUC haar materiaal aan het evacueren is, ze zouden op vertrekken staan.
Een ander contact in Bukavu stelt dat hij negen vrachtwagens zag rijden met bouwmateriaal, mogelijk om nieuwe kampen te bouwen voor de Rwandezen. Sinds gisteravond 21u is er geen verkeer meer toegelaten in Goma. De Rwandezen willen er voor zorgen dat niemand hun wapentransporten kan volgen. Ze vallen ook systematisch huizen binnen om telefoons af te pakken. Er wordt blijkbaar teveel informatie door de bevolking doorgegeven over de positionering en activiteiten van de Rwandezen…
Een vriend zegt me dat niet alleen blanken, maar ook zwarte werknemers van de MONUC die in de buitenwijken wonen (zoals Matonge dus) met plunderingen te maken hebben gehad. Wij hier zijn gerust gelaten omdat de mensen weten dat wij aan de zijde van het Congolese volk staan. Dat is geruststellend. Ik bel naar de ambassade. Daar raden ze aan om binnen te blijven. Er zou een avondklok zijn ingesteld, volgens de ambassade, van middernacht tot 6u. Voorlopig dus alles OK met ons.
Tenslotte. Alle Congolese vrienden aan wie ik vertel dat volgens Verhofstadt Rwanda niet achter de bezetting van Bukavu zou zitten, reageren gechoqueerd. Door zo’n uitspraak plaatst België zich in het kamp van Rwanda en de Amerikanen.