Berichtgeving NOS-teletekstredactie

In de hieronder geschreven brief aan ed NOS-teletekstredactie analyseer ik het tendentieuze en foutieve karakter van haar berichtgeving tav de Israelische legeracties in het Palestijnse vluchtelingenkamp Rafah:

Aan de teletekstredactie van de NOS

Geachte Redactie,

Ik wil graag uw aandacht vragen voor het volgende:

In uw berichtgeving dd 22-5 vermeldt u, dat nav een schietpartij in het vluchtelingenkamp Rafah op de Gazastrook waarbij een driejarig Palestijns meisje is doodgeschoten en drie mensen gewond geraakt zijn, een onderzoek is ingesteld door het Israelische leger.
U vervolgt uw berichtgeving met de mededeling, dat de Israeli's sinds dinsdag bezig zijn met een grote operatie om een einde te maken aan de smokkel van wapens en explosieven uit Egypte, waarbij tot nu toe reeds 41 Palestijnen zijn omgekomen.
U beeindigt uw berichtgeving met de mededeling, dat het leger veel Palestijnse huizen langs de grens met Egypte heeft verwoest waarop felle internationale kritiek is gekomen.
In uw slotzin vermeldt u, dat vice-premier Olmert heeft gezegd, dat de sloop van huizen wordt gestaakt.

Met deze wijze van berichtgeving zonder enige achtergrondinformatie uwerzijds maakt u zich niet alleen schuldig aan foutieve en tendentieuze berichtgeving in dezen, tevens verdedigt u impliciet het Israelische legeroptreden in Rafah.

A Onderzoek door het Israelische leger:

Hoewel uw berichtgeving omtrent het door het Israelische leger ingestelde onderzoek op zich juist is, zou de lezer door deze wijze van berichtgeving de indruk kunnen krijgen dat het instellen van een dergelijk onderzoek een bij het Isarelische leger gangbare handeling is, hetgeen echter niet het geval is.
Hoewel volgens de gangbare internationaalrechterlijke principes altijd een onderzoek dient te worden ingesteld wanneer burgers het dodelijke slachtoffer worden van militaire acties, gebeurt het maar hoogst zelden dat het Israelische leger een dergelijk onderzoek instelt.
Er zijn tal van voorbeelden bekend, waarbij militairen willekeurig het vuur geopend hebben op Palestijnse menigten of Palestijnen hebben standrechtelijk hebben doodgeschoten zonder dat er sprake was van enig militair onderzoek, hetgeen afgezien van deze algemeen- internationaalrechtelijke verplichting eveneens een flagrante schending is van een van de grondregels van de 4de Conventie, volgens wellke een bezettende macht [in casu Israel]hoofdverantwoordelijk is voor de veiligheid van ''beschermde personen'' [mensen, die leven onder een bezetting, in casu de Palestijnse burgers]
Hte lijkt mij dan ook van groot belang, dat u dergelijke informatie eveneens vermeldt.

B Foutieve berichtgeving:

Verder vermeldt u, dat Israel sinds dinsdag een grote operatie uitvoert " om een einde te maken aan de smokkel van wapens en explosieven uit Egypte" [citaat van uw berichtgeving], hetgeen onjuist is, aangezien de door u genoemde legeroperatie niet afgelopen dinsdag [19-5] begonnen is, maar reeds langer dan een week daarvoor [dinsdag 12-5] gestart is.

C Israelische legeroperatie:

Door in uw berichtgeving te vermelden, dat het Israelische leger sinds dinsdag bezig zijn met een grote operatie in het kamp " om een einde te maken aan de smokkel van wapens en explosieven uit Egypte" wekt u impliciet de indruk, dat deze Israelische militaire acties legitiem zouden zijn, hetgeen niet het geval is.
Niet alleen is er tot dusver geen sprake geweest van de vondst van de volgens het Israelische leger aanwezig zijnde ''tunnels'', waardoor wapens vanuit Egypte naar het Gaza-gebied zouden worden gesmokkeld, bij de de door het Israelische leger uitgevoerde legeracties is sprake van ernstige mensenrechtenschendingen c.q. oorlogsmisdaden.

Te uwer informatie:

De door het Israelische leger uitgevoerde legeracties in het vluchtelingenkamp Rafah bestonden uit het willekeurig schieten op Palestijnsde menigten, het uitvoeren van helicopteraanvallen op Palestrijnse activisten, het uitvoeren van helicopteraanvallen op demonstrerende menigten en het systematisch vernietigen van huizen in Rafah, hetgeen alleen zeer ernstige schendingen zijn van het Internationaal Recht.

1 Grondregels:

Een van de grondregels van het Internationaal Recht is, dat bij iedere militaire aanval een duidelijk onderscheid gemaakt dient te worden tussen combatanten [militairen en strijders] en non-combatanten [burgers]
Het niet-maken van een dergelijk onderscheid is streng verboden volgens het Internationaal Recht.

Het behoeft nadere toelichting, dat het uitvoeren van raketaanvallen op demonstrerende Palestijnen een demonstrerende menigte en het willekeurig schieten op Palestijnse menigten als zijnde oorlogsmisdaden flagrante schendingen zijn van het Internationaal Recht.
Ook het uitvoeren van raketaanvallen op Palestijnse leiders en/of activisten van groeperingen zoals Hamas zij als buitengerechtelijke executies in strijd met het Internationala Recht, dat stelt dat ieder mens recht heeft op een proces.

2 Huisvernietigingen:

de afgelopen anderhalve week heeft het Israelische leger meer dan 100 Palestijnse huizen vernietigd, waardoor meer dan 1000 Palestijnen dakloos zijn geworden.
De door het Israelische leger hiervoor opgegeven redenen liepen uiteen van de bewering, vanuit de huizen te worden beschoten door Palestijnse militanten en het zoeken naar de reeds genoemde tunnels.

Volgens het Internationaal Recht echter [artikel 53, 4de Conventie van Geneve] is het vernietigen van huizen en andere bezittingen van ''beschermde personen'' niet toegestaan, tenzij hiervoor een absolute militaire noodzaak bestaat.
In dat geval echter dienen deze mensen geevacueerd te worden, in vervangende huizen te worden ondergebracht en na afloop van de betreffende militaire operaties zo snel mogelijk weer naar hun oorspronkelijke woongebieden teruggebracht te worden met volledige schgadellosstelling in casu de bouw van nieuwe huizen [artikel 49, 4de Conventie van Geneve]

Echter, het vernietigen van huizen en het dakloos maken van de bewoners zonder enige compensatie in de vorm van nieuwe huizen zoals hier gebeurt is absoluut verboden volgens het Internationaal Recht.

Daarenboven snijdt het door het Israelische leger gebruikte argument van ''beschoten worden door militanten'' geen hout, aangezien hier sprake is van een systematische vernietiging van huizen zondre enig onderscheid, hetgeen als collectieve straf [artikel 33, 4de Conventie van Geneve] streng verboden is door het Internationala Recht [artikel 33, 4de Conventie van Geneve]

Het lijkt mij dan ook van groot belang dat u bij uw referentie aan de Israelische acties tevens melding maakt van het internationaal-rechtelijk illegale karakter in dezen.

Ik spreek de hoop uit, dat u bij een volgende berichtgeving over dit onderewrp eveneens melding zult willen maken van bovenstaande achtergrondinformatie, die zere gemakkelijk te controleren is via de sites van Amnmesty International [http://www.amnesty.org], Human Rights Watch [http://www.hrw.org], de Isarelisceh mensenrechtenorganisatie B'tselem [http://www.btselem.org] en het Rode Kruis [http://www.icrc.org] waarop u tevens de complete regelgeving van de 4de Conventie van Geneve kunt aantreffen.

Een en ander zal bijdragen tot een eerlijkere en objectievere berichtgeving, hetgeen uw journalistieke taak is tegenover het teletekstlezende publiek.

Vriendelijke groeten
Astrid Essed
Amsterdam

arch/ive/ief (2000 - 2005)