Woonmanifestatie Gent: baksteen op de maag by Thomas Blommaert Monday, May. 17, 2004 at 12:01 AM |
Onder het motto “Menswaardig wonen, voor iedereen”, betoogden zondag in Gent zo’n drieduizend mensen. In de kleurrijke optocht, georganiseerd door Platform Wonen, eisten de manifestanten dat de volgende Vlaamse Regering eindelijk werk maakt van kwaliteitsvolle en betaalbare huisvesting. “Een minister die zijn legislatuur uitdoet, kan daarbij van pas komen”, verwees Geert Inslegers naar de vijf ministers van Wonen die de laatste vier jaar de revue passeerden.
“Iedereen heeft het recht een menswaardig leven te leiden. Dit recht omvat het recht op een behoorlijke huisvesting”, heet het in de Belgische Grondwet. Mooie woorden die voor heel wat mensen helaas dode letter blijven. Een van hen is Mohammed El Kabbabi uit Gent. “Neen, ik ben niet tevreden met mijn huidige woning”, vertelt de man. Rond zijn hals hangt een tekening van een huis, daaronder staat geschreven ‘de droom van Saladin’. “Saladin is mijn zoon”, legt hij uit. “Hij droomt van een huis waar zijn vijf broers en zussen elk een kamer hebben en plaats om te spelen. Nu moeten we het doen met piepklein appartementje met twee kamers. Een grotere flat kost al snel meer dan vijfhonderd euro, dat kan ik niet betalen. En dan zwijg ik nog over het huis dat Saladin hier tekende” (knipoog).
Er zijn veel Saladins in Vlaanderen. Noord-België – eat this Geert Bourgeois - mag dan een van de rijkste regio’s ter wereld zijn, die rijkdom lijkt dan toch niet zo goed verdeeld. De cijfers die Platform Wonen bundelde, spreken voor zich. Bijna 300.000 gezinnen wonen in een krot en een op vijf huurders betrekt een woning van ronduit slechte kwaliteit. De helft van alle huurders besteedt meer dan een vijfde van het inkomen aan huur. Ter vergelijking: in 1976 was dat nog maar voor 12,9 procent het geval. Op de sociale woningmarkt is de toestand al niet veel rooskleuriger. Ook hier swingen de huurprijzen de pan uit, bovendien wachten maar liefst 72.000 families op een sociale woning. Onderzoekers schatten dat er nood is aan 100.000 nieuwe sociale woningen. Zelfs als de overheid 20.000 huizen per jaar laat bouwen, zijn er dus nog vijf regeerperiodes nodig om dit tekort weg te werken.
Het Platform Wonen, een breed platform van liefst 45 middenveldorganisaties, wil dan ook heel hard aan de kar trekken. Met de Woonmanifestatie trok het Platform alvast heel wat aandacht. “Deze manifestatie is een orgelpunt van een campagne waarmee we wonen op de politieke agenda zetten”, vertelde Geert Inslegers. De timing is, met de verkiezingen voor de deur, alleszins goed uitgekozen. Vooral omdat huisvesting, om het even met een understatement uit te drukken, niet echt een prioriteit was voor de uittredende Vlaamse Regering. Maar liefst vijf ministers van Wonen passeerden de revue. “Voor een beetje continuïteit van het beleid, zou een minister die zijn legislatuur uitdoet, wel eens van pas kunnen komen”, grijnsde Geert Inslegers. “Hoewel ze er ook meteen een duobaan van kunnen maken”.
Naast een pleidooi voor een minister van Wonen die de rit uitdoet, komt het met Platform Wonen met nog heel wat andere aanbevelingen voor “een krachtdadig en doelmatiger woonbeleid” op de proppen. Het budget voor wonen moet omhoog, er moeten meer sociale woningen komen, op de privémarkt moet er een betere relatie prijs-kwaliteit ontstaan, het zijn maar enkele eisen. Waar het Platform van gruwt, zijn toegangsdrempels voor lagere inkomens of allochtonen, zoals straks in Rotterdam. “Wie aan spreiding van armen voorrang geeft op bestrijding van de armoede, is niet goed bezig. Problemen moet je niet verspreiden, maar oplossen. Een overheid heeft niet tot de taak bijkomende toegangsdrempels op te werpen, maar juist de voorwaarden te scheppen dat eenieder goed kan wonen,” aldus Geert Inslegers.