arch/ive/ief (2000 - 2005)

Reflecties betreffende de huidige situatie in Irak
by Astrid Essed Thursday, Apr. 15, 2004 at 12:59 PM

De recente Amerikaanse militaire acties tegen het Iraakse verzet, die worden gekenmerkt door mensenrechtenschendingen c.q. oorlogsmisdaden, leiden tot vereniging van het tot dusver rivaliserende soennitische en sjiitische verzet, hetgeen een tweede Vietnam kan veroorzaken.




Reflecties met betrekking tot de huidige situatie in Irak

Hoewel het geen betoog hoeft, dat het recente soennitische en sjiitische verzet tegen de Brits-Amerikaanse bezetting van Irak gebaseerd is op het illegale karakter van de Brits-Amerikaanse aanval op Irak en de daaropvolgende bezetting, hebben de ernstige mensenrechtenschendingen c.q. oorlogsmisdaden, die door de Brits-Amerikaanse strijdkrachten gepleegd zijn sinds de aanval op Irak, alsmede de Amerikaanse weigering tot terugtrekking van zijn troepen na de machtsoverdracht dd 30 juni het verzet aan intensiteit doen toenemen.

A De illegaliteit van de aanval:

De Brits-Amerikaanse aanval op Irak, die vorig jaar dd 20 maart zijn aanvang nam, is in strijd met het Internationaal Recht, aangezien niet alleen de daarvoor vereiste VN-Veiligheidsresolutie ontbrak, maar tevens de enige andere legitieme voorwaarde voor een militaire aanval op een andere buitenlandse mogendheid, namelijk het recht tot zelfverdediging.

Internationaal Recht:

Volgens het Internationaal Recht is een aanval op een ander land alleen legitiem, wanneer er sprake is van een VN-Veiligheidsraadsresolutie of zelfverdediging, hetgeen inhoudt, dat ene land door een buitenlandse mogendheid is aangevallen of dat er sprake is van een duidelijk aanwijsbare dreiging [zoals bijvoorbeeld sterke troepenconcentraries aan de grens]

Niet alleen werd de beschuldiging van de Amerikaanse president Bush, dat de Verenigde Staten militair bedreigd werden, openlijk weerlegd door de CIA, zijn bewering, dat Irak in het bezit zou zijn van massavernietigingswapens, was nog niet bevestigd door enig aantoonbaar bewijs van de in Irak actief zijnde wapeninspecteurs, die hun activiteiten met betrekking tot het zoeken naar mogelijke massavernietigingswapens in Irak, nog lang niet voltooid hadden, toen de Brits-Amerikaanse aanval op Irak werd ingezet.


B De Brits-Amerikaanse aanval op Irak:

De Brits-Amerikaanse aanval op Irak wordt in het byzonder gekarakteriseerd door een aantal ernstige mensenrechtenschendingen c.q. oorlogsmisdaden, zowel met betrekking tot de keuze van de in de oorlog gebruikte wapens als het militaire optreden als zodanig.

Wapengebruik:

Bij hun luchtaanvallen op steden als Bagdad, Basra, Nassariye en al-Hillal hebben de Brits-Amerikaanse strijdkrachten o.a. gebruik gemaakt van de internationaal verboden clusterbommen [zie het Verdrag van Ottawa] vanwege het grote risico op landmijnen alsmede de kans op een aanzienlijk aantal burgerslachtoffers vanwege het grote aantal bij de explosie vrijkomende projectielen, die kilometers ver de omgeving in geslingerd worden.
Volgens het Internationaal Recht is het gebruik van dergelijke anti-personele wapens [het tegenovergestelde van de zogenaamde precisiewapens] in een dichtbevolkt woongebied verboden.
Het gebruik van deze clusterbommen resulteerde dan ook in meer dan 6000 Iraakse burgerdoden in drie weken tijd, hetgeen oorlogsmisdaden zijn, aangezien de militaire autoriteiten van te voren hadden kunnen inschatten dat het gebruik van dergelijke wapens tot een dergelijk onverantwoord hoog dodental zou kunnen leiden.

Militair optreden:

Ook het militair optreden als zodanig was veelal in strijd met de international vastgestelde humanitaire rechtsregels, vastgelegd in talloze mensenrechtenverdragen.
Zo is het bijvoorbeeld een aantal keren gebeurd, dat Amerikaanse militairen het vuur geopend hebben op Iraakse burgers bij checkpoints met als gevolg een groot aantal dodelijke slachtoffers.
Het argument van de Amerikaanse militaire autoriteiten, dat er een week daarvoor sprake was geweest van een zelfmoordaanslag, gepleegd dor een Iraakse militair in burgerkleding, snijdt geen hout, aangezien iedere militaire aanval op burgers een oorlogsmisdaad is.
Uiteraard hebben de Amerikaanse troepen het recht zich te beschermen tegen zelfmoordaanslagen, maar niet ten koste van ongewapende Iraakse burgers, voor wiens veiligheid, welzijn en welvaart zij als bezettende macht hoofdverantwoordelijk zijn volgens de 4de Conventie van Geneve.
Opvallend is bovendien, dat een door de mensenrechtenorganisatie Amnesty International [http://www.amnesty.org] gedaan verzoek tot het instellen van een onafhankelijk onderzoek naar deze tragische gebeurtenissen, door de Amerikaanse legerautoriteiten werd afgewezen ondanks hun internationaal-recherlijke verplichting in dezen.

Medisch-humanitaire omstandigheden:

Met betrekking tot de zorg voor de Iraakse slachtoffers van de Brits-Amerikaanse bombardementen op Iraakse steden was er eveneens sprake van een stuitend gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel van de kant van de Brits-Amerikaanse bezettingsautoriteiten, hetgeen een ernstige schending is van hun volgens de 4e Conventie van Geneve verplicht zijnde zorplicht tav de bezette Iraakse burgerbevolking.
Zo was het Rode Kruis bij haar bezoek aan al-Hillal waar kort daarvoor een Brits-Amerikaans bombardement had plaatsgevonden zeer geschokt door het ontbreken van de meest elementaire medische voorzieningen voor de getroffen Iraakse burgerslachtoffers waarin in geen enkel opzicht werd voorzien door de Brits-Amerikaanse autoriteiten.
Niet alleen echter in al-Hillal, ook in andere Iraakse steden werd het Rode Kruis met dergelijke gruwelijke taferelen geconfronteerd.
Pas na het ingrijpen van het Rode Kruis en een aantal VN-hulporganisaties verbeterde deze situatie enigszins.

Water en stroominstallaties:

Ook is het een groot aantal keren voorgekomen, dat vanwege bombardementen op water en stroominstallaties in een groot aantal Iraakse steden en dorpen een humanitaire noodsituatie ontstond waarbij ook hier het gebrek aan effectief optreden van de bezettingsautoriteiten significant was.
In het geval van Basra duurde het zelfs langer dan drie weken voordat de normale watervoorziening
weer op gang gebracht werd door de Britten.

Bovendien is door deskundigen verklaard, dat het hoogstwaarschijnlijk nog enkele jaren kan duren voordat de algehele schade betreffende de stroomvoorzieningen hersteld is.

C De verovering van Irak:

Het optreden van de bezettingsautoriteiten zowel bij de verovering als de bezetting van Irak wordt enerzijds gekenmerkt door een opvallende laksheid tav de bescherming van de veiligheid van de Iraakse burgerbevollking, anderszijds door het nemen van buitengewoon draconische maatregelen bij het neerslaan van ieder verzet, die niet zelden in strijd zijn met de in internationale verdragen geldende mensenrechtenbepalingen, aan welks naleving iedere bezettingsmacht gebonden is.

Verovering van Bagdad:

Bij de verovering van Badgad hebben de coalitietroepen zich niet alleen schuldig gemaakt aan het neerschieten van vier journalisten, twee journalisten van het persbureau Reuters en twee journalisten van al-Jazeerah, tevens is er een groep burgers waarvan het aantal tot nu toe onbekend gebleven is, eveneens door Amerikaanse militairen neergeschoten.

Het moge duidelijk zijn, dat er hier sprake is van oorlogsmisdaden, aangezien het neerschieten van burgers door militairen onder alle omstandigheden verboden is, tenzij er sprake is van direct levensgevaar, hetgeen hier niet het geval was.
Ook in bovenstaande gevallen werd het verzoek van zowel Amnesty International als het Rode Kruis om een onafhankelijk onderzoek in dezen, geweigerd.

Verwijtbaar nalatig optreden:

Aan de andere kant ondernam het Amerikaanse leger, dat volgens de 4de Conventie van Geneve als bezettingsmacht de verplichting heeft, de orde te handhaven, geen enkele effectieve poging om de in Bagdad actief zijnde plunderaars een halt toe te roepen ondanks het feit, dat er op een groot aantal knooppunten zwaar bewapende Amerikaanse soldaten geposteerd waren.
Niet alleen werden door deze plunderaars een groot aantal paleizen vernield alsmede het Archeologisch Historisch Museum waardoor onherstelbare schade werd toegebracht aan een eeuwenoud historisch-cultureel erfgoed, rampzaliger in dezen was, dat er mensen op straat ernstig werden mishandeld en dat tevens ziekenhuizen werden geplunderd, waardoor er een nijpend tekort ontstond aan de meest elementaire medische voorzieningen, die hoogstnoodzakelijk waren voor de vele door bombardementen getroffen Iraakse burgers, met als gevolg een grote humanitaire ramp, die niet alleen plaatsvond in Bagdad, maar ook in andere Iraakse steden en dorpen, waar plunderaars vrijelijk hun gang konden gaan ondanks evidente Amerikaanse militaire aanwezigheid.

Het argument, dat zij niet genoeg militaire mankracht hadden om de orde te herstellen, snijdt geen hout.

Ten eerste is het herstellen van de orde en het beschermen van de Iraakse burgerbevolking hun internationaal-rechterlijke verantwoordelijkheid.
Ten tweede hebben de Amerikanen in de loop der decennia een grote ervaring opgedaan met oorlogvoeren, waardoor zij van te voren hadden kunnen inshatten, dat een bij de verovering van een stand ontstaan machtsvacuum zo snel mogelijk moet worden opgevuld.
In dit verband was het hun verplichting geweest, zeker vanwege de reeds maandenlange planing van deze oorlog, te zorgen voor adequaat toegeruste politiemannen, bijvoorbeeld gestationneerd in het land van een bevriende bondgenoot als bijvoorbeeld Koeweit, waardoor zij in dezen vrijwel direct in een dergelijke situatie actief konden worden.

D Mensenrechtenschendingen onder de bezetting:

Gedurende de bezetting van Irak hebbne de coalitietroepen zich een groot aantal malen schuldig gemaakt aan schendingen van mensenrechten

Behandeling van gevangenen:

Zowel bij arrestatie als detentie van krijgsgevangenen was er veelal sprake van vernederingen c.q. mishandelingen.

Zo werden meermalen bij hun arrestatie vaak zelfs openlijk voor de TV-camera, gevangenen over de grond gesleept, een kap over hun hoofd geduwd en gedwongen in het zand te knielen.
Ook zijn er een aantal rapporten bekend van o.a. mensenrechtenorganisaties als Amnesty International [http://www.amnesty.org] en Human Rights Watch [http://www.hrw.org] waaruit blijkt dat gevangenen ernstig mishandeld en zelfs gemarteld zijn.
Er is zelfs in een geval sprake van een dood onder verdachte omstandigheden tijdens Amerikaanse detentie.

Ook hier is wederom in geen enkel geval sprake geweest van een serieus onafhankelijk onderzoek.

Schieten op demonstranten:

Meerdere malen hebben zowel Brits-Amerikaanse troepen als andere coalitietroepen [bestaande uit de hen ondersteunende buitenlandse troepen] het vuur geopen op ongewapende demonstranten van wie een niet onaanzienlijk aantal de dood vond.
Soms werd hierbij als argument aangevoerd, dat er vanuit de menigte op de troepen geschoten was.
Volgens het Internationaal Recht is het echter verboden op een menigte te schieten, aangezien willekeurig schieten [zonder onderscheid te maken tusen burgers en eventuele strijders] is en de kans, dat de ongewapende demonstranten geraakt worden in alle opzichten veel waarschijnlijker is dan de echte of vermeende strijder in kwestie.

Verzet:

Het wekt dan ook geen verwondering gezien tegen het licht van het illegale karakter van deze oorlog, die zoveel te voorkomen burgerslachtoffers geeist heeft en de gepleegde mensenrechtenschendingen door de bezettingstroepen, dat het verzet, bestaande uit zeer diverse politiek-religieuze groeperingen reeds vanaf het begin van de bezetting in grote mate actief geweest is.
Nog afgezien van de onderverdeling van de rivaliserende soennitische en sjiitische groeperingen heeft het verzet zich steeds gemanifesteerd in de vorm van het volgens het Internationaal Recht gelegitimeerde verzet tegen het leger van de Brits-Amerikaanse bezettingsmacht en de hen ondersteunende buitenlandse troepen en in de vorm van aanslagen tegen burgers en/of burgerdoelen, hetgeen uiteraard als terroristische aanslagen ten enenmale onacceptabel is en streng verboden volgens het Internationaal Recht.

De Amerikaanse militaire reactie:

De reactie van de Amerikaanse bezettingsautoriteiten nam echter in alle gevallen hetzelfde repressieve karakter aan en karakteriserede het gehele verzet als zodanig als terroristisch, hetgeen niet het geval is.

Bij het neerslaan van het verzet bedienen de Amerikaanse bezettingsautoriteiten zich van methoden als buitengewoon grof uitgevoerde huiszoekingen, waarbij men zich niet zelden aan Iraakse vrouwen heeft vergrepen en mensen werden mishandeld, het arresteren van mensen zonder enige seriieuze arrestatiegrond, het vasthouden van mensen zonder vorm van aanklacht en proces en het vernietigen van huizen van famillieleden van echte of vermeende zelfmoordplegers.
Al dergelijke methodes getuigen niet alleen van een grote minachting voor mensen, maar zijn daarenboven flagrante schendingen van het Internationaal Recht.

E Regering en machtsoverdracht:

Na de verovering van Irak verklaarden de Brits-Amerikaanse autoriteiten, de macht zo snel mogelijk te willen overdragen aan een door Irakezen geleide regering.
In dat kader werd door hen een Regeringsraad geinstalleerd, bestaande uit Iraakse bestuursambtenaren.
Dit was echter geen serieuze pofging tot het installeren van ene onafhankelijke Iraakse regering, aangezien de meeste door de Amerikanen aangestelde personen niet alleen uitgesproken pro-Amerikaans qua politieke stellingname waren, maar bovendien jaren in het buitenland gewoond hadden, waardoor iedere politieke voeling met de bestaande Iraakse situatie hen totaal ontbrak.

Van cruciaal belang was echter ook, dat deze bestuursofficials niet gekozen waren door de Iraakse bevolking, maar door de Amerikanen waren aangesteld.
Daarom werd er via een VN-resolutie bepaald, dat de Amerikaanse autoriteiten de macht dd 30-6 van dit jaar aan een onafhankelijke Iraakse regering zouden overdragen na in Irak gehouden verkiezingen.

Hoewel de Amerikanen hierin formeel toestemden, was het opvallend dat zij geen enkele serieuze pogingen in dezen ondername daadwerkelijke voorbereidingen te treffen voor deze verkiezingen en bovendien bij een aantal gelegenheden verklaarden, dat ed Amerikaanse troepen ook na de machtsoverdracht in Irak zouden blijven.

F De recente gebeurtenissen:

Uiteraard leidde een en ander tot protesten, aanvankelijk van ayatollah Sistani, de belangrijkste sjiitische geestelijke leider in Irak en als spoedig van andree sjiitische groeperingen met name van de groep van al-Sadr [van wie kort daarop zij krant verboden werd en een van zijn medewerkers gearresteerd] alsook van een aantal soennitische groeperingen.
In de meeste gevallen uitte dit verzet zich in vreedzame massademonstraties.

Reactie van de bezettingsautoriteiten:

Zoals wij in de afgelopen weken hebben kunnnen constateren, nam de reactie van de bezettingsautoriteiten en de hen ondersteunende troepen steeds repressievere vormen aan.

Gedurende een demonstratie in Najaf, nu anderhalve week geleden, openden de Spaanse troepen het vuur op de demonstranten, met het gevolg, dat 20 Irakezen werden gedood.
In tegenstelling tot de door de Westerse media vermelde berichtgeving was hier sprake van een vreedzame demonstratie.
De gedode Irakezen behoorden tot de groep van aanhangers van een van de reeds genoemde belangrijkste leiders van het sjiitische verzet tegen de Amerikaanse bezetting, Moqtadi al-Sadr.

Escalatie:

De situatie verslechterde dramatisch, toen Amerikaanse troepen Fallujah belegrden, waarin het soennitische deel van het Iraakse verzet, eveneens bestaande uit een groot aantal voormalige aanhangers van het regim evan Saddam Hoessein, zich bevond.
Aanleiding was het Amerikaanse voornemen over te gaan tot arrestatie van de echte of vermeende moordenaars van 4 Amerikaanse burgers, die twee weken geleden i Fallujah gedood werden en wiens lichamen werden verminkt.
Hoewel er inmiddels uit diverse bronnen is bevestigd, dat het hier geen burgers, maar huurlingen van een Amerikaanse organisatie, Backwater USA, waardoor het doden door het Iraakse verzet onderdeel uitmaakt van huj gelegitimeerde verzetsrecht is het in ieder geval evident, dat het verminken van het lichaam van dode mensen een ernstige schending van mensenrechten is [recht op integriteit vna het lichaam] en dat de daders daarvoor gestraft moeten worden, maar dan uiteraard volgens de international geldende rechtsregels waarbij er tevens sprake is van de gebruikelijk gehanterede arrestatiemethodieken in dezen.

Het belegeren en aanvallen van een stad met als doel de arrestatie van enkele verdachten is als zijnde een collectieve straf een zeer ernstige schending van het Internationaal Recht en als zodanig een oorlogsmisdaad, wanneer er onschuldige burgerslachtoffers vallen, hetgeen reeds heeft plaatsgehad.

Volgens de meest recente gegevens zijn er bij de aanval en belegering van Fallujah al meer dan 400 mensen om het leven gekomen en meer dan 1000 mensen gewond.
De lijken zouden in de straten opgestapeld liggen.

Hierdoor neemt een en ander het karakter aan van een massaslachting, hetgeen reeds bevestigd is door enkele leden van de door de Amerikanen aangestelde Regeringsraad, waarvan de minister van Mensenrechten, Abdel Bassad Turki reeds zijn ontslag genomen heeft en een sjiitisch lid van de regeringsraad voorlopig uit protest zijn lidmaatschap heeft opgeschort.
Ook is het tekenend, dat het meest pro-Amerikaanse lid van de regeringsraad, Adnan Pachachi heeft verklaard, dat de Amerikaanse belegering onaanvaardbaar en illegaal is gezien het karakter van de collectieve straf.

Het bombarderen van een moskee:

Een van de meest stuitende recente militaire daden van het Amerikaanse leger is geweest het bombarderen van een moskee in Fallujah waarbij minstens 40 mensen om het leven zijn gekomen.
Het argument hiervoor was, dat zich aldaar gewapende Iraakse strijders zouden bevinden.
Ooggetuigen hebben echter verklaard, dat er zich slecht biddende gelovigen bevonden.

Nog los van het feit welke lezing in dezen op waarheid berust is het bombarderen van een moskee een ernstige schending van de religieuze identiteit en waardigheid van het Iraakse volk als geheel, hetgeen niewt alleen getuigt van een groot gebrek aan disrespect, maar bovendien een flagrante schending is van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens [respect voor de religieuze integriteit en godsdienstbeleving van ieder mens]
Daarenboven is het sinds de Middeleeuwen een bij de toenmalige religieuze en wereldlijke bestuursautoriteiten verankerd recht, dat een religieus Heiligdom [ in het toenmalige politiek-historisch kader meestal een Kerk]een schuilplaats kon bieden aan iedereen, die daar een veilig heenkomen zocht, hetgeen impliceerde, dat echte of vermeende misdadigers niet gearresteerd mochten worden zolang zij daar verblijf hielden, het zogenaamde asielrecht.

Hoewel een en ander niet meer verankerd is in de bestuurswetgeving van de meeste landen, kan dit asielrecht nog altrijd bogen op een belangrijke morele kracht, die algemeen gerespecteerd wordt.

F Een tweede Vietnam:

Niet alleen is het bombarderen van een moskee een flagrante schending van religieuze en asielrechten van mensen, daarenboven is het startegisch gezien een van de meest fatale Amerikaanse politiek-militaire handelingen in dezen.

Door het bombarderen van een moskee, heilig voor iedere moslim in Irak, soenniet of sjiiet, hebbne de Amerikanen het tot dusver verdeelde soennitiche en sjiitische verzet tegen hen verenigd.

Een vroegere minister onder het voormalige regime van Saddam-Hoessein deed tijdens de oorlog de uitspraak, dat Irak voor de Amerikanen een tweede Vietnam zal worden.

Weinige mensen geloofden hem toen.

Ik denk, dat de meest recente gebeurtenissen van de laatste dagen hebben bewezen, dat hij gelijk heeft

Astrid Essed
Amsterdam