arch/ive/ief (2000 - 2005)

ACV vraagt meer duidelijkheid in wetgeving jobstudenten
by ACV (persbericht) Monday, Mar. 08, 2004 at 10:26 AM

Op woensdag 10 maart organiseert ACV-Jongeren de jaarlijkse Dag van de Jobstudent. Dit jaar staat die dag in het teken van meer duidelijkheid in de jobstudentenwetgeving. Dat daar een en ander aan schort, maakt het voorbeeld 23 ≠ 24 wel duidelijk. In heel Vlaanderen voert ACV-Jongeren actie.

Voor jongeren, ouders en werkgevers is het moeilijk om de juiste informatie rond jobstudentenwerk te vinden. Eens gevonden, is het dan dikwijls nog moeilijk om de wetgeving te verstaan. Een voorbeeld zal dit illustreren.

De 23-dagenregeling omtrent de ‘solidariteitsbijdrage’

(In werking sinds 1 juli 2003)

In principe wordt op het loon van een jobstudent steeds een sociale zekerheidsbijdrage afgehouden. Die bedraagt 13,07 % van het brutoloon voor de jobstudent (dezelfde bijdrage als voor een gewone werknemer), de ondernemingen betalen circa 35 %. Een verminderde sociale zekerheidsbijdrage, de zogenaamde solidariteitsbijdrage, is mogelijk voor wie tijdens de maanden juli, augustus of september maximum 1 maand werkt als jobstudent. Deze afhouding bedraagt 2,5 % van het brutoloon voor de student en 5 % (boven op het loon) voor de werkgever.

Bij de start van deze maatregel rezen er meteen een aantal ‘praktische’ vragen.

1. Wat verstaat men onder het begrip ‘een maand’?

Een jobstudent wordt bv. tewerkgesteld door een uitzendbureau, telkens voor slechts enkele dagen van maandag tot vrijdag. Moeten de aangrenzende weekends dan worden meegerekend om uit te maken of de toegelaten 23 dagen overschreden worden of niet?

Het Hof van Cassatie besliste dat dit niet het geval was en dat een maand in deze regeling moest worden begrepen als 31 arbeidsdagen.

Gevolg was, dat nogal wat jobstudenten via een uitzendkantoor zes weken tewerkgesteld werden (6 x5 = 30). Achteraf kregen ze dan wel de rekening gepresenteerd vanwege de RSZ.

De nationale arbeidsraad (NAR) besliste tenslotte dat de tewerkstelling in de periode juli tot augustus maximum 23 arbeidsdagen mocht bedragen. Door deze beslissing worden nu alle werkgevers, zowel zij die rechtstreeks beroep doen op studentenarbeid als zij die beroep doen op een uitzendbureau, op gelijke basis behandeld.

Zijn alle problemen hier mee opgelost? Nee. Want …

2. Wat is eigenlijk een arbeidsdag?

Het antwoord van minister Vandenbroucke luidde dat dit niet enkel de gewerkte dagen (‘dagen waarvoor loon moet uitbetaald worden’) zijn, maar ook andere dagen. Dagen van betaalde inhaalrust, feestdagen, wettelijke vakantie... moeten dus ook worden meegeteld.
Ook dit lijkt weer duidelijk.
Maar wat met een feestdag waarvoor men, als jobstudent, recht heeft op loon, maar die buiten de tewerkstellingsperiode valt?
Is dit een uitzondering op de maximumduur van 23 dagen? En wat met dagen gedekt door een verbrekingsvergoeding?
Hierover werd beslist dat deze dagen niet meetellen voor de bepaling van de berekening van de arbeidsdagen.

3. Moeten de 23 dagen opeenvolgend zijn?

Het antwoord was ‘neen’ en een jobstudent mag ook bij verschillende werkgevers gaan werken, zonder de limiet van 23 dagen te overschrijden.


4. 5- of 6-dagenweek?

Verder bleken er ook problemen te zijn met het feit dat men de 23-dagen regel altijd toepaste bij zowel zes-, als bij de vijfdagenweek. Tot bleek dat jobstudenten die werken in een arbeidsregime van een zesdagenweek, minder dan vier weken zouden kunnen werken. Een proportionele formule werd uitgewerkt, maar de 23 dagen mogen in geen enkel geval overschreden worden.

Besluit

Een aantal problemen werden één voor één aangepakt en opgelost, maar er blijven nog onduidelijkheden. Wat doe je bij voorbeeld met overuren? Wat doe je met collectieve brugdagen in de onderneming? Reken je per begonnen gewerkte dag of niet? Wat met verschillende contracten van bepaalde duur? Of met verschillende gelijktijdige deeltijdse tewerkstellingen?

e ACV-jongeren willen deze onduidelijkheden in de jobstudentenwetgeving aan de kaak stellen.

Op diverse plaatsen in Vlaanderen en Brussel wordt daarrond op 10 maart actie gevoerd.