[Het vergrijzingsdebat] Luc Voets (ABVV): "Ons verhaal is moeilijk" by christophe callewaert en han soete Thursday, Feb. 12, 2004 at 6:36 PM |
Luc Voets, directeur van de studiedienst van het ABVV, hield de pen vast toen de socialistische vakbond reageerde op de resultaten van het regeringsconclaaf van Gembloux van half januari. Het ABVV was over de voorgestelde maatregelen ontevreden. In een interview verduidelijkt Luc Voets de opstelling van het ABVV.
Luc
Voets: “Er zat een aantal onevenwichten
in
de beslissingen van de regering. Het eerste onevenwicht was het
verschil tussen de aanpak van de fiscale fraude en de sociale fraude.
We
zijn er niet tegen dat vormen van sociale fraude zoals de
schijnzelfstandigen en allerlei misstanden op de werkvloer worden
aangepakt. Frank Vandenbroucke heeft daaromtrent een uitgebreid
scenario uitgewerkt. Maar op het vlak van de fiscale fraude bleven we
wat op onze honger zitten. Er is een aantal positieve
maatregelen
zoals het feit dat men voortaan overal ondernemingen kan controleren,
ongeacht waar de maatschappelijke zetel gevestigd is. Een aantal
ondernemingen maken er een bewuste strategie van om zich te vestigen
waar de kans op controle het kleinst is. Een andere positieve maatregel
is de verstrenging van de voorwaarden om van een fiscaal gunsttarief
te genieten. Voor de rest vinden we dat het
vooral opgewarmde kost
is. Een heel aantal maatregelen die men makkelijk had kunnen nemen
zijn doorgeschoven naar 2005 en zelfs naar 2007. Een belangrijke
maatregel waar wij bijvoorbeeld aan denken, is de afschaffing van de
effecten aan toonder. Dat zijn waardepapieren die niet op naam staan
en die zomaar kunnen worden doorgeschoven, wat de controle sterk
bemoeilijkt. De afschaffing zou een stapje zijn in de richting van
het minder waterdicht maken van het bankgeheim. Maar een dergelijke
maatregel is nu duidelijk geen prioriteit. Een ander onevenwicht is het feit
dat
men wel iets doet om het sociaal statuut van de zelfstandigen te
verbeteren terwijl de werknemers in de kou blijven staan. Gelukkig
hebben we nu de belofte dat er in maart een nieuwe ministerraad komt
waar het stelsel van de werknemers op tafel zal komen. We blijven
voorlopig wel nog in het ongewisse over de mogelijke maatregelen,
hoewel sommige ministers laten uitschijnen dat er een verbetering
mogelijk is. Het is precies in het licht van het geheel van die
maatregelen dat de verhoogde controle op werklozen heel zwaar op de
maag blijft liggen. De werknemers voelden dat terecht aan als een
oneerlijkheid.” Voldoende economische groei De heetste aardappel werd wel doorgeschoven naar juli. Dan moeten er maatregelen worden genomen om de pensioenen veilig te stellen. 'We staan voor een olieschok', zegt minister Vandenbroucke. Kunt u hem daarin volgen? Luc Voets: Er komen grote veranderingen op ons af. Je kan daar je ogen niet voor sluiten. We zijn het dus eens dat we naar oplossingen moeten zoeken. Maar er zijn wel verschillende manieren om de vergrijzingsproblematiek aan te pakken. Sommige krachten binnen conservatieve kringen, binnen de werkgevers en binnen financiële instellingen willen de vergrijzing gebruiken als een hefboom voor de deregulering en de afbraak van een aantal sociale rechten. Ik steek Vandenbroucke niet in deze categorie, maar die krachten bestaan wel degelijk. Wat is dan wel de juiste manier? Luc Voets: Als we de sociale
zekerheid
leefbaar
willen houden, zullen we voldoende mensen moeten vinden die actief
zijn. Dat betekent dat er voldoende economische groei moet zijn die
de werkgelegenheid kan aanzwengelen. Een knelpunt daar is de
immobiliteit van Europa. Dan moeten we er natuurlijk ook voor zorgen dat we voldoende geld opzij leggen om de wettelijke pensioenen welvaartsvast te maken zodat ze voldoende aantrekkelijk blijven. Waar moet dat geld vandaan komen? Luc Voets: De deal van de
jaren '90 was dat
de
overheidsschuld naar beneden moest waardoor de interestlasten zouden
dalen. Met het uitgespaarde geld zouden dan de pensioenen kunnen
betaald worden. Zo heeft men ons de ganse saneringsoperatie doen
slikken. Wij zijn het nooit eens geweest met de manier waarop men het
tekort terugbracht. Maar dat de schuld moest afgebouwd worden, dat
vonden
wij ook. Het is beter om je geld te geven aan de sociale zekerheid
dan aan de renteniers. Natuurlijk gaat het vrijgekomen geld niet
automatisch naar de pensioenen. Vandaar het belang van het
Zilverfonds. Wellicht is de regering de laatste jaren wat te
roekeloos geweest bij de loonlastenverlaging. Meer kansen voor ouderen Luc Voets: De activiteitsgraad moet ook omhoog. Er moeten meer allochtonen aan het werk. Daar moeten heel wat discriminaties weggewerkt worden. Ook vrouwen moeten nog meer aan de bak kunnen komen. Wij vinden dat het fout is om de hele discussie toe te spitsen op het probleem van de oudere werknemers. Het lijkt wel alsof alle problemen zouden opgelost zijn zodra we het brugpensioen afschaffen. Wat niet betekent dat het niet goed zou zijn mochten oudere werknemers meer kansen krijgen om langer aan de slag te blijven zolang ze daar toe in staat zijn. Wat betekent dat dan: 'meer kansen geven'? Luc Voets: Je kan mensen die in ploegenarbeid zitten of die nachtwerk doen, een job in een dagdienst aanbieden zodat ze fysisch minder afzien. Als men er dan maar voor zorgt dat ze niet te veel premies verliezen door van werksysteem te veranderen. Je kan ouderen bijscholing geven. Je moet er voor zorgen dat mensen het langer uithouden. In plaats van een hyperactieve carrière tussen 20 en 45 moeten er meer uitstapmogelijkheden komen die aantrekkelijk genoeg zijn zoals tijdskrediet en ouderschapsverlof. Maar dan moet de regering daar wel willen over spreken. Nu lijken ze eerder geneigd om die mogelijkheden af te bouwen. En dan moeten werkgevers oudere werknemers ook willen in dienst houden of nemen. Zelfs in periodes van hoogconjunctuur was dat tot nu toe niet vanzelfsprekend. Wat dan met het brugpensioen? Luc Voets: Zelfs als je al die alternatieve systemen een kans geeft, is dat nog geen oplossing voor de huidige generatie oudere werknemers. Voor hen moet je toch blijven zoeken naar aangepaste maatregelen zoals het brugpensioen. Hetzelfde geldt voor mensen die echt op zijn als ze 58 zijn. Bijvoorbeeld mensen die in de bouw hebben gewerkt en die pijn aan de schouder hebben. Welvaartsvaste pensioenen Is het niet paradoxaal dat de laatste jaren alle aandacht juist ging naar het opdrijven van de productiviteit en het invoeren van flexibiliteit? Luc Voets: Dat is een probleem. Daarom moeten we zoeken naar systemen waarbij werknemers het in aanvaardbare omstandigheden langer kunnen uithouden. In de zorgsector is er bijvoorbeeld een CAO rond werktijdverkorting voor de oudere werknemers zodat zij iets minder maar wel langer kunnen blijven werken. We gaan moeten creatief zijn om dergelijke systemen om werknemers in moeilijkheden hulp te geven. Mensen met de vinger gaan wijzen, willen we niet. Het klopt dat er een probleem is,
maar
het wordt misbruikt door sommigen om op te roepen de pensioenleeftijd
te verhogen. De pensioenen moeten welvaartsvast gemaakt worden. Het
gemiddeld pensioen bedraagt nu nog ongeveer 32 % van het inkomen
terwijl het vroeger 35 % was. Voor ons is de derde pijler geen
voldoende antwoord. De tweede pijler, pensioenfondsen en
groepsverzekering, daar is dankzij de wet van Vandenbroucke - waar wij
een zekere inbreng hebben in gehad - wel een kader gecreëerd om de
tweede pensioenpijler te democratiseren. Tot nu toe waren aanvullende
pensioenen vooral een zaak van werknemers die in een grote
onderneming werkten en dan nog eerder bedienden dan arbeiders en
eerder kaders dan gewone werknemers. De ongelijkheden namen dus toe.
De vakbond had daar nauwelijks iets in te brengen. Dankzij de nieuwe
wet kunnen we nu sectoriële akkoorden afsluiten waardoor ook
werknemers in kleine ondernemingen kunnen meegenieten van het
systeem. Er is ook een solidariteitsluik ingebouwd waardoor mensen
die ziek of werkloos zijn toch opgevangen worden. Het systeem van de
tweede pijler kan sociaal gecorrigeerd worden waardoor een grotere
groep van mensen iets bijkrijgt bij hun pensioen. Vandenbroucke heeft ook gelijk als hij zegt dat de mensen langer leven en dus langer actief zijn waardoor het wettelijk pensioen een te grote kloof vormt met hun laatste loon. Het aanvullend pensioen kan hun inkomen dichter bij het laatste loon brengen. Maar daar moeten we wel opletten dat er niet zoveel overheidssteun via aftrekbaarheid naar die tweede pijler toegaat dat er niets meer overblijft voor de verbetering van het wettelijk pensioen. Die eerste pijler is nog altijd het enige pensioen waar alle werknemers kunnen van genieten en het blijft nodig om dat wettelijk pensioen serieus te verbeteren. Werknemers nemen hun toevlucht tot de tweede pijler omdat ze bang zijn dat de eerste pijler niet voldoende zal zijn, maar precies daardoor gaan er minder middelen naar de eerste pijler. Is dat niet de volmaakte selffulfilling prophecy? Luc Voets: Dat is een groot
probleem. Maar we
willen ook niet de zaken op hun beloop laten en de markt laten
spelen. De laatste 15 jaar breidde het stelsel van de pensioenfondsen
heel hard uit maar wel op een oneerlijke manier. Diegenen die al de
beste lonen hadden, konden er meest van genieten en het geheel werd
betaald door alle belastingbetaler via aftrekbaarheid. Er helemaal
niet over spreken is geen oplossing, want dan laat je de markt
spelen. Wij wilden greep krijgen op dat
stelsel om zo een aantal
ongelijkheden weg te werken. Dat alles wel op voorwaarde dat er een
engagement komt om ook het wettelijk pensioen betaalbaar te houden en
dat er gewaakt wordt over de welvaartsvastheid van de pensioenen. Er is een gemeenschappelijke verklaring geweest van de vakbonden en de werkgevers en Frank Vandenbroucke waar dat evenwicht in terug te vinden was. Het was enkel op die voorwaarde dat wij bereid waren om een oproep te doen naar de sectoren om daar over te onderhandelen. De derde pijler - pensioensparen, levensverzekering en andere systemen die welig tieren - daar vinden we dat men strenger moet zijn in de fiscale aftrekbaarheid om daar geld te besparen en genoeg over te houden voor het leefbaar houden van de wettelijke pensioenen. Kwaliteitsconcurrentie Nog een paradox: men roept dat de sociale zekerheid niet langer betaalbaar is, maar toch worden de loonlasten steeds lager. Luc Voets: We hebben altijd
gezegd dat
loonlastenverlaging niet automatisch leidt tot werkgelegenheid. We
zeggen ook dat we niet geloven dat er helemaal geen effect is. In het
kader van globalisering weten we hoe kwetsbaar we zijn. We denken wel
dat om competitief te zijn je niet enkel moet kijken naar kosten en
lonen, maar ook naar de kwaliteit. We moeten evolueren naar een
kwaliteitsconcurrentie via innovatie, nieuwe producten, nieuwe
afspraken rond werkorganisatie. We hebben geprobeerd de programma's
van lastenverlaging te koppelen aan werkgelegenheidsverbintenissen
met de werkgevers. Ten derde moet er een alternatieve financiering komen. Dat is tot nu toe vrij behoorlijk gelukt. Maar de globale overheidsinspanning blijft laag in historisch opzicht. In vergelijking met 30 jaar geleden komt de staat nu veel minder tussen in de financiering van onze sociale zekerheid. Er is een fenomeen dat nog een
grotere
dreiging inhoudt dan de bijdragenverlaging. Dat is de financiering
van de gezondheidszorg. In de gezondheidszorg zijn de uitgaven de
laatste twaalf jaar met 178 miljard BF gestegen en dat wordt voor 94
% ten laste gelegd van het werknemersstelsel. De hele bevolking
geniet er van, maar het zijn wel de werknemers die het betalen. Dat
is een soort koekoeksei dat gelegd wordt in het werknemersstelsel dat
alsmaar groter wordt. Zo blijft er onvoldoende geld over om sociale
verbeteringen door te voeren. Voor de pensioenen vallen we terug naar
32 %. Voor een invaliditeitsuitkering zakken we van 44 % in 1980 naar
33 %. De werkloosheidsuitkering ging van 42 % naar 28 %. Aan de ene
kant vraag je aan de werknemers hoge bijdragen, maar als daar slechts
lage uitkeringen tegenover staan, dan wordt het verzekeringsprincipe
uitgehold. Iemand met een behoorlijk loon die een arbeidsongeval
krijgt, komt met een uitkering te zitten die totaal niet meer in
verhouding staat met zijn loon. Op een bepaald moment krijgen mensen
een afkeer van de sociale zekerheid en vragen ze de privatisering. Wij vragen dus de welvaartsvastheid van de uitkeringen. Daarom dringen wij er nu op aan dat er op de volgende grote ministerraad in maart serieuze maatregelen worden getroffen. Creatieve maatregelen Met welk eisenprogramma gaan het ABVV naar de onderhandelingstafel in het najaar? Luc Voets: We willen met het ACV tot een gemeenschappelijke eisenbundel komen. De grote lijnen liggen vast: creatieve maatregelen om oudere werknemers langer aan de slag te houden als ze daar ten minste mee akkoord zijn én onder goede voorwaarden. Mensen die echt niet langer aan de slag kunnen blijven omdat ze op zijn, voor mensen die al heel lang werken of die slachtoffer zijn van een herstructurering moeten kunnen terugvallen op het brugpensioen. Holt de vakbond niet een beetje achter de feiten aan? Er zijn maatschappelijke evoluties en al wat jullie kunnen doen is hier en daar wat oplapwerk? Luc Voets: Nee, wij moeten ons aanpassen aan de nieuwe problemen op een sociaal aanvaardbare manier. We hebben een traditie van sociaal overleg in België en daarom is het beter dat nieuwe maatregelen eerst met ons besproken worden in plaats van ze door de strot te willen rammen want dan komt het tot conflicten en acties. Maar de regering benadrukt wel dat alle maatregelen die ze nemen kaderen in een globaal plan. Missen jullie geen globaal project om daar tegenover te stellen? Luc Voets: Onze visie is moeilijker omdat ze alomvattend is. Wij spelen niet in op angstgevoelens. Onze visie steunt op de noodzaak om voldoende economische groei te hebben. Daarvoor is een ander Europa nodig dat wel werk maakt van een goede werkgelegenheidsstrategie, dat wel werk maakt van investeringsprogramma's die onze maatschappij competitiever maken maar dan in de goede zin van het woord met betere technologie enzovoort. Daarnaast hebben wij ook voorstellen voor een alternatieve financiering van de sociale zekerheid. Misschien moet je niet alle lasten door de werknemers laten dragen. Je kan werk maken van de invoering van een algemene sociale bijdrage die niet alleen zou gelden voor de werknemers maar ook voor de zelfstandigen en de inkomens uit kapitaal. |
andere financiering by HermanL Tuesday, Feb. 17, 2004 at 10:25 PM |
Luc Voets zegt het pas op het einde van het gesprek, en dan nog ontzettend aarzelend, alsof hij nauwelijks gelooft in dat idee (en alsof hij meent nu ter plaatse iets heel gewaagds en heel origineels te zitten verzinnen): "Misschien moet je niet alle lasten door de werknemers laten dragen..."
Natuurlijk moet je niet alle lasten door de werknemers laten dragen, Luc!
Het "probleem" van de vergrijzing en van het dalend aantal actieven (en actieve jaren) bestaat toch maar in de mate dat de sociale zekerheid zo zwaar op de schouders van de actieve bevolking weegt.
Waarom zou je met een beetje goede wil geen ideale maatschappij kunnen bedenken waar slechts een derde van de mensen gedurende 10 jaar van hun leven hard en gemotiveerd voor een bedrijf en/of voor de overheid werkt, en waar een stevige sociale zekerheid en een koopkrachtig inkomen van iedereen gegarandeerd wordt door een eerlijke verdeling van de opbrengsten van alle economische factoren?
Ik ben geen econoom, maar ik ben er zeker van dat alleen liberale en neoliberale economen (zijn er eigenlijk nog andere economen in ons land, in Europa, op deze wereld?) deze utopie als een gruwelijke nachtmerrie beschouwen.