arch/ive/ief (2000 - 2005)

De Affaire Hendrik De Man: een verslag van het debat
by jan buelinckx Monday, Jan. 26, 2004 at 1:54 PM
janbuelinckx@yahoo.com

Op donderdag 22 januari vond in Gent een debatavond plaats over Hendrik De Man. Hieronder een verslag van de avond.

De Affaire Hendrik De Man. Actualiteit van socialisme en andersglobalisme.

Verslag van het debat op 22 januari 2004 in Gent

Op donderdag 22 januari 2004 organiseerden de Studenten Tegen Racisme (STER) in samenwerking met de Leesgroep ‘inlees(f)werkplaats’, Masereelfonds Gent en vzw ’t Uilekot een kritische debatavond over het denken van Hendrik De Man. Sprekers waren Guy Desolre (docent ULB, lid van de Parti Socialiste en vice-gouverneur van Vlaams-Brabant), Jaap Kruithof (professor emeritus Ugent, lid van Attac) en Raf Verbeke (syndicalist). Het geheel werd in goede banen geleid door historica Griet Van Meulder. Het debat ging door in Studentenhuis De Brug in Gent. 60 aanwezigen, jongeren en ouderen, luisterden naar een boeiend debat over de op zijn minst controversiële figuur Hendrik De Man.


* Inleiding door moderator Griet Van Meulder

Griet Van Meulder legde een en ander uit over hoe dit debat over De Man tot stand is gekomen. Het begon met de Leesgroep ‘inlees(f)werkplaats’ die enige tijd geleden een informele discussieavond organiseerde over ‘ethisch socialisme’, met onder andere aandacht voor de ‘Psychologie van het Socialisme’ van De Man uit 1926. Uit die discussie bleek dat het denken van De Man reeds in de jaren 1920 reactionaire kenmerken vertoonde. Het thema ‘ethisch socialisme’ werd door de leesgroep gekozen omdat wij constateerden dat de ideeën van De Man opnieuw opgang maken. Ze worden door een bepaalde stroming binnen de SP.A opgerakeld. Iemand als bijvoorbeeld Debatselier steekt zijn sympathie voor De Man niet onder stoelen of banken. Het ethisch socialisme was dan ook expliciet aanwezig in zijn politiek project ‘Signaal’ van de jaren ’90.
De organisatie van een colloquium over De Man door het AMSAB op 12 december 2003 verwonderde de organisatoren van het debat dan ook niet. Tijdens dit colloquium werd geen enkel diepgaand debat gevoerd over het concrete politieke traject van De Man: van socialisme tot fascistische ontsporing. De enige kritische stem was de BBTK die een protestpamflet uitdeelde aan de ingang van de zaal. Het colloquium leek dan ook sterk op een politieke rehabilitatie van Hendrik De Man in het kader van de huidige SP.A-campagne voor een “ethisch socialisme”.
Op de uitnodigingsfolder van het colloquium werd geschreven dat het initiatief mede georganiseerd werd door tal van organisaties én door verschillende vakgroepen Geschiedenis van Vlaamse universiteiten (Ugent, VUB en KUL). Dit gaf sterk de indruk dat omtrent de figuur van De Man unanimiteit bestaat bij historici en bij de Vlaamse linkerzijde. Op zich een verontrustende vaststelling. Nochtans bestaat die unanimiteit die de Demanisten blijkbaar poogden te creëren, gelukkig niet. De organisatoren van de kritische debatavond van 22 januari ontvingen tal van positieve reacties. En vanuit de Vakgroep geschiedenis van de VUB ontving men het bericht dat op geen enkel moment formeel of informeel aan de vakgroep gevraagd is geweest om mee te werken aan het colloquium. De vermelding van de VUB op de folder en de website als medeorganisator is dus gewoon niet juist.
Griet Van Meulder wees er op dat de organisatoren van het debat niet de pretentie hadden een soort ‘alternatief colloquium’ te organiseren, noch zich als dé specialisten van het œuvre van De Man te willen profileren.
Deze debatavond werd georganiseerd omdat men van mening is dat de kwestie van het ethisch socialisme en de poging tot rehabilitatie van De Man een politieke kwestie is die geen monopolie mag zijn van een academisch milieu maar van belang is voor de hele arbeidersbeweging. De poging tot het realiseren van eerherstel voor een figuur als De Man maakt immers deel uit van een doelbewuste politieke constructie van ideologie door een belangrijke stroming binnen de SP.A.


* Guy Desolre

Guy Desolre haalde in zijn exposé drie belangrijke gebeurtenissen aan die op een rehabilitatie van Hendrik De Man wijzen door de Vlaamse socialisten.

1. Colloquium te Genève in 1973

20 jaar na de dood van De Man organiseerde de vakgroep publiek recht van de Universiteit van Genève een 3-daags colloquium. Het colloquium was het initiatief van Ivo Rens (prof. aan de rechtsfaculteit van Genève), zoon van Jef Rens, een man die een belangrijke functie had bekleed bij de Internationale Arbeidsorganisatie in Genève én bevriend was met Hendrik De Man, die ook in Genève vertoefde na zijn collaboratie. Guy Desolre ging in de plaats van de bekende marxistische econoom Ernest Mandel, die Zwitserland niet binnen mocht wegens zijn agitatorische activiteiten (nvdr: Mandel was actief in de trotskistische Vierde Internationale). Desolre kende Mandel van in de Jeunes Gardes Socialistes (de Socialistische Jonge Wacht, een organisatie waar Hendrik De Man ook nog actief in geweest was in het begin van de 20ste eeuw). Desolre kende al een en ander over De Man. Hij schreef het artikel ‘Hendrik De Man et le marxisme. Critique critique de la critique’, wat zoveel betekende als een marxistische kritiek van De Mans kritiek op Marx. Op het colloquium te Genève waren niet echt prominenten aanwezig uit de BSP (de toenmalige SP.A. Er waren een aantal Vlaamse socialisten zoals Piet De Buyser, Piet Frantzen en Maurits Naessens + de familie van De Man. Volgens Desolre is de familie er altijd bij als er weer iets te doen is over hun familielid. (nvdr: uw dienaar kan dat bevestigen. Op het colloquium in december jongstleden was de schoondochter van De Man aanwezig). Omdat over de figuur van De Man in die tijd nog een politiek taboe rustte, bleven de prominenten uit de BSP weg. Meer zelfs, in het partijbureau was de stille wenk gegeven beter niet naar Génève over te vliegen. Hoofdspreker was Michel Brélaz (nvdr: ook op het jongste colloquium aanwezig), die twee uur lang de kritiek van Desolre trachtte te weerleggen. Herman Balthazar zorgde er toen nog voor dat Desolre evenveel tijd kreeg om te repliceren.

2. Eeuwfeest Hendrik De Man in 1985 in het AMVC te Antwerpen

In het Archief en Museum voor het Vlaamse cultuurleven vond in 1985 een tentoonstelling plaats over Hendrik De Man. Het was het initiatief van toenmalig burgemeester Bob Cools (nvdr: ook aanwezig op colloquium jongstleden) en de Vereniging voor de Studie van het werk van De Man, die 12 jaar eerder was opgericht in Genève. Desolre maakte in het blad ‘Links’ een bespreking van de tentoonstelling. In feite ging het niet om een bespreking, maar om de conclusies van een seminarie dat hij zelf met enkele vrienden had georganiseerd aan de universiteit van Luik (in het kader van seminaries over emblematische historische figuren). De conclusies waren de volgende:

- De Man is een product van de Belgische maatschappij
- De Man is eerst een marxist, integreert zich in het klassieke reformisme, stelt dat ook in vraag en eindigt bij het fascisme
- De Man heeft nooit enige binding gehad met de proletarische basis
- De Man heeft nooit zijn stempel kunnen drukken op de partij
- De Man is nooit een echt staatsman geweest
- De Man is, hoewel afkomstig uit een grand bourgeois milieu, nooit echt aanvaard in de kringen van de Belgische burgerij, op een paar salons na, al kon hij gemakkelijk de vertegenwoordiger geworden zijn van de modernistische stromingen binnen de Belgische bourgeoisie.
- De situatie van De Man is een zonderlinge situatie => de centrale vraag moet zijn: wat zijn de oorzaken van deze situatie?

3. Colloquium ‘De erfenis van Hendrik De Man’ in 2003 te Antwerpen

Desolre vertelde dat hij was uitgenodigd voor dit colloquium, maar dat hij niet is gegaan, omdat hij zijn ambtsgenoot Herman Balthazar, gouverneur van Oost-Vlaanderen niet wilde schofferen. Hij had verschillende mails en telefoontjes gekregen om in de tegenaanval te gaan, maar hij heeft het dus niet gedaan. Vooral de zin in de introductiefolder ‘De Man is na Marx de grootste denker van de socialistische beweging’ stuitte Desolre tegen de borst. Volgens Desolre kan het ideeëngoed van De Man niet gescheiden worden van zijn teloorgang. Dat is ook iets waar Ernest Mandel op wees in zijn artikel ‘De Man, een intellektuele tragedie’ uit 1959 in het blad ‘Links’. Een ander feit waar Desolre in zijn exposé op wees, was dat Paul-Henri Spaak in feite hetzelfde dacht als De Man, maar op het moment dat WOII uitbrak wedde op de Engelsen, terwijl De Man, aldus Desolre, op de nazi’s wedde.

Waarom is er nu zoveel interesse voor De Man in de SP vandaag? Volgens Desolre leefde die interesse vroeger ook al. Reeds kort na de dood van De Man in 1953 dweepten enkele jongsocialisten (o.a. Mon Franssens) met De Man. Een reden voor die interesse van vandaag en vroeger ligt volgens Desolre in de geringe theorievorming binnen de Belgische arbeidersbeweging. Er waren grote figuren als Camiel Huysmans, maar die lieten weinig geschriften na. Vandervelde wel, maar zijn werk is theoretisch tegenstrijdig. Bleef iemand als Hendrik De Man die een groot oeuvre heeft nagelaten. Een andere reden is het belang van ethiek dat de laatse jaren opgang heeft gemaakt binnen de sociaal-democratie. Dat ethische discours is er volgens Desolre gekomen na al de schandalen die er geweest zijn (Dassault, Agusta, edm). Een verduidelijking van die klemtoon op ethiek is dat op het congres van de Socialistische Internationale van oktober 2003 in het Braziliaanse Sao Paolo 160 partijen uit 140 landen een ‘ethisch charter’ goedkeurden, waarin de ethische waarden als grondslag voor de sociaal-democratie een voorname plaats kregen toegekend.


* Jaap Kruithof

Een gedreven Jaap Kruithof maakte in zijn uiteenzetting brandhout van De Man en van diegenen die De Man willen rehabiliteren. Hieronder de krachtlijnen van zijn betoog:

Herman Balthazar, de vijfde poging om De Man te rehabiliteren

Kruithof had geen goed woord voor Herman Balthazar, iemand die hij nog had gekend aan de universiteit. Volgens Kruithof heeft Balthazar al vijf keer een offensief ondernomen om De Man te rehabiliteren:

1. in 1959: als reactie erop schreef Mandel een artikel in ‘Links’
2. in 1973: het colloquium te Genève
3. in 1985: tentoonstelling Antwerpen n.a.v. eeuwfeest De Man
4. in 1999: studiedag van de Vereniging voor de Studie van het werk van De Man
5. in 2003: het AMSAB-colloquium te Antwerpen

Wat beogen ze met een rehabilitatie?

Kruithof stelde de volgende sarcastische vragen:

- Is het het huldigen van het feit dat De Man in 1940 de BWP heeft ontbonden en de kant van het fascisme heeft gekozen? Dat kan niet .
- Is het omdat De Man vond dat vertrekken van een klassenstandpunt verkeerd was en dat de klassenstrijd niet meer bestond of verdwenen was? Wie de geschiedenis van de 20ste eeuw bekijkt en hoe de multinationale ondernemingen de wereld hebben gemaakt naar hun eisen, kan dat toch moeilijk serieus nemen.

Waarom wil men deze figuur rehabiliteren?

De theorie van De Man

Volgens Kruithof baseerde De Man zich op het mechanisch materialisme van Kautsky en niet op het dialectisch materialisme van Karl Marx. De Man weerlegde de theorie van Marx en poneerde dat arbeiders een minderwaardigheidscomplex hebben, omdat ze dat nu eenmaal hebben. Volgens Kruithof is dit klinkklare onzin. De Man heeft volgens hem Marx niet begrepen of niet willen begrijpen, namelijk dat er in de meest essentiële relatie tussen mensen maatschappelijke rijkdom gestolen wordt (de diefstal van de meerwaarde). Volgens Kruithof is de klassenstrijd niet tegengesteld aan de realisering van ethische waarden te stellen, omdat het ethische in alle menselijke dingen zit ,ook in de klassenstrijd. De Man stelt beide wel tegenover mekaar en geeft geen enkele verklaring voor de oorsprong van de psychologische complexen en driften die de maatschappelijke beweging drijven. Een beetje te vergelijken met Lacan die zijn theorie ook baseerde op de “eindeloze onuitputtelijke” behoeften van de mens zonder inachtneming van het concrete belangenconflict waarbinnen die behoeften naar voor komen.

In het denken van De Man van de jaren 1910, ’20 en ’30 zitten elementen die in de richting gaan van een fascistische gedachtengang:

1. de democratie is rotzooi
2. plutocraten en geldmachten zijn tegenstanders (inclusief de joden, want dat zijn plutocraten)
3. de massa wordt geleid door gevoelens (het inferioriteitscomplex)
4. de mens wordt geleid door instincten (zo IS de mens nu eenmaal is de verklaring)

Volgens Kruithof zijn dit niet-wetenschappelijke rechtse ideeën. De Man zoekt verklaringen in de irrationele psychologie en kant zich tegen het scientisme (nvdr: vorm van positivisme, idee dat enkel datgene echt is wat exact-wettenschappelijk verklaard kan worden)

De sociaal-democratie en de andersglobalisten

Kruithof haalde scherp uit naar Frank Vandenbroucke en naar de paarse regering. Vandenbroucke en co werken samen met het neoliberalisme en dat is iets wat men als socialist niet kan doen. Andersglobalisten kanten zich tegen het neoliberale wereldsysteem en willen dat vervangen door een ander menswaardig wereldsysteem. De SP.A neemt volgens Kruithof enkele leuke ideeën over van de andersglobaliseringsbeweging, maar weigert het neoliberalisme als systeem in vraag te stellen.


* Raf Verbeke

Raf Verbeke sprak vanuit syndicale invalshoek over Hendrik De Man. Hij beaamde de opmerkingen van Jaap Kruithof, die er in feite op neerkwamen dat het denken van De Man reeds vroeg uiting gaf van een reactionaire verglijding. Raf kent De Man vanuit de vakbondsvorming van het ABVV. Volgens hem is het denken van De Man altijd onderhuids in de vakbond blijven leven. De Man was nota bene de oprichter van de vakbondsvorming. In 1921 organiseerde De Man samen met De Brouckère een studieweek over arbeiderscontrole/arbeiderstoezicht. De eis van Arbeiderscontrole is in wezen een progressief antwoord op de macht van het kapitaal. Het gaat om de realisatie van een economische democratie. Het klassieke reformisme (De Brouckère) vatte de realisatie van die eis als een uitbreiding van de politieke democratie die in de instellingen van de staat door het algemeen stemrecht was verworven. De Man was daar voor en steunde dit emancipatorische karakter van deze uitbreiding. Maar hij geeft van bij het begin een reactionaire inhoud geven aan deze visie. De Man geeft aan een progressieve discussie al vlug een reactionaire inhoud. (Hij gebruikt daarbij ervaringen van voor het kapitalisme.) De strijd voor democratie in de onderneming is voor hem de strijd van de bevrijding van de mens IN de arbeid. Arbeid en de sociale strijd op werkplek wordt onttrokken aan zijn concrete sociaal-historische situatie. In een ethisch-socialistisch kader leidt dit tot autoritair denken. Volgens Raf kwam dit doordat hij ontgoocheld was in de arbeidersklasse nadat hij had meegevochten in WOI in de loopgraven. Raf Verbeke poneerde ook nog de thesis (die eens zou moeten onderzocht worden door historici), dat De Man discussies over arbeiderscontrole uit de Russische Revolutie in 1917 heeft overgenomen, daar een eigen vorm en interpretatie aan gegeven heeft en ze dan tegen het prestige van de Sovjetunie in de werkende bevolking heeft gericht.

Het Plan van de Arbeid is ongetwijfeld de belangrijkste bijdrage van De Man in de arbeidersbeweging. Het was een poging om het oprukkende fascisme tegen te houden door de werkloosheid tegen te gaan (met o.a politiek van grote openbare werken, structuurhervormingen, nationalisatie van sleutelsectoren). Het Plan werd snel begraven, toen de BWP toetrad tot de regering in 1935. De Man was sterk gekant tegen de grote staking van 1936 en heeft die ook helpen breken. De realisering van economische democratie is volgens De Man geen resultaat van democratische klassenstrijd maar van autoriataire staatscontrole binnen het kader van de burgelijke democratie.
Het is De Mans autoritaire opvatting over arbeid, democratie en de staat die verantwoordelijk is voor de mislukking van de Planbeweging en de nieuwe ontgoocheling in de strijd tegen de werkloosheid.


* Jaap Kruithof

Op de vraag wat de relatie was tussen de crisis van de jaren 1930 en de evolutie in het denken van De Man, antwoordde Kruithof dat De Man al in de jaren ’20 rechts was. In zijn ‘Psychologie van het Socialisme’ uit 1926 keert De Man zich tegen het materialisme en stelt hij ethische/psychologische categorieën in de plaats. Volgens Kruithof breekt De Man met de essentie van Marx, namelijk dat er uitbuiting plaatsvindt in de arbeid en dat er diefstal is van de meerwaarde. In het marxisme zit natuurlijk ethiek, aldus Kruithof. (Is de ethiek misschien uitgevonden door John Rawls? nvdr: Rawls was een Amerikaans sociaal-democratisch filosoof en groot idool van Frank Vandenbroucke) De klassenconceptie is natuurlijk ook een ethische categorie, maar één met een reële grondslag. Alle menselijke dingen zijn ethisch. Kruithof stelt dan ook dat hele ‘ethische-grondslagen-discours’ dat vandaag plaatsvindt (De Batselier, Koen Raes, etc...) sterk in vraag.


* Guy Desolre

Op de opmerking uit de zaal die suggereerde dat de ontsporing van De Man ondermeer te maken zou hebben met het feit dat hij afkomstig was uit de burgerij antwoordde Desolre dat dergelijke fascistische ontsporing ook voorkwam bij belangrijke figuren uit de arbeidersbeweging die zelf afkomstig waren uit de arbeidersklasse, vb. Doriot, de Franse communist die in 1934 al collaboreerde met de fascisten en zelfs meevocht aan het Oostfront tijdens WOII.


* Jaap Kruithof

Volgens Jaap Kruithof is het inderdaad een gewaagd onderwerp: socialisten die bij uiterst-rechts terecht komen. Vasthouden aan de basisopvattingen van het socialisme kan belangrijk zijn om niet te buigen voor autoritaire stromingen, zoals fascisme of stalinisme, aldus Kruithof.


* Raf Verbeke

Raf Verbeke verwees nog naar een zeer belangrijk boek dat interessant is voor dit debat, namelijk het werk ‘Ni droite, ni gauche’ van de Israëlische historicus Zeev Sternhell. Hierin wordt de mogelijke overgang van socialisme naar fascisme veel vroeger gesitueerd dan men gewoonlijk doet, nl. op het eind van de 19° eeuw in het Frankrijk van de zaak Dreyfus wanneer de basis wordt gelegd van een eerste fascistische ideologie steunend op anti-semitisme en afkeer voor de moderne burgerlijke democratie.


* Tot slot: een korte bibliografie

ALALUF Mateo, Pierre Naville contre Henri De Man à propos de “Psychologie, marxisme, materialisme”, in: Des sociologues face à Naville ou l’archipel des savoirs. Paris, L’Harmattan, 1997.

ALALUF Mateo, Henri De Man et la joie au travail, résumé présenté lors de l’après-midi d’études du 20 novembre 1999 organisée par l’Association pour l’étude de l’oeuvre d’Henri De Man.

DE MAN Henri, Au delà du marxisme. Paris, Editions du Seuil, 1974. (vertaling is Psychologie van het Socialisme)

DESOLRE Guy, Henri De Man et le marxisme. Critique critique de la critique, in: Contradictions, nr. 44, 1985.

MANDEL Ernest, Hendrik De Man: een intellektuele tragedie, in: Links, 11 juli 1959.

MERCKX Kris, Het Sienjaal: een mix van ethisch socialisme en Vlaams nationalisme. Over het “radicaal-democratisch project” van Maurits Coppieters en Norbert De Batselier, in: Marxistische Studies, http://www.marx.be/NL/dossiers/em32/article_181.html

ROSSEEL Eric, Ethisch Socialisme in Vlaanderen. De 20ste eeuw overbrugd. Brussel, VUBPress, 1996.

STERNHELL Zeev, Ni droite, ni gauche. L’idéologie fasciste en France. Editions Complexe, 1987.

en verder:

Verslag van het colloquium van 12 december 2003 is te lezen op volgende URL: http://indymedia.all2all.org/news/2003/12/79023.php

Folder voor het debat van 22 januari 3004 is te lezen op volgende URL: http://indymedia.all2all.org/news/2004/01/79513.php


Jan Buelinckx (26/01/04)


"l'avenir du socialisme est liberal"
by raf Verbeke Monday, Jan. 26, 2004 at 10:22 PM
carineraf@pandora.be

In Le Soir van vandaag staat een interview met de Franse filosofe Monique
Canto-Sperber (p.10) met als grote titel: " L'avenir du socialisme est
libéral". In het interview zet ze zich af tegen het marxisme en zegt
onderandere: " Le socialiste belge Henri De Man, dans "Au-delà du marxisme",
démontre dès la fin des années '20 que le marxisme est dépassé."