arch/ive/ief (2000 - 2005)

2 jaar na het faillissement van Sabena
by ACV-verbond Brussel-Halle-Vilvoorde Thursday November 06, 2003 at 03:37 PM

Twee jaar na het faillissement van Sabena heeft het ACV de toestand op de luchthaven in kaart gebracht.

1.Vooreerst hebben we kennis genomen van de resultaten van de werking van de tewerkstellingscellen in de drie gewesten voor de wedertewerkstelling van de ex-Sabenawerknemers. Met 79% wedertewerkstelling voor de werknemers in Vlaanderen, 76% voor Wallonië en 74% in Brussel zijn de resultaten niet slecht. Ook al zeggen deze cijfers niets over de kwaliteit van de nieuwe jobs en over hoe de ex-Sabéniens dit ervaren.

Onze bezorgdheid gaat vooral naar de 1.774 Sabéniens die momenteel nog werkloos zijn of opnieuw werkloos zijn. Inzonderheid vestigen we de aandacht op de groep van laaggeschoolde arbeiders. De percentages van wedertewerkstelling van werknemers uit een aantal Brusselse gemeenten is aanzienlijk lager dan het gemiddelde voor Brussel. Zo haalt bijvoorbeeld Sint Gillis slechts 62%, Vorst 64%, Schaarbeek 66%, Molenbeek 67% en Brussel 69%. Uit deze gemeenten kwamen vooral laders, schoonmakers, arbeiders in de catering, chauffeurs,… .

Wij vragen dan ook dat de gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling zich blijven inzetten om alle werkzoekende Sabéniens verder te begeleiden naar werk, ook nu eind november de tewerkstellingscellen hun activiteiten stoppen.

Wij doen ook een appèl op de werkgevers van de luchthaven dat zij hun vacatures overmaken aan de drie gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling. Er zijn immers nog een belangrijk aantal werknemers die een baan zoeken en ervaring hebben opgedaan op de luchthaven.

2. Wij onderstrepen het belang van de nationale luchthaven voor de Belgische economie en de tewerkstelling. Met het wegvallen van Sabena als belangrijke home carrier en met het spectaculair verminderen van het transitverkeer heeft de tewerkstelling op de luchthaven zware klappen gekregen. Volgens de gegevens van Biac werkten er op het luchthavengebied eind 2000 nog 26.784 mensen en eind 2002 was dit teruggevallen tot 19.905. Toch was de totale economische impact van de luchthaven op de Belgische economie volgens de recente studie van Prof. Sleuwagen eind 2002 nog goed voor 60.511 jobs ( directe en afgeleide jobs) en 3.884 miljoen euro toegevoegde waarde. De verdere economische ontwikkeling van de luchthaven, in goede samenhang met de omgeving, is dan ook onontbeerlijk voor het herstel en de groei van de tewerkstelling. Wij hebben dan ook raar opgekeken hoe de overheid de jongste jaren onzorgvuldig is omgesprongen met allerlei plannen. Van het ballonetje van Verhofstadt om de luchthaven te verplaatsen naar een nog niet gevonden plaats in België tot de vele plannen tot wijziging van de vertrek- en aanvliegroutes. Bij manier van spreken is iedereen nu wakker geworden. Waarmee we niet willen zeggen dat er geen maatregelen moeten genomen worden om de hinder zo veel als mogelijk te beperken.

Wat wij vragen is een samenhangend beleid van de diverse overheden om zowel de economische ontwikkeling verder mogelijk te maken als om de milieu-aspecten aanvaardbaar te beheersen.

3. Voor deze verdere ontwikkeling zijn twee aspecten inzonderheid van belang. Dat zijn de betere ontsluiting van de luchthaven op de eerste plaats via het openbaar vervoer en de ruimtelijke planning voor de luchthavenregio.

Daarom mag niet getalmd worden met de aansluiting van de luchthaven op het internationaal en binnenlands spoorwegnet. Daarbij moet werk gemaakt worden van de rechtstreekse verbinding tussen luchthaven en Antwerpen via het spoor met ook stopplaats in Brucargo en met het voorzien van het HST-station. De belangrijkste ons omringende luchthavens zijn bijna allen rechtstreeks bereikbaar via de HST. Voor deze ontsluiting naar het noorden is de principiële beslissing reeds genomen. De uitvoering is voorzien tegen 2010. Wij dringen er echter op aan dat reeds vroeger met de uitvoering wordt begonnen, willen we de trein niet missen.

Om de mobiliteit beter te beheersen, om ruimte te voorzien voor economische activiteiten en om een betere afstemming te hebben met de woongebieden is een ruimtelijk uitvoeringsplan voor de luchthaven noodzakelijk. Dit is reeds langer dan van vandaag gevraagd. Tot op heden is het echter nog geen schot in de zaak gekomen.

4. Het herstel van de tewerkstelling op de luchthaven zal mede afhankelijk zijn van de evolutie van de luchtvaartmaatschappijen met standplaats Zaventem. SNBA telt vandaag 1.589 personeelsleden. Dat zijn er 130 meer dan bij de oprichting. In de wandelgangen wordt de toekomst ervan gelinkt aan de andere Belgische luchtvaartmaatschappij Virgin. Virgin telt momenteel 830 werknemers. Sobelair met 560 werknemers zoekt nog een partner voor het einde van het jaar. Ook Sabena Technics met 1.341 werknemers zoekt nog steeds naar een stabiele financiële en industriële partner. De toekomst van de vroegere motorenafdeling van Sabena ( SBB) hangt dan weer grotendeels af van de toekomst van Sabena Technics.
Na de klap van Sabena moet alles in het werk worden gesteld dat deze maatschappijen kunnen overleven en verder doorgroeien.

5. Wij willen op de luchthaven niet alleen jobs, maar ook kwalitatieve jobs. Daarvoor komen we als ACV op. Wij hebben evenwel moeten vaststellen dat samen met de crisis in de luchtvaart er een enorme druk is uitgegaan van de werkgevers op de loon- en arbeidsvoorwaarden. Niet alleen werden de nieuwe bedrijven, gegroeid uit de ex-Sabena-activiteiten, ondergebracht in “goedkopere” paritaire comités maar is ook de flexibiliteit opgevoerd. Flexibliteit die er bestaat onder vele vormen zoals contractuele flexibiliteit met een toename van deeltijdwerk, meer contracten van bepaalde duur, interimarbeid. Sprekende voorbeelden van uurrosterflexibliteit vinden we bijvoorbeeld bij BGS: shiften tussen 3 en 9 uur, alle uren van dag en nacht kunnen shifts beginnen, tot 24 uur kan shift gewijzigd worden, uurrooster pas 7 dagen op voorhand definitief, … En haast overal is de functionele flexibliteit toegenomen. Iedereen moet langzaam maar zeker alles doen.
Onze afgevaardigden in de bedrijven doen er alles aan om de loon- en arbeidsvoorwaarden te verbeteren en om te waken dat de veiligheid en de gezondheid van de werknemers wordt gewaarborgd. Veel moet echter opnieuw opgebouwd worden. Een lange weg moet nog gegaan worden niet alleen voor de strijd voor jobs tout court, maar ook voor kwaliteitsvolle jobs. Wij laten dit perspectief echter niet los.
Dat is onze opdracht, daar werken we aan.

Voor ACV-Luchthavencomité
Luc Debast, secretaris ACV-Luchthavencomité

Voor ACV- verbond Brussel-Halle-Vilvoorde
Guy Tordeur, Verbondssecretaris