ABVV: Evaluatie van het regeerakkoord by ABVV Wednesday July 16, 2003 at 01:34 AM |
Het ABVV nam kennis van de ambitie van de nieuwe regering om rekening houdend met het reële gevaar van deflatie en recessie nieuwe stimulansen te geven voor een economisch herstel, voor de creatie van tweehonderdduizend nieuwe banen en voor een snelle overgang naar een kennismaatschappij om onze welvaart te handhaven binnen een uitgebreide EU en een geglobaliseerde wereld.
Het ABVV is verheugd te kunnen vaststellen dat de regering hierbij een synthese nastreeft van economische, sociale en ecologische bekommernissen door een stimulerend beleid van duurzame ontwikkeling te willen voeren, en dat ruimte laat voor sociaal overleg. Dit laatste zal onmiddellijk geconcretiseerd worden door de organisatie in september van een werkgelegenheidsconferentie.
Alhoewel de intenties goed zijn blijven verschillende oriënteringen vaag en doen ze - mede door het ontbreken van een duidelijk financieel kostenplaatje en van een aanwijsbare financiering - vragen rijzen.
Het blijft bovendien onduidelijk in hoeverre de verschillende maatregelen - ook deze inzake sociale zekerheid - een voldoende evenwicht handhaven tussen loontrekkenden en zelfstandigen, en nog meer in hoeverre de fiscale maatregelen zullen bijdragen tot meer of tot minder fiscale rechtvaardigheid.
Een bouwheer kan goede voornemens hebben maar de beoordeling gebeurt bij de afwerking van de woning. Het ABVV zal de concrete uitvoering van het regeerakkoord dan ook met waakzaamheid opvolgen.
1. WERKGELEGENHEID.
De ambitie van de regering om 200.000 nieuwe jobs te creëren strookt volledig met de prioriteit die het ABVV vroeg voor de werkgelegenheid. Het ABVV wil dan ook op een constructieve wijze deelnemen aan de werkgelegenheidsconferentie van september maar stelt nu al dat de doelstelling van 200.000 extra jobs:
* slechts schone schijn zou zijn indien de regering tegelijkertijd zou beslissen om tienduizenden banen te schrappen in de overheidsbedrijven.
* slechts oogverblinding zou zijn indien dit cijfer gehaald wordt door de promotie van deeltijdse en zeker van kleine deeltijdse jobs. Het ABVV verzet zich daarom tegen extra stimulansen die gericht zouden zijn op de promotie van precaire banen
* vooral moet gericht zijn op de promotie van werkgelegenheid bij de loontrekkenden op arbeidsgerechtigde leeftijd en niet door het aanmoedigen van toegelaten arbeid na de wettelijke pensioenleeftijd
Het ABVV is wel verheugd dat de regering bij de afkondiging van de werkgelegenheidsconferentie duidelijk verwijst naar de verantwoordelijkheid van de werkgevers en bekommerd is om anomalieën van vorige lastenverlagingen weg te werken door:
* geen lineaire maar gecibleerde lastenverlagingen voor te stellen
* extra en overlegde inspanningen te vragen rond vorming, opleiding en arbeidscreatie
* er bij de nieuwe lastenverlaging naar te streven om – zoals het ABVV eiste – de loonval weg te werken. Zo zullen loonsverhogingen niet langer afgeremd worden uit vrees voor verlies van de lastenverlaging en zal de nieuwe techniek toelaten om bij volgende IPA-onderhandelingen te streven naar een verhoging van het gewaarborgd bruto maandinkomen
Het ABVV verwacht dat alle aangekondigde werkgelegenheidsmaatregelen ten gronde kunnen besproken worden op de werkgelegenheidsconferentie en dat er gewerkt wordt met een open agenda . Het ABVV zal in elk geval van de conferentie gebruik maken om :
* te beklemtonen dat lastenverlagingen niet automatisch tot meer jobs leiden en dus voorstellen uit te werken om de nieuwe lastenverlagingen extra te conditioneren. Zo lijkt het ons noodzakelijk om de uitbreiding van de lastenverlaging voor 55-plussers efficiënter te maken door het ontslag van oudere werknemers (in de eerste plaats arbeiders) te bemoeilijken
* extra inspanningen te eisen om de achterstand die België opgelopen heeft inzake vormingsinspanningen weg te werken: vandaag zitten we opnieuw op het niveau van 1998 met onze vormingsinspanningen en de kloof met de buurlanden is verdubbeld
* te eisen dat tegenover voordelen voor de werkgevers ook rechtstreekse voordelen voor de werknemers staan. Als het plafond voor de bijdragevermindering van de werkgevers zou opgetrokken worden tot 2000 euro moeten ook alle werknemers met een loon tot 2000 euro per maand een lastenverlaging krijgen. Dit zou toelaten om bijna 1,5 miljoen werknemers een opslag te geven (860.000 mensen meer dan de groep die vandaag van een verlaagde werknemersbijdrage geniet)
* toe te zien op een voldoende alternatieve financiering van de sociale zekerheid die minstens de nieuwe lastenverlagingen moet compenseren en die tewerkstellingsvriendelijker moet worden zoals gevraagd in ons memorandum
* concrete afspraken te maken over de manier waarop de afschaffing van de stempelcontrole en de invoering van een trajectbegeleiding, samen met vormingsprogramma’s, maximaal zou kunnen uitmonden in een reguliere tewerkstelling en zo te voorkomen dat deze maatregel zou uitmonden in een nieuw uitsluitingsmechanisme voor de werklozen. We zullen in dit verband ook pleiten voor zowel de verhoging van de werkingsmiddelen voor de trajectbegeleiding als voor de onmiddellijke afschaffing van art.80 wat niet belet dat misbruiken van de werkloosheidsverzekering moeten aangepakt worden.
* industrieel beleid, innovatie en wetenschappelijk onderzoek, overheidsinvesteringen en mobiliteit moeten ook op de agenda van de werkgelegenheidsconferentie gebracht worden
Het ABVV :
* stelt dat het onaanvaardbaar is dat er opnieuw een plafond zou ingevoerd worden voor de sociale bijdragen, terwijl er een gebrek is aan middelen voor een echt systeem van welvaartsaanpassingen van zowel de berekeningsplafonds als van de sociale uitkeringen zelf
* wenst meer duidelijkheid over de oriëntering om vervroegde pensionering te ontmoedigen. Het wijst erop dat op dit ogenblik haast niemand nog een beroepsloopbaan van 45 jaar behaalt en zal geen maatregelen aanvaarden die neerkomen op een verkapte verlaging van de werknemerspensioenen.
2. SOCIALE ZEKERHEID.
Het ABVV is tevreden dat het regeerakkoord wil streven naar het behoud van toegankelijke en kwalitatief hoogstaande gezondheidszorgen en dat - door een groei van de uitgaven met 4,5% in reële termen te voorzien - rekening wordt gehouden met de oplopende kosten ingevolge de vergrijzing en het bestaan van nieuwe noden. Dit betekent wel dat er ook werk moet gemaakt worden van een grotere responsabilisering langs de aanbodzijde.
Inzake de uitkeringen voorziet het regeerakkoord de uitwerking van een meerjarenprogramma waarin een “band mogelijk gemaakt wordt van sommige plafonds en inkomensdrempels met de welvaart, evenals van sommige sociale uitkeringen”.
Deze intentie is voor het ABVV zeer belangrijk, maar tegelijk nog heel vaag.
Het ABVV eist daarom :
*
Een meerjarenplan met een significante inhoud dat volgens het ABVV reeds in 2004 moet starten en dat duidelijke zicht moet bieden op de verdere koppeling van uitkeringen en berekeningsplafonds aan de welvaart zodat de uitkeringstrekkers reële perspectieven hebben
*
De omvang van de aangeboden budgettaire marges voor sociale verbeteringen en de juiste intenties inzake alternatieve financiering
*
De financieringswijze van de voorgestelde sociale verbeteringen voor de zelfstandigen die recht hebben op een goed sociaal statuut op voorwaarde dat ze evenwaardige financieringsinspanningen doen als de loontrekkenden
Inmiddels moeten we wel vaststellen dat het regeerakkoord geen enkel perspectief biedt voor een verbetering van de uitkeringen van de werklozen terwijl de werkloosheid van week tot week toeneemt en zelfs met een ambitieus werkgelegenheidsprogramma niet alle werkzoekenden een job zullen kunnen vinden.
Het ABVV stelt vast dat de regering wil dat er vaart gezet wordt achter het harmoniseren van het statuut van arbeiders en bedienden maar is verheugd vast te stellen dat ze de afspraak uit het IPA wil respecteren om dit bij voorrang tussen sociale partners te regelen.
3. OVERHEIDSBEDRIJVEN EN OVERHEIDSDIENSTEN.
Het ABVV herhaalt zijn verzet tegen de mogelijke schrapping van tienduizenden arbeidsplaatsen in de overheidsbedrijven. Het zal de massale afstoting of marginalisering van de meest kwetsbare en dikwijls jonge werknemers verwerpen en eist dat er echt overleg opgestart wordt met de overheidsvakbonden en dringt inmiddels aan op :
* zekerheid dat een mobiliteitspool alleen beheerd en georganiseerd kan worden door het openbaar ambt. Het zou niet aanvaarbaar zijn om beroep te doen op interimkantoren
* een alternatief voor het Plan Vinck zodat de NMBS in staat zal zijn de uitdaging van de gevoelige verhoging van het reizigersverkeer aan te gaan en dit met respect van de kwaliteit van de dienstverlening en van de veiligheid. Er moet dus overeenstemming gezocht worden tussen het bedrijfsplan en het investeringsplan. De vlugge ingebruikname van dubbeldektreinen is hierbij heel belangrijk
* een geloofwaardig project en een duidelijke strategie om de toekomst van de dienstverlening en van de werkgelegenheid in De Post veilig te stellen zodat de onrust bij het personeel kan weggewerkt worden
* dat eerder dan een stelsel voor aanvullende pensioenen op te zetten voor contractuelen, er werk zou gemaakt worden van een benoemingsplan dat hun toegang verschaft tot het openbaar ambt
4. FISCALITEIT.
Het ABVV betwijfelt dat de aangekondigde fiscale maatregelen (die in belangrijke mate ook indirecte belastingen verhogen) effectief zullen bijdragen tot een rechtvaardiger fiscaal stelsel en tot het wegwerken van de fiscale discriminaties tussen arbeid en kapitaal:
* De aanpak van de fiscale fraude en de wil om tot een betere inning van de belastingen te komen behoren tot de prioriteiten van het ABVV maar de vraag blijft of de aangekondigde maatregelen – die overigens in de goede richting gaan - in staat zullen zijn om vlug werk te maken van een ambitieuze actie wisselgeld die voldoende geld opbrengt om de aangekondigde lastenverlagingen te financieren. Lastenverlagingen zorgen onmiddellijk voor minder inkomsten, de anti-fraudemaatregelen zullen eerder op middellange termijn renderen
* Er is geen sprake van de invoering van een algemene sociale bijdrage die de alternatieve financiering van de sociale zekerheid rechtvaardiger zou kunnen maken
* De Europese spaarrichtlijn die in 2005 in voege zal treden voorziet dat Belgen die hun spaargeld in andere landen van de EU belegd hebben een stapsgewijze verhoogde roerende voorheffing zullen betalen (tot 35%). Bovendien zou 75% van de opbrengst van die voorheffing aan de Belgische schatkist gestort worden. Terwijl het ABVV voorstelde dat die opbrengst bij wijze van alternatieve financiering aan de sociale zekerheid zou gestort worden, wordt er nu voorgesteld om een fiscale regularisatie in te voeren zodat in het buitenland belegde kapitalen mits het betalen van een boete terug kunnen komen naar België. Volgens het ABVV doet dergelijke maatregel vragen rijzen op ethisch en moreel vlak.
Daarom eist het ABVV dat de invoering ervan aan strenge voorwaarden gekoppeld wordt:
o Een voldoende hoge boete, waarbij het tarief wel lager kan zijn voor de kleine spaarders
o een strikte koppeling met de onmiddellijke afschaffing van effecten aan toonder (dematerialisering van effecten) en dus met de aanmaak van een kadaster der vermogens
o de opbrengst van de boete moet aan de sociale zekerheid gestort worden of rekening houdend met het eenmalige karakter van deze ontvangst, aan het Zilverfonds
* Het ABVV stelt vast dat de regeringsnota diverse nieuwe fiscale maatregelen bevat om de ondernemingsactiviteit en in de eerste plaats van de KMO’s te steunen (verder vrijstelling investeringsreserves, nieuwe mogelijkheden voor particulieren om in KMO’s te beleggen) en BTW-verlagingen. Het vraagt dat dergelijke maatregelen budgettair neutraal zouden zijn
* Het ABVV stelt ook vast dat het regeerakkoord een gestadige daling van de fiscale en parafiscale druk vooropstelt. Het ABVV denkt eerder dat :
o er op korte termijn nood is aan een herverdeling van de fiscale druk ten voordele van de inkomsten uit arbeid en van sommige vervangingsinkomens die bij de fiscale hervorming uit de boot vielen (o.m. de bruggepensioneerden vanaf 1/1/2004)
o hiertoe zal de regering haar fiscaal werkprogramma moeten uitbreiden door ook de belastingheffing op kapitaal te versterken en krachtiger anti-fraudemaatregelen te nemen.
5. MILIEU, MOBILITEIT EN DUURZAME ONTWIKKELING
Wat de uitvoering van het protocol van Kyoto betreft, noteert het ABVV met voldoening de volgende punten :
* de wil om de noodzakelijke verlaging van de uitstoot van broeikasgassen door te voeren, onder meer door een groenere fiscaliteit, waarbij de diverse sectoren aangemoedigd worden om energie-efficiëntere technologieën te gebruiken en hun energieverbruik te verminderen zonder daarbij de gezinnen sociaal te raken;
* de beslissing tot de onmiddellijke oprichting van een Nationale Klimaatcommissie en tot maximale ondersteuning van het onderzoek naar en de ontwikkeling van energie-efficiëntere technologieën.
Toch meent het ABVV dat het nodig is een aantal zaken uit te klaren :
* de branche-akkoorden die in de ondernemingen gesloten worden, moeten leiden tot voorlichting van en overleg met de werknemersvertegenwoordigers die rechtstreeks betrokken zijn bij die akkoorden;
* de belastingverlagingen die uitgebreid worden voor de maatregelen in de woningen, moeten eveneens gericht zijn op energiebesparende dispositieven.
* dat de accijnscompenserende bijdrage ook voor het openbaar vervoer zou gelden
* dat het nieuw indicatief uitrustingsplan dat moet uitgewerkt worden ook een beleid van beheersing van de vraag zou bevatten. Zonder dergelijk beleid dreigen de alternatieve energievoorzieningen (ter vervanging van de kerncentrales) onvoldoende te zijn
Inzake mobiliteit stelt het ABVV o.m. vast dat de regering een algemene benadering aankleeft ter aanmoediging van het gebruik van het spoor-, zee- en binnenscheepvaartvervoer, het gebruik van het openbaar vervoer, een betere bescherming van de zwakke weggebruikers, ...
Wat het woon-werkverkeer betreft steunt het ABVV de uitbouw van kwalitatief openbaar vervoer tegen een zo laag mogelijke prijs. Het vraagt overleg met de sociale partners en de Gewesten om te streven naar een coherente en globale aanpak van de vervoersproblematiek, met oog voor ondermeer:
* Het beter afstemmen van de uurregelingen tussen alle openbare vervoermiddelen
* Het op elkaar afstemmen van uurregelingen van openbaar vervoer en van de ondernemingen
* De aanleg van voldoende overslagparkings aan de stations
* Het uitwerken van bedrijfsvervoerplannen en de organisatie van collectief vervoer door de ondernemingen (ophalen van werknemers aan stations), zeker in die ondernemingen die nog niet bedeeld worden door het openbaar vervoer
* Betere bediening van industriezones door het openbaar vervoer.
6. BEVORDERING VAN DE DEMOCRATIE.
Het ABVV memorandum bevatte verschillende voorstellen voor een uitdieping van de politieke en economische democratie.
Het ABVV:
* betreurt dat het regeerakkoord geen duidelijkheid verschaft over de invoering van het stemrecht voor migranten en hoopt dat er vooralsnog een parlementaire meerderheid zal gevonden worden om dit goed te maken
* stelt wel vast dat er aandacht is voor de uitvoering va de Europese verplichtingen m.b.t. de informatie en consultatie van werknemers en voor het opstarten van een aangepaste sociale dialoog in de KMO’s. Het ABVV zal in elk geval via overleg blijven ijveren voor een aangepast syndicale aanwezigheid in de KMO’s, en verwacht dat de regering tussenkomt indien dit overleg mislukt.
7. JUSTITIE
Het ABVV stelt met tevredenheid vast dat het regeerakkoord een antwoord geeft op zijn eis om de toegang tot justitie te verbeteren door de inkomensvoorwaarden op te trekken en te moduleren.
Een beter begrip en een grotere doorzichtigheid van de rechtsdocumenten zal eveneens bijdragen tot die gemakkelijker toegang zoals het ABVV al verkregen heeft in het kader van het Charter van de sociaal verzekerde.
De eigenheid van de arbeidsgerechten en het arbeidsauditoraat wordt gevrijwaard en zelfs versterkt (nieuwe bevoegdheid inzake overmatige schuldenlast). Toch moeten we waakzaam blijven t.a.v. extra juridische formules voor het regelen van geschillen (bemiddeling enz.) om te vermijden dat er een justitie met twee snelheden ontstaat.
Het ABVV betreurt wel dat in het hoofdstuk Justitie gezwegen wordt over het luik hervorming van het sociaal strafrecht, hervorming die nochtans onontbeerlijk is om de strijd tegen de sociale fraude effectiever te maken.
8. EUROPA
Het ABVV mag vaststellen dat het regeerakkoord een visie verdedigt dat nauw aansluit met de onze o.m.:
* de versterking van het economisch, sociaal en begrotingsbeleid en een beter evenwicht tussen economisch,sociaal en ecologisch beleid met een grote rol voor de sociale partners
* nieuwe impulsen en inzet van Europese middelen voor onderzoek en ontwikkeling, de uitbouw van nieuwe netwerken inzake transportinfrastructuur, energie en telecommunicatie
* het versterken van de besluitvorming door het opheffen van de unanimiteitsregel op terreinen zoals de fiscaliteit, de sociale zekerheid en het milieubeleid
Het ABVV is van oordeel dat de invoering van een solide juridische basis toegevoegd zou moeten worden aan de diensten van algemeen belang.
Het ABVV onderschrijft deze doelstellingen en verwacht- mbt de unanimiteitsregel- dat de regering de passende conclusie zou trekken in het geval dat de Intergouvernementele Conferentie niet tot de gewenste besluiten zou komen.
Het ABVV verheugt zich ook over het door de regering voorgestelde evenwicht in de strategie van Lissabon tussen het economisch-financiële en het sociale. Bovendien ondersteunt de regering het ingevoerde tripartite sociaal overleg.
9. EERLIJKER WERELDHANDEL
Het ABVV vindt een aantal belangrijke krachtlijnen van zijn memorandum terug in de oriënteringen voor een eerlijker wereldhandel en voor een menselijker globalisering:
* de herziening van de tekst van de GATS om er een definitie en bijhorende criteria in op te nemen die moeten toelaten een onderscheid te maken tussen diensten in de handelssfeer en diensten daarbuiten wat moet toelaten om dienstensectoren zoals gezondheid, huisvesting, onderwijs, cultuur of de audiovisuele sector van de onderhandelingen uit te sluiten;
* de aanvraag door België, op Europees niveau, van een herziening van het onderhandelingsmandaat dat in 1999 aan de Commissie werd verleend
* het engagement om zich in te zetten voor de eerbiediging van de sociale normen die zijn vastgelegd door de Internationale Arbeidsorganisatie
* stimulering van ethisch gedrag door Belgische bedrijven in het buitenland
* België wil bijdragen tot een hervorming van de internationale financiële instellingen met het oog op een grotere doorzichtigheid van hun werking
* streven naar de oprichting van een economische, sociale en ecologische Veiligheidsraad in de schoot van de Verenigde Naties waarbij de grote internationale instellingen worden ingeschakeld (Internationaal Muntfonds, Wereldbank, Wereldhandelsorganisatie en de internationale Arbeidsorganisatie.