arch/ive/ief (2000 - 2005)

Debat Resist 2:
by geplaatst door jpe Saturday April 12, 2003 at 07:39 PM

Het hier volgende standpunt, van Meryem Kanmaz - Matthias Lievens - Theo Mewis - Griet Van Meulder en Raf Verbeke, gaat in tegen het "doemdenken" à la Kruithof over Resist. Struikel niet over de kwistig gebruikte moeilijke termen, de tekst (3 p.) is de moeite van een volledige lectuur meer dan waard.

Het is opmerkelijk hoe de opkomst van een nieuwe strijdbeweging steeds stoot op onbegrip en verzet, zelfs binnen de linkerzijde en de sociale beweging. Dat was zo voor de ecologische beweging, die werd geassocieerd met romantisch irrationalisme, maar ook voor de vrouwen- en holebibeweging. Vandaag is dat opnieuw het geval. De reactie op de opkomst van de AEL en de bredere dynamiek die momenteel bestaat binnen de islamitische gemeenschap in België is bedroevend. Zelfs binnen de linkerzijde blijft het debat hangen op het niveau van uit hun context gerukte en slecht begrepen citaten of van het zwaaien met abstracte principes, waarbij volledig wordt voorbijgegaan aan de reële beweging die zich nu aan het aftekenen is en erin bestaat dat één van de meest onderdrukte en uitgesloten lagen van de werkende bevolking zich de democratische middelen van deze maatschappij heeft toegeëigend om voor haar rechten te strijden.

Wat de AEL is, kan niet worden ingeschat louter op basis van een aantal uitspraken van woordvoerders in de media, maar moet worden beoordeeld op basis van de maatschappelijke dynamiek die ze belichaamt. Het is voor het eerst dat een strijdende en gepolitiseerde zelforganisatie van een onderdrukte culturele minderheid opstaat, een sterke weerklank krijgt binnen die gemeenschap, uit het isolement en de marginalisatie breekt en de maatschappij als geheel maar vooral ook de linkerzijde en de sociale beweging appelleert.

De AEL is een nieuw fenomeen in de strijd tegen de achterstelling en het racisme. Ze is één van de belangrijkste politieke vormen van een nieuwe generatie die zonder complexen haar rechten opeist. Deze is het beu op school geweigerd of in het beroepsonderwijs gedumpt te worden, zonder werk te blijven, de toegang tot de discotheek ontzegd te worden. Na jarenlange betutteling door de gevestigde elite en haar apparaten, is een groep mensen opgestaan die beseft dat gedeelde macht geen macht is, dat de gunst op 'inspraak' in het 'beleid' enkel een manier is om hun legitieme protest te ontzenuwen. Echte macht is macht die je neemt. De AEL beseft dat echte veranderingen enkel afgedwongen kunnen worden, door de opbouw van krachtsverhoudingen, door de zelforganisatie van de onderdrukten. De illusie dat de heersende elite, een aantal 'allochtone' politici binnen de gevestigde partijen of het paternalisme van de linkerzijde het probleem zullen oplossen, is doorprikt. En het is precies dát verlies aan controle dat het establishment vreest. De grond van de criminalisering van de AEL door de regeringspartijen en de media is de onafhankelijkheid van de AEL en het feit dat men de legitieme eisen van de AEL niet kan en wil inwilligen.

De strijd die de AEL voert is niet te reduceren tot een aantal belangrijke sociale eisen (op het vlak van onderwijs, huisvesting en tewerkstelling). Het gaat ook om een strijd voor erkenning en waardigheid, voor het respect voor de eigen culturele identiteit, in casu ingevuld in religieuze termen, en dat stelt de linkerzijde voor een bijzondere uitdaging.
Identitaire politiek wordt binnen een groot deel van de linkerzijde verkeerd begrepen, het belang ervan onderschat. Nochtans kan de strijd van de slachtoffers van het racisme niet anders dan identitair zijn. Die breuklijn is immers het gevolg van de dynamiek van het cultuurcontact, het racisme en de assimilatiedwang zelf. Het antwoord op de discriminatie is er steeds één waarbij die eigenheid, die de aanleiding vormt voor de discriminatie, wordt geassumeerd en gecultiveerd. De eerste generatie die daarvan afstand poogde te nemen, staat nu onder toenemende druk van een jongere en strijdbaarder generatie die zich niet neerlegt bij haar uitsluiting en niet bereid is haar culturele eigenheid te loochenen om van haar rechten te kunnen genieten. Dat de AEL intern multi-etnisch is, zich baseert op het Arabisch nationalisme en tegelijk voor 90% uit Berbers bestaat, maakt duidelijk dat het profiel van de AEL niet louter een importproduct is van een etnische realiteit elders, maar een poging tot de vereniging van de Arabische en moslimgemeenschappen in België als antwoord op de specifieke onderdrukking die deze groepen hier ondergaan.

De reductie van deze strijd tot een aantal sociale kwesties en de miskenning van de culturele dimensie en van het belang van de culturele identiteit, zo typisch voor bepaalde sectoren van de linkerzijde, ontslaat deze van de plicht over haar eigen culturele premissen te reflecteren en is een mechanisme via hetwelk de strijd van o.a. de AEL controleerbaar, onschuldig wordt gemaakt. De kritiek dat de AEL het politiek debat zou 'etniciseren' en zo de sociale beweging zou verdelen, berust niet enkel op wanbegrip van het belang van culturele identiteit, maar vooral op een fundamentele miskenning van de autonomie van deelstrijden en het niet kunnen omgaan met verschillen binnen de sociale beweging. Alsof de vrouwen- of holebibeweging het debat zouden 'seksualiseren'! De culturele verschillen en hybridisering zijn er trouwens om te blijven: de globalisering van het kapitalisme en de toenemende mobilisatie van mensen uit hun sociale en culturele context door het kapitaal, zal het cultuurcontact en het creatief proces dat daarmee gepaard gaat, enkel doen toenemen.

De kritiek dat identitaire politiek exclusief zou zijn, enkel de belangen van een bepaalde groep zou promoten en niet de 'mensheid' als geheel is een fundamentele misvatting. De strijd van de AEL is helemaal geen 'terugplooi op de eigen gemeenschap' laat staan een omgekeerd racisme, dat de eigen uitsluiting zou beantwoorden met de uitsluiting van anderen. De centrale eisen 'gelijke rechten', 'tegen racisme, uitsluiting en discriminatie van etnische minderheden en alle andere groepen in de maatschappij' hebben een zeer "universeel" karakter. Het eisen van een aantal culturele en religieuze (groeps-)rechten (zoals de erkenning van moskeeën, het dragen van de hoofddoek, de erkenning van religieuze feesten, enzovoort) is een strijd voor de democratisering van onze maatschappij in haar geheel, waarin de zelforganisaties van die culturele minderheden vandaag het voortouw nemen.

Daarenboven is de uitdaging voor de linkerzijde groter dan een vorm van moreel indifferente 'tolerantie' voor de culturele praktijken, tradities en opvattingen van de ander. Het gaat erom te erkennen dat alternatieve opvattingen van mens-zijn en emancipatie mogelijk zijn, het gaat om de eis om de diepe opvattingen en emoties van die culturele groepen te begrijpen en te respecteren. De zelforganisaties van de slachtoffers van het racisme stellen de echte antiracisten voor een bijzondere uitdaging. Ze confronteren ons met hun eis van zelfdefinitie die onze vertrouwde categorieën uitdaagt. Dat conflict is de rijkdom en tegelijk de moeilijkheid van de échte multiculturele samenleving. Het is daar om te blijven, genereert nieuwe eisen voor nieuwe soorten rechten, en dat zal belangrijke maatschappelijke veranderingen teweegbrengen. Aan de linkerzijde en de sociale beweging om die eisen op te pikken, een dialectiek tussen verschillende deelstrijden tot stand te laten komen en deze te verenigen in één globale maatschappelijke strategie.

De AEL en, breder, het verzet van culturele en religieuze minderheden worden steeds vastgepind op een aantal terugkerende kwesties, waarvan zowat het meest hardnekkige de kwestie van de vrouw is. Blijkbaar is het aan de aandacht van velen ontsnapt hoe een mondige generatie jonge moslimvrouwen is opgestaan die voor zichzelf weet op te komen wars van het paternalisme van delen van de linkerzijde of van 'westerse' feministen. Voor een aantal onder hen is de AEL de context waarin ze voor hun waardigheid strijden: dat ze er een belangrijke, ook publieke rol spelen, ontgaat velen.
Het debat ter zake dreigt al te vaak te ontaarden in een wederzijds verwijten van 'westerse' en 'islamitische' mannen die mekaar beschuldigen hun vrouwen te onderdrukken. Met een beetje moeite kan een 'westerse' feministe haar stem in het debat nog laten horen (al is het maar omdat het de ijdelheid van de westerse man streelt zo zijn vrouwvriendelijk imago bevestigd te zien, en verder ontslagen te worden van zijn verantwoordelijkheid voor de nog steeds bestaande vrouwenonderdrukking in het westen vandaag). De 'subalterne' vrouw blijft echter verstoten van de discussie, ondanks het feit dat er sterke vrouwenbewegingen bestaan in de 'niet-westerse', o.a. de islamitische, wereld. Wars van alle paternalisme en substitutionisme de onderdrukten zichzelf laten organiseren, hen zelf aan het woord laten en een open dialoog organiseren is nochtans conditio sine qua non voor elke emancipatiebeweging en is iets wat vele moslimfeministen vandaag opeisen. De moslims en andere culturele minderheden in België zullen zélf wel bepalen hoe ze zich moeten emanciperen en aanvaarden terecht het paternalisme niet langer.

De culpabilisering van de AEL omwille van de holebi- of vrouwenkwestie staat een verrijkende en bevrijdende dialoog in de weg en legitimeert verder de associatie van de AEL met vrouwenonderdrukking, terrorisme en fundamentalisme. De isolatie van de AEL speelt enkel het integrisme in de kaart en is een bevestiging van de recente draai die het 'inburgeringsdebat' heeft genomen, waarin de mislukking van het 'integratiebeleid' meer en meer bij de 'allochtonen' zélf, hun onwil om zich te emanciperen, en de onaangepastheid van hun cultuur wordt gelegd. Zelfs delen van de linkerzijde menen in een aantal 'westerse waarden' hun wapen gevonden te hebben om de identitaire strijd te ontzenuwen. Nochtans heeft men nooit de vakbeweging veroordeeld om haar homofobie of seksisme op dezelfde manier zoals men vandaag met de AEL meent te moeten doen.
Zo lijkt velen ook de angst om het hart te slaan wanneer mensen zich publiek moslim durven noemen en hun religieuze overtuigingen niet onder stoelen of banken steken. De scheiding tussen kerk en staat is in gevaar! Alsof daarmee het perspectief wordt geopend dat binnenkort de burqa zal worden verplicht voor alle vrouwen. Hoewel de multiculturele realiteit noopt tot een herdenking van de publieke sfeer, waar evengoed religieus of metafysisch geïnspireerde opvattingen in het debat geventileerd moeten kunnen worden (zonder dat de apparaten van de geïnstitutionaliseerde religie hun opvattingen pogen op te leggen aan de rest van de maatschappij), onderschrijft de AEL het principe van de scheiding tussen staat en religie.

Hoewel de staatsveiligheid zelf bevestigde dat de AEL geen enkele band heeft met terrorisme of fundamentalisme, en de AEL een radicale kritiek formuleert op de bestaande regimes in de Arabische wereld, blijft een deel van de linkerzijde dat stikt van paternalisme en vooroordelen steeds opnieuw eisen dat de AEL zich zou uitspreken over 11 september, antisemitisme enzovoort. Dat zegt meer over die eisers dan over de AEL. Dat de Islam heel heterogeen is, en het debat binnen de moslimgemeenschap rijk en pluriform, wordt bedekt onder de homogenisering van alles wat wordt geassocieerd met de Islam, die daarenboven blijkbaar onmogelijk een emancipatorische rol kan hebben.
Bepaalde 'progressieven' lijken het noodzakelijk te vinden dat de zelforganisaties van culturele minderheden eerst al hun stigma's moeten bevestigen en hun eigen achterban veroordelen vóór het eigenlijke politieke debat kan plaatsvinden. Een deel van de linkerzijde eist van de onderdrukten dat ze eerst haar taal spreekt voor tot daden kan worden overgegaan. De manier waarop Jahjah zelfbewust en niet onderdanig daartegen in gaat, is hen onvertrouwd. Hij heeft een gevoelige snaar geraakt bij een generatie, waarvan de AEL enkel een deel is, die het paternalisme verwerpt en het niet langer pikt vastgepind te worden op steeds dezelfde onbegrepen kwesties, maar onafhankelijk opkomt voor haar rechten en haar eigenheid gerespecteerd wil zien zonder zich daar steeds eerst voor te hoeven rechtvaardigen of verontschuldigen.

De de facto alliantie met de PvdA in het electoraal initiatief Resist betekent dat een kans is gemist voor de vorming van een echte open linkse lijst die de uitdrukking zou kunnen zijn van de vele vormen van sociaal verzet in onze maatschappij. Even was er een perspectief voor een brede alliantie met andere sociale bewegingen en de linkerzijde in de oproep van Jahjah om een lijst te vormen met 'ecologisten, andersglobalisten, communisten en trotskisten', waarin elk eigen accenten zou kunnen leggen, iets wat de huidige fragmentatie van verschillende strijdbewegingen had kunnen overstijgen.

Taktische meningsverschillen over de totstandkoming van de lijst Resist, of over de anti-oorlogsbeweging (het gedoe rond Stopusa), mogen ons echter niet uit het oog doen verliezen wat werkelijk op het spel staat: de vorming van een strijdbare emancipatiebeweging van de onderdrukte culturele minderheden. De linkerzijde kan het zich niet permitteren zich te isoleren van deze beweging, die één van de meest onderdrukte lagen van de maatschappij een stem geeft. Verder de bestaande vooroordelen in stand houden riskeert pas echt bepaalde sectoren binnen die groep op zichzelf te doen terugplooien. Of de AEL inderdaad de belichaming kan worden van de bevrijdingsstrijd van de slachtoffers van het racisme zal de toekomst uitwijzen. Nu komt het erop aan een signaal te geven en allianties te smeden in functie van een globale maatschappelijke strategie.

De lijst Resist is zowat de enige ernstige lijst die zich consequent uit tegen de oorlog en het neoliberalisme, de Palestijnse strijd steunt en de aspiraties van de meest onderdrukte lagen in onze maatschappij poogt uit te drukken. Stemmen op onafhankelijke of AEL-kandidaten op de lijst Resist betekent dan ook een steun aan de strijd voor gelijke sociale, politieke en culturele rechten, voor de waardigheid en het respect voor de eigen identiteit van culturele minderheden en een kritiek op de neoliberale politiek van de paarsgroene regering.

Meryem Kanmaz - Matthias Lievens - Theo Mewis - Griet Van Meulder - Raf Verbeke