Hoe ziet het beeld er uit dat de media van Irak en zijn president geven ? Irak als het land van 'het paradijs', de tuin van Eden ? Saddam als een gedreven man die via de nationalisering van de Iraakse olie, de 'grandeur' uit de tijd van Babylon, deed herleven ? Is dat ons beeld ? Een studie.
* Inleiding
Wie de jongste maanden niets las/hoorde/zag over Irak en Saddam Hoessein, heeft geen krant opengeslagen, geen radio beluisterd, geen televisie gekeken. En hoe ziet nu het beeld er uit dat ons van Irak en zijn president wordt voorgeschoteld ?
Presenteren de media Irak als het land van 'het paradijs', de tuin van Eden ? Een land waarvan we het rijke historisch erfgoed - zesduizend jaar geleden de bakermat van onze beschaving - moeten beschermen ? Zien we de Irakezen als een 'beschaafd' volk ? Vernemen we iets over Irakezen in België ? Is de president van het land een gedreven man die dankzij de nationalisering van de Iraakse olieputten, de 'grandeur' uit de tijd van de hangende tuinen van Babylon, deed herleven ? Is dat ons beeld ?
Beginnen doen we met een blik op de Amerikaanse belangen, de inzet van het conflict om Irak én de Amerikaanse media die ook de Belgische mediamarkt 'bevoorraden'. Vervolgens overlopen en bevragen we de Belgisch/Europese beeldvorming. Eén en ander doen we aan de hand van reportages en artikels van BBC, CNN, RTBF, VRT, VTM, De Standaard, De Morgen, La Dernière Heure, Le Soir, Knack, Solidair, Indymedia, Uitpers ...
Speciale aandacht is er voor enkele uittreksels uit een nieuw boek van PS-senator Jean Cornil: "C'est la lutte, etc ... - Indignations et émerveillements". Daarin schrijft hij over zijn reis in april 2002 naar Irak.
Tot slot proberen we enkele conclusies te trekken.
En dan nog dit: hier volgt de definitieve versie van een artikel in eerste instantie geschreven werd voor Uitpers en vervolgens - na de tussentijdse Amerikaanse verkiezingen - voor DIOGENE(S) verder werd uitgewerkt.
1)AMERIKAANSE BELANGEN EN DE OORLOG OM IRAK/N ...
Reeds maanden is er sprake van een Amerikaanse aanval op Irak. Toch stelde de commerciële krant De Morgen net voor de tussentijdse verkiezingen in de V.S., dat het niet zeker is dat de V.S. zullen aanvallen: "Amerikaanse oorlogsplannen op losse schroeven" titelde de krant op 28 oktober. De Morgen somde een resem factoren op (binnenlandse weerstand onder andere) die een oorlog kunnen voorkomen. In een publicatie zoals Solidair - het weekblad van de communistische PVDA - of in de artikels van bv. Christophe Callewaert op Indymedia, kan je daarentegen al maanden lezen dat er geen twijfel over bestaat dat de V.S. Irak aanvallen.
In De Standaard van 9/11 (net na het goedkeuren van de jongste VN-resolutie die Irak dwingt onbeperkt wapeninspecties toe te laten) kon je dan weer in het 'commentaar' van Mia Doornaert - 'Creatief wapengekletter' - lezen dat de V.S. er goed aan deden met geweld te dreigen. Daardoor werd Irak eindelijk gedwongen inspecties toe te staan. Daar hebben we allen baat bij, redeneert Doornaert: "Het vooruitzicht van een Saddam die aan zijn arsenaal nog een atoomwapen zou toevoegen, is niet van aard (...) de wereld gerust te stellen." Terwijl Frankrijk en Rusland palaverden, zorgden de V.S. met een "geloofwaardige dreiging" voor de druk die Saddam deed zwichten. Ook Doornaert gaat er dus van uit dat een oorlog niet onafwendbaar is.
* Binnen- en buitenlandse weerstand
Als belangrijkste 'elementen' die Bush/Cheney tegenwerken vermeldde De Morgen van 28/10: de internationale weerstand tegen de oorlog plus die bij de Amerikaanse bevolking (een kwart miljoen Amerikanen betoogden eind oktober tegen de oorlog; nooit voordien was er zoveel Amerikaans protest nog voor een oorlog begon). Er zijn ook de door The New York Times onthulde, hoge kosten van de oorlog en een eventuele bezetting van Irak. Een rapport daarover werd naar verluidt gelekt door de staf van de Amerikaanse strijdkrachten die de oorlog niet zou zien zitten. Ook omdat niet kan worden uitgesloten dat de V.S. terechtkomen in een guerilla-oorlog tegen Saddam-getrouwen en Iraakse nationalisten.
Nog andere factoren kunnen de tandem Bush/Cheney (we vermelden de vicepresident er graag bij omdat hij achter de schermen de touwtjes in handen heeft) doen inbinden. De vrees bijvoorbeeld voor de reactie van de Arabische landen én van hun bevolking. Daardoor zouden Amerikaans-gezinde Arabische leiders het wel eens heel moeilijk kunnen krijgen. De recente verkiezingsoverwinningen van Pakistaanse en Turkse islamieten waren in alle geval een streep door de rekening van Bush/Cheney.
Er is ook de vrees dat een aanval op Irak het terrorisme wereldwijd doet exploderen (iets wat je eind oktober kon horen in reportages van o.a. Lichtpunt en '2 Vandaag') ? Zijn de Verenigde Staten bereid om wegens hun oliebelangen een "botsing der beschavingen te ontketenen" vroeg Bart Sturtewagen in De Standaard (7/10).
* Goed voor de economie ?
Tegenover al de argumenten contra, staat één enorme 'pro': de Iraakse oliereserves; op één na de grootste ter wereld. Een deel van het Amerikaanse establishment heeft er alles voor over om de Iraakse en als het kan ook de Iraanse olie, onder Amerikaanse controle te brengen. Dat schreef De Morgen op 28/10 ook.
Nog in De Morgen (21/9) gaf Peter Vanden Houte, hoofdeconoom van de BBL, een 'ruimere' motivatie voor een oorlog: het opkrikken van de slabakkende westerse economie. In de woorden van Vanden Houte: "Hoe onmenselijk het ook moge klinken: voor de wereldeconomie is 'een heel klein beetje oorlog' de beste oplossing. Een oorlog met 'gunstige' afloop betekent lagere olieprijzen, lagere rente en hogere beurskoersen." Marxisten die vaak bespot worden (zoals in De Standaard der Letteren van 29/10 door Leo De Haes) voor hun visie dat het kapitalisme tot oorlog leidt, krijgen hier hun gelijk vanwege een vooraanstaand Belgische bankdienaar.
De uitspraak van Vanden Houte was geen 'uitschuiver'. In Knack lazen we op 6 november: "Voor de economie zou het beter zijn dat de V.S. echt aanvalt, beweren analisten. (...) De strijd zou de kans vergroten dat de beurzen aantrekken en de olieprijzen dalen."
Merkwaardig is nog dat ondanks het feit dat het een publiek geheim is dat het de Amerikanen om de olie te doen is, er door de media zelden uitgebreid geïnformeerd wordt over hoe het precies zit met de Iraakse oliebronnen. Le Soir bracht daarover op 8 oktober een vrij zeldzaam artikel, getiteld "L'or noir irakien attire les orfèvres américains."
* Tegenstrijdige belangen
Iets wat in onze pers ook ontbreekt, is een analyse van de tegenstrijdige belangen binnen de Amerikaanse economie. In de 'kritische' pers lezen we wel vaak over de belangen van de oliemultinationals (door de oorlogsdreiging steeg de prijs van de olie en dus hun winst) én de wapenindustrie (Lockheed Martin, Boeing, Raytheon ...). Zij lijken de regering Bush/Cheney in hun zak te hebben. Maar daarmee is niet het hele verhaal verteld.
Worden met een aanval op Irak bijvoorbeeld niet gediend: de internationale toeristische industrie en de luchtvaartsector die beide door een nieuwe oorlog (en bijhorende terreurdreiging) een zware terugslag zullen krijgen. Ook producenten van luxeconsumptiegoederen zullen een nieuwe oorlog - met daling in de verkoop van hun producten - niet genegen zijn.
Dat Bush & Cheney ook met deze belangen rekening moeten houden, wordt zelden vermeld. De media focussen vooral op het politieke 'toneel'. Dat leidt tot vragen in het soort van die van Misjoe Verleyen in Knack van 2/10. "Het pokerspel in Washington is niet makkelijk te duiden. De haviken lijken te staan tegenover de gematigde Colin Powell. Spelen ze 'good cop - bad cop' of is er verdeeld heid in de Amerikaanse regering ?"
Het antwoord ? Tweemaal 'ja'. Tuurlijk wordt er een spel gespeeld, maar anderzijds is er effectief zowel in de politiek als in de economie verdeeldheid. Een volgende vraag luidt dan: in welke mate wordt de verdeeldheid in het Amerikaanse establishment, weerspiegeld in de media ?
* Kritiek blijft mogelijk, maar ...
Om de belangen achter de berichtgeving over Irak in de Amerikaanse media te kunnen blootleggen, zou je een analyse moeten maken van de eigendomsstructuur en commerciële relaties van die media. Zoiets vergt een studie op zich. Noteren we wel dat één van de belangrijkste Amerikaanse omroepen, NBC, eigendom is van 'General Electric'. Dat produceert niet alleen massa's elektronische apparatuur maar ook wapens.
De tegenstrijdige belangen binnen de 'bedrijfswereld', kunnen helpen verklaren waarom bv. de kritische uitlatingen van Scott Ritter veel weerklank vonden. Ritter, een ex-inlichtingenofficier van de VS-Marine die als wapeninspecteur door Saddam als de meest 'provocerende' werd omschreven, kloeg zomer en najaar 2002 in Amerikaanse (o.a. CNN) en Europese (o.a. The Guardian en Humo) media het Amerikaans bedrog over Irak aan. Hij noemde de 'inspecties een 'farce' en onthulde dat informatie over Irak doorgegeven werd aan Israël.
Volgens Ritter was Iraks wapenarsenaal eind 1998 zo goed als vernietigd. "Aanval op Irak is schending Amerikaanse grondwet" titelde De Standaard op 9 oktober boven een vertaald opinie-stuk van Ritter. Die stelde o.a. dat "de nieuwe Bush-doctrine van Amerikaans unilateralisme, ruikt naar imperiale macht, precies de macht waartegen de Amerikanen meer dan 200 jaar geleden een revolutie hebben uitgevochten."
Ritter die zich zelf 'geen pacifist' noemt en die voor Bush' presidentsverkiezing stemde, was de jongste maanden één van de luidst klinkende dissidente Amerikaanse stemmen. Op VTM hoorden we hem nog op 9/11 verklaren dat Bush de nieuwe VN-resolutie zou misbruiken om een oorlog te beginnen. Duidelijke taal. Waarna VTM wel het officiële V.S.-standpunt aan het woord liet.
Al met al bleef Ritter wel één van de weinige luid klinkende kritici van de Bush-aanpak. Weinig verwonderlijk gezien de ideologische, patriottische consensus binnen de Amerikaanse massamedia. Die geeft voorrang aan 'het nationale belang', in dit geval de verzekering voor de V.S.-economie van enkele decennia van goedkope olievoorziening.
Daar tegen ingaan, is voor vele media blijkbaar niet mogelijk. De Amerikaanse media-activisten van FAIR (Fairness & Accuracy in Reporting) kloegen al herhaaldelijk aan, dat grote vredesbetogingen in en buiten de V.S. (die van 200.000 mensen in Londen begin oktober bv.) door de Amerikaanse media niet of nauwelijks in beeld gebracht werden. Eind oktober dwong lezersprotest de New York Times overigens om haar berichtgeving over de vredesbetoging van 26/10 te herzien. De krant had zich laagdunkend over de betoging uitgelaten ("ontgoochelde opkomst"), waarop duizenden boze reacties haar tot een rechtzetting (op 30/10) dwongen.
* De mechanismen van journalistieke horigheid
Volgens de Amerikaan Lewis Lapham, hoofdredacteur van het maandblad 'Harpers' Magazine', bestaat er in de V.S. wel degelijk een niet te verwaarlozen binnenlandse dissidentie. In Le Soir van 9/10 wees hij er echter op dat die nauwelijks gehoord wordt. "Elle ne reçoit pas de publicité". Denk aan de berichtgeving in The New York Times.
Volgens Harper voerde ook Clinton een republikeins beleid en de media hebben dat nauwelijks bekritiseerd. Hij legt uit hoe de Amerikaanse media werken: "Les médias ne sont guère enclinés à mettre cela en question, pas plus que la chaîne NBC, dont General Electric, le premier industriel de l'armement, a le contrôle, n'est encliné à s'interroger sur la guère. Pour faire carrière dans le journalisme, on ne mord pas la main qui vous nourrit. On ne dit rien de grossier si on veut continuer à recevoir les invitations et être sûr qu'on accepte les communications quand on téléphone. Et on lie toujours l'opinion à une source précise: ces intellectuels dépendant des médias, ces légions d'experts, débatteurs, ceux dont les livres sont remarqués parce qu'ils portent la bonne nouvelle, en accord avec les vues dominantes: les fadaises d'un Samuel Huntington ..."
De mechanismen van horigheid die Harper beschrijft werken ook buiten de V.S. Ze helpen verklaren waarom massale Amerikaanse vredesdemonstraties eind oktober ook in de Belgische media weinig aandacht kregen. De Morgen van maandag 28 oktober wijdde er een achtste deel van zijn pagina 17 aan. De Standaard gaf op pagina 7 één foto (ter grootte ook van een achtste pagina) met daarbij vermeld dat er "in heel de wereld zaterdag betoogd werd tegen de Amerikaanse plannen om Irak aan te vallen." In heel de wereld: niet alleen in de V.S. zoals De Morgen schreef, maar ook in Europese en Japanse steden. Al dat protest werd in De Standaard afgedaan in 5 lijntjes ... Le Soir en La Dernière Heure van 28/10 maakten het nog bonter: ze brachten niets over de betogingen.
Kritiek op zulk falen van onze media vonden we in die media niet. Wel bracht De Morgen op 6 november een stevig artikel over hoe in de V.S. de media de vredesbeweging doodzwijgen en over hoe de mensen van FAIR - de grote zus van DIOGENE(S) in de V.S., bij wie we ook onze inspiratie haalden, zie de gedrukte DIOGENE(S) nr 1 - daar tegen in gaan. Dat ondertussen in de door '11 september' zeer patriottisch geworden V.S. een grote groep mensen zich zorgen maakt over een oorlog om Irak, moge blijken uit een Harris-opiniepeiling van 1 november. 90 % van de Amerikanen wil dat de massavernietigingswapens in Irak vernietigd worden maar slechts 33 % vindt dat Amerika op eigen houtje (zonder V.N.-steun) Irak mag binnenvallen.
* 'Het grote schaakbord'
Tot nog toe hadden we het over de Iraakse olie als inzet. Maar op de achtergrond spelen nog andere, zelden in de pers beschreven mechanismen mee.
Marc Vandepitte beschreef één en ander in zijn artikel "Is de Derde Wereldoorlog begonnen ?" (Indymedia, 29 oktober). Hij begon met het 'zwarte goud' dat voor de V.S. van "vitaal belang is" (de V.S. verbruiken een kwart van de wereldolie), maar hij wees er ook op dat 'de Amerikanen' absoluut willen voorkomen dat er zich nog eens een tegenstander van het formaat van de Sovjet-Unie aandient. Vandaar allerlei pogingen om Rusland te ondermijnen. Vandaar het langs alle kanten indammen van dé rivaal van de toekomst, China. China telt meer dan vier keer meer inwoners dan de V.S. en volgens sommigen zal de Chinese economie tegen 2030 de Amerikaanse bijbenen. Daarom waarschuwt de Amerikaanse staatssecretaris voor Defensie Wolfowitz, voor de "opkomende supermacht China".
De V.S. bewandelen, volgens Mark Vandepitte, drie pistes om hun greep op het Euraziatische continent te versterken. Vooreerst worden her en der Amerikaanse basissen gevestigd. Waar nodig probeert men vazalregeringen te installeren. En de V.S. steunen afscheidingsbewegingen, rebellen en terroristen om al te sterke staten te ondermijnen. Concreet voorbeeld: het weekblad Solidair van 30/10 meldde dat de V.S. de Tsjetsjeense afscheidingsbeweging steunen en op termijn naar een splitsing van Rusland toewerken, in de vorm van een "open Russische confederatie, bestaande uit een Europees Rusland, een Siberische republiek en een republiek in het Verre Oosten". De geciteerde woorden komen uit het boek 'Het grote schaakbord' van Zbigniew Brzezinski, voormalig adviseur van Reagan en Bush. Brzezinski is momenteel vorzitter van het Amerikaanse Comité voor Democratie in Tsjetsjenië ...
Vandepitte's theorie werd in De Standaard van 14/9 bijgetreden door de Utrechtse historicus Maarten van Rossem, die denkt dat "neoconservatieve haviken in de regering Bush, het hele Nabije Oosten willen herschikken om de belangen van de V.S. en Israël te dienen. (...) Wat die neoconservatieven betreft, mag na Irak het regime in Saudi-Arabië en Egypte instorten. Andere landen zullen volgen en het resultaat zal een democratisch en pro-Amerikaans Nabije Oosten zijn." Een lachwekkend idee, stelt van Rossem, "maar het vindt een voedingsbodem in het neoconservatieve geloof dat de V.S. als supermacht mogen doen wat zij willen."
Een fundamentalistisch geloof dat wel eens vrij snel tegen de economische realiteit aan zou kunnen botsen. Zelfs met alle olierijkdom van Irak, Iran én Saoudi-Arabië bijeen, blijft het de vraag of alle kosten die de V.S. zullen moeten maken om hun wil aan de regio op te dringen, finaal zullen opwegen tegen de baten. Indien die baten de kosten overstijgen, kan dat de militaire 'supermacht' economisch onderuit halen. Stel dat de V.S. zich op die manier de das omdoen, wordt dan China - een economi sche supermacht in wording maar een militaire laagvlieger - de lachende derde ? Of zal het militair 'zuinigere' en diplomatischere Europa - nu al het grootste handelsblok ter wereld - dan de toon kunnen zetten ?
* Cowboy-simplisme verhindert economisch inzicht
Vatten we even samen: een politiek machtige groep (de olie- en wapen-industrie) wil al te graag een oorlog om de Iraakse energiebronnen starten. Wat hen tegenhoudt zijn zowel binnen- als buitenlandse factoren. In dat opzicht is de overwinning voor de republikeinen in de verkiezingen van begin november - die de republikeinen een meerderheid opleverde in beide kamers van het Congres - een belangrijke stap richting een oorlog. Iets wat begin november door veel media ook zo beschouwd werd. Temeer omdat de republikeinen de verkiezingen wonnen dankzij hun campagne rond het thema Irak, waarmee ze handig de binnenlandse economische problemen uit de media hielden.
In De Standaard van 7 november betitelde Evita Neefs haar commentaar: "Handen vrij voor cowboy Bush". Neefs verwees naar het doodschieten met een CIA-raket van zes 'verdachten' in Jemen, "je reinste laffe moord in commandostijl" omschreef een lezer in De Morgen het. Bush handelt zoals een cowboy, stelde Neefs: eerst schieten, dan vragen. Maar met zo'n vergelijking maakt Neefs de fout om het voor te stellen alsof het alleen het oorlogszuchtige kopje van Bush is dat beslist over oorlog of vrede.
In La Dernière (6/11) schreef 'H.Le' in zijn commentaar 'La guerre malgré tout' dat de Amerikaanse economie verre van schitterend boert en dat het Witte Huis alles moet doen om de aandacht van het publiek af te leiden. Overigens sputtert ook in Europa en Japan de economisch motor. Dan toch maar weer oorlog voeren ?
Naarmate de economie het slechter doet zullen de 'haviken' binnen het establishment, meer en meer steun krijgen van de 'duiven' wanneer die hun winstmarges zien dalen én geloven dat er met beperkte militaire risico's, meer uit de brand te slepen is.
2)DE BELGISCHE MEDIA OVER HET CONFLICT OVER IRAK
* 4Brussel' kijkt met de bril van 'Washington'
Wie de Irak-berichtgeving in de Belgische media overschouwt, merkt meteen dat 'onze' media groten deels de agenda van de V.S.-regering volgen. De 'berichtgeving' gaat bijna alleen over de dreiging die er van het Irak van Saddam Hoessein zou uitgaan.
Het zijn ook heel vaak Amerikaanse (en Britse) 'officials' die we over de oorlogsdreiging te horen krijgen. Zij hebben het over de "bedreiging door Irak", niet over de eigenlijke inzet, de olie. Van Iraakse zijde krijgen we zelden iemand uitgebreid te horen. Saddam Hoessein bv. heb ik de jongste maanden maar een paar keer horen spreken, één keer een lange saaie speech op CNN, en één keer in een historisch fragment in Panorama. Nu is de Iraakse president niet bepaald een taterwater, maar zijn welbespraakte ministers (met Tarik Aziz als bekendste), horen we ook zelden. Wat blijft er van de journalistieke plicht om woord en wederwoord te geven ? Of gaat men er van uit dat wat Aziz & Co te vertellen hebben, alleen maar de leugens van een dictatoriaal regime kunnen zijn ?
Het is me ook bijgebleven hoe in een Vlaams televisiejournaal (op VTM of VRT ?) een Iraaks minister die verklaarde dat de wapeninspecteurs weer welkom waren - een vredelievende mededeling dus - door de beeldmontage - een archiefbeeld van Saddam die een geweer afvuurt - onderuit gehaald werd.
Dat Irak zelf bedreigd wordt door zowel de economische boycot als door de Amerikaans/Britse luchtaanvallen én de nasleep van de eerste golfoorlog (inzet 'verarmd uranium'), dat komt in 'onze' media bijna nooit aan bod.
Nochtans zijn alleen al de economische sancties tegen het land moordend. "De bevolking is zo verpauperd dat 55 % van de bevolking onder de armoedegrens leeft. De kindersterfte is dramatisch" stelde Hans von Sponeck (in 1998-2000 humanitair coördinator van de VN voor Irak).
Wanneer Europese politici het nefaste embargo aanklagen - door bv. Irak te bezoeken - maken ze zich meteen verdacht. Dan kunnen ze met hun verhaal bijna alleen terecht in publicaties zoals Solidair, Indymedia en Uitpers. Irak is immers het land van Saddam Hoessein en dat alleen al, lijkt voldoende om bij de meeste media elk medeleven met de bevolking van het land, in de kiem te smoren. Dus wordt een organisatie zoals 'S.O.S. Irak' haast nooit door de media vermeld. Dus krijgt de Belg haast nooit een reportage of documentaire te zien over het lijden van de Irakezen ook al werden daar de jongste jaren minstens een paar Belgische videoprogramma's over gemaakt.
De Duitse graaf Hans von Sponeck stelde in dit verband: "Ten eerste moet erop gewezen worden dat het lijden en het trauma dat voortvloeit uit de verhevigde confrontatie tussen Irak en de VS/VK en het vooruitzicht op oorlog, voorbijgaat aan de politici en de media in Europa. Er zijn overweldigende bewijzen van de tol die deze ontwikkelingen én twaalf jaar economische sancties van de Iraakse bevolking heeft geëist. De impact daarvan zal nog lang worden gevoeld na opheffing van de sancties en het einde van het conflict rond Irak." (bron: Uitpers)
* Saddam moet onderdoen voor de 'sniper' van Washington
Onze mediabril mag dan al mee door de V.S. gefabriceerd worden, de ogen waarmee onze mediamadammen en -mijnheren kijken, zijn toch die van Europeanen die een stuk dichter dan de Amerikanen bij het Iraakse slagveld wonen. Europeanen die meer dan de Amerikanen een historisch besef hebben van wat oorlog kan aanrichten. Europeanen met ook andere economische belangen dan de Amerikanen.
Dus worden de discussies in Washington over al dan niet Irak aanvallen, met argusogen gevolgd. Dus worden de pro's en contra's voor een oorlog afgewogen. "Saddam, Vaut-il une guerre ? Le 'pour' et le 'contre'" titelde het weekblad 'Le Vif/L'Express' (de Franstalige Knack) op 4 oktober, onder een coverfoto van een streng kijkende Saddam. Zusterblad Knack pakte het in zijn 'pro & contra'-rubriek op 9 oktober op een soortgelijke manier aan, door onder de titel 'Irak aanvallen' een Ja- (Tony Blair) en een Neen-opinie (Anne Van Lancker) te brengen. Een nog hardere aanpak volgde in 'Le Soir Junior' dat op 15/10 twee pagina's bracht met als grote titel: "Les raisons d'attaquer l'Irak" ... In de tekst werden echter vraagtekens geplaatst bij de noodzaak van een aanval: men heeft het over Saddams vermoedelijke massavernietigingswapens maar men verzwijgt dat de dictator nog "slechts weinig vliegtuigen en kanonnen heeft om zulke wapens in te zetten. Amerikanen en Britten beschikken over veel meer zulk materiaal en kunnen dat van Irak makkelijk vernietigen" ...
In de Britse 'The Independent' beschreef Rupert Cornwell Irak zo: "een geruïneerd en geïsoleerd land op 9.000 kilometer van de V.S." Welke dreiging gaat daar van uit ? Gaf de brutale Saddam niet altijd blijk van een "afkeer van zelfopoffering" ? "Als een bedreiging voor de 'American way of life' moet hij onderdoen voor de sluipschutter van Washington." Even doordenken dus en het bozewolf-Saddam- sprookje zakt als een pudding in elkaar.
Toch blijven stokebranden zoals premier Verhofstadt begin oktober, ervoor waarschuwen dat "de Iraakse dictator over massavernietigingswapens beschikt". En als Saddam die wapens nu toch nog niet heeft ... Wel "de meeste geheime diensten én de wapeninspecteurs van de V.N. zijn het erover eens dat Irak de knowhow en de mensen heeft om ABC-wapens (atomaire, biologische en chemische wapens) te maken", stelde Knack op 2/10. Dat men op basis van zo'n redenering zowat alle landen ter wereld moet inspecteren - te beginnen met bv. de agressieve atoommacht Israël én dé massa- fabrikant, de V.S. - wordt er bijna nooit bij gezegd. Behalve dan op de Duitse ARD, die ten tijde van de Duitse verkiezingen het aandurfde om in een montage Duitsland met al zijn wapentuig, als een gevaar lijk, te inspecteren land, voor te stellen.
* Europa vreest chaos maar aast op 'oorlogsvoordelen'
Europa wil wapeninspecties in Irak, maar Europa - Fransen en Duitsers op kop, Britten uitgezonderd - wil Irak niet aanvallen, al was het maar omdat het vreest voor chaos in het Midden-Oosten.
In Le Soir (21/10) stelde een Europees diplomaat: "Sans Saddam, le pays serait livré à la guerre civile. Beaucoup d'Irakiens vous le diront. En fait, cet homme, sanguinaire, tient la boutique en place. Les Américains feraient bien d'y songer, avant de plonger le pays et la région entière dans le chaos."
Zelfde teneur in een dossier van Le Vif (4/10) dat besloot: "Gardons nous de croire que le feu et la foudre pourront, tel un remède miracle, guérir tous les maux de l'Irak. Qu'il suffit d'abattre le despote pour sauver le pays. A quoi bon une région affranchie de Saddam Hussein, mais livrée au vertige ? La facture sera lourde; le chemin, tortueux et semé d'embûches."
De Belgische media houden rekening met de voorzichtige Europese opstelling alsook met de opinie van hun lezers/kijkers. Een enquête van Le Soir wees midden september uit dat de Belgen geen oorlog willen. Voor een militaire interventie in Irak stemde slechts 25 % van de ondervraagden. 17 % had geen mening en 58 % was tegen oorlog.
Dat sommige zakenkringen er ook hier anders over denken bleek bv. in een uitzending begin oktober van zakenzender Kanaal Z, waarin (aldus een uitgeschreven verslag op Indymedia) in een vraagge sprek gespeculeerd werd over de voordelen voor het Westen (meer economische groei, stijgende aandelen ...) van het in beslag nemen door de Amerikanen van de Iraakse oliebronnen. In kranten en televisiejournaals klinkt soms dezelfde redenering door.
* Wat weten we nu eigenlijk over Irak ?
Een andere vaststelling - ik had het er al over in de inleiding - betreft de bijna totale afwezigheid van informatieve tv-programma's of artikels over Irak als land. Je zou verwachten dat nu er zoveel om Irak te doen is, Canvas eens een historische reeks over Irak als bakermat van onze geschiedenis zou brengen. Of dat De Morgen of De Standaard in hun traditie van bijlagen over actuele thema's een bijdrageserie over Irak zouden starten.
- "Geen toekomst voor Iraks generatie X"
Al wat we in die richting in De Morgen vonden, was een focus van 1,5 p. over Irak op 24 oktober (onderdeel van een overzicht van 3 pagina's van de landen in de Perzische Golf). Onder de titel "Geen toekomst voor Iraks generatie X" schreef Maarten Rabbaey dat "Irak vandaag uitsluitend in het nieuws komt met onheilsberichten over zijn leider Saddam Hoessein en diens vermoede massavernieti gingswapens. Minder bekend is dat de grootste 'vernietiging' in Irak al plaatsvond, in het onderwijs. Volgens de VN is 40 % van de jongeren ouder dan 15 analfabeet. Die 'generatie X' is Saddams schild geworden. Als het noodlot hem achterhaalt, zullen zij de prijs betalen."
Verder beschrijft Rabbaey hoe Iraks onderwijs ooit tot de meest geavanceerde van het Midden-Oosten en de Irakezen tot de meest geletterde mensen van de regio behoorden. "Iraks opgeleide klasse was één van de beste van de Arabische wereld."
Volgens Rabbaey begon het onderwijssysteem af te brokkelen toen Saddams Baathpartij in 1968 de macht greep. Eerst gaf die partij nog veel geld aan onderwijs maar dan om de mensen te indoctrine ren. In 1979 pleegde Saddam een staatsgreep en in 1981 mocht de jeugd gaan vechten tegen Iran. "De genadeslag kreeg het onderwijs na de Golfoorlog van 1991. De economische sancties laten humanitaire hulp toe, maar de scholen krijgen daar bijna niets van" stelt Rabbaey die niet meldt zoals Hans von Sponeck wel doet, dat "de humanitaire uitzondering op het embargo, het olie-voor-voedsel- programma, altijd over te weinig geld beschikte".
De resultaten van het ineenstorten van het onderwijssysteem zijn er: massaal analfabetisme, stijgende jeugdcriminaliteit én een tekort aan allerlei beroepsmensen.
In zo'n situatie ziet Rabbaey een democratische omwenteling niet zitten en "met een buitenlandse interventie zal het rijk van Saddam niet plots tot het verleden behoren." "De modale Irakees is vandaag niet meer gewonnen voor de val van Saddam" stelt sociologe Dalal al-Bizri. "De oorzaak ligt bij een cultuur van de tragiek, ondersteund door onze wetten, instituten en administratie, die de totale identificatie tussen onze leider en de natie, en zijn machtsbehoud en het overleven van de natie, propageert." Rabbaey eindigde met de vrees dat Irak na Saddam verscheurd zal worden door een eindeloze burgeroorlog.
- Beulen in soorten
De Morgen drukte ook een portret af van "beul Udday", Saddams oudste zoon. "Sinds een aanslag in 1996 op hem mislukte en hem halfverlamd en impotent achterliet, zijn 's mans gewelddadigheid en wraakgevoelens alleen maar geëscaleerd."
Dat de VS voor Udday niet in wreedheid moeten onderdoen, merken we in het artikel "Water als wapen." Volgens de Amerikaanse professor Thomas J. Nagy, "hebben de V.S. de sancties tegen Irak opzettelijk gebruikt om de drinkwaterbevoorrading in het land in het gedrang te brengen, wetende dat burgers - vooral kinderen - het gelag zouden betalen." Door de sancties mist Irak de chemicaliën en onderdelen van ontziltingsinstallaties om drinkwater te maken. Gevolg: "vier keer meer kinderen sterven aan aandoeningen, gerelateerd aan onzuiver drinkwater."
In enkele korte berichten maakte De Morgen gewag van een dissidentie die herinneringen oproept aan de revolte in 1991 "toen 14 van de 18 provincies van het land snel door tegenstanders van Saddam werden ingenomen."
Verder gaf De Morgen een kaart met de Koerdische en Sjiitische regio's en de no fly-zones. In een kolom volgde een overzicht van Iraks geschiedenis.
- "Overleven onder een embargo"
Naast De Morgen was het Le Soir waarin we enkele artikels vonden over het leven van de Irakezen. Op 21 oktober titelde Le Soir op zijn cover: "Bagdad, les Irakiens se préparent à la guerre'. In het artikel lag de nadruk op hoe gewone mensen tegen de oorlog aankijken en hoe velen vastberaden zijn om het de Amerikaanse bezetters zo moeilijk mogelijk te maken.
S'anderendaags bracht Le Soir een groot artikel (p. 9) getiteld: "Les Irakiens survivent malgré l'embargo" (met daarnaast in een kadertje: "Les Belges restent les bienvenus à Bagdad", mede dankzij de aanklacht in België tegen Sharon). In het artikel vernamen we hoe de Irakezen 'overleven'. Het werd geschreven door Baudouin Loos, "envoyé special à Bagdad". Een zeldzaamheid: een Belgisch journalist ter plekke ! Ik herinner me verder alleen nog een ooggetuigeverslag van Paul Vandenbavière in Solidair (18/09).
Loos stelde o.a. dat in Irak geen mensen van honger sterven want het olie-voor-voedsel programma laat de autoriteiten toe iedereen het strikt noodzakelijke te geven. Loos wees echter ook op de nieuwe kaste van rijken, "de clans sans scrupule". En terwijl de Iraki wel genoeg eten hebben, sterven ze aan ziektes bij gebrek aan medikamenten. Op die manier doodt het embargo wel.
* Een gedroomde schurk
Als we meestal niets over Irak zelf vernemen, wat krijgen we dan - behalve de over Irak vergaderende Westerse politici - wel te zien / te lezen / te horen als het om Irak gaat ? Ik moet het u niet vertellen.
Een kind kan het merken en er verbaasd over staan. De horrorverhalen over Saddams "rijk van de angst" (Humo 6/8/02) gaan er in als zoete koek. Het lijkt soms wel een moderne versie van Roodkapje en de boze wolf.
Vreemd toch hoe we het slikken dat de beeldvorming over Irak grotendeels beperkt blijft tot die ene enigmatische figuur: de man die minstens een paar dubbelgangers rond lopen heeft zodat je nooit goed weet of je Hem wel ziet als je 'een Saddam' ziet.
In de 'simpele zielen aanpak' waarin de Amerikaanse president Bush zo geniaal is, is het Saddam en hij alleen die het onheil over Irak afroept. Saddam weg en we kunnen weer gerust slapen. Waarbij Bush even zijn 'War on Terrorism'-kruistocht in de diepvries steekt want Al Qaeda raakt maar niet aan Saddam gelinkt. De twee staan qua ideologie ook tegenover elkaar (islamfundamentalistisch versus seculier).
Nu heeft Bush het wel makkelijk met een tegenstander zoals Saddam. De man is geknipt voor een schurkenrol. Hollywood-kijkend Amerika droomt zich de actiefilm al die het straks te zien krijgt over de strijd van 'The good (Bush) & the Bad (Poetin ?) against the Ugly (Saddam)'.
Saddam zelf heeft de iconografie rond zijn persoon aardig op gang gebracht door zich talloze keren te laten filmen, fotograferen én schilderen met een geweer in de handen. Beelden van een schietende Saddam kregen we op zowat alle zenders, in kranten en tijdschriften (zie o.a. Knack van 2/10, Le Vif van 4/10, Le Soir Junior van 15/10 en Le Soir van 21/10).
Bovendien deed Saddam voor de camera's uitspraken over zaken waarover verstandiger collega's zwijgen. Zo hoorden we hem op 12 oktober in de door Panorama uitgezonden BBC-documentaire "De provisiekast van Saddam", de foltering van tegenstanders goedkeuren. En Saddam liet zulke uitspraken volgen door daden. Zie hoe hij de oppositie aanpakte en duizenden Koerden over de kling joeg. Zelfs zijn eigen familie spaarde hij niet.
"De wereld waarin hij leeft: complotten, intriges, verraad en list. Als zijn twee dochters en schoonzoons in 1995 naar het Westen vluchten, weet hij ze met allerlei beloften terug te lokken. Zodra ze weer in zijn macht zijn, worden de twee schoonzoons afgemaakt." "De wereld is een raadsel waarvan de sleutels altijd geweld en macht heten. Dat maakt hem gevaarlijk. Dat maakt alles gevaarlijk." Aldus Misjoe Verleyen in het "portret van een schurk" dat Knack op 2/10 publiceerde.
* Gevaarlijk 'negationisme'
Als je de vijand maar lang en fel genoeg demoniseert beginnen sommige mensen zich toch vragen te stellen of je niet overdrijft. Sommigen, met name binnen radikaal-links gaan zover om in de strijd tegen het 'V.S.-imperialisme' het Iraakse regime te beschouwen als een 'minder kwaad' waar men het nu niet moet over hebben, omdat het de eenheid tegen de Amerikaanse oorlogsmachine zou ondermijnen.
Daar is enerzijds iets van waar: kritiek op Saddam en zijn systeem, kan de V.S. dienen en de weerstand tegen een inval verzwakken. Met beeldspraak: als je huis in brand staat, is het geen tijd om je zorgen te maken over schimmel op de muur. Maar, wie in een krot woont, geeft die om een brand ?
Concreet voor Irak: moeten bv. de Koerden Saddam wel steunen tegen de V.S. - nadat ze eerder al zoveel last met de man hadden - of kunnen ze proberen 'meer' uit de brand te slepen ? Zelfde vraag voor de sjiïeten in het Zuiden.
Over al dat soort vragen moet het hier in België op zijn minst mogelijk zijn om er een open debat over aan te gaan. Vandaar dat het droevig is dat uitgerekend op Indymedia - hét medium dat zich als een continu alternatief aandient - de discussie over Saddam de jongste tijd door toedoen van hardliners, zo bemoeilijkt werd. Wie op de site kritiek wou uiten op Saddam, kreeg zoals Ludo De Brabander (vzw Vrede) het beschreef in zijn artikel "Gevaarlijk 'negationisme' rond Irak" (Indymedia 7/11), "bijna een stempel van oorlogsstoker" of werd afgeschilderd als een dommerik die zich laat beïnvloeden door de media.
Ik mocht dat in oktober zelf enkele keren meemaken op Indymedia. En toen Indymedia op 6 november een overzicht bracht van de op de website verschenen artikels over Irak, ontbraken 'toevallig' al mijn nochtans druk becommentarieerde Irak-artikels (waaronder 'Een spectaculaire oefening in democratie' en 'Ni Bush, Ni Saddam, maar vooral geen oorlog tegen Irak').
Zoiets versterkt de indruk dat de harde kern van Indymedia niet overweg kan met standpunten die voor Saddam kritisch zijn.
Nochtans moet het mogelijk zijn om ook over de soms zeer tegenstrijdige informatie over de Iraakse dictatuur een volwassen debat aan te gaan. Een voorbeeld. Zowel Han Soete als VRT-reporter Ng Sauw Tjhoi stelden dat ze in Irak vrij konden reizen. "Zonder papegaai noch spion naast mij neergepoot", stelde Tjhoi.
Betekent dit dat de media als ze het hebben over Iraks veiligheidsdiensten die alles in de mot houden, altijd liegen ? Raadplegen we een andere bron: Jean Cornil, de PS-senator die in april 2002 Irak bezocht. Hij werd wél geschaduwd. Hij schreef: "Acceuil par des officiels à l'aeroport. Ils ne nous quitteront que pour quelques escapades dans les marchés de la ville." Het deed Cornil - geen Bush- vriendje - denken aan een ervaring in Turkijke waar hij zich inzette voor de gevangenen. Die verwijzing naar Turkije, geeft Cornils zinnen over de Iraakse 'officiëlen' extra geloofwaardigheid. Hij heeft dit al eens meegemaakt.
Hoe kunnen we nu de verschillende ervaringen van Soete en Tjhoi versus die van Cornil verklaren ?
Kan het zijn dat de controle afhangt van de periode waarin ze Irak bezochten ?
Kan het zijn dat het Iraakse regime op de hoogte was van de politieke visies van de drie betrokkenen ?
Kan het element meespelen dat Tjhoi vermeldt: dat hij in Irak was op uitnodiging van het 'Iraaks ministerie voor Informatie' ? Cornil daarentegen schreef: "nous ne sommes pas invités par le gouvernement irakien".
Of is het een combinatie van deze en nog andere elementen ?
* Saddam, vriend van het Westen
Dat er van Saddam, zoals van alle meedogenloze heersers een zekere fascinatie uitgaat, daar had Agnès Gorissen het over in haar artikel "Saddam Hussein, entre Staline et Saladin" in Le Soir van 16/10. Ze verwonderde er zich over hoe "malgré ses excès, Saddam séduit depuis toujours les Arabes: la modernisation du pays et son programme de lutte (bien réelle) contre l'illetrisme les font rêver; et is admirent cet homme qui tient tête aux Etats-Unis. Et les Occidentaux, intéressé par le pétrole irakien et le rempart que représente le régime baassiste face à l'Iran, l'ont soutenu militairement ... jusqu'à l'invasion du Koweit, en 1990."
Inderdaad: aan Saddams brutaliteit nam de 'internationale gemeenschap' - inbegrepen de V.S. van Ronald Reagan en opvolger Bush - lang geen aanstoot. Hij was een nuttige dictator die veel geld spendeerde aan westerse wapens (waaronder Amerikaanse virussen en chemische wapens !) en die die wapens inzette tegen de voor Navo-lid Turkije vervelende Koerden en de fundamentalisten in Iran.
"Al wat men nu Saddam verwijt, werd overigens in de jaren 1920 al gedaan door de Britten", schreef Paul Vanden Bavière (Uitpers) in een discussie met hem over dit artikel, "met inbegrip van het gebruik van gifgassen tegen de sjiïeten en Koerden die niets wilden weten van een nieuwe bezetter."
* Lokte Bush Sr. Saddam Koeweit in ?
Internationaal verknoeide Saddam - zo toonde een RTBF-L'Hebdo-reportage op 25/10 - zijn imago van grote Arabische leider door twee zware berekeningsfouten. Eerst was er zijn aanval in 1980 op het revolutionaire Khomeiny-Iran waarvan Saddam de weerstand compleet onderschatte. Het conflict leverde hem wel de steun én wapens van de V.S. op.
In 1990 volgde de annexatie van Koeweit, dat door de Irakezen gezien wordt als een deel van hun zuidelijke provincie Basra. Het ministaatje werd overigens pas in 1961 onafhankelijk, ten gevolge van Britse (olie-)bemoeienissen nadat drie jaar eerder (1958) in Irak een pro-Westers koninkrijk ten val was gebracht.
In 1990 wou Saddam het olierijke Koeweit terug én het leek erop dat de V.S. hem daarbij niet zouden hinderen. Ze lieten hem weten: "Regel uw zaken onder Arabieren". Lokten de V.S. Saddam op die manier in een val die - men kan het vermoeden - toen door Bush Sr. opgezet werd ? Het vervolg is bekend: operatie 'Desert Storm', gevolgd door een decennium van economische sancties die Saddam niet, maar de Irakezen wel op de knieën kregen.
De RTBF-reportage toonde nog andere gevolgen van 'Desert Storm'. De Golfoorlog gaf Bush Sr. de kans het sterkste Arabische leger uit te schakelen. Ook het door de V.S. tot opstand aangezette en daarna in de steek gelaten Koerdische en Sjiïtische verzet, werd verzwakt. (Wat doet denken aan het ghetto van Warschau waar Stalin de opstandelingen zich liet doodvechten omdat hij alleen baas wou worden over Polen.) Nog een gevolg van de militaire en economische uitschakeling van Irak, was dat Israël dé onbetwiste supermacht in de regio werd én dat de V.S. hun militaire aanwezigheid op een hoog niveau konden brengen. Redenen genoeg dus waarom de V.S.-regering de Golfoorlog misschien zelf uitlokte, net nadat de Sovjet-Unie verdwenen was als een macht die Irak toeliet een onafhankelijke koers te volgen.
* 'Sympathiek imperium'
Terwijl de westerse media het niet alleen ideologisch maar ook omwille van hun populistisch en escapistisch niveau lastig hebben om de economische en militaire achtergrond van de strijd om Irak uiteen te zetten, valt het hen des te makkelijker om te focussen op de duivelse Saddam. Met zo'n dictator is het kinderspel om de propagandaregels toe te passen die Anne Morelli in haar boek "Princi pes élémentaires de propaganda" (2001) uiteenzette.
Regel drie stelt: "Le chef du camp adverse a le visage du diable". Of van Saddam ... En tegen de duivel - tegen een "moordzuchtige tiran" (dixit George W. Bush), mag je je verdedigen. Dus is een Amerikaanse aanval op een Irak een "verdedigingsoorlog" (regel 1: niet wij willen de oorlog; regel 2: het is de schuld van de tegenpartij). Meer zelfs: het is een verdediging van heel het westen. Gelukkig dat we de V.S. hebben, dat 'vrij sympathiek imperium, vergeleken met voorgangers in de geschiedenis' - om met Yves Desmet van De Morgen (12/9) te spreken - om voor ons kastanjes én olie uit het vuur te halen.
Dat die 'sympathieke' supermacht zelf als geen enkel ander land ter wereld massa's dollars uitgeeft aan het ontwikkelen van steeds perfider atomaire, biologische, chemische en elektronische wapensys temen die vervolgens verspreid raken over heel de wereld, daar gaan de Belgische media in de grootst mogelijke onverschilligheid aan voorbij. Dat in sommige nieuwsbulletins op VRT en VTM over de mogelijke dreiging van Iraakse massavernietigingswapens, het woord 'Irak' moeiteloos vervangen kan worden door 'V.S.' of 'Rusland' of ..., en dat dan ook het woord 'misschien' achterwege mag blijven, daar stellen journalisten zich geen vragen bij.
3)IRAK, GEZIEN DOOR JEAN CORNIL (EN NG SAUW TJHOI)
In zijn dit najaar verschenen boek "C'est la lutte, etc ... - Indignations et émerveillements" beschrijft PS- senator Jean Cornil de reis die hij april 2002 naar Irak maakte.
De volgende twee alinea's zijn daaruit zeker de moeite van het volledig citeren waard omdat ze een goed overzichtsbeeld van Irak geven. Een beeld om te vergelijken met wat we tot nu toe via de 'gewone' media van Irak vernomen hebben.
"L'Irak. 437.370 km2. 21 millions d'habitants. On y parle l'arabe, le kurde, l'armenien et l'assyrien. 63 % de musulmans chiites et 34 % de sunnites. Quelques chrétiens dont Tarek Aziz. 79 % d'Arabes, 16 % de Kurdes, 3 % de Perses et 2 % de Turcs. Pays membre de l'OPEP qui a, après l'Arabie Saoudite, les plus importants réserves en pétrole et en gaz naturel. 86 % de ses exportations vers la Jordanie. Secteur agricole, autrefois prospère, dévasté par la guerre. Outre le raffinage du pétrole et l'industrie pétrochémique, production de ciment, de textile, de fer, d'acier et mines de sel. Pour 1.000 habitants, 68 Irakiens possèdent un téléviseur, 34 une voiture et 56 un téléphone. 44 % de la population a moins de 14 ans. Autres photographies statistiques: la mortalité des enfants de moins de 5 ans est passée de 56 pour 1.000 naissances en 1984-1989 à 131 pour 1.000 en 1994-1999. Les 130 hôpitaux du pays sont dans un état catastrophique et manquent de matériel de première nécessité. 30 % des enfants ont abandonné l'école alors que l'enseignement public de qualité, couvrait dans les années 80 l'ensemble du territoire.
En moyenne, l'Irakien peut disposer de 300 dollars par an, ce qui place l'Irak parmi les pays les plus pauvres de la planète. Certains citent le chiffre affolant de 1.659.186 morts d'août 1990 à février 2002, victimes de l'embargo. J'ai entendu le mot génocide prononcé plusieurs fois notamment parmi les diplomaties étrangers. Et le Secrétaire général des Nations Unies déclare dans le rapport présenté au Conseil de Sécurité que "dans le cas de l'Irak, un régime de sanctions qui a parfaitement rempli sa mission pour ce qui est du désarmement a en revanche été tenu pour responsable, certes involontaire, de l'aggravation d'une crise humanitaire". Douze années de souffrances continues pour tout un peuple victime de l'oppression de ses dirigeants de de l'acharnement international."
* De impact van watersnood én verarmd uranium
Cornil beschrijft in zijn boek - maar daar hadden we het al over - ook het terreurregime van Saddam en diens personencultus.
Maar hij beschrijft ook aspecten van de 'Iraakse problematiek' die we nergens elders beschreven of getoond vonden. Zo bv. de oorlog om het 'sprankelend goud' die in het Midden-Oosten woedt en waarin met name Turkije een vuile rol speelt. De twee grote rivieren die Irak bevloeien - Tigris en Eufraat - ontspringen in Turkije. Nu is dat land bezig met een grote reeks waterwerken, waardoor het waterpeil stroomafwaarts in Syrië en Irak drastisch gedaald is en nog verder zal dalen. "Partout l'eau manque. Dévastation de l'Eden de jadis" schrijft Jean Cornil. Of hoe V.S.-bondgenoot Turkije de tuin van Eden nog op een andere manier dan met wapens aan het vernielen is.
Eén van de meest wrede passages in het verslag van Cornil is dat over de gevolgen van het verarmd uranium dat de V.S. in de eerste Golfoorlog inzette. Naar schatting werd zo'n 300 tot 700 ton verarmd uranium over Irak verspreid, vooral in het Zuiden.
"Het leidde tot een vermenigvuldiging van het aantal kankers met 10 en van het aantal erfelijke misvormingen met 7. Kinderen worden geboren zonder hoofden, zonder ogen, zonder armen, zonder benen ..."
Dezelfde gruwel konden we lezen in het verslag dat VRT-journalist Ng Sauw Tjhoi op 2 november op Indymedia bracht: "Misvormingen, kankers, baby's zonder hoofd, of met twee hoofden. Kinderen zonder ogen (normaliter 1 kans op 1 miljoen, daarvan zijn er in Irak tientallen, volgens Belgische medische bronnen). Ook het milieu is aangetast, en het vee. Schapen met vijf poten, kalveren met twee hoofden. Noem maar op. Absurdistan". Tjhoi draaide daar eind 2002 één reportage over voor VRT-Radio 1 (Piazza, 9/11) en twee voor 'Koppen' op TV1 (uitzending voorzien midden november, 12 of 14/11 wellicht). Daarmee vangt Vlaanderen eindelijk een glimp op van de gruwel van Amerikaanse atoomwapens ...
Na lezing van dit alles klinkt het uiteraard bijzonder cynisch om George Double U Bush nog te horen oreren over de Iraakse dreiging met massavernietigingswapens ...
4) CONCLUSIES ? / JOURNALISTEN KUNNEN OOK MOORDEN
In de Westerse/Belgische mediaberichtgeving over het conflict om Irak wordt de essentie (de Iraakse olie en het Amerikaanse machtsstreven) vaak verhuld. Het is begrijpelijk (Saddam deed vreselijke dingen) maar tegelijk voor de westerse belangen ook heel handig dat de media focussen op een 'duivelse' president. Dat terwijl die 'duivel' volgens wetenschappers die hem bestudeerden - waaronder de Britse historicus Charles Tripp - alleen er op uit is zijn eigen macht te handhaven en niet geïnte resseerd is in acties tegen de V.S. of de verspreiding van de islam.
Het 'eigen' kamp, de militaristische Verenigde Staten (en Israël) blijven grotendeels van kritiek gespaard. Onze publieke opinie krijgt bijzonder weinig te zien van het menselijk leed dat in Irak aangericht wordt.
Voor een deel is dat te verklaren vanuit de zeer oppervlakkig geworden belangstelling van met name de Vlaamse televisiejournaals voor het buitenland. Het eerste het beste 'fait divers' kreeg de jongste maanden vaak meer aandacht dan al de ontwikkelingen rond Irak, die je - voor wat televisie betreft - het best kan volgen op een internationale zender zoals BBC-World.
Maar ook BBC-World houdt zich aan de 'westerse kijk' (weliswaar met toch nog een correspondent ter plekke in Bagdad). Tijdens een nieuwe oorlog zal dat niet anders zijn. Herinner u hoe de media gedurende de eerste Golfoorlog buitengesloten werden; de V.S.-militairen hadden zogezegd hun lesje geleerd in Vietnam.
In feite maakt de Westerse journalistiek door zijn slaafsheid het mee mogelijk dat een vredelievende Westerse publieke opinie een Amerikaans/Britse aanval op Irak - zeker als die snel en zonder veel terugkerende lijkkisten zou verlopen - wellicht zal gedogen. Of hoe ook journalisten kunnen moorden. Sommige journalisten roepen er overigens regelrecht toe op ...
* Westers cynisme anno 2002
De gevoelloosheid van een aantal Westerse 'opinieleiders' voor het leed van de bevolking van Irak én van hun eigen land, komt scherp tot uitdrukking in de geschriften van figuren zoals de Amerikaanse journalist Robert Kaplan en de Britse diplomaat Robert Cooper, adviseur van Tony Blair. Mensen bij wie "de gêne is weggevalllen" schreef Marc Vandepitte. "De politieke elite schaamt er zich niet langer voor om zichzelf imperialistisch te noemen. Integendeel."
De inzichten van Cooper kregen we geprensenteerd in een artikel in Knack (9/10) over de huidige 'drôle de guerre met Irak'. Het artikel droeg om onduidelijke redenen de titel 'Het geweten aan de macht'. In het stuk van twee pagina's slaagde Knack-man Hubert van Humbeeck er in om niets te schrijven over olie of economische belangen. Hij ging wel in op de theorie van Cooper die de wereld verdeelt in drie soorten landen: moderne staten (zoals Irak), de premoderne wereld met bv. Al Qaeda (gevaarlijk en onvoorspelbaar) en de postmoderne (de E.U.). De V.S. zijn volgens Cooper nog geen postmoderne staat. "Dat is gewoon een kwestie van macht: de V.S. is de sterkste militaire macht sinds het Romeinse Rijk." Volgens Cooper moeten de V.S. en Europa samenwerken. Zij zijn "de bekwaamste twee eenheden in de wereld vandaag. (...) Ze zouden het raderwerk van een nieuwe wereld moeten vormen. Een voorbeeld voor alle anderen." Tegelijk bepleit Cooper dat we in de strijd tegen de premoderne wereld "een dubbele standaard moeten hanteren; want in de jungle moeten de wetten van de jungle worden toegepast."
Hetzelfde verhaaltje met minder franjes horen we bij de in de Belgische media vaak opgevoerde Robert Kaplan. In een interview in De Standaard van 23/10, naar aanleiding van zijn boek 'Krijgspoli tiek' pleitte de man die soms door Bush Jr. geraadpleegd wordt, voor een 'heidens ethos'. "Onze samenleving is gebaseerd op joods-christelijke waarden maar om die te verdedigen moet een staatsman op het juiste moment zijn waarden even laten vallen." Hij moet een heidens machtsethos hanteren met een joods-christelijk doel ... Met andere woorden: het recht van de sterkste toepassen op al wie niet meewerkt. Ook op het Midden-Oosten, want dat reageert volgens Kaplan, die een Amerikaanse overval op Irak noodzakelijk acht, "alleen op intimidatie".
Waar hebben we dit nog gehoord ? Heeft het niet veel weg van de Groot-Inquisiteur ("de christelijke staatsman als Jezus-jager") zoals die door Peter Sloterdijk beschreven werd in 'Kritiek van de Cynische Rede'; of van Stalin of China's 'Bende van Vier' ? Machthebbers die om hun 'idealen' (christendom, communisme) door te drukken zelf buiten die idealen moeten treden. Die des te sterker hun onderdrukking is (zie het 'Arbeit macht frei' van de nazi's), des te intensiever de vrijheidsretoriek in de hoofden van de mensen inprenten. "Dat is precies het ideologische kenmerk van alle moderne conservatisme, in Oost én West" schreef Sloterdijk in 1983. "Alle gaan zij uit van een pessimistische antropologie die zegt dat het streven naar vrijheid niet meer dan een gevaarlijke illusie is."
Geheel in die lijn stelt Kaplan dat Irak een "liberaal dictator" nodig heeft; iemand zoals de Pakistaanse president Musharraf "die in essentie waarschijnlijk democratischer denkt dan alle democratische politici de laatste twintig jaar in Pakistan." "Een democratisch Irak op korte termijn zou waanzinnig zijn."
Ondertussen zwijgt Kaplan zedig over de schaduwkanten van zijn liberale dictaturen. Hij zwijgt over de 40 miljoen analfabeten in de Verenigde Staten, om maar hen te vermelden. Een cijfer dat de al geciteerde Amerikaan Lewis Lapham in Le Soir vermeldde. Lapham pleitte voor een heel andere, menselijke aanpak.
Hij vatte het zo samen: "Quand om bombarde l'Irak, on investit dans le passé. Construire des écoles où l'on apprend l'arabe, cela, ce serait investir dans l'avenir."
* Irak, een nieuw Vietnam ?
Naast de cynische machtsdenkers die nu opgang maken, zijn er de schoothondjes-van-de-macht- journalisten zoals Hans Muys die in De Morgen van 30/10 schreef dat "wanneer er een crisis uitbreekt rond Irak, voor de inwoners alleen de rol van machteloze toeschouwers is weggelegd".
Solidair dacht daar (ook op 30/10) anders over. Het blad blokletterde: "Ivasie Irak wordt moeilijke klus." "Bevolking en leger zullen samen volkswijken verdedigen". "Een militaire aanval op Irak zal van het hele Midden-Oosten één haard van verzet maken" voorspelt Pol De Vos. "Zoals tijdens de Vietnam- oorlog zullen de V.S. langzaam in het moeras wegzakken."
Dat de Irakezen en hun Jordaanse, Iraanse en andere buren een langdurige Amerikaanse bezetting zomaar zullen dulden, lijkt inderdaad weinig waarschijnlijk. Of het gedemoraliseerde Iraakse leger veel verzet zal kunnen bieden, is niet duidelijk (zie het bericht daarover in De Morgen van 6/11: 'Iraaks leger wacht gelaten af'). Maar vergeten we niet hoe de buren in Iran de westerse Sjah én zijn Amerikaanse vriendjes buitenkegelden.
* Westerse 'potemkin-democratiën' ontmaskeren
Wat kunnen wij in Europa ondertussen doen, behalve betogen en pleiten voor vrede ?
Om te beginnen moeten we met wat meer ijver onze westerse 'potemkin-democratieën ontmaskeren en aanpakken. Kijken we naar het artikel in Knack van 30/10 waarin Marc Reynebeau schreef dat het "niet goed gaat met de Amerikaanse democratie". Vervolgens gaf hij zelf aan hoe er in de Verenigde Staten nog nauwelijks democratie is. Eén: de media brengen nauwelijks interessante politieke informa tie: "politieke 'informatie' blijft beperkt tot de TV-spotjes van de kandidaten." Om die spotjes te betalen, prostitueren de politici zich voor de gulle schenkers die hun campagnes betalen: de farma- en militaire industrie, de wapenlobby maar bv. ook de corporatistische Amerikaanse vakbonden. En in Europa, zo meldde Knack op 30/10 ook, gaan we dezelfde weg op: de Europese Ronde Tafel van Industriëlen hoeft maar te bellen en de politici draven op. In zo'n contekst "doet gemiddeld de helft van de Amerikaanse bevolking niet eens meer de moeite om zelfs maar te gaan stemmen. Vooral armen en jongeren haken massaal af." Waardoor de media nog minder aandacht aan politiek besteden en je een zichzelf voedende neerwaartse spiraal krijgt.
* 'Worst case scenario': 'israëlisering' van de wereld
We moeten ons ook voorbereiden op een 'worst case scenario' dat door Kaplan al onthuld werd: de mogelijkheid dat er in Europa vreselijke terreuraanslagen komen (al dan niet toegestaan of georganiseerd door CIA & Co). Zie de waarschuwingen daarover recent in de pers (o.a. De Morgen van 6/11).
Het motief daarvoor werd door Kaplan gegeven: 'wacht maar tot er in Europa één of meer grote aanslagen komen, dan draaien de Europeanen wel bij. Dan steunen ze de Amerikaanse 'war on terror' wel. Ook als CIA & Co. zo'n aanslagen niet zelf opzetten, maar ze door fanatici van Al Qaeda & Co uitgevoerd worden, zal het resultaat het zelfde zijn: inperken van de vrijheden én de media (zie hoe Poetin de Russische media sinds de Tsjetsjeense actie in Moskou aan het insnoeren is), meer oorlogsuitgaven (zie de V.S.), een angstiger en patriottischer bevolking ...
Finaal dreigt een 'israëlisering' van de wereld waarbij de bevolking gevangen zit in een spiraal van opbod tussen 'fundamentalistische' terreur (vanuit allerlei hoek) en staatsterreur (zie het recente zomaar doodschieten van Palestijnse en Jemenitische 'verdachten' door respectievelijk het Israëlische leger en CIA). Voeg daar nog de terreur bij die opgezet wordt door de georganiseerde misdaad. En als de 'strijdende' partijen dan nog gebruik beginnen maken van atoomwapens, chemische en andere massavernietigingswapens, komt het einde voor het mens-dom misschien heel snel in zicht. In deze contekst is het overigens onbegrijpelijk hoe informatie over het maken van bommen gewoon op Internet te vinden blijft en hoe pulpzenders zoals VTM zelfs reportages brengen over 'hoe maak ik een bom' (Luc Alloo).
Om een besluit van Mark Vandepitte te parafraseren en uit te breiden: de progressieve krachten staan niet alleen voor de gigantische uitdaging om de 'United States of Agression' te stoppen maar om alle destructieve krachten ter wereld tijdig in toom te houden: 'verzets'-fundamentalisten van allerlei strekking zijn even gevaarlijk als diegenen die nu de V.S. leiden. En om al die destructieve krachten te 'neutraliseren', moeten we ook nog eens een democratisch en rechtvaardig alternatief ontwikkelen. We weten dus weer wat te doen de volgende dagen, maanden, jaren en eeuwen.
Jan-Pieter Everaerts; e-DIOGENE(S) nr 28, 11/11/2002
(*) Cornil Jean, "C'est la lutte, etc ... - Indignations et émerveillements", Editions Vista, 2002, ISBN 2- 87003-391-5-