De lucht is zwaar in Seraing by Sabien Demont Thursday October 31, 2002 at 11:34 PM |
Ik ben vanavond naar één van die ‘grijze' zones getrokken van ons landje. In Seraing ziet de lucht zwart van de gassen afkomstig van de staalindustrie. Op driehonderd meter van de plaats waar meer dan een week geleden een zware ontploffing plaats had, werden de overleden staalarbeiders herdacht.
"Ik ben van deze streek, mijn ouders, grootouders hebben in de mijnen gewerkt. Je vraagt je af hoe het mogelijk is dat zulke dingen vandaag nog gebeuren. De arbeidsomstandigheden van de arbeiders zijn blijkbaar onveranderd gebleven. Het is altijd de rentabiliteit, de winst die belangrijker is dan de mensen. Het is overal hetzelfde, de fabrieken draaien op een minimum van personeel. Die problemen dateren niet van gisteren.
De oorzaak van de ramp heeft niet enkel met het statuut van de arbeiders te maken. Bij het ongeval waren ook mannen die al 19 jaar in het fabriek werkten. Ervaren mensen. Het is het ritme dat ze opleggen, dat onmenselijk is. Het is natuurlijk gemakkelijker om zaken op te leggen aan tijdelijke arbeiders, zij kunnen het zich niet permitteren om voor hun rechten op te komen. Daarom is het heel belangrijk dat ze zich organiseren in de vakbond. En dat de vakbond werkt aan de eenheid tussen de arbeiders."
Ik ontmoet ook twee staalarbeiders uit Duitsland die honderden kilometers aflegden om hun steun te betuigen aan hun collega's uit België. Ze werken tenslotte voor dezelfde groep Arcelor. Ondanks het feit dat ze middenin onderhandelingen zitten over herstructureringen, er is sprake van 1.400 ontslagen op 4.800 arbeiders, hebben ze beslist om naar Luik af te zakken. Zij blijven ijveren voor de hoogste zekerheid, de hoogste veiligheidseisen. "Van zodra je toegevingen begint te doen op de veiligheid eindig je bij catastrofes zoals deze."
Zelfs de dokwerkers van Antwerpen zijn hier vertegenwoordigd. John Marris vertelt mij dat de haven superwinsten maakt. De bulletins liegen er niet om. Maar de weerzijde van de medaille zijn dodelijke arbeidsongevallen. "Tegenover superwinsten staat ook superterreur. De veiligheid wordt nergens gerespecteerd. Op alles wordt bezuinigd. Elk jaar sterven er 4 à 5 dokwerkers tussen de containers. Nu willen ze het statuut van de havenarbeiders ook nog aanvallen. Een nieuwkomer krijgt normaal een scholing van 6 weken. Met het nieuwe statuut zou dat nog maar 3 dagen zijn. We houden ons hart vast.
Moesten we nu op een grote weide allemaal kruisjes zetten, zouden de voorbijgangers denken dat het is om oorlogsslachtoffers te herdenken, maar neen het zijn allemaal kruisjes voor de dokwerkers die hun leven hebben gelaten in de haven.
De haven van Antwerpen is een draaischijf van het transport voor oorlogsmiddelen. Wanneer de oorlog in Irak losbreekt, zullen de Amerikanen de haven van Antwerpen opeisen. De havenpatroons verdienen daar gigantische bedragen aan. Het kapitalisme is een monster dat alles opeet, onder het mom van de concurrentie. Voor de winst moet alles wijken."
Een jonge arbeider van Volvo heeft zo zijn mening over de problematiek van onderaannemingen en interimarbeid: "We zouden al die verschillende statuten onmogelijk moeten maken. De bazen profiteren er van om de smerigste jobs aan de jonge gasten te geven. ‘Ze moeten maar tevreden zijn met het werk dat ze hebben', krijgen we dan te horen. De gasten in onderaanneming doen hetzelfde werk, maar verdienen wel 100 frank minder per uur. Integendeel, ze doen zelfs meer, ze vragen hen het onmogelijke te realiseren. Ze werken vaak meer dan 8 uur per dag.
In de automobiel wordt een interimarbeider wel goed opgeleid maar ze zijn altijd het eerste slachtoffer bij herstructureringen, ze hebben niet de minste zekerheid. Ze kennen ook niets van hun rechten. Onlangs had de chef tegen één van die mannen gezegd: ‘Ge krijgt geen congé', terwijl die gast daar recht op had."
Gilbert Coppens, van ABVV-Voeding uit Zelzate: "Ook in de voedselnijverheid primeert de productie op de veiligheid. Men zet te veel onervaren personeel op de jobs. Het is niet de fout van de interimarbeiders. Zij worden aangeworven omwille van hun flexibiliteit. En omdat ze meer ‘achter hun vodden kunnen zitten', met andere woorden, als zij vandaag zijn mond durven open doen, moeten ze morgen niet meer komen."
Tenslotte ontmoet ik een delegee van de onderaanneming Euroclean die instaat voor de kuiswerken bij Cockerill Sambre Luik. Francis: "Men verwacht van onze gasten dat ze op de hoogte zijn van alle veiligheidsvoorshriften, van alle bedrijven die ze moeten reinigen. Iedere job vereist een zekere specialisatie. Van arbeiders uit de onderaanneming verwachten ze dat ze zich van de ene dag op de andere inwerken in een nieuw bedrijf. Het komt de bazen allemaal goed uit dat ze minder moeten betalen. Een arbeider uit de staal kost natuurlijk meer dan iemand van de kuisploeg. Maar ondertussen doen ze wel hetzelfde werk. Wij zouden het liever anders zien, maar ondertussen moet er wel brood op tafel komen. En dan nog te bedenken dat het de arbeiders zijn die al die rijkdom creëren, die dit landje hier doen leven."