Annulering Nederlandse verkiezingen gevraagd

Op 25 november behandelt de Nederlandse Raad van State (de hoogste bestuursrechtelijke rechtbank) een bezwaarschrift tegen de Nederlandse parlementsverkiezingen van 15 mei. Een verzoek tot annulering van verkiezingen op grond van een internationaal verdrag is zeldzaam. De kans dat de Raad van State de verkiezingen ongeldig verklaart, is dan ook klein. De Raad heeft zich al in April achter Pim Fortuyn geschaard, door hem toe te laten tot de verkiezingen.

Het is van belang te erkennen dat een groot deel van de bevolking gewoon uit racisten bestaat. Dat geldt net zo goed voor de elite, als voor de LPF-stemmers, en het geldt zeker ook in België. Racisten zijn gewoon niet te bewegen, zich anti-racistisch op te stellen. Het is een illusie dat ze ooit in vrede zullen leven met migranten. Dat moet erkend worden, en uiteindelijk moeten de racisten afgezonderd worden van de rest van de bevolking, eventueel in een eigen staat. De bereidheid om de racisten een eigen staat toe te kennen, is een belangrijk morele rechtvaardiging voor een staatsgreep tegen een racistische regering. (Dat komt aan de orde, na een negatieve uitspraak van de Raad van State).

Hieronder de tekst van het bezwaarschrift:

Amsterdam, 3 augustus 2002

Raad van State
Afdeling Bestuursrechtspraak
Postbus 20019
2500 EA ´s-Gravenhage

bezwaarschrift verkiezingen 2002

Ik teken bezwaar aan tegen het besluit (een fictieve weigering) van de Kiesraad, op mijn verzoek van 01 juli 2002 om de verkiezingen voor de Tweede Kamer van 15 mei 2002, te annuleren of ongeldig te verklaren.

Grond van mijn bezwaar is, dat verloop en uitslag van de verkiezingen niet getoetst zijn aan het Internationaal Verdrag inzake de Uitbanning van Alle Vormen van Rassendiscriminatie. In dat verdrag heeft Nederland zich verplicht "... met alle daarvoor in aanmerking komende middelen, met inbegrip, zo nodig, van wetgevende maatregelen, door personen, groepen of organisaties bedreven rassendiscriminatie..." te verbieden, en daaraan een einde te maken. Hieruit volgt de verplichting een racistische partij zoals de Lijst Pim Fortuyn, te verbieden. Desondanks heeft de Kiesraad de partij zelfs tot de verkiezingen toegelaten, in strijd met het Verdrag.

In Artikel 4 c van het Verdrag heeft Nederland zich verplicht "...niet toe te staan dat overheidsorganen of overheidsinstellingen, hetzij op nationaal, hetzij op plaatselijk niveau, rassendiscriminatie bevorderen of daartoe aanzetten...". Voor het Parlement wordt geen uitzondering gemaakt. Ook de uitslag van de verkiezingen is aan het Verdrag te toetsen. Het Parlement is een overheidsorgaan, en de kiezers hebben domweg niet het recht om racisten in het Parlement te kiezen. Ook het stemmen op een racistische partij dient op grond van het Verdrag strafbaar gesteld te worden. De Kiesraad is de aangewezen instelling om erop toe te letten, dat geen racisten zich kandidaat stellen, dat niemand op ze stemt, en dat als mensen toch op ze stemmen, dat hun stemmen ongeldig verklaard worden, en dat de kandidaat niet gekozen wordt. Desondanks heeft de Kiesraad de kandidaten van de Lijst Pim Fortuyn toegelaten tot het Parlement, in strijd met het Verdrag. Noch bij de toelating van de kandidaten, noch bij de toetsing van de uitslag, is het Verdrag toegepast: de verkiezingen zijn ongeldig volgens internationaal recht, en de Kiesraad had ze daarom moeten annuleren.

Inmiddels heeft de Tweede Kamer, met steun van de racisten, een regering goedgekeurd. Deze kan, gelet op de nalatigheid van de Kiesraad en het niet voldoen aan de verdragsverplichtingen, geen wettig gekozen regering zijn. Indien de Raad van State het verzuim van de Kiesraad niet herstelt, verschaft zij de juridische basis voor een staatsgreep, met het doel de verkiezingsuitslag (de samenstelling van de Tweede Kamer) te veranderen, of de ongeldige verkiezingen geheel te annuleren.

arch/ive/ief (2000 - 2005)