De intellectuelen en de oorlog : van terugtocht tot capitulatie by James Petras Monday September 16, 2002 at 11:20 AM |
De oppositie van de westerse intellectuelen tegen Washington's verwoestende oorlog in Afghanistan, is zowat in elkaar geklapt. Dat doet de vraag rijzen of het eind van een traditie van intellectuele oppositie niet een nieuw begin vereist, wat dan weer om een ernstige reflectie over het recente verleden vraagt.
De intellectuelen en de oorlog : van terugtocht tot capitulatie
James Petras
December 2001
De oppositie van de westerse intellectuelen tegen Washington's verwoestende oorlog in Afghanistan, is zowat in elkaar geklapt. Dat doet de vraag rijzen of het eind van een traditie van intellectuele oppositie niet een nieuw begin vereist, wat dan weer om een ernstige reflectie over het recente verleden vraagt.
Er waren al duidelijke tekenen dat de intellectuelen aan terugtocht dachten in het midden van de jaren zestig, toen velen de Vietnamoorlog steunden tot het duidelijk werd dat die oorlog niet te winnen viel en er verzet tegen ontstond. Maar begin de jaren zeventig lieten vele linkse intellectuelen hun kortstondige affaire met de onafhankelijke anti-oorlogsbeweging en antiracistische sociale beweging al vallen om terug te keren naar de Democratische Partij en zijn liberale vlaggendrager George McGovern.
De eerste onmiskenbare verschuiving naar de herontdekking van hoe deugdzaam het imperialisme wel is, kwam onder president Carter. De door de VS gesteunde dictators en koloniale heersers van Ethiopië, Nicaragua en vooral Iran waren omvergeworpen en er kwamen nieuwe radicale linkse regimes in Afghanistan, Angola, Mozambique en Guinee Bissau. De regering Carter lanceerde een nieuw militair offensief en kletste honderduit over de mensenrechten. Ze bewapende en organiseerde een hele resem reactionaire krachten om die nieuwe regeringen ten val te brengen of te ondermijnen. Er werden voor honderden miljoenen dollars wapens verscheept naar Savimbi in Angola, de contra's in Nicaragua, Renamo in Mozambique en de krijgsheren in Afghanistan. Tal van westerse intellectuelen werden vergiftigd door Carters mensenrechtenpraat.
Dit openlijk imperialistisch contra-offensief, dat de landen die in het vizier lagen vernietigde en alle progressieve hervormingen terugschroefde, werd goedgepraat als onderdeel van een mensenrechtencampagne. Aanzienlijk veel linksen stonden er achter. De massale VS-interventie in Afghanistan kreeg de steun van de Pakistaanse dictator generaal Zia en zijn geheime politie en van de Saudi-Arabische schatkist. De VS en zijn klant-staten recruteerden tienduizenden fundamentalistische vrijwilligers uit heel de Arabische wereld. Zij vernietigden gemengde scholen en lekeninstellingen; honderden leraressen van plattelandsschooltjes en boeren die tevreden waren met de hervormingen van de lekenregering sneden ze de keel over. De door de VS gesponsorde reactionaire opstanden van de krijgsheren en hun overzeese huurlingen verplichtten de linkse lekenregering in Kaboel ertoe de Sovjet-Unie om soldaten en andere militaire steun te vragen.
De VS-interventie en -contrarevolutie had twee doelstellingen: de linkse regering omverwerpen en de Sovjet-Unie in een uitputtende grondoorlog sleuren. Al die gebeurtenissen vormen een belangrijke context om het verraad van de westerse intellectuelen te begrijpen. Wat er echt gebeurde, is dat het linkse lekenregime in Afghanistan af te rekenen kreeg met terrorisme tegen de burgerbevolking, gesponsord door de VS, waarop de Sovjet-Unie tussenbeide kwam op uitnodiging van een aangevallen bondgenoot en buurland. Dit werd echter compleet verdraaid door de propagandamachine in Washington. De opstanden gesponsord door de VS heetten ‘sovjetinvasie in Afghanistan', de interventie door buitenlandse fundamentalistische huurlingen heette de vrijheidsstrijd van de Afghaanse mudjahedin. Zbigniew Brezinski, Carters Veiligheidsadviseur, blufte openlijk dat de militaire interventie van de VS al begon zes maanden voor de Russen in Afghanistan binnenreden en juist bedoeld was om het regime in Kaboel zo te verzwakken dat het verplicht was sovjetgrondtroepen te vragen.
Zowat alle linksen in het Westen en de meeste linksen in de Derde Wereld stonden achter Washington toen het de sovjetinterventie aanviel. Bijna geen enkele westerse intellectueel steunde het belegerde lekenregime in zijn campagnes voor gelijkheid van man en vrouw doorheen onderwijs en landhervormingen.
In hun opmars tegen de Afghaanse en Sovjetrussische troepen verkrachtten en moordden de achterlijke krijgsheren duizenden arbeidersvrouwen en verjaagden ze duizenden vrouwelijke dokters en onderwijzeressen, weg uit het platteland of onder hun burka.
Westerse feministen, zelfs marxisten, klaagden de contrarevolutie die door de VS was gesponsord niet aan en brachten niets in tegen de afschaffing van de hervormingen door de oprukkende fundamentalistische krijgsheren. Nee, zij stemden in met het anti-sovjet-koor. De meeste linkse sekten, de hele resem groepjes trotskisten, maoïsten en anarchisten versterkten met hun anti-sovjetgeblaat de campagne die door de VS was georchestreerd. Sommigen hadden natuurlijk kritiek op de mudjahedin vanwege hun excessen en zochten een derdeweg-progressieve-stamleider-krijgsheer.
De terugtocht van de westerse linkse intellectuelen tijdens ‘Afghanistan I' was strategisch belangrijk. Doordat ze gemene zaak maakten met de VS-belangen en het VS-beleid, haalden ze het begrip zelf van het imperialisme als hoofdkenmerk van de Verenigde Staten onderuit.
Dat ‘nieuwe denken', begonnen in 1980, zorgde ervoor dat veel westerse linkse intellectuelen imperialisme gingen zien als zomaar een politiek, niet als een structuur van macht en economische expansie. En een imperialistisch beleid was dan ook niet meer dan het resultaat van een welbepaald samenvallen van een aantal regeringsmannetjes. Of er nu een humanitair dan wel een imperialistisch buitenlands beleid was, hing dus af van de context, van bepaalde waarden en invloedrijke politici. De ‘nieuwe denkers' onder de westerse linkse intellectuelen trokken ten aanval tegen anti-imperialistische linksen en noemden hen on-Amerikaans of orthodoxe marxisten die nooit eens iets goeds vinden aan het VS-beleid. En een van die goede dingen was Washington's verzet tegen de sovjetinvasie. De westerse linkse intellectuelen stopten met hun kritische kijk en hun ernstig onderzoek naar waarom de door de VS gesponsorde opstand van de stammen gevolgd werd door een inval van de Sovjetunie. Na ‘Afghanistan I' schaarde een belangrijk deel van de westerse linkse intellectuelen zich achter het humanitair imperialisme.
Politieke strategen in Washington voelden dat hun succesvolle formule om zich te verzekeren van de steun van de westerse intellectuelen in de Afghaanse oorlog nog eens kon worden overgedaan. En ze kregen gelijk.
Washington rechtvaardigde zijn interventie in Grenada omdat de volksregering er bedreigd werd door de ‘stalinisten'. In Panama rechtvaardigde de VS hun invasie omdat Noriega een ‘narco-dictator' was. In de Golfoorlog trokken de VS ten strijde tegen de ‘nieuwe Hitler'. Het humanitair imperialisme sloeg alweer een aantal westerse linkse intellectuelen uit hun lood. Sommigen aarzelden en zegden dat ze zowel tegen de VS-troepen als tegen de dictator waren. Zij vergaten dat een imperialistische invasie een land én zijn zelfbeschikkingsrecht vernietigt terwijl dat toch een voorwaarde is om tegen een dictator te kunnen vechten.
De invasie van imperialistische troepen gelijkstellen met het verzet van een plaatselijke dictator tegen de bezetting van zijn land, dat werd het hoofdkenmerk van de westerse linkse intellectuelen die zich terug trokken en in moreel verval raakten. De theorie van "de pest en de cholera" vormde het breekpunt tussen het consequente anti-imperialisme en het humanitair imperialisme. De aard van het regime dat zich verzet tegen een imperialistische invasie, is secundair ten opzichte van de imperialistische verovering van de macht, en zeker voor intellectuelen van de imperialistische staten. De keuze is niet tussen humanitair imperialisme of derdewerelddictators maar tussen zelfbeschikking of herkolonisering.
De discussie over de oorlog begint met deze fundamentele keuze. De historische dynamiek van succesvolle imperialistische verovering in een bepaalde regio, leidt onvermijdelijk tot nog meer agressie en veroveringen van andere regio's. Het resultaat is onophoudelijke oorlogen en verwoesting van landen en continenten. Om die reden is de oppositie tegen lokale dictators ondergeschikt aan de strijd tegen het imperialisme.
Voor en tijdens de twintigste eeuw en vooral de laatste vijfentwintig jaar hadden de belangrijkste oorlogen een anti-imperialistische karakter. Washington begon met Grenada, dan Panama en Irak, dan de Balkan, Afghanistan en er zullen er nog meer volgen. Washington's oefeningen in imperialistische machtsuitoefening brengen elke keer meer verwoestingen aan, ook als je kijkt naar de gevolgen ervan.
Deze dynamiek van het historisch imperialisme gaat aan de westerse linkse intellectuelen voorbij, zij slikken gretig de humanitaire propaganda waar Washington en zijn media-spreekbuizen de wereld mee bombarderen; zij verliezen elk inzicht in de onderlinge relatie tussen de ene imperialistische oorlog en de andere.
Keerpunt voor de westerse linkse intellectuelen was de Golfoorlog. Dat was de laatste keer dat links weerstand bood, voor het plooide tijdens de barbaarse Navo-bombardementen en bezetting van de Balkan. Amper een paar dagen voordat president Bush sr. zijn militaire aanval inzette tegen Irak, waren de meeste linkse intellectuelen tegen die oorlog. Zij wilden een diplomatische oplossing en een vreedzame terugtrekking van de Iraakse troepen uit Koeweit of ze waren gewoon tegen een VS-interventie in het kader van de olie-strategie. Maar Washington's snelle en overdonderende militaire overwinning, met de hulp van de Europese kleine broertjes, zonder belangrijke verliezen in eigen rangen, zorgde ervoor dat een verdeelde publieke opinie nu een overwegende meerderheid werd die voor de oorlog was. De meeste westerse linkse intellectuelen die tegen de oorlog waren, werden het zwijgen opgelegd. Velen trokken zich terug of vervoegden het pro-oorlogskoor van de ex-linkse intellectuelen, die, met handen en voeten gebonden aan Israël's buitenlandse politiek, de oorlog toejuichten en zelfs een raid tegen Bagdad eisten.
De staatspropaganda stelde Saddam Hoessein voor als de baarlijke duiveln(de Arabische Hitler) en de bekeerde linksen namen dat over. Met alle gemak laten ze hun kritische intelligentie vallen en gaan ze helemaal mee in de opdeling en de bezetting van Irak's grondgebied, luchtruim en territoriale wateren en met de economische blokkade die genocidaire vormen aanneemt: er zijn 500.000 kinderen aan gestorven.
Het samensmelten van pro-Israëlische en pro-imperialistische gevoelens leidde tot een bijzonder bijtende intellectuele laag die de volle ruimte kreeg in de kranten en in de elektronische media. Hun persoonlijke aanvallen tegen principieel gebleven linkse intellectuelen dienden om aarzelende collega's te intimideren of hun kritiek in de kiem te smoren.
Eens te meer kwam de pest-of-cholera-retoriek naar boven. Honderdduizenden Iraki's werden de dood ingedreven, het land werd feitelijk gekoloniseerd en kreeg een economische blokkade opgelegd, VN-wapeninspecteurs spioneerden om plekken te vinden die gebombardeerd moeten worden maar dat werd allemaal gelijkgesteld met het dictatoriaal regime van Saddam Hoessein, die zijn land beschermde tegen totale verwoesting. De perverse politiek van "morele gelijkschakeling" is blind voor de historische logica van de toenemende imperialistische expansie en de groeiende macht en bereidheid om elk verzet tegen die expansie te vernietigen.
Irak was een test case voor het massaal inzetten van militaire kracht tegen een tweederangsmacht second level power (en dus geen marginale staat zoals Panama of Grenada). De VS-Navo-bombardementen en de invasie van Joegoslavië breidden de mogelijkheid om op te treden uit tot een Europese staat die zelf geen invasie had uitgevoerd, die een markteconomie en een verkozen meerpartijenregering had. In dit geval dienden interetnische conflicten – aangevoerd door separatistische politiekers en aangemoedigd door de Navo-landen – als voorwendsel voor een imperialistische interventie. Washington koos de kant van de Bosnische moslims en het Kroatisch profascistisch regime terwijl Duitsland de Slovenen steunde en het Albanees maffia-regime opteerde voor de aanhechtingsgezinde Albanese Kosovaren, allemaal opposanten van de multi-etnische Joegoslavische republiek onder leiding van de Serviërs.
Washington publiceerde eenzijdige, overdreven of zelfs uitgevonden verhalen over wreedheden en bloedige etnische zuiveringen door de Serviërs. Opzettelijk zwegen ze over de Servische burgers die de keel waren overgesneden door fundamentalistische moslimvrijwilligers in Bosnië of over de uitdrijving van 200.000 Serviërs uit de Krajina, dat toen bezet was door het Kroatisch leger.
De propaganda van Washington en de Navo, met zijn vreselijke beelden van echte of opgezette wreedheden had een immense impact op de publieke opinie en met name op de westerse linkse intellectuelen. Die steunden bijna allemaal Washington's humanitaire oorlog met zijn massale bombardementen op burgerdoelwitten in Belgrado, Kosovo en elders. Hospitalen, fabrieken, bruggen, passagiertreinen, radio- en tv-stations moesten er aan geloven. De westerse linkse intellectuelen jammerden zonder aarzelen mee om de Bosnische slachtoffers in Sarajevo en om de Albanezen in Kosovo over.
Hun morele en intellectuele blindheid weerhield de westerse linkse intellectuelen ervan te erkennen dat het grootste deel van de wreedheden in Sarajevo het werk was van de Bosnische moslims: zij bombardeerden hun eigen marktplein en doodden talloze winkelende mensen, om toch maar zeker te zijn van de sympathie van het Westen en om de Navo een voorwendsel te geven voor een militaire tussenkomst, "om de moslims te redden van volkerenmoord door de Serviërs".
Diezelfde morele en intellectuele blindheid gaf de intellectuelen in de ngo's een Navo-bewijs van ‘etische politiek', wat hen miljoenen dollar opbracht tijdens de ‘heropbouw'. Die ethische westerse linkse intellectuelen knepen een oogje dicht tijdens de VS-Navo-interventie in Kosovo en de daaropvolgende bewapening van het terroristische Albanees-Kosovaars bevrijdingsleger en het uitmoorden of brutaal verdrijven van honderdduizenden Servische burgers, Roma, christenen, Albanezen, Turken, Bosniërs en joden. De oorverdovende stilte en de verachtelijke verontschuldigingen vanwege de westerse linkse intellectuelen tegenover de terreurbombardementen van de Navo op Joegoslavië en tegenover de etnische zuivering door het UCK, luidden het einde in van de politiek van de westerse linkse intellectuelen zoals we die de vorige vijftig jaar gekend hadden.
De morele strip tease van de westerse linkse intellectuelen begon met de eerste Afghaanse oorlog toen de intellectuelen hun bovenkleren afgooiden: ze steunden niet het lekenregime in Kaboel maar de opstand van fundamentalisten die door de VS gesponsord waren. Dan trokken ze hemd en broek uit toen ze slinkse steun boden aan de imperialistische verovering van Irak ("er moest toch iets gedaan worden om die kerel te stoppen!"). In de Balkan stapten ze uit hun ondergoed: ze steunden de verwoestende oorlog tegen Joegoslavië en
praatten als een papegaai het Pentagon na over de humanitaire oorlog (sommige trotskistische sekten stelden zelfs voor om wapens te kopen voor het UCK, ondanks hun handel in blanke slavinnen en drugs en hun etnische zuiveringen). Dit is een geval van mentale psychose in plaats van politieke reactie.
Pest en cholera – of de grote duivel
Washington's jongste oorlog tegen Afghanistan lokte het minst protest uit onder de intellectuelen van alle recente imperialistische oorlogen. Stilte en medeplichtigheid waren een gewoonte geworden. In de Balkanoorlog hadden de westerse linkse intellectuelen hun morele en politieke principes laten vallen. Ze waren niet langer in staat de samenhang tussen de verwoestende imperialistische oorlogen te analyseren. Ze bekeken elke oorlog als nog maar eens een humaan antwoord op tirannen, drughandelaars en terroristen. En al even erg: zij zetten een gelijkheidsteken tussen de globale agressie van een imperialistische tiran en het verzet van een plaatselijke autoritaire leider.
De intellectuele and morele basis van de politieke capitulatie was gelegd lang voor de eerste zeven ton bommen (daisy cutters in het ziekelijke jargon van het Pentagon) over Afghanistan werden uitgestrooid. Nog laffer was de intellectuele stilte rond de Palestijnse strijd. De westerse linkse intellectuelen lieten alle morele verantwoordelijkheid en politiek principes vallen toen ze vol afschuw het ‘geweld' in het Midden Oosten veroordeelden. Foltering, uitdrijving, uitmoording en verminking van zo'n 20.000 Palestijnen (christenen, moslims en atheïsten) en de vernietiging van duizenden huizen, olijfboomgaarden en fruitkwekerijen voor de kolonies werd afgewogen tegen de zelfmoordaanslagen tegen bussen en cafés door wanhopige gekoloniseerde mensen die niets anders hebben om zich te verdedigen tegen pantserwagens, gevechtshelikopters en tele-geleide raketten. Lafheid en morele leegte leidden tot stilte, morele dubbelzinnigheid en het laten vallen van de meest elementaire antikoloniale principes. Lafheid geboren uit schrik om voor antisemiet te worden uitgescholden door joodse fanatiekelingen en onvoorwaardelijke supporters van de Israëlische kolonisatie van de bezette gebieden en de verjaging van de gevangengenomen bevolking. Intellectuele lafheid tegenover de dagelijkse moorden en de geïnstitutionaliseerde foltering. Uit schrik voor hun agressieve pro-Israëlische collega's zeggen die westerse linkse intellectuelen dan: "Tja, het conflict in het Midden-Oosten is belangrijk voor hen maar ik hoef daar niet van wakker te liggen." Zo spreken de westerse linkse intellectuelen onder elkaar, zelfs als hun pro-Israëlische collega's er niet bij zijn. ‘Palestina', daar liggen ze niet van wakker omdat ze bang zijn een politiek etiket opgeplakt te krijgen, bang om uitgesloten te geraken op hun werk of in de media.
Die angst komt ook voort uit de propaganda van de staatsmedia en de vlaggenzwaaiende massa in het geval van Afghanistan. Na 11 september kwam 7 oktober, toen de president, met de steun van de twee partijen, het congres en alle massamedia, de oorlog verklaarde aan Afghanistan en de wereld confronteerde met zijn agressieve "je bent met ons of met de terroristen". En de meeste westerse linkse intellectuelen aarzelden geen moment: ze trokken hun uniform aan, salueerden en begonnen te discussiëren over doelwitten, terrorisme en nationale veiligheid. De ‘totale oorlog' (waarbij zowel burgerdoelwitten als militaire installaties gebombardeerd werden) werd een aanvaardbaar en zelfs uitgesproken onderdeel van de antiterroristische taal die de westerse linkse intellectuelen doordrong. Veel vroegere linkse critici aanvaardden de grondslagen van de oorlog: Bin Laden en een internationaal complot dat de steun had van Afghanistan, waren verantwoordelijk voor 11 september en Washington had het recht "zijn volk te verdedigen" – door het Afghaanse volk te bombarderen. Sleutelelement in de ommezwaai van de westerse linkse intellectuelen tijdens de tweede Afghaanse oorlog was het feit dat de terroristische aanvallen tegen het World Trade Center en het Pentagon werden uitvergroot tot historische wereldgebeurtenissen, zonder weerga in de moderne geschiedenis zoals het klonk in de hyperbolische uitspraken in de massamedia van Washington en de VS, wat ruim echo vond in de rest van de wereld. In werkelijkheid was de dood van 2.500 à 3.000 mensen absoluut niet zonder weerga. Bijna evenveel Serviërs werden gedood of verdwenen in de handen van de terroristische UCK in Kosovo tijdens de Navo-bezetting. De Amerikaanse en Britse bombardementen en de blokkade tegen Irak maakten honderdduizenden doden onder de kinderen in minder dan tien jaar, zo'n duizend doden per week. En er zijn nog veel meer voorbeelden van politiek geweld aangevoerd door de VS waar veel meer doden bij gevallen zijn dan op 11 september.
Met andere woorden, het dodental was hoegenaamd geen menselijke tragedie zonder weerga. Toch marcheren de westerse linkse intellectuelen netjes in de pas, heffen ze de mantra van de massamedia aan en verspreiden ze de boodschap dat de VS-Navo-oorlog tegen Afghanistan een ‘juiste oorlog' is terwijl ze er zedig aan toevoegen dat die oorlog burgerslachtoffers moet vermijden. Oneerlijkheid als gevolg van lafheid: die intellectuelen weten heel goed dat de oorlog totaal zou zijn, dat alle soorten doelwitten er zouden moeten aan geloven, ook hospitalen, woonhuizen, vluchtelingenkampen enz. Hun voorbehoud ging ten onder in de vele stemmen die opkwamen voor "een rechtvaardige oorlog".
Bij een aantal intellectuelen van New York bracht 11 september totalitaire waarden aan de oppervlakte die voortvloeien uit hun onvoorwaardelijke steun aan de terroristische staat Israël. Seymour Hersh en anderen uit de liberaal-linkse literaire elite pleitten voor foltering van familieleden van vermoedelijke terroristen, en haalden de verwerpelijke methoden die de geheime politie van Israël gewoonlijk toepast als voorbeeld aan. De linksen die bekeerd waren tot imperialistische staatsterreur, zwaaiden paranoïde met het spook van nakende terroristische aanslagen om foltering als onderdeel van "nationale verdediging" te bepleiten.
Zelfs minister van Defensie Rumsfeld en minister van Justitie Ashcroft gingen niet zo ver als deze intellectuelen uit New York – die ‘beperkten' zich er toe honderden Arabische verdachten op te pakken, ze schortten hun recht op bewijslast af en verdedigden het voorstel van president Bush om geheime militaire rechtbanken op te richten en executie mogelijk te maken voor wie door geheime processen zou worden veroordeeld.
De dubbelzinnigheden waar de intellectuelen van New York al jaren mee geplaagd zaten – steun aan de Israëlische repressie tegenover de Palestijnen enerzijds, kritiek op militaire interventies van de VS elders anderzijds – waren opgelost: nu konden ze de Amerikaanse oorlog tegen Afghanistan én de Israëlische slachting onder de Palestijnen steunen. De synergie van al dit ophemelen van geweld veegde de laatste kritische twijfels weg. New York's intellectuelen schaarden zich volop achter de oorlog. Ze propageerden een paranoïde visie op het alomtegenwoordige terrorisme, wat de permanente staat van oorlog onderbouwde. Totalitaire cultuurminnaars, die houden van Bach en hulde brengen aan de B-52'ers, die sjieke magazines uitgeven en grijnzen om Kaboel in puin, die klappen voor het Israëlisch Symphonisch Orkest maar zwijgen over de 6.000 Palestijnse kinderen die verminkt uit een vol jaar van repressie gekomen zijn. Hun visie is er een van cultureel totalitarisme en zal dat altijd blijven.
Als de intellectuelen van New York door toedoen van hun banden met de Israëli's tot de uiterst rechtse kant van de oorlogspartij van de westerse linkse intellectuelen zijn gaan behoren, dan zijn er nog anderen die zo hun eigen redenen vonden om hun capitulatie voor de imperialistische oorlogsmachine te rechtvaardigen. Feministen die eerst kant kozen voor de Carter-Clinton-oorlog tegen een emanciperend progressief lekenregime in Afghanistan (ze waren allemaal tegen de ‘Sovjetinvasie') steunden nadien de VS-oorlog tegen de taliban. Ze noemden die oorlog een kans om de vrouwen te bevrijden terwijl elke Afghaanse leider van de Noordelijke Alliantie (die de steun kreeg van de VS) in de praktijk de vrouwen onderdrukt. Een constante bij de westerse linkse intellectuelen is niet dat ze voor gelijkheid tussen man en vrouw zijn maar dat ze loyaal staan tegenover de globale VS-macht, in de hoop wat subsidies in de wacht te slepen voor hun ngo's.
Niet alle westerse linkse intellectuelen steunden de oorlog, of toch niet openlijk. Sommigen kwamen op de proppen met het argument van de ‘twee duivels': de aanslagen van 11 september stond voor hen gelijk met aanhoudende terreurbombardementen op een verarmd land. De dood van zo'n 2.500 Amerikaanse burgers, veroorzaakt door een nog altijd niet bewezen brein, stond gelijk met terreurbombardementen van 27 miljoen mensen, moord en foltering op duizenden burgers en oorlogsgevangenen, het verjagen van 3 tot 5 miljoen vluchtelingen. Theoretici van de ‘dubbele duivel' vinden dat het ‘principe' van het terrorisme telt, net het aantal slachtoffers. Voor imperialistische beleidmakers is het criteria niet hoeveel slachtoffers maar welke: één VS-slachtoffer is gelijk aan 100.000 Afghaanse vluchtelingen, 20 aandeelhoudersmaatschappijen gelijk aan 20.000 hospitalen, scholen, winkels en marktpleinen.
De fundamentele perversie van die morele gelijkstelling zit in beide zijden van de gelijkstelling: de staatsterreur van de VS is voor iedereen duidelijk, de andere kant is één groot vraagteken maar in elk geval is er niemand die het Afghaanse regime verantwoordelijk acht voor de aanslagen. Ze worden er hooguit van beschuldigd dat ze een onderkomen bezorgen aan de vermeende terrorist Osama Bin Laden. Het Afghaans regime bood zelfs aan te onderhandelen en de beschuldigde over te leveren aan een onafhankelijk internationaal gerechtshof als er feitelijke bewijzen werden gevonden. Maar zo'n bewijzen die hadden standgehouden voor een rechtbank zijn er nooit geweest, dat moest zelfs Tony Blair toegeven nadat hij een uitvoerige lijst van "bewijzen" had voorgelegd.
Het theoretische en morele punt is hier dat er geen gelijkheidsteken kan worden geplaatst tussen de schuld voor de oorlog en de terreur van "beide zijden". Een zijde, Washington, is schuldig aan massaal terrorisme op zijn weg naar een militaire overwinning; van de andere zijde, het Afghaans regime, is nooit bewezen dat het te maken had met enige terroristische gebeurtenis in de VS, het wilde zelfs een gerechtelijke procedure starten omtrent de verdachte op zijn grondgebied. De regering Bush gebruikt staatsterreur en dat is immoreel. De voorstellen van de taliban voor diplomatieke onderhandelingen over gerechtelijke bewijzen was een beschaafde en menselijke aanpak van een conflict tussen staten.
Als de westerse linkse intellectuelen zich baseren op valse veronderstellingen en daar immorele conclusies uit trekken, wie er dan gediend met die morele gelijkstelling? De westerse linkse intellectuelen zelf voelen zich er politiek door gedekt. Ze kunnen zich nu distantiëren van de verdedigers van de Afghaanse onafhankelijkheid en de imperialistische staat en zijn supporters gerust stellen: de taliban mochten best gebombardeerd worden door de VS. De gelijkstelling geeft hen boven alles politieke bescherming terwijl ze toch de oorlog kunnen bestempelen als de verkeerde methode om komaf te maken met de "misdaad" van de taliban. Ze gaan akkoord met de redenen voor de imperialistische agressie maar ze veroordelen de oorlogszuchtige respons. Dat de westerse linkse intellectuelen het Afghaans regime annex Bin Laden gelijkstelden met de aanslagen van 11 september gaf het publiek nog meer dat gevoel van gewonde natie. Nadat ze eerst meehuilden met terreurwaanzin in de media, klinkt hun kritiek op de oorlog niet erg consequent. Als ze eerst de staatspropaganda versterken, is het logisch dat hun twijfels over de oorlog slechts weinig mensen bereikt en nog minder mensen overtuigt.
Net als in elke vorige imperialistische oorlog vermijden de linkse opportunisten elk fundamenteel debat door zich toe te spitsen op secundaire aspecten om hun politieke hypocrisie te rechtvaardigen. Zij leggen alle nadruk op de slechte kanten van het beleid van het regime dat zich verzette tegen de imperialistische macht. Ze hebben het over de onderdrukking van de vrouw, het analfabetisme, de kindersterfte, het autoritaire karakter en de enge religieuze praktijken van het regime. Ze bekijken de reactionaire politiek van de taliban door een microscoop en bazuinen dan hun boodschap herhaaldelijk uit over heel de wereld. De echte boodschap is dat het regime niet beter verdient dat vernietigd te worden, de bomtapijten hebben een bevrijdend effect. De westerse linkse intellectuelen steunen de B-52'ers niet openlijk maar ze geven een contekst aan het geweld en staan dan handenwringend toe te kijken. De achterlijke krachten die de steun kregen van de VS en de massale vernietiging van het luttele sociaal weefsel dat er in Afghanistan bestond, wordt met de loep en alweer handenwringend bekeken. De westerse linkse intellectuelen ontlopen de fundamentele vraagstukken als zelfbeschikkingsrecht, antikolonialisme, het cliëntelisme dat door het imperialisme is opgelegd en de logica van de vroegere, huidige en toekomstige imperialistische invasies. Ze begraven die kwesties en houden zich bezig met discussies in de massamedia over de vrijheid van de geldwisselaars in Kaboel, de videoverkopers in Kandahar en de bordeelhouders overal.
En terwijl New York's intellectuelen in uniform raad geven aan de politie-ondervragers, in de handen klappen bij de bombardementen en oproepen tot een nieuwe oorlog tegen "de Arabieren", bieden de culturele bazen en acteurs in Hollywood hun diensten aan aan de militaire veroveraars. Op 3 december 2001 hadden meer dan 40 belangrijke film- en tv-bonzen en vakbondsleiders uit die sector een ontmoeting met Karl Rove, politiek adviseur van het Witte Huis en Jack Valenti, baas van de Motion Picture Association of America om te zien hoe de culturele industrie steun voor de oorlog kon ronselen in de VS en bij de troepen en ondertussen ook propaganda kon voeren in de rest van de wereld. Het eerste peloton van Hollywood's kruisvaarders – inclusief George Clooney, Matt Damon, Andy Garcia en Julia Roberts – trok naar de militaire basissen om de oorlogsgeest op de vijzelen. De sterren van het witte doek spelen een hoofdrol als propaganda-instrumenten voor de imperialistische oorlog. En hoe brutaal dat kan zijn bewijst David Keith, van de militaire film Beyond Enemy Lines, toen hij de matrozen van een vliegdekschip in de Arabische zee toesprak: "Jullie zijn onze vuisten om hen op hun smoel te slaan, jullie zijn onze tanden om hun keel over te bijten." (Financial Times, 2 december 2001, p.9)
Hollywood werkt aan een aantal films die uitdrukkelijk de oorlogslijn van Washington moeten uitdragen. Doel is de Amerikanen te overtuigen dat ze steun moeten verlenen aan de uitbreiding van de oorlog naar nieuwe gebieden, hen voor te bereiden op (zo nodig) offers door de VS-invasies voor te stellen als rechtvaardige oorlogen met een hoge kans op een overwinning. De propagandafilms zullen vorige oorlogen "opnieuw in zijn context plaatsen", zoals een Hollywood-producer het uitdrukte. Een film over de VS-invasie in Somalië stelt de Afrikanen voor als de aanvallers en de VS-troepen als de bevrijders. Hollywood speelt een belangrijke rol in de veroveringsoorlogen. De politieke boodschap van die films zal de imperialistische retoriek van Washington versterken: de imperialistische roofdieren zijn helden, de veroveraars worden mensen van vlees en bloed, er is zelfs plaats voor romance tussen veroveraars en hun slachtoffers, de verovering wordt iets nobels en niemand krijgt wat te zien van de folteringen en de verwoestingen. De films zullen de slachtoffers voorstellen als de beulen en de veroveraars als bevrijders. De plaatselijke collaborateurs worden patriotten.
Welk profijt haalt Hollywood uit die ‘vrijwillige' samenwerking met de staat? Als multi-miljardenbedrijven houden zij er natuurlijk dezelfde ideologie op na als de imperialistische beleidsmakers. Ze hopen ook munt te slaan uit de oorlogskoorts, door hoge kijkcijfers te halen. Kortom zij hopen dat het uitdragen van de staatspropaganda hen geen windeieren zal leggen. Radio en tv stappen sinds 11 september mee op met de oorlogsmachine. Een van de belangrijkste nieuwsomroepers, Daniel Rather van CBS, verklaarde openlijk dat hij "bereid is orders te ontvangen van president Bush". Televisie overspoelde de huishoudens en de kantoren met beelden, interviews en commentaren die de bombardementen boven Afghanistan goed praatten. Alle ‘negatieve nieuws' werd geweerd, alle burgerslachtoffers werden verzwegen of vergoelijkt, elk verzet in Afghanistan of elders werd afgekeurd. Alle bronnen voor het "nieuws" op radio en tv waren zonder uitzondering VS-ambtenaren, pro-oorlogsspecialisten of krijgsheren-cliënten. Hun bevooroordeelde commentaren versterkten de officiële politiek lijn van Washington. De massamedia censureren elke vermelding van medeplichtigheid of verantwoordelijkheid van de VS voor vroegere of huidige wreedheden zoals de foltering en de moord op 600 gevangenen in Mazar I Sharif. Geen van de media vertelt dat VS de fundamentalisten steunden in hun oorlog tegen het lekenregime in Afghanistan in de jaren '80. Geen woord over de samenwerking tussen Washington en de fundamentalisten in Bosnië, Kosovo, Tsjetsjenië en Macedonië in de jaren '90 en in het nieuwe millenium. Geen debatten over de 40 miljoen dollar subsidie voor de taliban in mei 2001, om een eind te stellen aan het kweken en vervoeren van opium. Bovenal vermijden de media een band te leggen tussen de miljoenen Afghaanse vluchtelingen en de bombardementen van dorpen en steden.
Geconfronteerd met die mediastorm, kruipen de meeste westerse intellectuelen in hun schelp van "de verschrikking van 11 september" – als een excuus voor hun onwil om zich openlijk tegen de totale oorlog te verzetten.
Geconfronteerd met de tragedie van het Afghaanse volk – veroorzaakt door de massale bombardemten en door de moorddadige raids van de krijgsheren-cliënten die het land aan stukken haalden en drugshandelaars en bandietenbenden loslieten op zelfs gewapende karavanen van rondtrekkende handelaars – trekken de meeste westerse linkse intellectuelen die niet zijn bezweken voor de totalitaire verleiding zich terug in hun boeken, bibliotheken en kantoren. Cynisme of lafheid? Geconfronteerd met de monsterlijke misdaden tegen de mensheid verdiepen ze zich in hun mondaine wereldje.
Er zijn dissidenten, moedige intellectuelen en journalisten, zoals de Britse reporter Robert Fisk, een moedig boegbeeld van deze minderheid. Hij vraagt of er geen Oorlogsmisdadentribunaal moet komen voor de aanstichters van de Totale Oorlog. We wachten nog altijd op een antwoord van de westerse linkse intellectuelen.
Anti-oorlogsbetogers protesteren mar de massamedia zien het niet, Nieuw Totalitair Rechts maakt hen zwart, Franse intellectuelen zoals
Bernard-Henry Levy en Jacques Julliard noemen hen anti-Amerikaans. Die intellectuele "vrienden van Amerika" zien alleen het Amerika van het imperium en niet de revolutionaire anti-imperialistische traditie.
Veel vroegere westerse linkse intellectuelen werken hun frustraties weg met chauvinistische praat over een "rechtvaardige oorlog". Anderen blijven worstelen met die morele gelijkstelling. De meesten trekken zich terug in apolitieke beschouwingen.
De westerse linkse intellectuelen zitten op een dood spoor. Hun huidige capitulatie wortelt in de anticommunistische reflex van begin de jaren '80 en hun zelfbegoocheling omtrent de humanitaire imperialistische oorlogen van de jaren '90. De totale oorlog buigen ze om tot een "rechtvaardige oorlog", hun morele plichten zien ze alleen in dienst van het imperium. Imperialistische oorlogen, zo schreef Sartre ooit, zijn de kanker van de democratie.
Een heropstanding van de westerse linkse intellectuelen zal méér vergen dan wat kritische intelligentie, er zal morele moed voor nodig zijn die het hoofd kan bieden tegen de makkelijke keuze voor de "twee duivels" en de morele gelijkstelling. De nieuwe linkse intellectuelen zullen moeten zeggen wat er gezegd moet worden over de koloniale staten, tegen de etnische gevoeligheden van hun collega's in. En boven al zullen ze moeten inzien dat zij in een imperium leven en dus een specifieke verantwoordelijkheid hebben: ontmaskeren dat imperiums geen humanitaire oorlogen voeren, alleen oorlogen tegen de mensheid.
.
www.rebelion.org/petrasenglish.htm
Het failliet van de noch noch generatie?? by han Monday September 16, 2002 at 01:07 PM |
han@indymedia.be |
.
Ik heb van het artikel genoten,... Het deed me werkelijk deugd om op een dergelijke onderbouwde manier eens de helen noch noch generatie in haar blootje te zetten.
Op deze website halen die intellectuelen inderdaad hun vergrootglas steeds opnieuw weer boven.
Of het nu gaat of Irak, Zimbabwe, Nepal, Venezuela, .... soms is het met de microscoop dat ze op zoek gaan om toch maar niet duidelijk een standpunt te moeten innemen tegen Bush, Europa, ... met andere woorden het imperialisme.
Herneem na het lezen van deze tekst nog eens de discussie op deze site over Afghanistan, Irak, ....
Wat de denken van Susan George bijvoorbeeld?
"Je ne suis pas stratege militaire et je ne sais honnetement pas s'il etait possible de les chasser par d'autres moyens, mais je ne cache pas que je suis contente de la deconfiture des taliban. "
http://archive.indymedia.be:8081/front.php3?article_id=16148
Of wat dacht U van deze uitspraak
"Wel zeg ik heel eerlijk dat ik er niet om zal rouwen als de Taliban als een soort zij-effect van het conflict zullen verdwenen zijn (wat de VS uiteraard geen moer interesseert tenzij uit propaganda-overwegingen). En dan?"
Ze komt van Jan D, Attac Vlaanderen,...
http://archive.indymedia.be:8081/front.php3?article_id=9448
Het is slechts een greep uit het lijstje, ik weet het.
Maar de komende maanden zal deze discussie nog ettelijke malen herhaald worden, en misschien is het nuttig dat men eerst eens de tekst van Petras leest.
Groeten
han
.
Context by Jan D. Monday September 16, 2002 at 02:32 PM |
Dag Han,
In kleinlinks-Vlaanderen ben ik blijkbaar een referentie, toch zeker op deze site waar ik regelmatig word geciteerd. ;-) Bon, ik ga dan nog maar eens antwoorden, hoewel dringende taken mij roepen.
Je opent de discussie en stoffert ze met een interessante bijdrage van James Petras, waar ik het bijna volledig mee eens ben (al vraag ik me af hoe hij zo zeker weet dat de Bosnische moslims hun eigen marktplein hadden gebombardeerd). Ik voel me dus niet persoonlijk aangesproken door deze tekst hoor. Ze gaat helemaal ook niet helemaal over die 'noch noch'-discussie. Deze tekst gaat over het verschijnsel van de laffe of capitulerende progressieve intellectuelen.
Ik heb zelf nooit voor een 'morele gelijkstelling' gepleit van bv. het VS-imperialisme en Saddam - een in mijn ogen irrelevante kwestie, waar Petras teveel belang aan hecht - en heb nooit geen enkele illusie gehad in om het even welke zogenaamde 'rechtvaardige' oorlog, ook niet in Bosnië en zeker niet in Afghanistan. In mijn boeken heb ik me ook nooit teruggetrokken (behalve tijdens mijn werkuren) en voor de vredesbeweging zet ik mezelf al jaren actief in (zoals je wel weet, beste Han). Het stoort me een beetje dat je suggereert me in hetzelfde kamp als een Bernard Henri-Lévy en consoorten in te delen. Ik ben juist één van die vaste anti-oorlogsbetogers waar Petras over zegt dat die geen media-aandacht krijgen.
Ik hoef het niet volledig eens te zijn met een groep om die te steunen in de rechten die ze legitiem opeisen. Ik ben bv. ook zeker geen maoïst maar ik ben wel een actief lid van één van de zeldzame Belgische (Brugse) organisaties die ook al voor de Nepalezen heeft gemobiliseerd, al kon ik zelf niet komen omdat het tijdens de werkuren was. Je gaf er ons een paar dagen geleden nog een complimentje voor Han!
Maar dat ik er niet rouwig om ben dat de Taliban gevallen zijn, daar blijf ik natuurlijk bij. De Afghanen waren daar ook niet rouwig om. Ik denk dat heel wat Afghanen exact hetzelfde zegt als ik deed, en ondanks de VS-bommen, ondanks de verdere verknechting van hun land, ondanks de nieuwe krijgsheren-ellende, dit nog steeds een positief 'zij-effect' vinden als ze weer naar wat muziek mogen luisteren, moge, voetballen of als vrouw (in de steden) weer naar school mogen. Ik zou vandaag dus nog exact hetzelfde zeggen, al haal je mijn citaat uiteraard serieus uit de context. Dit zal ook wel de mening zijn van de meerderheid van de progressieven.
Dat de krijgsheren die nu aan de macht zijn net veel beter zijn, dat is een feit, en ook dat had ik toen al gezegd. Ik zei ook in dezelfde discussie over wat er met de Taliban zou moeten gebeuren: "Het zal afhangen van de Afghanen zelf ja... We moeten hen en hun democratische organisaties steunen. ", de RAWA bijvoorbeeld, die zich nu ook verzet tegen (en vervolgd wordt door) de nieuwe krijgsheren. En ik zei ook "De strijd tegen de Taliban is geoorloofd, maar niet vanuit de belangen van het imperialisme." Vandaag vind ik bv. ook dat Saddam moet omvergeworpen worden, maar niet door de VS of hun bondgenoten, en dat het nu zeker niet het moment is om daar overal voor te gaan oproepen. De man zit er al dertig jaar en werd vroeger door het Westen gesteund. Ik ken een paar Iraakse communisten die hetzelfde zeggen, hoewel zij indertijd bloedig vervolgd werden door Saddam.
Je probeert gewoon deze analyse te gebruiken in een discussie die eigenlijk niet helemaal dezelfde is. Een discussie die hier inderdaad vaak terug komt en die ook onvermijdelijk zal blijven terugkomen in deze 'nieuwe wereldwanorde'. Ik zou me eerder aansluiten bij een meer genuanceerde aanpak, zoals in het artikel van Paul van den Bavière enkele dagen geleden: geen 'morele gelijkstelling' van Bush en Saddam, duidelijk stellen dat van Bush het grootste gevaar uitgaat voor de wereldvrede, maar daarom ook nog niet Saddam beginnen verdedigen.
Je kan dus tegelijk zeggen "noch Bush, noch Saddam", "steun aan alle onderdrukten, inclusief de Iraakse progressieven en arbeiders" én "Geen militaire interventie, geen neokoloniale agressie, soevereiniteit en zelfbeschikkingsrecht voor Irak". Is dat geen duidelijk standpunt tégen de politiek van de VS en Europa? Je moet natuurlijk ook niet te abstract worden (zoals sommige 'noch... noch...'-aanhangers effectief doen, wat dan bv. leidt tot absurde oproepen om Arafat van de macht te verdrijven en te vervangen door een imaginaire arbeiderseenheid). Er zijn op elk moment inderdaad prioriteiten. De voornaamste slogan vandaag is uiteraard die tegen de VS-agressie. Ik zie het probleem niet hoor.
Is er iemand failliet? De morele lafheid van vele linkse intellectuelen, typisch voor de jaren negentig, dat is nu inderdaad failliet Han, maar genuanceerd en dialectisch denken is dat nog lang niet hoor. Het is ook een beetje een filofische kwestie: aanvaard je 'de wet van het uitgesloten midden', zoals in de formele logica ("het is A of B, A of
-A"), of denk je in omslaande en veranderende tegenstellingen, zoals in de dialectische logica? Jij hebt jezelf al eens tot de laatste bekend, dus zouden we het in feite eens moeten kunnen worden.
groetjes
De moed om standpunt in te nemen ? by han Monday September 16, 2002 at 03:31 PM |
Jan als ik jou citeer is het precies omdat jij er op deze website steeds opnieuw in slaagt om op een redelijk ontvloerste manier neer te schrijven wat velen die zichzelf progressief noemen ook zeggen of denken.
Het gaat me niet om jou als persoon, maar om wat je schrijft.
Indien je dergelijke discussie wil voeren zal men dat alleen maar kunnen door duidelijk te zijn. En de eerste tussenkomst gaat alvast niet in de goede richting als je het mij vraagt.
Je zegt het zo goed als helemaal eens te zijn met Petras maar eigenlijk ben je het fundamenteel oneens met hem.
Het kan ook zijn dat je de tekst gewoon niet goed hebt gelezen, maar dit is wat Petras over jou stellingame schrijft.
"Net als in elke vorige imperialistische oorlog vermijden de linkse opportunisten elk fundamenteel debat door zich toe te spitsen op secundaire aspecten om hun politieke hypocrisie te rechtvaardigen. Zij leggen alle nadruk op de slechte kanten van het beleid van het regime dat zich verzette tegen de imperialistische macht. Ze hebben het over de onderdrukking van de vrouw, het analfabetisme, de kindersterfte, het autoritaire karakter en de enge religieuze praktijken van het regime. Ze bekijken de reactionaire politiek van de taliban door een microscoop en bazuinen dan hun boodschap herhaaldelijk uit over heel de wereld. De echte boodschap is dat het regime niet beter verdient dat vernietigd te worden, de bomtapijten hebben een bevrijdend effect. De westerse linkse intellectuelen steunen de B-52'ers niet openlijk maar ze geven een contekst aan het geweld en staan dan handenwringend toe te kijken."
En je geeft er volgens mij juist een prachtig staaltje van.
Het gaat niet over de context, maar over de grond van de zaak.
Bovendien, van de Bavière die zegt:
"Niet de Iraakse president Saddam Hoessein is een gevaar voor de wereld, wel president Bush. Samen met zijn medewerkers-havikken zoals vice-president Dick Cheney, minister van Defensie Donald, veiligheidsadviseur Condoleeza Rice, ambassadeur bij de VN John Negroponte (die eigenlijk als een oorlogsmisdadiger kan worden beschouwd wegens zijn acties in Midden-Amerika) en vele anderen vice-ministers."
Hij heeft de verdienste duidelijk stelling in te nemen, en geen vergrootglas boven te halen.
.
Toch niet hoor by Jan D. Monday September 16, 2002 at 04:10 PM |
Beste Han,
Ik lees dit soort teksten normaal gezien grondig, ook deze.
Ga jij nu voor mij bepalen als ik het ergens eens of oneens mee ben? Dat kan ik zelf ook wel hoor.
Petras heeft over 'mijn stellingname' helemaal niets geschreven want ik denk niet dat hij me kent, laat staan dat hij Nederlands begrijpt.
Ik voel me ook door dit laatste citaat dat je herhaalt zeker niet aangesproken, juist omdat ik die NADRUK zelf anders leg. Je moet inderdaad een macro-perspectief aannemen en de nadruk leggen op de mondiale tegenstellingen, dat is zo klaar als een klontje. Daarom was ik het eens met de tekst van Paul van mijn geliefde Uitpers.
Je moet dus iemand anders vinden om deze discussie mee te voeren Han.
beste groet
Des te beter by han Monday September 16, 2002 at 04:33 PM |
Des te beter, maar kom dan niet aandraven met een argumentatie waarin je je noch noch stellingame goedpraat.
Want daarover gaat de discussie natuurlijk wel.
Gaan we binnenkort de straat op tegen Bush of gaan we Bush een beetje steunen door te gaan betogen tegen Saddam.
Gaan we zeggen :
"Wel zeg ik heel eerlijk dat ik er niet om zal rouwen als Saddam als een soort zij-effect van het conflict zullen verdwenen zijn (wat de VS uiteraard geen moer interesseert tenzij uit propaganda-overwegingen).
Of gaan we zeggen : Niet Saddam maar Bush is een bedrijging voor de wereld.
Willen we krediet en geloofwaardig overkomen bij de Groenen, Verhofstadt, .... en Bush of willen we geloofwaardig overkomen bij de Irakezen,.... en gaan we hen steunen in hun verzet tegen Bush.
Want zolang Bush de plak zwaait kan er gaan sprake zijn van ontvoogding van Iraakse volk, ook dat is een stelling die je bij Petras terugvindt.
Maar bon ik bergijp dus dat je er voor gewonnen bent omdat hele noch noch gedoe voorlopig te verwijzen naar de vuilbak.
Tof.
.
Laten we op een hoger niveau discussiëren aub by jpe Monday September 16, 2002 at 05:53 PM |
Han en Jan, stom dat jullie nu weer onder elkaar beginnen ruziën. Deze tekst verdient beter. Ik kreeg hem vorige week al doorgespeeld en moet zeggen dat het één van de teksten van vorige week is die bijbleef.
En al hoewel Petras in grote mate gelijk heeft, dacht ik er dit bij: allemaal goed en wel, maar hoe moet je als linkse denker stand houden tegenover de mediastorm die rechts is ?
Concreet: ik dacht en denk nog altijd dat het een leuk zij-effect is dat de Taliban weg zijn in Afghanistan: er mag nu cultureel bv. al iets meer (voetballen, filmke kijken). Het is maar na wat verder nadenken, dat je ziet dat de Afghanen er in ander opzichten op achteruit gingen, want nu hebben ze er een buitenlandse heerser bij gekregen (naast de teruggekeerde oude war lords) en het verzet tegen de aanwezigheid van VS troepen in hartje Azië gaat nog veel terrorisme uitlokken. Maar dat vertellen de media nooit. Je moet altijd weer zelf die inspanning doen om daar zelf aan te denken. Gelukkig hebben we nu Indymedia, maar hoeveel mensen komen hier ? En al die anderen, ik heb niet meer de pretentie om hen de mantel uit te vegen. Samengevat: wat meer begrip voor de moeite van het links denken, had in Petras tekst niet misplaatst geweest. Nu komt het toch over alsof hij zichzelf de hemel aan het in prijzen is als de ware linkse denker.
En wat jullie ruzies onderling betreffen Han en Jan: ik kom net van een vergadering waar we het ook weer over de 'chappeles de gauche' hadden. Ik wil ze niet afbreken hoor, ze hebben hun waarde. Maar wat meer verdraagzaamheid onder de linksen, wat meer zoeken naar wat ons bindt dan altijd maar te hameren op wat ons scheidt (en hoe goed wij zelf wel zijn), zou veel interessanter zijn. De kleine en grote problemen van de wereld worden niet met ideologische haarklieverij vooruitgeholpen. De rechterzijde spot met onze verdeeldheid. Denk er over en begin niet weer.
Juist ... by han Monday September 16, 2002 at 06:32 PM |
Juist JPE.
Maar het gaat ook niet een kappellekes discussie.
Ik weet dat ook jij dat vertelde over de Taliban.
Intressant is om te zien hoe je daarvan terugkomt. Want inderdaad, met een buitenlandse heerser in je land kan er geen sprake zijn van ook nog maar ontvoogding te denken.
De verwarring die steeds ontstaat is dat men geen onderschidj weet te maken tussen een fundamentele opstelling en een tactische verwoording.
De discussie onder progressieven is in de eerste plaats een discussie over het zelfbeschikkingsrecht. Iederen die Noch Noch roept negeert dat recht als het ware.
Als ik me keer tegen Bush en zijn Europese bondgenoten is dat omdat mijn regering een bondgenoot is van Bush. Maar je kan moeilijk zeggen dat iemand als Saddam in het zadel wordt gehouden door de massale steun van Bush of Europa.
Die man mag dan geen lieverdje zijn, hij wil zijn land niet uitverkopen aan de de VS en Europa, en dat is voor zowel Bush als Louis Michel onduldbaar.
Als dat je uitgangspunt is komt her erop aan om dat op een juiste manier te verwoorden.
En je overtuigd niemand ervan dat er geen oorlog moet komen door hem te zeggen dat Saddam een smeerlap eerst klasse is. Je overtuigd nog minder mensen door te zeggen dat je het omverwerpen van Saddam eigenlijk wel een positief neven effect van die oorlog zou vinden. Want dat alles zijn argumenten voor zij die voor de oorlog zijn.
Bovendien zijn ze verkeerd.
In vergelijking met Bush & Blair is Saddam zeer klein bier, en dus indien hij al een smeerlap is hoogstens één van het vijfde knoopsgat.
Het omverwerpen van Saddam door de Amerikanen zou helemaal geen positieve neveneffecten hebben, het enige effect dat het zou hebben is dat de greep van VS op de regio nog groter zou zijn. En we zien alle dagen wat dat betekend. Het zou nog moelijker worden voor de volkeren uit die regio om zichzelf te bevrijden. Er zouden nog minder rechten zijn voor de Koerden.
De hele stommiteiet van de noch noch theorie vind zoals Petras het aangeeft in het anti-communsime van de jaren 80 en 90. Weet je wel toen men in België ging betogen tegen de kruisrakket (USA) en de SS20 (USSR).
Reeds toen was het in de eerste plaats de United States of Agression die een bedrijging vormden voor de wereldvrede en waren het niet de Sovjets. Het beste bewijs daarvan is '89.
Bovendien Jan is die oppositie in Irak al even denkbeeldig als in Palestina hoor. Of heb je het op de Communisten die zich voor de kar van Bush laten spannnen. Ze werden zelfs door Bush gewillig opgevoerd om hem zijn oorlog te laten verkopen.
De vraag over hoe we de Belgische bevolking gaan overtuigen van het feit dat deze oorlog een misdadige oorlog is is volgens mij een andere discussie. Maar het is zeker niet door het te hebben over positieve neven effecten van de oorlog of door noch noch te staan roepen.
.
Maar finaal moet ook Sadam weg by jpe Monday September 16, 2002 at 11:26 PM |
Han, ik kan een goed eind mee in je denken, maar niet als je stelt dat "in vergelijking met Bush & Blair, Saddam zeer klein bier is, en dus indien hij al een smeerlap is hoogstens één van het vijfde knoopsgat" ...
Het is en blijft wel een dictator hé. En één die wapens gebruikte tegen eigen volk op een 'ouderwets brutale manier' die Bush hem niet 'kan' nadoen (die kan dat enkel in het buitenland). Moet je het stuk eens lezen in De Morgen van zaterdag (ja, in die krant, maar kom) over de 'moeras'-Arabieren zoals men ze soms noemt die bij de eerste golfoorlog tegen Saddam in opstand kwamen maar door Bush sr. in de steek gelaten werden ... Heel hun verhaal doet aan de opstand van de joden in het ghetto van Warschau denken. Toen 'treuzelde' Stalin om hen te hulp te komen, want met die onafhankelijke bende kon ie niets aanvangen. In Irak handelde Bush sr. op dezelfde cynische manier.
Bon, die Iraki kwamen in opstand en Saddam heeft dat toen zeer bloeding onderdrukt.
Waar ik naar toe wil: je komt terecht nergens geloofwaardig over als je niet ook tegen Saddam bent. Je kan daar (zoals Mao met Tjang Kai Tsjek bv., samen tegen de Jappen) tactisch een bondgenootschap mee sluiten (bij wijze van spreken, als Saddam al in jouw steun geïnteresseerd zou zijn), omdat hij niet de hoofdvijand is: dat is een Amerikaanse invasie.
Maar finaal moet ook Saddam weg. Want het is een dictator. Punt.
(PS 'Leuk' was wel vandaag te lezen dat de van banden met Al Qaeda verdachte Saddam, nu blijkbaar op hun 'hitlijst' staat ... Merk ook op dat Al Qaeda nu echt overal ontdekt wordt: moet maar eens wat CNN kijken.)
Jah .... by han Tuesday September 17, 2002 at 12:12 AM |
Wat stalin en Mao hierbij komen doen is me niet helemaal duidelijk. Maar als men op manier denkt geloofwaardiger over te komen, .... jah. Het lijkt me een beetje vergezocht.
Buiten dat je bevestigd wat in het artikel wordt beweerd, namelijk dat het het anti-communisme is dat aan de basis ligt van het noch noch verhaal.
Dat Saddam niet echt het toonbeeld is van democratie hebben we ondertussen al duizenden malen gehoord.
En toch ik weet niet hoe komt, steeds opnieuw.
Is Bush nu toch niet iest beter dan Saddam, is dat de boodschap achter je laatste comment.
Mijn stelling is dat niets erger is dan een land onder de knoet van Uncle Sam.
Want Saddam mag dan al een opstand hebben onderukt die gesteund werd door de VS, hij gebruikte nooit kernwapens, vermoorde niet 5.00.000 mensen met een Embargo, .... 1 miljoen tot anderhalf miljoen doden reeds in Irak omwille van de oorlog.
De geloofwaardigheid, daar is het om te doen.
Bij wie wil je geloofwaardig overkomen?
Dat is dan nog maar de vraag hé. Met je vingertje wijzend naar Saddam moet je alvast niet terecht bij de duizenden mirganten van Arabische afkomst hier in Brussel, die weten wel beter.
Nog maar eens.
In deze discussie komen we niet vooruit als je niet het onderschijd weet te maken tussen een fundamentele discussie en de manier waarop je dat aanbrengt.
Niemand heb ik horen zeggen dat we nu voor Saddam moeten zijn.
Wel zijn er velen die alle leugens tegenspreken. En dat zijn er nogal wat over dat land.
Wel is het nodig om over dat land juist info te geven, in plaats van de oorlogstaal die we al jaren lang horen en zien in de media.
En er zijn er anderen, die zeggen dat ze tegen de oorlog zijn, maar een vergrootglas, wat zeg ik microscoop bestuderen wat er allemaal niet misloopt in dat land.
Zeker, je zal geloofwaardig overkomen bij de Yves De Smet van deze wereld.
Was het niet opdezelfde manier dat men in WOI de oorlog aanpraatte. EN weet je, die strategie werd gebruikt door zij die zichzelf pacifist noemden: de Sociaal democratie.
Die Duitsers waren toch zo'n monsters, .....
Zij die die oorlogs propaganda durfden tegen te spreken werden collaborateurs genoemd, van Ostaye is daar eem mooi voorbeeld van.
tegen alle dictators by jpe Tuesday September 17, 2002 at 10:52 PM |
Han, ik wil bij niemand en iedereen geloofwaardig overkomen. Dat is niet het punt. Maar om de rest van de discussie hier nog eens over te doen ... Je moet gewoon duidelijk afstand nemen van alle dictators en zeker als ze Saddam of Bush noemen. Want George is dat natuurlijk ook; alleen speelt hij mede door de media het spel veel handiger. Maar daar zijn we het over eens hé.
De PVDA's steun aan de VS-operaties in Afghanistan!!! by Johan van den Broek Wednesday September 18, 2002 at 09:17 PM |
johan@ulyssis.org |
Of nog: wie is hier de consequente anti-imperialist?<
Beste han,
Let op voor je Jan Dumolyn van gebrek aan anti-imperialisme
beschuldigt!! Petras veroordeelt in zijn tekst zeer duidelijk
de houding van de PVDA en andere maoisten t.a.v. de Sovjet-interventie in Afghanistan. Op een muur in Leuven
staat er nog steeds geschreven: "Breznev uit Afghanistan! PVDA" !!! De pot verwijt dus de ketel dat hij zwart ziet!! Misschien is Petras iets te onkritisch t.a.v. de Sovjet-Unie,
daar ken ik die geschiedenis niet genoeg voor, maar zijn standpunt dat de houding der maoisten misdadig was, is volledig correct. Als je tussen een progressief ge*nspireerde, zij het misschien autoritaire, regering en een bende fundamentalistische gekken voor de gekken kiest, dan ben je l**g, z**r l**g gevallen. Maar dat is volgens mij waar elk maniche*sme zal eindigen.