Frankrijk: een monumentale nederlaag by Erik De Bruyn Tuesday April 23, 2002 at 09:44 AM |
erik@marxist.com 03/295.58.19 |
Frankrijk beleefde op 21 april de antipode van de presidentsverkiezingen van 1981, toen de overwinning van Mitterrand Europa vervulde van hoop. De uitschakeling van Lionel Jospin in de eerste ronde en het doorstoten van Le Pen betekent een nederlaag voor de arbeidersbeweging in heel Europa. Maar méér nog dan dat is dit verkiezingsresultaat een duister monument, opgedragen aan het falen van de leiding van de sociaal-democratie
Frankrijk beleefde op 21 april de antipode van de presidentsverkiezingen van 1981, toen de overwinning van Mitterrand Europa vervulde van hoop. De uitschakeling van Lionel Jospin in de eerste ronde en het doorstoten van Le Pen betekent een nederlaag voor de arbeidersbeweging in heel Europa. Maar méér nog dan dat is dit verkiezingsresultaat een duister monument, opgedragen aan het falen van de leiding van de sociaal-democratie. Na eerdere nederlagen in Spanje, Italië, de Scandinavische landen en Nederland, zijn de Franse verkiezingen het finale Waterloo van de politiek van de 'derde weg' zoals die het afgelopen decennium opgang maakte in de Europese socialistische partijen. Tegelijk verwijst dit debacle ook alle antwoorden die de partijen links van de PS en PC menen te moeten geven op de huidige impasse van de linkerzijde in één ruk naar de prullenmand. Indien het regeringsbeleid immers kritiek verdient dan betekent dit nog niet dat we onverschillig moeten staan tegenover de keuze tussen een linkse of een rechtse regering.De linkse kandidaten Laguiller en Besancenot haalden samen zowat tien procent van de stemmen. Maar wat ben je met tien procent van de stemmen als het resultaat is dat we nu de keuze hebben tussen een rechtse en een extreem-rechtse kandidaat?
Het dient nochtans gezegd dat de regering Jospin erin geslaagd was om tot nader order linkser uit de verf te komen dan de zogenaamde 'socialistische' regeringen in de andere Europese landen. Vooral de invoering van de 35-urenweek sprak hierbij tot de verbeelding. Maar anderzijds werden de privatiseringen onder Jospin nog opgevoerd en was de relatief linkse koers van de regering voor een belangrijk deel te wijten aan een alerte en militante arbeidersbeweging die bepaalde reactionaire maatregelen op tijd en stond afblokte zoals u ook kan lezen in een interview met de hoofdredacteur van ons Franse zusterblad, elders op deze site. Het overheersende gevoel tegenover de socialistisch-communistische en groene regeringscoalitie regering was echter dat ook zij het spel speelde volgens de regels bepaald door de rechterzijde, de kapitalistische Europese instellingen, het IMF en de multinationale ondernemingen. En wie tracht te schaken volgens het advies van zijn tegenspeler, die verliest, dat is zonneklaar.
Nog steeds willen de leiders van de socialistische partijen onze eigen Patrick Janssens, voor wie het allemaal maar een kwestie van communicatie is, op kop- maar niet begrijpen welke hoge eisen aan hun partij gesteld worden en welke de verantwoordelijkheid is die daaruit voortvloeit. De socialistische partij is de historische partij van 'Le Changement', het alternatief op het kapitalisme, een alternatief maatschappijproject geboren uit de sociale strijd voor een betere samenleving. Elke socialistische leider die deze twee basisbegrippen, namelijk 'alternatief' en 'sociale strijd' uit het oog verliest gaat eerder vroeg dan laat op zijn bek. Natuurlijk boeken de socialisten telkens weer electorale successen, omdat de kiezer keer op keer het verlangen naar verandering uitdrukt via een stem op de traditionele linkerzijde. Maar als die linkerzijde dan niet verder geraakt dan kruidenieren met een aantal maatregelen die gelijke kansen moeten scheppen in een wereld van schrijnende ongelijkheid dan gaat zij terug naar af, alle communicatie ten spijt. Dat is exact wat gisteren in Nederland gebeurde, vandaag in Frankrijk plaatsgrijpt en zich morgen zal herhalen in België. Dertig procent van de Franse kiezers had nog de beleefdheid om gewoon thuis te blijven in plaats van op Le Pen te stemmen. Maar samen met de meer dan zeventien procent van Le Pen en de stemmen voor de andere extreem-rechtse kandidaat Megret betekent dit dat het aantal 'foert' stemmers bijna in de meerderheid is. In die zin vertolkt Arlette Laguiller, kandidate van Lutte Ouvrière natuurlijk een belangrijke stroming in de publieke opinie wanneer zij stelt dat de keuze tussen Chirac en Jospin 'lood om oud ijzer' is. Maar daarom is het nog niet juist: het getuigt van een verregaand misprijzen voor de arbeidersklasse indien men daardoor in feite beweert dat bvb. de verdediging van verworvenheden zoals de 35-urenweek een verdediging die niet enkel via sociale strijd maar ook op het politieke vlak dient gevoerd- van geen belang zou zijn.
De wereld verandert nu zeer snel. Het kapitalisme heeft onze planeet ver uit evenwicht gebracht en het sociale, economische en ecologische weefsel begint aan alle zijden te rafelen. Dit drukt zich uit in een toenemende polarisatie: massale algemene stakingen in Griekenland en Italië, prerevolutioniaire situaties in Argentinië en Venezuela, overwinningen van extreem-rechts in Nederland en Frankrijk. Indien de Franse kiezer zich onveilig voelt dan heeft hij/zij nog gelijk ook: een wereld waarin miljoenen mensen op de vlucht slaan om te ontsnappen aan extreme armoede, oorlog en onderdrukking, een wereld waarin jobs met duizenden tegelijk worden geschrapt in multinationale hoofdkwartieren, een wereld waarin de praktijken van de drugs- wapen- en mensenhandel nauwelijks te onderscheiden zijn van die van het 'reguliere' zakenleven en de zwarte circuits vaak even groot of groter zijn dan de witte, een wereld waarin een Amerikaanse president het broeikaseffect kan negeren om de energielobby terwille te zijn, die wereld is inderdaad onveilig. Maar als het politieke debat onder die omstandigheden gereduceerd wordt tot de keuze tussen één, dan wel twee politiegenten op elke hoek van de straat, dan is de kans groot dat men er twee kiest.
De revolutionaire tradities van de Franse werkende klasse kennende zal zij in de komende weken en maanden een niet mis te verstaan antwoord geven op het politieke Tsjernobyl van 21 april. Sommige commentatoren spraken reeds over de 'dreiging' van een nieuw mei '68. Hopelijk zal in de nieuwe episode van sociale strijd die nu aanbreekt niet teveel energie verspild worden in sectarische experimenten en zullen de kruideniers en hun recepten voor eens en altijd van de leiding van de linkerzijde worden verwijderd.
Lang leve de Socialistische Partij by Lien Tuesday April 23, 2002 at 12:19 PM |
Voor de Vonk is de conclusie dus nog maar eens.
Iedereen had samen achter de Socialisten moeten staan.
Anders ben je sectarisch.
Jah .....
Stem Tobback roept de Vonk om ons te redden van het Blok.
Jah ....
... by D. Tuesday April 23, 2002 at 02:29 PM |
De ene brulaap tegen de andere
Wat een bochtenwerk! by Boris Langui Tuesday April 23, 2002 at 03:04 PM |
Beste Erik,
"De socialistische partij is de historische partij van 'Le Changement', het alternatief op het kapitalisme, een alternatief maatschappijproject geboren uit de sociale strijd voor een betere samenleving."
Misschien is het historisch waar, ik geloof het niet, maar een geschiedkundige kan hier misschien helpen.
In ieder geval VANDAAG, en al decennia lang, is de PS (en de SP.A in Vlaanderen) NIET revolutionaire ... en proberen deze partijen "opnieuw" voor zo'n socialistisch maat- schappijproject te winnen is ... gewoon onbegonnen werk.
Als je schrijft dat PS en PCF opnieuw revolutionair moeten worden, dan zeg je in mijn ogen, dat ze zich op het standpunt van LO en LCR moeten stellen, maar tegelijkertijd schrijf je:
"Tegelijk verwijst dit debacle ook alle antwoorden die de partijen links van de PS en PC menen te moeten geven op de huidige impasse van de linkerzijde in één ruk naar de prullenmand."
Hoe kan je dat combineren?
"Maar wat ben je met tien procent van de stemmen als het resultaat is dat we nu de keuze hebben tussen een rechtse en een extreem-rechtse kandidaat?"
Indien PS, PCF en Groenen gezamenlijk Jospin naar voren geschoven hadden, dan was dit debacle niet gebeurd. Daar ligt de schuld.
"In die zin vertolkt Arlette Laguiller, kandidate van Lutte Ouvrière natuurlijk een belangrijke stroming in de publieke opinie wanneer zij stelt dat de keuze tussen Chirac en Jospin 'lood om oud ijzer' is. Maar daarom is het nog niet juist: het getuigt van een verregaand misprijzen voor de arbeidersklasse indien men daardoor in feite beweert dat bvb. de verdediging van verworvenheden zoals de 35-urenweek een verdediging die niet enkel via sociale strijd maar ook op het politieke vlak dient gevoerd- van geen belang zou zijn."
Tenzij Chirac op het politieke vlak gestreden heeft voor
de 35-urenweek, hetgeen me verbazen zou, versta ik dit argument ook al niet.
In ieder geval, op de stemmen van Laguiller zal het niet aankomen... Chirac zal Le Pen verpletterend verslagen; hij heeft u al de steun van La Gauche Plurielle.
anti-PS by Harko Tuesday April 23, 2002 at 05:39 PM |
harko21@yahoo.co.uk |
Met de Vonk blijf je lachen!!!
Kan u misschien zeggen wat de socialisten gedaan hebben voor de gewone mensen?
Wie verklaarde Afghanistan de oorlog?
Wie verklaarde Irak de oorlog?
Wie verklaarde Joegoslavië de oorlog?
Wie zorgde er voor de ene aanslag na de andere op de sociale zekerheid?
Wie zorgde voor de ongelofelijk anti-sociale maatregelen die Europa uitvaardigd?
Wie stond erbij en keek ernaar als grote bedrijven ongelofelijk veel werknemers op straat zette?
Wie zorgt er voor een racistisch asielbeleid?
Wie bespaart in het onderwijs en de gezondheidszorg?
Wie stond erbij en keek ernaar als Israel, met sossen in de regering n.b., Palestina veranderde in een puinhoop?
De Fascisten?
De Gaullisten?
DE SOCIALISTEN!!!
Voor een deftige analyse van de Franse verkiezingen:
http://www.solidair.org
Voor de Vonk is de conclusie... by Brecht Tuesday April 23, 2002 at 07:37 PM |
De socialistische en communistische partijen zijn de historische massapartijen van de werkende klasse. of we dit nu leuk vinden of niet. Als de samenleving radicaliseert en polariseert dan blijven deze massaorganisaties, hoe reformistisch en bureaucratisch ze ook zijn gedegenereerd, helemaal niet onberoerd. De geschiedenis van de arbeidersbeweging is niet lineair, gaande van een soort perfecte revolutionaire partij tot het rechts-reformistische vehikel van vandaag. Doorheen de geschiedenis van de arbeidersbeweging zijn ook de organisaties van de arbeidersbeweging, de vakbonden en de partijen, onderhevig aan maatschappelijke processen en aan de klassenstrijd.
De leiding van deze organisaties, de Tobbacks en de Nollets en de Jospins, zijn natuurlijk bureaucraten en rechts-reformisten, niemand zal dat ontkennen. Dat doet er ook weinig toe. Eenmaal de samenleving in beweging komt en radicaliseert moeten deze leiders wel meezwenken met de 'mood' van de basis, anders belanden ze in de rand van het politieke gebeuren. Worden deze bureaucraten dan links-reformisten of zelfs revolutionaire? natuurlijk niet, ze zijn gewoon opportunistisch en zullen linkse retoriek gebruiken. Kleine 'waarachtige' linkse partijtjes en groepuscules blijven dan in de kou staan want de grote massa van mensen zal zich niet wenden tot deze lilliputters, maar juist wel tot de grote mastodonten. De meeste mensen zien op dat moment immers geen verschil tussen een linkse SP/CP of een iets linksere partij.
De sociale geschiedenis van verschillende landen lijkt deze stelling te bevestigen. Van Engeland in de jaren '30, tot Frankrijk in de jaren '70 zien we dit fenomeen opduiken.
Was de wereld maar zo eenvoudig dat de socialistische partij voor eens en voor altijd 'verburgerlijkt' is en dat het enige wat we nodig hebben een échte arbeiderspartij is die we uit het niets kunnen doen ontstaan. De realiteit is echter anders. De massapartijen hebben een geschiedenis, een traditie en een verankering in de arbeidersklasse zoals geen enkele sekte ooit zal kunnen hebben. Grote maatschappelijke veranderingen die gedragen worden door de arbeidersklasse hebben zich in het verleden enkel doorheen deze organisaties gemanifesteerd.
Is Vonk 'voor de SP' of zoiet? Natuurlijk zijn wij niet 'voor de SP'. Wij hebben geen fetisjen of staan niet in beate bewondering voor de bureaucratische leiding. In tegendeel, we zullen elke gelegenheid te baat nemen om de leiding van de socialisten en communisten te bekritiseren. Tegelijkertijd echter zien we in dat de structuren van partij en vakbond wél nog het potentieel hebben om structuren van verandering te worden. Wie zijn ogen daar voor sluit en gemakkelijkheidshalve wegholt van de 'reformisten' en zijn eigen miniorganisatietje opricht is gedoemd voor altijd in de marge van de maatschappij en geschiedenis te werken. Het is natuurlijk altijd gemakkelijker om zelf een pure, 'waarachtige' partij op te richten dan oppositie te voeren binnen de massaorganisaties.
Het enige wat hiermee bereikt wordt is het verzwakken van de kracht van de linkerzijde binnen deze massaorganisaties en het scheiden van de meest politieke bewuste arbeiders en studenten, van het merendeel van de arbeidersklasse.
Het was met reden dat Marx in zijn CM stelde:
"In welke verhouding staan de communisten tot de proletariërs in het algemeen?
De communisten zijn geen bijzondere partij tegenover de andere arbeiderspartijen.
Zij hebben geen belangen die gescheiden zijn van de belangen van het gehele proletariaat.
Zij stellen geen bijzondere beginselen op waarnaar zij de proletarische beweging willen modelleren.
De communisten onderscheiden zich van de overige proletarische partijen slechts doordat zij enerzijds in de verschillende nationale gevechten van de proletariërs de gemeenschappelijke, van de nationaliteit onafhankelijke belangen van het gehele proletariaat naar voren brengen en tot hun recht laten komen en doordat zij anderzijds op de verschillende trappen van ontwikkeling, die de strijd tussen proletariaat en bourgeoisie doorloopt, steeds het belang van de gehele beweging vertegenwoordigen."