De eisen van het Argentijnse volk by boadicea (vertaald door Françoise) Friday February 01, 2002 at 12:55 AM |
Vertaling van een serie artikels verschenen op deze site onder de nummers #15628, #15530, #15553
Van een kritiek op de corruptie naar nieuwe oplossingen
19 en 20 december waren revolutionaire dagen, waaraan een groot deel van de Argentijnse bevolking heeft deelgenomen. Vakbondsleden werden ondersteund door extreem-linkse groepen, door werklozenverenigingen, door de Moeders van de Plaza de Mayo en door niet-gepolitiseerde burgers afkomstig van de burgerlijke hogere klassen. Sedertdien hebben ook de peronisten en de politiemensen bijgedragen aan de verwarring. Zoals de marxisten het zeggen: de agitatie transcendeerde het klassengevoel en het hele gebeuren nam de gedaante van een populair front aan. Opmerkelijk was dat tijdens deze woelige dagen geen vlaggen van politieke partijen door de straten wapperden. De enige identiteit die er werd beleden, was de hemelsblauwe en witte vlag. Er was één gemeenschappelijk lied: het Argentijnse volkslied. Er gold slechts één ordewoord: "Argentina, Argentina".
Consensus tijdens de decemberrevolutie: "Dat ze allemaal vertrekken!"
Er waren veel tegenstrijdige theorieën en eisen te horen in deze woelige dagen. Een aantal ideeën bleken echter centraal te staan en gedeeld door velen, over alle traditionele grenzen heen: "We willen een propere leidersklasse. We vragen slechts één ding: dat ze nu maar eens ophouden met ons te bestelen!" – "Ze hebben geregeerd om de schulden terug te betalen, om zelf rijker te worden en om enkele vrienden en rijke industriëlen te helpen".
De Argentijnen kwamen in opstand tegen het bonnensysteem (patacones) van de regering, tegen de werkloosheid die steeds meer mensen treft en tegen de corruptie. De repressie, die tot stand kwam bij de aankondiging van staat van beleg, was de spreekwoordelijke druppel die de emmer liet overlopen, en de tijd was rijp voor een massale opstand.
Sedert begin januari: directe democratie en volksvergaderingen
Vanaf de eerste Cacerolazos zijn een aantal strijdvaardige organisaties uit de chaos opgestaan, ondersteund door duidelijke programma's.
De volksvergadering van San Cristobál heeft een programma aangenomen die tot stand is gekomen na lange discussies die vele dagen in beslag namen. De constituerende volksvergadering wordt beschouwd als de beste oplossing om het land radicaal te hervormen. Banken moeten worden genationaliseerd; er moeten weer jobs worden gecreëerd en werklozen moeten een gewaarborgd inkomen ontvangen; de moordenaars tijdens de revolutie moeten worden terechtgesteld; de politieke gevangen moeten worden vrijgelaten; overal in het land moeten volksvergaderingen worden gesticht.
De peronisten zijn niet beter of niet slechter als de anderen. Democratie, dat is wat er is wanneer het volk zelf kiest voor zijn vertegenwoordigers op de werkplaatsen, in de universiteiten, in de wijken. Werknemers in supermarkten moeten hun eigen winkel kunnen besturen. Inwoners van een wijk moeten de kans krijgen om zich te organiseren om voorraden in te slaan. Fabrieksarbeiders moeten de productie zelf kunnen controleren.
Centraal staat dus de controle door het volk. Dit is wat men vroeger "socialisme" noemde. Als er een betere oplossing is om de huidige situatie om te keren, zeg het mij gerust! Het volgens mij is het meest eerlijke systeem om geen werklozen of hongerigen meer te hebben. Want dat is de echte misdaad!
Het parlement is een rioolput
"Sedert we kort en klein werden geslagen op de Plaza de Mayo en de val van De la Rua, zijn er meer een meer gemobiliseerde mensen. Ze zijn hoe langer hoe woester.
De situatie is heel complex. Veel mensen die deel hebben genomen aan de Cacerolazos zijn afkomstig van de middenklasse. Zij kwamen op straat omdat ze niet meer aan geld konden geraken: ze konden geen leningen meer aangaan, ze konden geen chèques meer uitschrijven, ze werden genoodzaakt hun winkels te sluiten, ze konden niets meer kopen of verkopen.
Bij de Cacerolazos waren ook werklozen. Voor hen is het nog moeilijker, want ze leven ver van de stadscentra omdat ze daar te arm voor zijn.
Velen onder ons eisen ook de bevrijding van de gevangenen. We groeperen ons achter vlaggen en organiseren batucadas (veel lawaai maken). Voor ons, Moeders, tellen vooral de gevangenen en de doden: de doden van nu (er waren er zo'n dertigtal) en die van vroeger. De anderen denken meer aan het geld en aan de economie…
Op langer termijn zal er wellicht weer repressie zijn. Dit is het enige antwoord dat de regering ons kan bieden, ze werkt nu eenmaal zo. De peronisten zullen als goede populisten wel voedsel, kleren en kleine jobs uitdelen. Dit is volgens ons geen oplossing. Maar de mensen kunnen maar moeilijk begrijpen dat verzet een collectief gebeuren is, en dat je niet enkel voor je eigen voordelen moet vechten. Iedereen moet op straat komen voor iedereen. En dat is een voor velen een moeilijke stap. De mensen blijven individualistisch." (6 jan 2001)
De VS, het IMF en hun Latijns-Amerikaanse stropoppen, de presidenten… Dat zijn onze vijanden
"We moeten hen durven zeggen wat ze zijn. We moeten niet bang zijn: indien ze ons slaan is dat de prijs die we betalen om de waarheid te zeggen. Ik was uitgenodigd op een debat tijdens een forum, een kleine Davos, in Buenos Aires. Ik heb ze niet laten spreken. Ik heb hen verteld wat ik dacht van hun hypocrisie. Dat we arm zijn door hun schuld. Dat ze moordenaars zijn. Wat betekent die democratie, waar ze zo graag over spreken, als ze omgeven zijn door weelde en champagne? Een paar dagen later stonden ze aan mijn deur en hebben ze mijn dochter gefolterd." (sept 2001)
Vandaag de dag blijft het ordewoord: verzet tegen het staatsterrorisme!
De Piqueteros
De piqueteros hebben een nationale arbeidersbeweging in gang gezet. Dit is een nieuwe stap naar meer bewustzijn voor de arbeidersmassa. Tussen de eerst piketten tegen privatiseringen in 1991 tot het eerste congres van de piqueteros in juli 2001, hebben ze een lange weg afgelegd, en hebben ze veel ervaring opgedaan inzake politieke strijd. Heterogeniteit is de voornaamste kenmerk van deze beweging, hetgeen bewijst dat het een organisatie van en voor de basis is, ver van partijpolitieke conflicten en machtscompromissen. De beweging van de piqueteros verenigt mensen die honger lijden en in de miserie leven. Ze voeren discussies, hebben projecten, organiseren zich, ruziën, moedigen elkaar aan, zingen, …"
Vanaf juni 2001: daden van ongehoorzaamheid en revolutie
Er is al meer dan zes maanden een vermenigvuldiging van het aantal daden van ongehoorzaamheid aan de gang. De structurele aanpassingsmaatregelen van De la Rua werden meer en meer voelbaar. Dit had in het hele land stakingen en bezettingen tot gevolg. Wegblokkades zijn een heel efficiënte tactiek gebleken, en hebben aanleiding gegeven tot processen met een symbolische dimensie. José "Pepino" Fernández, de leider van de Unie van Werkloze Arbeiders, werd bijvoorbeeld op 17 juni 2001 gearresteerd na de blokkade van de rijksweg 34. Daarbij vielen doden en gewonden. De regering trachtte met die arrestatie de wettelijkheid van de organisatie die hij vertegenwoordigde in twijfel te brengen, maar de werklozenorganisaties zijn daarna enkel nog meer gegroeid, en hun militanten zijn nog strijdvaardiger geworden.
Arbeidersgroepen aan de basis van de eerste ontmoetingen met de politie op 19 en 20 december
In de frontlinies stonden vaak piqueteros en stads- en staatsambtenaren.
Hier volgen een paar getuigenissen die op 19 december werden gepubliceerd:
- Honderden werknemers, die de betaling van hun achterstallige lonen en eindejaarspremies eisten, hebben meubels vernietigd en een deel van het stadhuis in brand gestoken.
- Een twintigtal werknemers van de openbare diensten werden geraakt door rubberballen geschoten door de politie. Zo wilde ze op gewelddadige wijze het protest breken van de onderwijzers, de dokters en de gerechtsmedewerkers, die het parlement in Buenos Aires probeerden binnen te dringen. Na vergeefse onderhandelingen met de publieke overheden, waarbij ze geen antwoorden kregen op hun eisen, blokkeerden deze werknemers de wegen. Hun woordvoerders reageerden als volgt: "Deze keer blijven we hier tot er een concrete oplossing wordt voorgesteld. Ze moeten ons nog twee maanden uitbetalen, en we kunnen onze kinderen niet meer voeden. We zijn bereid ons leven hier te laten als onze kinderen maar niet sterven van de honger. We geloven niet meer in hun mooie beloftes!"
Onze revolutie werd gestolen!
De situatie is nog complexer geworden sedert januari. Een deel van de Argentijnse bevolking lijkt zich tevreden te stellen met Duhalde, de nieuwe president. Opiniepeilingen gepubliceerd in de grote dagbladen geven hem een comfortabele steun. Maar vele militanten verwerpen de peronisten en de steun die bepaalde vakbondsleiders aan de president hebben betuigd heeft de wankele eenheid van de piqueteros-beweging en van de strijdvaardige linkse groeperingen gebroken. D'Elia en Aldarete, leiders van de piqueteros-beweging zijn samengekomen met de bedriegers, niet om ze aan te klagen, maar wel om ze te steunen. Ze hebben geen kritiek geuit tegen deze onwettelijke regering. Ze hebben niet eens een strijdplan uitgevaardigd tegen de devaluatie die de lonen nog lager zal maken. Velen beschouwen hen nu ook als bedriegers…
Duhalde wordt er nu vaak van beschuldigd te willen aanpappen met de middenklasse ten koste van de armen (door bijvoorbeeld de hypothecaire leningen in dollar om te zetten in pesos).
De piqueteros-beweging lijkt echter nog strijdbaar en wil volharden in het verzet. De organisaties bereiden momenteel hun derde congres voor.
Wat er op vandaag gebeurt in de werkplaatsen, in de volksvergaderingen en in de straat:
Trotskistische groeperingen lanceren een oproep voor een Cacerolazo Global om de rol van de Spaanse regering en de Bretton Woods-instellingen in de instorting van Argentinië aan te klagen. Ze beschuldigen de regering Duhalde ervan de ze achterbakse traditie van corruptie en kapitaalsverduistering verderzetten en dat ze de macht van het volk afnemen. Ze beloven dat ze de kreten van de Plaza de Mayo zullen verderdragen: "¡Basta Ya!" (genoeg!) – "¡Que se vayan todos! (ze moeten allemaal vertekken!)
Militanten willen een "politieke en populaire avant-garde creëren, een directe en locale vorm van actie, die dynamisch en open is. De regionale, nationale en federale structuren moeten worden gecontroleerd door de actieve collectieven".
Anderen eisen dan weer nieuwe verkiezingen en het ontslag van de leden van het Hoger Hof. Een aantal advocatenverenigingen maakten op 9 januari '02 de volgende oproep: "In ons land is het sociaal en economisch model ingestort. Deze stond aan de basis van een sociale genocide, met gemarginaliseerde en uitgesloten slachtoffers: werklozen, uitgeslotenen, te weinig arbeiders en teveel uitbuiting. Onze leiders moeten worden gecontroleerd door een onafhankelijke gerechtelijke macht, die eerlijk is en onbuigzaam wat betreft de grondwettelijke rechten van de burgers. Het huidige Hoger Hof waarborgt dit absoluut niet!"
Tot besluit: de Argentijse arbeidersgroeperingen hebben een sterke organisatie en politieke ervaring kunnen opbouwen. De activisten aan de basis zijn alomtegenwoordig en hebben een groot politiek bewustzijn kunnen verwerven. Ondanks de terugtrekking uit de strijd van sommige leiders van de arbeidersbeweging, hebben de autonome groepen aan de basis de moed niet opgegeven. Op 9 januari hebben de taxichauffeurs nog hun ontevredenhied met de overheid getoond. De rellen hadden 12 gewonden tot gevolg.