arch/ive/ief (2000 - 2005)

De onderhandeling van de WTO in Qatar
by Marc Vandepitte Wednesday January 30, 2002 at 05:45 PM

Verslag van het Internationaal Colloquium: 11-12 januari 2002, Universiteit Stendahl te Grenoble. Deel 4

4. De onderhandeling van de WTO in Qatar


Susan George: (vice presidente van ATTAC Frankrijk en Directrice van Transnational Institute Amsterdam)
De besprekingen gingen o.a. over diensten, landbouw en intellectuele eigendom (patenten). Voor de diensten werd volgende regel uitgewerkt: binnen zes maanden kan om het even welk land een aanbod doen t.a.v. een ander land op het vlak van diensten. Dan start een bilaterale onderhandeling tussen beide landen. Dat kan bijvoorbeeld ook gelden voor onderwijs. Ik zeg niet dat we ons binnenkort aan allerhande processen op dat vlak moeten verwachten, maar de bal is wel aan het rollen gebracht. Op het vlak van landbouw werd weinig ‘vooruitgang' geboekt. De Fransen hielden er aan om de export te mogen blijven subsidiëren. Op het vlak van de medicamenten (patenten) is er een belangrijke politiek besluit genomen. Landen krijgen nu de toestemming om generische medicamenten te maken. Het probleem van de buurlanden is echter nog niet opgelost. Dus stel dat land uit het Zuiden geen dergelijke medicamenten produceert dan mag niet bij zijn buurland, die dat wel maakt, aankloppen maar moet het nog steeds de medicamenten afnemen van de MNO die ze oorspronkelijk heeft vervaardigd. Er geldt nog steeds voor die MNO's een bescherming van 20 jaar. [De maatregel is dus alleen van toepassing voor landen die zelf in staat zijn zo'n medicamenten aan te maken. Dat zijn er heel weinig.]
Er zijn een aantal zaken aan de agenda toegevoegd die het Zuiden niet wou: investeringen, zelfde normen voor concurrentie, harmoniseren van douanetarieven, de liberalisering van de ‘publieke markt' (die in de OESO-landen goed is voor 40% van het BNP en in de landen van het Zuiden nog meer.)
Een norm voor arbeidsvoorwaarden werd niet aanvaard en de bewijslast voor milieuproblemen werd omgekeerd: indien land B een product weigert uit land A omwille van milieuredenen, dan moet het importerend land het bewijs leveren.
De zogenaamde ‘capacity building' in het Zuiden en de technische assistentie, die werden toegezegd zijn op zich een goede zaak, maar dat gaat jaren duren tegen dat daar iets van komt.

Democratie. In principe geldt in de WTO: 1 land = 1 stem. Maar in realiteit wordt gewerkt met consensus, d.w.z. dat Canada, de VS, de EU en Japan de zaak eerst onder elkaar regelen en dan de anderen meetrekken. De WTO kan je ook beschouwen als een cinema met heel veel zalen, waar veel verschillende films terzelfdertijd worden gedraaid. Het is voor landen uit het Zuiden zeer moeilijk zoniet onmogelijk om ze allemaal te volgen.

Kan de WTO gedemocratiseerd worden? In zijn huidige vorm is dat niet mogelijk.
Het is zelfs niet mogelijk om vanuit de civiele maatschappij debatten mee te volgen.

Tijdens de WTO-top zijn er in tientallen steden in diverse landen massademonstraties geweest. In totaal was er meer volk dan in Seattle.
Maar de impact op de media is veel geringer geweest.

De conclusie is dat het Zuiden algemeen gesproken de grote verliezer is. Omgekeerd heeft Lamy de Europese commissaris, wat hij wil: een datum en een engagement. We hebben dus een slag verloren en we zitten in een nieuwe situatie. Dat betekent ook dat we een nieuwe strategie moeten bedenken.