arch/ive/ief (2000 - 2005)

Dagboek uit de filipijnen 0.1 (Anne)
by Anne Tuesday October 23, 2001 at 11:11 AM
annekonings@hotmail.com

Het is vreemd om weer te schrijven en te bedenken dat het al bijna twee maanden geleden is dat ik nog iets op papier‚ gezet heb. Ik heb nu een laptop kunnen lenen van iemand, want in een internetcafe wat bedenkingen neerschrijven is ook niet echt ideaal. ....

Dag allemaal,

Het is vreemd om weer te schrijven en te bedenken dat het al bijna twee maanden geleden is dat ik nog iets op papier‚ gezet heb. Ik heb nu een laptop kunnen lenen van iemand, want in een internetcafe wat bedenkingen neerschrijven is ook niet echt ideaal. Het is heerlijk om in mijn huisje te zitten, jazzy tunes (bedankt Christophe!) op de achtergrond, eens wat anders dan de Œmellow music‚ dat je godganse dagen op je bord krijgt. Over de liefde, de misgelopen liefde, de ruzies, <sum>.niets zinnigs en het ene deuntje is al erger dan de ander. In de jeepneys wordt je dan nog eens vergast op keiharde muziek dat niet zo aangenaam is voor je trommelvliezen. Maar de verbazing is dan ook groot als je opeens The Prodigy hoort in plaats van de Venga Boys of de schlagers.

Vooraleer ik verder ga, zou ik iedereen willen bedanken die me een oppepper gestuurd heeft na mijn eerste mailtje. Jullie kunnen niet voorstellen hoe belangrijk dat was voor me, want gemakkelijk is toch wel anders<sum>. Ik bevind me nu een beetje in een duale situatie. Het gemis van thuis, van de leuke babbels, de cafeetjes tot en met het koude weer<sum>blijven knagen aan mijn zieltje. Tegelijkertijd ben ik doodgelukkig dat ik hier ben, dit is wat ik wilde en ik voel me goed in deze keuze<sum>het is vreemd, deze tegenstrijdige gevoelens. Maar de banden met thuis, de telefoontjes, de emails vanuit de hele wereld ondertussen<sum>maken de wereld opmerkelijk piepklein<sum>So close and yet so far, niet waar!

Ondertussen woon ik in Davao in een heerlijk fris en koel appartementje op amper 30 minuutjes wandelen van de Maryknoll Language and Culture Institute. Daar worden elke dag van stipt 8uur tot 16 uur onze hersenen op proef gesteld. Maar na een maand weet ik niet meer of er nog iets van overblijft. De taal is primitief en tegelijkertijd ongelooflijk rijk aan woordenschat. Onze taal is klaar en duidelijk. Geen duizend-en-een verschillende mogelijkheden om hetzelfde te zeggen. Hier komt alles neer op de context en wat je wilt benadrukken. De vervoegingen van het werkwoord zijn dan afhankelijk hiervan. Dus als je zegt : Anne schrijft een brief op de computer voor haar vrienden in haar huisje, heb je daar 5 verschillende vertalingen voor. Verder moet ik elke ochtend het nationaal volkslied zingen met de andere studenten. Als ik pech heb, dan ben ik aan de beurt om voor te zingen of de vlag omhoog te trekken. Elke dag verplichte kost, maar soms kom ik buiten mijn wil te laat<sum>.. Gelukking moet ik niet naar de mis gaan, want dat zou toch wel heel lastig worden. En je gaat het nooit geloven, maar ik sta tegenwoordig om 6u15 op, om rustig te kunnen ontbijten en naar school te kunnen wandelen. Vooral dat laatste is iets nieuws, want in plaats van heet is het nu minder heet in de ochtend.


#
Davao is wel een hele verademing na de drukkende sfeer in Manila. Wanneer je land heb je het gevoel dat je aankomt in een paradijs. Palmbomen, een klein gebouwtje met een artistiek dakje<sum>.boompjes langs de weg van het vliegveld naar de stad<sum>.maar dat verdwijnt wel algauw, alhoewel we ook eerlijk moeten bekennen dat je hier tenminste wat kunt rondlopen en de stad verkennen, zeker nu dat de temperatuur serieus aan het dalen is. Maar de vervuiling en het verkeer dat steeds maar vastloopt is even vermoeiend.

Davao City is naar ze zeggen de derde grootste stad in de wereld<sum>.naar oppervlakte bijna even groot als ons eigen landje.

Mijn ervaring in Manila was hard en confronterend. Hier lijkt alles gevaarlijk zijn gangetje te gaan. Het naar school gaan, leuke dingen doen met mijn klasgenootjes kunnen je snel doen vergeten dat je in een land van tegenstellingen leeft. Davao zou best iets charmants kunnen hebben moest de overheid iets doen aan de ruimtelijke ordening en een fatsoenlijk mobiliteitsplan uit dokteren. Maar dat zou te veel vertrouwen stellen in een waanzinnig corrupt systeem. Zolang dat ik naar de taallessen ga, hebben we afgesproken dat ik niet teveel hooi op mijn vork neem en gewoon probeer mee te draaien in de avondactiveiten als die er zijn. Dus heb ik de tijd om te wennen aan de stad, mijn omgeving, stilletjes aan mensen te leren kennen met wie ik in de toekomst zal werken en vooral<sum>.te wennen aan de cultuur. Maar met de ontwikkelingen van de oorlog met Afghanistan, maak ik nu deel uit van de Justice Not War Coalition. (maar dat is voor een andere keer) Miljaar, net vandaag hebben we een brown-out. Gans de wijk is pikkedonker. Ge zou er toch wel een punthoofd van krijgen zeker. Dit lieve mensen is ongelooflijk in het jaar 2001 en dit zal nog verergeren als heel de NAPOCOR geprivatiseerd wordt.

Het is zeer gemakkelijk om te vervallen in een leuke levensstijl, gelijkaardig aan dat van thuis. We hebben er de centen voor. Maar een kleine twee weken geleden ben ik naar een dorpje geweest op een Œkleine Œ twee uur reizen van Davao. Opstaan om 5 uur heeft iets idyllisch maar ook aangenaam. Het is dan heerlijk koel en rustig. Op zijn minst zijn de honden dan nog te slaperig om je dag te verpesten. Het is hier hondenland en sommige straten worden gewoon na half 11 Œs avonds geterroriseerd door schurftige valse beesten. Maar we zijn aan het afwijken. Ik werd ontvangen door de FADC, uitgesproken FADSIE. Tony pikte me op in de Torresstreet (den office) en weg waren we. Dat is te zeggen, jeepney in en uit. Een non-aircon bus voor meer dan een uur. Weer jeepney in, eerst wachten natuurlijk tot die lekker volgepropt als sardientjes in een blikje. En dan op weg, <sum>..de kleinere stadjes zijn eigenlijk best gezellig. Kleine winkeltjes kameraadschappelijk naast elkaarleunend om toch maar niet omver te vallen. De meesten verkopen vanalles, vam schoolgerief tot veevoeder. Het lijkt allemaal onoverzichtelijk en wanordelijk. Er is een constante, voetpaden staan niet op de agenda, de straten zitten vol met gaten , als er al straten zijn. Vroeg in de ochtend komen de geuren van de hot pandesal, of de warme broodjes je al tegemoet. Als je eens wist hoeveel ik zou geven voor een lekkere croissant met echte belgische kaas<sum>..


#


Het leven begint hier al om 4 u in de ochtend. Mamma‚s of papa‚s staan dan op om eten klaar te maken voor de kinderen, brengen hun huisje aan de kant en gaan dan zelf op pad naar hun werk<sum>als ze al werk hebben. Het is dan ook wel een grappig tafereeltje als je allemaal dicht opeengepakt zit te wachten tot dat de jeepney vertrekt om 6uur in de ochtend. En eerlijk gezegd zijn de vroege ochtenduren de aangenaamste van de dag.

Als we dan eindelijk vertrekken, start de motor niet. Huffen en puffen en nog niets<sum>.dus wordt er geduwd met man en macht om de jeepney op gang te krijgen, maar je moet niet denken dat de sardientjes uitstappen, die blijven gezellig babbelend en de stoere mannen aanmoedigend zitten<sum>

Er is welgeteld 1 highway. Vloeiend, zonder diepe putten.

Een jeepneyreis vind ik een van de leuke dingen hier in de Filippijnen. Niet zozeer de uitlaatgassen die je ongevraagd inademt, maar wel het ritueel errond. Als je aan de kant van de weg staat, zal elke jeepney die een plekje over heeft stoppen en luid hun bestemming roepen. Of je wuift even, zodat ze stoppen. Je wurmt je tussen de ingezetenen, want niemand is happig om zijn plekje af te staan. Je friemelt 4 pesos uit je minitieuze portomonnee en roept heel luid ŒBayad, o!‚ en geeft dat aan je buur, die het dan weer doorgeeft tot het de Œdriver‚ bereikt. Deze kijkt dan in zijn achteruitkijkspiegel, fronst even met zijn wenkbrauwen en vraagt ŒAsa ka man? Œ waar ga je naar toe. Want anders moet je meer betalen als het ver is. Wanneer je wilt uitstappen, roep je zo luid als je kan, maar toch met een zekere melancholie‚ Para lang‚. Het geluid van de muziek en het lawaai van de motor overstemt meestal je vraag om te stoppen. Dan zijn er twee opties, ofwel begin je keihard op het dak te slaan, of roept de helft van de passagiers dat hij moet stoppen<sum>maar verder is er eigenlijk niet veel poetisch aan een jeepney met zijn felle kleuren en grappige versieringen, gezegend met de blessings of God.

We worden dan gedropt en stappen een weg op bezaaid met stenen, want het zijweggetje heeft opeens geen asfalt meer<sum>Het is heet en drukkend, ook is het maar 7uur in de ochtend, de hemel is betrokken. We stappen moedig door, ondertussen 2 kilo rijst en 1 kilo vis dragend als geschenk voor de boeren. Want tenslotte moeten zij ook wel een eindje stappen om met mij te babbelen. De vis en de rijst kost me alles samen 75 bf en we zullen er met een man of 10 van eten. Als we dan eindelijk, moe en dorstig het dorpje bereiken, valt me onmiddellijk de heerlijke, serene rust op en de diepgroene kleur van de planten, de bomen <sum>. Het huisje van de boer is gemaakt van bamboe en gevlochten rattan. Heel mooi en idyllisch, maar geen stromend water en geen electriciteit. Ietsje verder de carabaw die me wat meewarig aanstaart, alsof hij zijn zielig plasje water maar niets vindt. Aan de andere kant een zeug met haar kroost. De boeren zijn er nog niet. Het is al negen uur. Ze moeten komen van hun land, dus zal het nog wel eventjes duren. Ik strijk neer op een bamboebankje en voel me wat mismoedig. Ik leef en woon in de stad, ik heb een gsm en ben aan het denken om kabel te nemen om toch BBC en CNN te krijgen en natuurlijk een TV<sum>het verschil hoef ik je niet uit te leggen. De boeren komen toe, in hun versleten kleren, sommige nog met hun laarzen aan. De Boer des huizes slaat een praatje met zijn carabaw, ze kijken me wat onwennig aan<sum>ik wou dat ik hun kon vertellen dat ik me net zo voel. Ik voel me een beetje een toerist. De Tony vergeet opeens al zijn Engels<sum>de boeren verlegen omdat ze geen Engels kennen, den Tony die daardoor helemaal zijn Engels vergeet, waar de boeren nog ongemakkelijker door worden<sum>.En mijn Cebuano gaat niet verder dan een goeiedag en hoe is Œt. Met stukjes en beetjes wordt me duidelijk hoe de situatie is. Het pro! bleem is dat een directe vraag geen soelaas brengt. Of niet het gehoopte gebabbel of een op gang komende conversatie. En ik ben al helemaal geen held in smalltalk, Nele zou hier een krak in zijn, dacht ik toen, of in het Engels ; it crossed my mind.

Uiteindelijk vertellen ze me dat ze een kleine 331ha bewerken en bewonen dat normaal bestemd was voor 260 beneficiaries, in het kader van het landhervormingsproject (de Comprehensive Agrarian Reform Project, voor degenen die ik het nog niet zou verteld hebben). Amper 1.3 ha per familie! Peanuts als je weet dat een familie van 6 minimum 3 ha nodig heeft om gewoon een fatsoenlijk leven te hebben. De kinderen naar school, kosten van de dokter, <sum>..Maar de DAR, Department of Agrarian Reform heeft ondertussen besloten dat dit land meer geschikt is voor Œurbanizingprojects‚, de boeren moeten weg<sum>.er is geen Œsociaal plan‚ voor deze mensen.

Deze 331ha maken deel uit van de 500ha dat eigendom is van amper 5 landeigenaars!! Er wordt mais, kokosnoot, banaan, kamote en anders knolgewassen geteeld. Enkelen telen ook rijst. Het land wordt ontgonnen met de carabaw en een handploeg. Te bedenken dat ik in Davao immensgrote tractoren in de etalage heb zien staan. Een handtractor zou ook al niet mis zijn. Ze betalen een pacht van 60% en al de risico‚s zijn voor de boer. Hun grootste probleem is de watertoevoer. Ze moeten 2km op weg om met tonnekes water te dragen naar hun reservoir (een grote tank) om hun velden te bevloeien. Een simpel irrigatiesysteem zou al een hele hulp zijn. Maar de verhoudingen tussen de pachter en de landeigenaar zijn achterlijk en feodaal. De eigenaar zal de winsten die het opstrijkt niet herinversteren in modernere produltietechnieken om zijn gronden productiever te maken en de boer zijn werk efficienter te kunnen laten doen. Hij spendeert dit aan luxegoederen, een mooi huis, een dure auto en als hij wat slim is zal hij speculeren. Sommigen investeren wel in andere produktietakken, omdat ze daar nu eenmaal geld in zien. Maar de moderen Œefficientie‚ die je terugvindt op de plantages, zijn hier ver te zoeken. En over die efficientie, daar moet ik geen boekje over opendoen. Iedereen weet ik welke omstandigheden de boeren op de plantages moeten werken, verhalen over vliegtuigen die pesticiden spuiten terwijl de mensen aan het werk zijn , of het nu in Brazilie is of hier in Tamugang<sum>.

De inputs nl de zaden, de meststoffen, de pesticiden kosten de boeren een fortuin, de prijzen voor hun produkten zijn daarentegen de dieperik in gestort. Een voorbeeldje. In de jaren 80 kregen ze 100 pesos per kilo koffie, vandaag krijgen ze er nog maar 25 pesos per kilo. En dat terwijl de peso aan een razend tempo aan het devalueren is en de economie op zijn gat ligt.

Voor 1U$ krijg je nu 51 pesos, 5 jaar geleden was dat 25 pesos. Maar de waarde van de peso is nog maar 60 % in vergelijking met 1999. De prijzen van de produkten die de boer, jij, de moeder, de student<sum>.moet betalen zijn verdubbeld of zelfs tot maal 3. De lonen stijgen natuurlijk niet, dus ik hoe je niet te vertellen dat het een ramp is.

Mao guyd na! Zo is het leven nu eenmaal<sum>.maar gelukkig denken ik en vele anderen niet zo. De boeren moeten zich te pletter werken voor een schamel inkomen. Verhaaltjes van : Œ;ze werken daar niet even hard als bij ons omdat het warm is‚ zijn een belediging voor deze mensen. Copra, gedroogde kokosnoot, wordt gebruikt om olie, zeep en melk te maken <sum>voor 1 kilo krijgen ze amper 7 pesos, 7 pesos voor meer dan een week werk, plukken, laten drogen in de zon, naar de markt brengen<sum> en je hebt 4 kokosnoten nodig om 1 kilootje copra te maken. Enkele jaren geleden ben ik op bezoek geweest in een cooperatieve Pecarbai in zuid-Mindanao. NV De Wereld had daar trouwens een reportage over gemaakt. Daar hadden ze kunnen investeren in een coco-dryer. Je kan dan honderden kokosnoten drogen op 4 dagen. Hier gebruiken ze de basketbalvelden om te drogen of de rand van de weg.


#

Alsof dat nog niet genoeg is, krijgen ze regelmatig de militairen op visite. Ze stelen hun eten en vallen de boeren lastig. Dit is eigenlijk een euphimisme. De militairen zijn altijd naarstig op zoek naar de New People‚s Army. Van het moment dat de boeren zich durven organiseren om te vechten voor betere prijzen, minder pacht<sum>denken de militairen dat de guerilla er achter zit. Dus hup, een boertje meer of minder in elkaar slaan met hun geweerkolven is alledaagse kost. En ze zullen blijven slaan totdat ze de Œgewenste‚ informatie hebben. De buurt wordt gecontroleerd door een 50-tal militairen, op patrouille. Gedurende 1 tot 3 dagen blijven ze rondhangen in een dorp. De boeren durven dan niet naar hun land uit vrees dat ze lastig gevallen worden door de militairen. Leden van een legale organisatie als FADC worden geconfronteerd met het feit dat ze opeens niet meer openlijk kunnen werken. De militairen hebben spionnen in de dorpen en op deze manier wordt wel menig huis eens overhoop gehaald. FADC is lid van de militante boerenorganisatie Kilusang Magbubukid ng Pilipinas. Deze staan voor een echte landhervorming, ze staan voor organic farming en nemen dus duidelijke standpunten in tegen de GMOs, tegen de GATT, de IMF en geven de boeren vormingen over de grotere globale issues en de nationale issues. En ze komen natuurlijk regelmatig op straat, hebben heel wat legal teams die processen aan gaan tegen landeigenaars, departement van landhervorming de DAR enzovoorts<sum>.en ze hebben onlangs hele velden Bt Corn van Monsanto vernietigd<sum>want die was eventjes illegaal aan het experimenteren.

Ik kan zo nog uren verder gaan".the bottomline is 5 jaar geleden hoorde ik dezelfde verhalen, een vriend was in de Filippijnen gedurende de jaren ‚80 en ik geef je op een briefje dat hij toen ook dezelfde verhalen hoorde, enkel een graad erger, met onze vriend Marcos. Het enigste dat we kunnen doen ik werken met organisaties die duidelijk het geheel zien, binnen het spectrum van hun werk.

Het feit is dat de situatie van de boeren, de problemen van het bewerken van hun land tot het naat school sturen van hun kinderen, de directe gevolgen zijn van de maatregelingen van het Internationaal Monetair Fonds. De Filippijnen verkopen hun land, hun natuurlijke rijkdommen, hun mensen, hun overheidsinstellingen aan grote multinationale ondernemingen als Nestle, Dole, <sum>. Vooral de Verenigde Staten zwaait hierin de plak. De overheid is dan nog zo corrupt als de pest. Zou het je verbazen als ik je vertel dat de overheid ervan beschuldigd wordt om banden te hebben met Abu Sayaf? Overheidsfondsen voor Farm-to-market roads worden door de boeren Farm-to-Pocket roads genoemd<sum>

En dan nog de neo-feodale verhoudingen. Over een serieuze uitgebouwde industrie kunnen we niet spreken. Enkel het in elkaar steken van electronische goederen, als playmobiel of LEGO, voor belachelijke lonen<sum>. En indien deze 3 basisproblemen worden opgelost, is er een toekomst voor de Filipino met de strohoed.

Ik zie dat ik al pagina‚s vol geschreven heb. De oorlog met Afghanistan is gisteren begonnen. De Filippijnen stelt haar zee- en luchthavens op en voor de Amerikanen. Gloriaatje, de presidente, beloofde troepen, medische hulp<sum>Maar dit wordt niet zomaar aanvaard door de bevolking<sum>maar daarover later meer.

Moadto na ko!

Bye bye,
Anneke.