arch/ive/ief (2000 - 2005)

Een klavertje vier uit Porto Alegre
by Dirk Barrez Monday March 12, 2001 at 01:17 AM

Uit vele hoeken van de wereld kwamen ze, heel verschillende mensen, dat was meteen te zien, en met heel diverse levensopvattingen die al gauw gesprekken kleurden. Maar ze hadden ook veel gemeenschappelijks, ze zien de koers die de wereld nu vaart niet zitten en vinden dat het beter kan en moet. En daaraan willen ze hard werken. Van de vele duizenden in Porto Alegre laten we er vier aan het woord,

EEN KLAVERTJE VIER UIT PORTO ALEGRE

 

Uit vele hoeken van de wereld kwamen ze, heel verschillende mensen, dat was meteen te zien, en met heel diverse levensopvattingen die al gauw gesprekken kleurden. Maar ze hadden ook veel gemeenschappelijks, ze zien de koers die de wereld nu vaart niet zitten en vinden dat het beter kan en moet. En daaraan  willen ze hard werken. Van de vele duizenden in Porto Alegre laten we er vier aan het woord, uit vier continenten, twee vrouwen, twee mannen, om te proeven van de rijkdom van mensen en van de kracht van hun ideeën.

 

Shalmali Guttal is Indiase en woont in Thailand. Ze werkt voor de organisatie Focus on the Global South, waartoe ook Walden Bello behoort. Met haar hadden we een lang gesprek in het gras van de aangename campus van de katholieke universiteit van Porto Alegre, even buiten het gewoel van het Wereld Sociaal Forum dat hier was neergestreken.

 

Shalmali Guttal: Ik zie een handvol bedrijven uit enkele landen steeds machtiger worden. Ze verwerven nog meer eigendom en bedrijven, ze krijgen nog meer controle over de landbouw, de handel, zelfs over geneesmiddelen, water, grond, dus de allernoodzakelijkste zaken waarvan mensen moeten leven. Dat is voor mij onaanvaardbaar, ethisch en politiek.

Die globalisering dwingt ook alle plaatselijke economieën in één grote marktplaats. Mensen zijn niet meer vrij te kiezen welk voedsel ze telen, hoe ze hun kleren willen, hoe ze andere gebruiksvoorwerpen produceren. Er is geen plaats meer voor al die menselijke verschillen, voor diversiteit, zelfs over wat mensen belangrijke kennis en vaardigheden vinden kunnen ze minder en minder zelf beslissen.

 

Maar hoe moet het dan wel?

We moeten deglobaliseren. In plaats van blindweg de internationale vrije markt achterna te lopen moeten we de nadruk leggen op het uitbouwen van de eigen thuismarkten. Mensen moeten het recht hebben om hun eigen voedsel te telen, om hun eigen producten en gebruiksvoorwerpen te maken – hoe ze hun kleren willen bijvoorbeeld - en om zelf te consumeren wat ze voortbrengen.

In zulke lokale economie is herverdeling van de inkomens belangrijk. Zo verwerven de armsten wel het geld om de goederen en diensten te kopen die andere armen zullen produceren.

En we stoppen er ook best mee om grond, water, bos als verhandelbare goederen te beschouwen. Dat zijn de natuurlijke hulpbronnen waarvan mensen leven en overleven, zij bezorgen hen de hoogste mate van veiligheid en mogen dus niet te koop zijn.

 

Ho maar, hoor ik de kritiek al, zulke lokale economie zal heel inefficiënt zijn?

Het economisch denken is toch heel vernauwend, mensen verleren om voor zichzelf te denken, om hun samenlevingen te organiseren. Al die economische hulpprogramma’s hebben de kloof tussen arm en rijk niet kleiner gemaakt. Het is toch zonneklaar dat dorpsgemeenschappen heel anders denken over de beste manier om hun natuurlijke rijkdommen te gebruiken dan de meest economen.

 

Maar via welke politieke weg kom je dan bij die andere economie?

Waar de economie veel te weinig oog voor heeft is dat hoe meer vaardigheden een samenleving heeft, hoe veelzijdiger haar economische basis is, kortom hoe meer verscheiden ze is, hoe sterker ze is om de schokken te weerstaan van een aardbeving, economische crisis, oorlog of wat dan ook. Daarom moet er veel meer macht liggen in de handen van de mensen, een echte volkse democratie – ik ken geen beter woord . Maar in elk geval niet zoals nu, want wat heet nu democratie? meestal dat diegenen die het altijd al voor het zeggen hadden, de opperkaste, de landelites, dat ook via verkiezingen voor elkaar krijgen. Ook politiek pleit ik dus voor veel meer lokale democratie.

 

Heb je om lokaal die vrijheid te verwerven geen politieke macht nodig op het globale vlak?

Ja, een nieuw internationalisme. Hier in Porto Alegre merk je toch hoe dezelfde problemen overal opduiken. Alleen, de voorgestelde oplossingen zijn heel verschillend van regio tot regio. We kunnen dus één gezamenlijke politieke ambitie hebben maar onze strategieën zullen lokaal gebaseerd zijn. We komen uit alle hoeken van de wereld en toch wordt politiek hier democratischer en lokaler. Want hier kan je pleiten voor lokale of regionale zeggingschap zonder jezelf af te snijden van de rest van de wereld. En dat verschilt hemelsbreed van de huidige globalisering die maar één pasvorm kent voor alles en iedereen.

 

Jij gaat tevreden huiswaarts?

Eén ding weten we nu toch al zeker, we zijn in staat na te denken en te discussiëren over een andere wereld. En meer nog, we gaan terug met de zekerheid dat we niet alleen zijn. Hopelijk groeien er ook snel initiatieven van mensen die zich vinden in bijvoorbeeld grondrechten en daar rond samen campagnes gaan opzetten, dat zou het succes concreet maken.

 

***

 

Joao Pedro Stedile is één van de leiders van de Braliziaanse landlozenbeweging MST en zit in de coördinatie voor het Wereld Sociaal Forum. In Porto Alegre was hij één van de meest opgemerkte figuren en altijd omstuwd door pers, ook wel omdat hij een thuismatch speelde. Pas de laatste dag was er even tijd voor een gesprek, in een mengeling van Spaans en Portugees waartoe Zuid-Brazilianen wel meer hun toevlucht nemen.

 

Joao Stedile: de rijkste landen verzameld in de G-7 beslissen veel meer over de loop van de wereld dan alle internationale instellingen bij mekaar. En die G-7 werkt in het belang van de multinationale ondernemingen en van het internationale kapitaal die meester zijn over het gros van de voortgebrachte welvaart. Nooit waren hebzucht en speculatie groter. En intussen geeft niemand nog om de grote menselijke opdrachten. Wie wil echt het hongerprobleem oplossen? de sociale uitsluiting van de Afrikanen? de gezondheidsproblemen? de werkloosheid? de groeiende ongelijkheid en bezitsconcentratie? de manipulatie van de informatie?

 

Een scherpe analyse maar wat gedaan?

In de landen van het Zuiden kunnen we de problemen maar oplossen met massale volksopstanden tegen onze neokoloniale regeringen. Zo komt er plaats voor echte democratieën die eindelijk de economie kunnen organiseren in het belang van de eigen bevolking.

Voor andere meer mondiale problemen moeten we wegen vinden om allianties tussen de volkeren te sluiten, en niet enkel tussen regeringen. Met MST en de andere boerenbewegingen van Via Campesina zijn we hier om onze thema’s van het platteland aan te kaarten, zeggingschap over de voedselproductie, grondige landhervorming, strijd tegen de genetisch gewijzigde gewassen. Dat is in het algemene belang en dus een opdracht voor de hele samenleving

 

Is het dat wat u verwacht van het Wereld Sociaal Forum?

De grote betogingen in Seattle, Praag en andere plaatsen tonen aan dat allianties tegen regeringen en multinationals mogelijk zijn. Ook Porto Alegre draagt bij tot wat uiteindelijk moet uitmonden in internationale organisaties die echt de volkeren vertegenwoordigen. Dat is een lange, moeilijke weg om te gaan voor sociale bewegingen zoals hier aanwezig. We moeten een echte massabasis vertegenwoordigen, pluralistisch leren zijn, politiek tolerant én met de goede oplossingen voor de echte wereldproblemen tevoorschijn komen. Seattle, Praag en Porto Alegro zijn wel sterke symbolen maar onvoldoende.

 

Bent u dan ontgoocheld dat hier geen eindverklaring is?

Dat is niet nodig. Belangrijkst is de zekerheid dat zoveel mensen zich verbinden in een zelfde strijd, dat goede ideeën circuleren en dat er samen concreet aan het werk wordt gegaan. We zijn druk aan het bouwen aan die grote internationale alliantie waaruit nieuwe machtverhoudingen moeten groeien op alle niveaus. Dan kunnen we de strijd aanbinden met het rijk van het kapitaal en onze samenlevingen eindelijk laten steunen op de principes van gelijkheid, solidariteit  en sociaal rechtvaardigheid.

 

***

 

Aminata Traore is voormalig minister van cultuur van het Westafrikaanse land Mali. In Porto Alegre trok zij de aandacht met niet mis te verstane uitspraken.

 

Aminatia Traore: deze globalisering is een nieuwe vorm van dictatuur. Zij die opkomen voor het vrije verkeer van kapitaal, goederen en diensten hebben op basis van de huidige technologische mogelijkheden de regels van dit wereldspel vastgelegd en beslist dat iedereen volgens die regels moet meespelen. Maar zij hebben dat gedaan zonder de mening te vragen van de burgers van de wereld. En vandaag zijn niet alleen de volkeren van de Derde Wereld aan deze pletwals onderworpen. We delen nu allemaal dezelfde ondemocratische situatie. Over de fundamentele veranderingen die alles op onze planeet overhoop halen wordt niet overlegd. Dit is een verkrachting van onze meest elementaire rechten. Er is geen democratie wanneer een handvol instellingen en mensen die machtig en rijk zijn vanuit Davos aan de rest van de wereld opleggen wat er moet gebeuren. Dat willen wij niet langer.

En voor mijn eigen continent, het is waar dat Afrika slechte leiders heeft maar het is de voortdurende aderlating van onze hulpbronnen die aan de basis ligt van al onze ongelukken.

 

Hoe moet het dan anders?

Men moet ophouden met in onze plaats te beslissen, onze economieën te saboteren en onze democratisch verkozen leiders te gijzelen. Want het enige wat ze mogen is de economische hervormingen in gang te zetten die IMF, Wereldbank en Europa eisen. Zij worden beoordeeld in Brussel en Washington en dus beginnen zij eerst met het verraden van hun eigen bevolking. Ze moeten herstructureren en de investeringswetten herzien, allemaal om onze landen open te stellen voor roofdieren. Want men zal de Afrikanen armoelonen blijven betalen, ons leefmilieu vernietigen, de winsten meenemen en wij zullen enkel nog onze ogen hebben om te wenen.

Wat moet gebeuren is onze buitenlandse schuld kwijtschelden en niet komen vertellen dat we ook de nieuwe leningen zullen verspillen. Laat het nu aan de Afrikanen over om middelen zorgvuldig te beheren. Want als men zegt, u bent corrupt, wie heeft dan de corruptie geïnstalleerd? En wie betaalt nu de rekening? het zijn kleine kinderen, onschuldigen, de vrouwen van het platteland, schoolverlaters die alleen maar werk vragen, zij betalen vandaag de vergissingen van technocraten en gevoelloze financiers.

 

Zal dit Wereld Sociaal Forum iets veranderen?

Ik wil dat de rijke landen consequent zijn. Zij willen er geen van bij ons, ze willen de ontwikkelingssamenwerking niet vergroten, ze willen de schuld niet kwijtschelden en toch willen ze dat we mee mondialiseren, dat is toch absurd?

Maar hier vinden we nieuwe bondgenoten, hier ontstaat een nieuwe sociale beweging die veel goeds zal voortbrengen, voor iedereen en zeker ook voor Afrika. Sinds Seattle heeft deze beweging in heel korte tijd een hoge vlucht genomen. Zulke bijeenkomsten openen de ogen van de wereld. Ze maken duidelijk wie tegen een solidaire wereld is waarin de rijkdommen herverdeeld worden, wie er tegen is dat blank, zwart en geel op dezelfde wijze kunnen rondreizen als goederen en kapitaal.

De mensen en instellingen die zich het beslissingsrecht toe-eigenen voor de hele wereld hadden tegenover zich geen tegenmacht. Wij zijn nu die tegenmacht, wij gaan hen niet laten de planeet vernietigen.

 

Is die tegenmacht wel groot genoeg om die andere wereld te maken?

In elk geval zal niets nog zijn zoals voorheen. Niemand kan ons nog langer beduvelen door te beweren dat globalisering het wondermiddel is, dat alles wel in orde komt, dat er groei zal zijn en herverdeling.

 

***

 

Bernard Cassen is voorzitter van Attac Frankrijk – de organisatie die ijvert voor de Tobintaks – en directeur van Le Monde Diplomatique. Hij stond mee aan de wieg van dit eerste Wereld Sociaal Forum. De ontmoeting met hem in Porto Alegre werd een dubbelinterview met ook die andere bestrijder van de huidige globalisering en hoofdredacteur van Le Monde Diplomatique Ignacio Ramonet.

 

Bernard Cassen: De bestaande liberale globalisering is een mechanisme in dienst van het financieel kapitaal. Zij wil – zoals Pierre Bourdieu zegt - alle georganiseerde collectiviteiten ontmantelen, of dat nu naties zijn of regionale groepen of groepen binnenin staten en de samenleving terugbrengen tot individuen. Globalisering is dus allerminst internationalisme, het is zelfs de ontkenning ervan.

Maar wij zijn internationalisten. We zijn uit honderdtwintig landen naar Porto Alegre gekomen om alternatieven uit te werken die vertrekken van onze eigen situatie. Wat wij delen zijn waarden maar de prioriteiten en antwoorden die we uit diezelfde waarden halen kunnen heel verschillend zijn. Dat moeten we trachten te harmoniseren om vervolgens gezamenlijke campagnes te kunnen voeren.

 

Hoe ziet het alternatief er dan uit?

Wij hebben geen rode boekje van de anti-liberale globalisering. En het failliet van het reëel bestaande socialisme wijst erop dat het onmogelijk is om alles op te leggen. Onze werkwijze is aantonen dat er nog andere wegen zijn, dat we niet veroordeeld zijn tot de barbaarse wereld die zich overal opdringt.

Welnu, alleen al zeggen dat een andere wereld mogelijk is, betekent dat we op een tweesprong staan. Natuurlijk blijven we neen zeggen aan IMF, aan de Wereldbank, aan de Wereldhandelsorganisatie maar daar zijn we niet tevreden mee. Er tekent zich ook een alternatief af met volgende hoofdlijnen. Meest dringend is de kwijtschelding van de schuldenlast van de Derde Wereld, verder de opheffing van de fiscale paradijzen, de invoering van de Tobintaks en andere vormen van kapitaalcontrole, landhervorming ook in vele landen.

 

En hoe moeten die maatregelen er dan komen?

De politiek heeft de voorbije decennia zichzelf verminkt en alle macht aan de financiële wereld gegeven. Als de politici nu maatregelen zouden nemen, zelfs een heel beperkte maatregel als de Tobintaks, zouden ze terrein terugnemen en dat is het wat de financiers niet verdragen. Want dat zou betekenen dat de burgers via hun politieke vertegenwoordigers tegen de financiers zeggen, terug naar uw ondergeschikte plaats, je bent er om de samenleving te dienen en niet om u van de samenleving te bedienen.

Wij zijn geen liefhebbers van staatsgrepen of guerrillero’s, wij leven in rechtstaten met verkozen parlementen. Heel onze actie is erop gericht om de politieke bakens zo verzet te krijgen dat de standpunten van de samenleving zich kunnen opdringen aan de speculanten. Het basiswerk van Attac is volkseducatie, uitleggen hoe de wereld in mekaar zit en dat er andere mogelijkheden zijn dan een samenleving die in dienst staat van de economie en de speculatie.

 

Is Porto Alegre een succes?

In achtenveertig uur is Porto Alegre een merknaam geworden met wereldwijde uitstraling, een record. Porto Alegre plaatsen tegenover Davos zorgde voor een mediamiek effect. En onze vrienden in Davos hebben daarvoor veel gedaan, met hun prikkeldraad en politie. Weet u, volgens mij zitten de primaire marxisten – degenen die denken dat de structuren, de financiën alles moeten bepalen – in Davos… en ze hebben er zich zelfs opgesloten in een goelag.

Wat Le Figaro titelde is heel juist. Davos is een anti Porto Alegre. Want hier zijn de vertegenwoordigers van de samenleving, sociale bewegingen, vakbonden, verkozen politici en bekijken we de wereld via de noden van de samenleving. Davos verdedigt particuliere belangen en bekijkt de wereld door de bril van het geld.

 

Dirk Barrez (met dank aan Han Soete voor de prettige samenwerking)

De auteur werkt aan een boek over Porto Alegre en de antiglobaliseringsbeweging