Samenvatting missie People's Right Watch in Turkije van 26 tot 31/12/2000 by People's Right Watch Monday January 15, 2001 at 04:36 PM |
Hieronder de samenvatting en conclusies van de delegatie van People's Rights Watch naar Turkije van 26 tot 31 december 2000.
Dr. Geert Van Moorter, namens
Geneeskunde voor de Derde Wereld
Mr. Isabelle Wirtz, advocate
bij de balie van Brussel
People's Rights Watch (PRW) heeft geen enkele medewerking van de Turkse
autoriteiten gekregen. De aanvragen hiervoor werden zowel in het Turks als in
het Engels naar de verschillende overheden gestuurd. De Belgische minister van
Buitenlandse Zaken, de heer Louis Michel, heeft aan de Turkse autoriteiten een
officiële verzoek gericht om de werking van de delegatie van PRW, zowel op vlak
van contacten met de Turkse autoriteiten als op vlak van toegang tot de
gevangenen in de gevangenis en de ziekenhuizen, te faciliteren. Turkije heeft
officieel geantwoord dat zij hier geen gevolg aan geeft en dit zonder motivering.
In
juli/augustus 2000 hield Turkije open-deur-dagen in de F-type gevangenissen om
aan de pers te tonen hoe goed alles wel was. Nu er bewoners inzitten wordt alle
toegang verboden. Dit is op zich zeer verdacht.
PRW moet zich voor de officiële versie richten naar wat er in de pers
(vooral de Turkse pers) geschreven en verklaard is.
Verschillende argumenten werden daar aangebracht om de militaire
operatie van 19 december te verantwoorden:
1.
er zou een opstand aan de gang geweest zijn in de gevangenissen
2.
de Turkse staat zou reeds jaren geen voet meer in sommige afdelingen van
de gevangenissen kunnen zetten hebben
3.
deze gevangenissen zouden echte bastions geworden zijn met grote hoeveelheden wapens. De cipiers zouden
door de gevangenen gegijzeld en/of gechanteerd worden
4.
de overheid moest ingrijpen om de levens van de meer dan 800
hongerstakers te redden. De leiders van de 'terroristen' zouden de andere
gevangenen terroriseren, hen verplichten om te hongerstaken
5.
de overplaatsing naar de nieuwe F-type gevangenissen zou gedaan zijn om
de gevangenen meer comfort te bezorgen, het zou voldoen aan de Europese normen
6.
16 gevangenen zouden zichzelf in brand hebben gestoken, sommigen zouden
daartoe verplicht geweest zijn door hun leiders
7.
de gevangenen wilden niet onderhandelen, de overheid was dus verplicht
in te grijpen
Weerlegging van de 'officiële'
argumentatie
Uit de vele getuigenissen die we onafhankelijk van elkaar hadden worden
al deze bovenvermelde punten tegengesproken en weerlegd.
Deze getuigenissen stellen dat :
1.
er geen opstand aan de gang was, iedereen lag te slapen, het was vijf
uur 's morgens
2.
elke maand wordt er door het leger een telling gedaan in de gevangenis,
waarbij ook een doorzoeking van alle lokalen gebeurt
3.
het is onmogelijk wapens binnen te smokkelen. De cipiers worden
dagelijks bij het binnen en buitengaan van de gevangenis door het leger
gefouilleerd. Als al die op TV getoonde wapens in de gevangenis zouden geweest
zijn, dan zouden die toch gebruikt geweest zijn, en zouden er gewonden en doden
gevallen zijn bij de militairen. De twee doden die bij de militairen gevallen
zijn, zijn niet door de gevangenen gedood. En indien deze hoeveelheid wapens er
effectief aanwezig zou geweest zijn, dan is het onwaarschijnlijk dat deze niet
zouden gebruikt zijn voor ontsnappingspogingen
4.
bij de inval zijn er 28 gevangenen gedood en er zijn tientallen
gewonden. Niemand is gedwongen geweest te hongerstaken, dit kan je aan niemand
opleggen. Nu de gevangenen geïsoleerd zijn in de F-type gevangenissen gaan ze
verder met hongerstaken, en nu zelfs tot te dood. Er zouden nu meer dan 1000
gevangen zijn die hongerstaken tot de dood.
5.
de Europese normen bekijken niet de Turkse context, waar het
zaalsysteem, waarbij mensen samen zitten, overeenkomt met de traditie in de
gevangenissen en de cultuur van een uitgebreid gemeenschapsleven. Bovendien
wordt er in Turkije systematisch gefolterd en biedt het zaalsysteem hiertegen
enige bescherming. Vele organisaties, van advocaten, familieleden, dokters,
architecten, andere intellectuelen spreken zich uit tegen de F-type
gevangenissen. Dit is volgens hen niet leefbaar. In Turkije zijn de
isoleercellen de regel en worden ze gebruikt tijdens heel de strafperiode. In
Europa gebeurt het opsluiten in een isoleercel in de gevangenis als een
tijdelijke en uitzonderlijke straf.
6.
Volgens de gegevens beschikbaar tijdens de missie zouden twee tot drie
mensen zichzelf in brand gestoken hebben. Eer iemand zichzelf in brand steekt
moet die wel iets ergs te vrezen hebben. De praktijk van de eerste week in de
isoleercellen toont aan dat er inderdaad systematische foltering gebeurt. Een
aantal andere verbrande personen zijn door het leger met brandbommen en/of met
vlammenwerpers in brand gestoken (o.a. zes verbrande vrouwen in de gevangenis
van Bayrampasa, )
7.
er was 18 december een oplossing in de maak, de gevangenen waren akkoord
met het voorstel dat de onderhandelaars zouden aanvaarden. De Turkse regering
gebruikte die onderhandelaars om tijd te winnen, om valse illusies te wekken
Gebruikte wapens en producten
Getuigenissen beweren dat er gebruik gemaakt is van het G3-oorlogswapen,
verschillende chemische gassen, een soort zenuwgas, brandbommen,
vlammenwerpers, … en dit alles in een gesloten ruimte.
Het gebruik van chemische gassen in een gesloten ruimte valt onder de
oorlogsgassen. De delegatie vraagt opheldering over het materiaal en de
producten die gebruikt werden.
Uit getuigenissen kan worden afgeleid dat er systematisch gefolterd en
gemarteld wordt, zowel fysisch als psychisch. We geven hieronder aan wat
ex-gevangenen (die de inval en de eerste dagen na de inval meemaakten) en de
eerste getuigen die met de gevangenen konden spreken ons meegedeeld hebben:
-
psychisch: 24 op 24 uur Turkse militaire marsmuziek in de cel, verplicht
worden nationalistische slogans te roepen, onder dwang kaalgeschoren, verplicht
op handen en voeten voor de bewakers moeten op de grond kruipen, de schoenen
moeten likken, het licht aan en uit doen, urineren op het hoofd van de
gevangenen, naakt gezet worden, geen of sterk beperkt contact met familie of
advocaat, volledige isolatie zonder enig contact met de buitenwereld (geen
krant, geen radio, geen televisie, geen recht op schrijfgerief, geen verluchting),
geen eigen kledij, …
-
fysisch: willekeurig slagen van geweerkolven, slaan met de vuist,
schoppen met legerlaarzen, steek- en snijwonden met brandweerstokken (een stok
met een metalen pin en haak), natspuiten met brandweerslang, geen verwarming,
geen water, bij het weigeren of weerstand bieden aan de psychische
vernederingen krijgt men extra foltering, …
Deze
manier van foltering heeft tot doel de gevangene alle zelfrespect, alle
eigenwaarde te doen verliezen. Het is een vorm van conditionering, waarbij men
de eigen persoonlijkheid, het eigen denken volledig wil afbreken. Men wil de
gevangene als een willoos dier alle vernederingen en folteringen klakkeloos
doen aanvaarden, totdat alle weerstand gebroken is. Dit was een van de redenen
van het verzet tegen de F-type gevangenissen. De praktijk van de eerste week
toont aan dat hier terecht voor gevreesd werd.
Op medisch vlak
Op medisch vlak zijn en worden een aantal rechten geschonden:
-
"De Verklaring van Malta van 1991 van The World Medical Association
geeft de hongerstaker niet alleen recht op een tweede mening ('second opinion')
van een andere arts, maar ook desgewenst op verdere begeleiding door die tweede
arts (als er sprake is van detentie moet dit in overleg met de inrichtingsarts).
"[1]
In de meeste Europese landen wordt dit recht toegestaan. In Turkije wordt dit
recht aan de gevangenen geweigerd
-
er is chantage gebeurd met twee zwaar gekwetste gevangenen. Het leger
riep de gevangenen toe zich over te geven. Zoniet zouden ze de twee gekwetsten
aan hun lot overlaten. Dit druist in tegen alle medische en humanitaire ethiek,
die verplicht mensen in nood bij te staan.
-
de gevangenen (ook de gewonde en hongerstakende) wordt geweigerd zich te
laten onderzoeken en bijstaan door een dokter van eigen keuze. In België is dit
een verworvenheid.
-
Een gevangene die in het ziekenhuis gebracht werd omwille van algemene
uitputting van de hongerstaking, werd in het ziekenhuis door militairen in
brand gestoken. Een ziekenhuis is normaal een neutrale plaats waar de medische
verzorging moet gebeuren
-
In de gevangenissen zitten nog vele personen die gewond werden bij de
inval of nadien door de foltering (brandwonden, snijwonden, kneuzingen,
bloedingen en breuken, …). Hen wordt het recht op medische verzorging ontzegd.
-
Bij de inval bij TAYAD, een organisatie van familieleden van de
gevangenen, zijn de medische dossiers en de geneesmiddelenvoorraad van de
behandelende artsen van de hongerstakende familieleden in beslag genomen door
de politie
-
Intimideren van medisch personeel dat opkomt voor de rechten van de
gevangenen en de familieleden. De minister van Volksgezondheid verklaarde op de
Turkse televisie dat de dokters de hongerstaking ondersteunen en stimuleren. Ze
werden meteen ook als terroristen afgeschilderd.
-
Het verplicht behandelen van hongerstakers tegen de wil van de
hongerstaker. "Wereldwijd zijn de verklaringen die door de World Medical
Association werden aanvaard in 1975 (verklaring van Tokyo) en 1991 (verklaring
van Malta) de bekendste en gezaghebbendste bron. Uitgangspunt daarin is respect
voor de beslissing tot voedselweigering."
[2]
De verklaring van Tokyo brengt gedwongen voeding in verband met martelingen en
andere onmenselijke of vernederende behandeling. Het Europees Verdrag voor de Rechten
van de Mens verbiedt in artikel drie elke onmenselijke of vernederende
behandeling.
Voor de familieleden en mensenrechtenorganisaties
De organisaties van familieleden van de gevangenen, de
mensenrechtenorganisaties en de familieleden zelf worden geïntimideerd.
Familieleden moeten vernederende, handtastelijke controles ondergaan, waarbij
ze zich naakt moeten tonen. Ze moeten uren wachten. Er wordt hen niet gezegd
waar hun familielid naartoe gebracht is. Er leven nog mensen in de onzekerheid
over het lot van hun familielid. Men weet niet of ze in leven zijn of niet. Dit
is psychisch ondraaglijk. De gebouwen van de organisaties van familieleden en
van mensenrechtenorganisaties zijn reeds meerdere malen door de politie
ontruimd.
Zelfs vreedzame protestwakes worden hardhandig uit elkaar geklopt. Vele
mensen zijn hierbij gearresteerd en er zitten nog tientallen mensen vast, die
zelf een veroordeling van jaren riskeren.
Op juridisch vlak
Ook op juridisch vlak worden de rechten geschonden: de advocaten krijgen
geen tot nauwelijks toegang tot hun cliënt, ze kunnen hun cliënt niet alleen
spreken, ze worden vernederend gecontroleerd (verschillende malen gefouilleerd,
tot en met het uitdoen van het ondergoed, vingerafdrukken, … ) Dit kan tot drie
uur duren voor een bezoek van 10 minuten.
De advocaten worden niet verwittigd waar hun cliënt zich bevindt. Ze
moeten dit via familie van de gevangenen of via officieuze lijsten, of via
televisiebeelden vernemen. Ze worden zelf geïntimideerd.
Zelfs voor het vrijkrijgen van de lichamen moet er uren onderhandeld
worden.
Deze feiten maken volgende
inbreuken uit:
-Schending van de rechten van
verdediging, als algemeen rechtsbeginsel. Schending van artikel 6.3 Europees
Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens (E.V.R.M.). Dit artikel
bepaalt dat met het oog op een eerlijk proces elke vervolgde een onbeperkte en
effectieve toegang heeft tot zijn advocaat, wat inhoudt dat hiervoor de nodige
tijd en faciliteiten verstrekt worden. Artikel 6 E.V.R.M. creëert het recht op een
eerlijk proces; een groot aantal van de Turkse politieke gedetineerden zit in
de gevangenis in afwachting van een
proces en bijgevolg is artikel 6 E.V.R.M. op hen zonder betwisting van
toepassing. Ook op de andere politieke gevangenen die hun proces reeds gehad
hebben dient de toepassing van artikel 6 E.V.R.M. bij uitbreiding te worden
aanvaard gezien de ernstige gebeurtenissen zoals de inval in de gevangenissen.
-Schending van het recht op
vertrouwelijke communicatie met zijn/haar advocaat. Dit recht is gewaarborgd
door principe 22 van de Uno-Basic Principles on the Role of Lawyers, door
principe 18 van de Body of Principles for the Protection of All Persons under
Any Form of Detention or Imprisonment en door artikel 93 van de European Prison
Rules.
-Schending van het verbod op
intimidatie van en inmenging in de beroepsuitoefening van advocaten en van het
verbod op identificatie van de advocaten met hun cliënten en met de zaak van
hun cliënten. Deze verboden zijn vastgelegd in principe 16 en principe 18 van
de Uno-Basic Principles on the Role of Lawyers.
“Ik smeek U als moeder dat dit soort dingen niet meer
gebeuren, voor onze kinderen is het te laat. Waarom komen jullie zo laat? Het
is al jaren aan de gang,20 gevangenissen werden in brand gestoken…”
“Dit is
een leven als barbaren”, Directeur van IHD
Het is duidelijk dat de militaire operatie van 19 december goed voorbereid was , wat ook werd toegegeven door de Minister van Binnenlandse Zaken van Turkije. Hij verklaarde dat de inval sinds één jaar “op maquette” werd voorbereid!
Onvoorbereid kan men onmogelijk gelijktijdig, om 5 uur ‘s ochtends, in 18 gevangenissen invallen. Meer dan 20 getuigenissen (van ex-gevangenen en directe familieleden) bevestigen, onafhankelijk van elkaar, dat er systematisch gefolterd werd en wordt, dat de rechten van de mens waaronder de rechten van de gevangenen, het recht op medische verzorging en de rechten van verdediging voortdurend worden geschonden.
Vele interviews met ex-gedetineerden, die de inval van 19 december beleefden, familieleden en advocaten van de gedetineerden verklaren onafhankelijk van elkaar dat:
· op 19 december 2000 om 5.00 uur ‘s morgens de militaire inval georchestreerd door de regering verliep, gelijktijdig in 18 gevangenissen.
· er door de militairen gebruik gemaakt werd van vuurwapens, matrakken, stokken, traan- en andere chemische gassen, vlammenwerpers
· de gedetineerden weerstand boden door het opwerpen van barricades
· dat door de gedetineerden nimmer wapens werden gebruikt
· de hongerstakers en vermeende leiders het belangrijkste doelwit vormden
· de gedetineerden in mensonwaardige omstandigheden werden overgeplaatst naar de F-type gevangenissen.
· de advocaten en artsen ernstig belemmerd worden in de uitvoering van hun ambt: hun toegang tot de gevangenissen wordt bemoeilijkt of geweigerd en zij zijn onderhevig aan intimiderende en vernederende behandelingen
De ruim 800 gedetineerden die reeds in
hongerstaking waren voor de inval, hebben besloten verder te gaan tot de dood.
Daarbij hebben zich gedetineerden aangesloten waardoor het aantal hongerstakers
tot de dood gekomen is op meer dan 1000. Omstreeks 100 hongerstakers bevinden
zich in een kritische situatie. Verwacht wordt dat zij binnen enkele dagen
zullen sterven.
De delegatie betreurt ten
zeerste dat ondanks bemiddeling van de Belgische Minister van Buitenlandse
Zaken Michel bij zijn Turkse collega, op geen enkele manier medewerking
verleend werd door officiële Turkse instanties (gesprekken met
vertegenwoordigers van de regering, bezoek aan gevangenissen, ziekenhuizen
etc.).
Het is duidelijk dat de
overbrenging naar de F-type gevangenissen tegen alle afspraken in is gebeurd.
De Turkse bemiddeling van advocaten, dokters, architecten en intellectuelen
voelt zich bedrogen. Op 18 december werden de bemiddelingspogingen eenzijdig
door de regering opgezegd. Ook de Europese gemeenschap is bedrogen. Op de Top
van Nice werd immers- enkele dagen voor 19 december- verklaard dat er een moratorium
van 6 maanden was afgekondigd op de ingebruikname van de F-type gevangenissen.
De delegatie stelt zich ook
ernstige vragen bij het groot aantal politieke gevangenen (ongeveer 11.000),
bij de (uitzonderings)wetgeving en het bestaan van en de rechtspraak in de
Staatsveiligheidsrechtbanken (DGM)
Dit rapport van P.R.W. is dan ook de directe
aanleiding om bij de Belgische regering en bij de Europese Commissie bij
hoogdringendheid onze verontwaardiging uit te drukken en de instelling van een
onafhankelijke internationale onderzoekscommissie te eisen.
Deze onderzoekscommissie kan dan onze bevindingen en andere rapporten van mensenrechtenorganisaties confronteren met eigen bevindingen, officiële verklaringen en kan inzage eisen in de autopsieverslagen. PRW is bereid hier aan deel te nemen. We zullen het Europees Parlement officieel in kennis stellen en vragen de eis naar een onafhankelijke onderzoekscommissie te onderschrijven.
Volksvertegenwoordigers
Frieda Brepoels en Leen Laenens zullen in het Belgisch Parlement in de
commissie Buitenlandse Zaken uitgebreid verslag uitbrengen en een voorstel van
resolutie indienen.
Dit rapport toont, naast
verschillende andere rapporten, aan dat Turkije zeker niet voldoet aan de
politieke criteria van Kopenhagen (democratie, instelling van de rechtsstaat,
respect voor mensenrechten en voor minderheden). Het behalen van deze criteria
is een noodzakelijke voorwaarde vooraleer de toetredingsonderhandelingen kunnen
starten. Het Demrok-rapport, het vijfjarenplan waarin de aanbevelingen van de
E.U. voor de Turkse toetreding zijn opgenomen, vraagt maatregelen ter
voorkoming van foltering in 2002 of 2003. We onderschrijven de vraag van A.I.
dat dit vanaf nu moet gebeuren.
Het rapport is een bewijsstuk dat folteringen nog steeds wijdverspreid zijn in Turkije.
Daarom zal verantwoording gevraagd worden aan de Europese commissie ter preventie van foltering (CPT) die een positief rapport zou afgeleverd hebben over de F-type gevangenissen.
Positief rapport dat ook
aanleiding was voor de toekenning van 11 miljard dollar steun aan Turkije door
IMF en Wereldbank. Ook zullen we IMF en Wereldbank politiek hierover om
verantwoording vragen.
Dit rapport van P.R.W. zal
ook worden overgemaakt aan de internationale federatie van de mensenrechtenorganisaties.
Het is een rechtstreekse aanklacht tegen de zoveelste schending van mensenrechten: Operatie “ Terugkeer naar het leven” eiste tot nu toe minstens 30 doden, 54 vermisten en talloze gewonden. 1000 hongerstakers willen doorgaan tot de dood. Dit kan niet zonder gevolg blijven.
[1] Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde 2000 20 mei; 144(21) Geneeskunde en recht 'Hulpverlening bij hongerstaking; het juridische kader', Prof. mr. J.K.M. Gevers, jurist.
[2] Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde 2000 20 mei; 144(21) Geneeskunde en recht 'Hulpverlening bij hongerstaking; het juridische kader', Prof. mr. J.K.M. Gevers, jurist.