Stem niet voor mij!
De wereld gaat alleen vooruit omwille van diegenen die ertegen zijn. (Goethe)
Op 18 mei aanstaande trekt de Belg opnieuw plichtsbewust naar het stemhokje. Naast de klassieke partijen en vertrouwde stemkanonnen duiken bij elke verkiezingen ook nieuwkomers op. Dat is ook deze keer niet anders. De meest opvallende en tevens meest gecontesteerde nieuwkomer is ongetwijfeld Resist, de lijst getrokken door de voorzitter van de Arabisch Europese Liga: Dyab Abou Jahjah. Dankzij een efficinte mediacampagne is zijn naam alleen al genoeg om mensen koude rillingen te bezorgen. En toch, ergens op de Resist-lijst voor de Kamer en de Senaat, figureert ook mijn naam. Met mijn kandidatuur onderschrijf ik de politieke boodschap die Resist voorstaat, en steun ik in eerste instantie de kandidatuur van Dyab Abou Jahjah. Dat is geen evidente keuze, net zomin als het voor de kiezer een evidente keuze zal zijn om voor Resist te stemmen. Vandaar deze tekst. Om te verduidelijken waar Resist voor staat, en u er op zijn minst toe aan te zetten een stem voor Resist te overwegen. In punt 1, 2 en 3 wil ik de drie grote pijlers van het Resist-programma toelichten. Vervolgens geef ik een kort antwoord op een paar hardnekkige mediageruchten omtrent Dyab Abou Jahjah.
1. De oorlog die een generatie lang zal duren.
Caligula: Het was moeilijk te vinden.
Helicon: Wat dan?
Caligula: Wat ik wilde.
Helicon: En wat wilde je?
Caligula: De maan.
Helicon: Wat?
Caligula: Ik wilde de maan.
Helicon: Ach, zo. Om wat te doen?
Caligula: Wel! Het is n van die dingen die ik niet heb.
(Albert Camus)
Ze weten dat wij hun land bezittenwij dicteren de manier waarop zij leven en praten. En dat is zo schitterend aan Amerika op dit moment. Het is een goede zaak, vooral omdat daar heel veel olie is die wij kunnen gebruiken. (Generaal William Looney van de Amerikaanse luchtmacht)
Een eerste pijler in het programma van Resist is de oorlog met zijn directe en indirecte consequenties. Misschien zou het beter zijn te spreken over de oorlogslogica. Zoniet dreigt het misverstand dat het enkel en alleen maar te doen zou zijn om de oorlog in Irak. En vermits die oorlog nu ten einde is verklaard, zou meteen de eerste pijler wegvallen. Het is waar, de oorlog om Irak lijkt gestreden. Dat wil zeggen: het grote bommengeweld is voorbij, het regime Saddam Hoessein is verdwenen. Maar dat betekent geenszins dat er een einde is gekomen aan de grote oorlog die ons door de Bush-administratie kort na de aanslagen van 11 september 2001 werd aangekondigd.
Integendeel, het relatief snelle en gemakkelijke succes van de alliantie Bush-Blair in Irak, opgeteld bij het eerdere succesnummer in Afghanistan, betekent alleen maar een duw in de rug voor wat is aangekondigd als een oorlog die een generatie lang zal duren.
In september 2002 stelt George W. Bush zijn National Security Strategy aan de wereld voor. Daarin lanceert hij het begrip pre-emptive strike als een sleutelbegrip in de toekomstige internationale politiek van de VS. Het komt er doodeenvoudig op neer dat de VS zich voortaan het recht toe-eigenen om waar en wanneer zij dat wenselijk achten militair toe te slaan. Waar en wanneer dat wenselijk is, gaat samen met waar en wanneer Amerikaanse nationale belangen en de Amerikaanse wereldheerschappij op het spel staan.
Een Amerikaanse wereldmacht gestoeld op militaire overmacht is al langer een Republikeinse droom. Het selecte clubje van rechtse beleidsmakers rondom de huidige president (waaronder Paul Wolfowitz, Richard Perle, Dick Cheney, Donald Rumsfeld,) werkt reeds jaren aan de uitbouw ervan. De regeringsperiode Clinton wordt door dit gezelschap als een jammerlijk interludium beschouwd. Maar met de komst van Bush jr. lijkt niets hen nog in de weg te staan om hun politieke plannen gestalte te geven. De aanslagen van 11 september 2001 kwamen in die zin als een godsgeschenk, en brachten de Republikeinse plannen in een nauwelijks bekritiseerde stroomversnelling.
Na een snelle opwarming in de Afghaanse woestijn, was de oorlogsmachine klaar voor een belangrijke tweede stap: Irak. Laten we Afghanistan hier even buiten beschouwing laten, en kijken naar de opgegeven redenen voor de aanval tegen Irak. Het land van Saddam was toch een militaire bedreiging voor de regio? Maar hoe moeten we dan verklaren dat de omringende landen, waaronder Koeweit, deze dreiging als niet reel hebben benoemd? En is nu niet gebleken dat het Iraakse leger hoegenaamd niets meer voorstelde? Irak moest toch bevrijd worden van de dictator Saddam Hoessein? Maar was dat dan al niet het geval in 1991, bij de eerste golfoorlog? En heeft Saddam toen niet, onder oogluikende goedkeuring van de VS, een volksopstand kunnen neerslagen die hem wel eens zijn positie had kunnen kosten? Laten we niet te snel vergeten dat Saddam Hoessein tot kort voor de eerste golfoorlog een troetelkind van Washington was, en dat hij zijn grootste misdaden heeft begaan in de periode waarin hij nog handjesschuddend op de foto mocht met Amerikaanse regeringskopstukken. Na de eerste golfoorlog werd Saddam nog steeds als een betere optie beschouwd. Irak moest met ijzeren hand bestuurd worden. Zonder Saddam was het gevaar op interne verdeeldheid en chaos te groot, wat op termijn nadelig zou kunnen uitdraaien voor de Amerikaanse belangen. Irak moest toch aangevallen worden omwille van het bezit en de productie van massavernietigingswapens? Is het niet bizar dat tot op vandaag nog geen enkel spoor van die wapens is gevonden? In een interview op Klara-radio stelde de Brits-Pakistaanse schrijver Tariq Ali dat het hele verhaal over massavernietigingswapens ronduit lachwekkend was. De VS beschikken over de beste inlichtingendiensten ter wereld. Neem nu een land als China, daar weten de VS elke opslagplaats van wapens zo te localiseren. Het volledige militaire arsenaal van China hebben ze in kaart. Nu zouden we moeten geloven dat diezelfde inlichtingendiensten niet in staat zouden zijn om een klein land als Irak, dat sinds 1991 economisch onder de knoet wordt gehouden en met argusogen wordt geviseerd, militair in kaart te brengen. Scott Ritter, die tot 1998 hoofd was van de VN-inspectieteams, heeft publiekelijk verklaard dat Irak voor 95% ontwapend is, geen massavernietigingswapens in bezit heeft, en ook niet in staat is om er nieuwe aan te maken.
Het is duidelijk dat alle aangevoerde motieven alleen drogredenen zijn. De verovering van Irak heeft als doel de VS-hegemonie uit te breiden en de hand te leggen op belangrijke olievoorraden. Tekenend feit in dit verband is dat in Bagdad alle ministeries platgebombardeerd werden, behalve het ministerie van olie, dat geniet de bescherming van Britse en Amerikaanse soldaten.
In de aanloop naar de oorlog in Irak is het anti-oorlogsstandpunt van een aantal Europese landen, en met name dat van Belgi en zijn minister van Buitenlande Zaken Louis Michel, erg geprezen. Men zou zich dus de vraag kunnen stellen of een anti-oorlogspijler in een politiek programma hier bij ons wel op zijn plaats is. Daarom is het goed even terug te kijken naar de voorbije twaalf jaar. Heeft Belgi zich uitgesproken tegen de eerste golfoorlog? Heeft Belgi niet actief deelgenomen aan de bombardementen op voormalig Joegoslavi in 1995 en 1999? Heeft Belgi zich uitgesproken tegen de bombardementen op Irak in 1998? Heeft Belgi zich uitgesproken tegen de bombardementen op Afghanistan? En hoe zat het ook weer met die dubieuze wapenhandel naar Nepal? En laten we ook niet vergeten dat Belgi, ondanks het standpunt tegen de laatste aanval op Irak, wel het transport van Amerikaans militair matreaal naar de golf via Belgisch grondgebied heeft toegestaan, en dat het zijn luchtruim heeft opengesteld voor de B-52 bommenwerpers. In de eerste dagen na het uitbreken van de oorlog in Irak, pleitte Guy Verhofstadt voortdurend voor de dringende uitbouw van een Europese defensiemacht. We moeten ons sterk afvragen waartoe zon defensiemacht dan wel zou moeten dienen. Stel dat we op dit moment over een Europees leger zouden beschikken dat zich kan meten met de troepen van de VS. Zouden we het dan, uitgaande van het Europese standpunt tegen de aanval op Irak, opnemen tegen de VS? Weinig waarschijnlijk. Een citaat van Guy Verhofstadt wijst in een meer rele richting: We willen een Europa dat in staat is om samen met andere supermachten in de wereld controle uit te oefenen en de weg te banen, zowel moreel als economischWat we willen is een Europa dat op zijn eentje acties onderneemt in de Balkan,en niet een Europa dat zit te wachten tot zijn Amerikaanse bondgenoot het initiatief neemtWe willen een Europa dat zijn verantwoordelijkheid opneemt buiten zijn grenzen, bv. in Afrikawant dat is onze verantwoordelijkheid en niet die van de rest van de wereld. Hieruit blijkt duidelijk waar de grote Europese frustratie ligt. Europa is niet verenigd en militair niet opgewassen tegen de VS. Daarom moeten we lijdzaam toekijken hoe de VS de wereld met rasse schreden veroveren en overal beslag leggen op economische rijkdommen. Een Europees leger zou niet worden ingezet om de slachtoffers van de VS-agressie bij te staan, maar om de VS voor te zijn. Wie eerst is, krijgt de buit.
Waarom is het verzet tegen de oorlogslogica van blijvend belang?
- Irak wordt vandaag onder de voet gelopen door Britse en Amerikaanse bezettingstroepen. De Iraakse bevolking ervaart deze buitenlandse troepen niet als bevrijders. Zelfs CNN moet toegeven dat uitingen van vreugde erg beperkt blijven. Er zijn sterke aanwijzingen dat de VS milities van pro-Amerikaanse oppositiegroepen inzetten om te plunderen. Ook het neerhalen van het standbeeld van Saddam, een spektakel dat de wereld is rondgegaan als een massale volkshappening, zou door de Amerikaanse soldaten in scne gezet zijn. De westerse coalitie mag dan militair gezegevierd hebben, de oorlog is nog lang niet gestreden. Alles wijst erop dat de bezetters van Irak met felle tegenkanting vanwege het Irakese volk te maken zullen krijgen. Interne conflicten en burgeroorlog, al dan niet georchestreerd, zijn lang niet uitgesloten. Het blijft dus erg belangrijk om de situatie op de voet te volgen, en steun te verlenen aan een legitiem verzet tegen een niet-legitieme bezetting.
- De oorlogstrom van de VS zwijgt nog lang niet. De volgende doelwitten zijn reeds bekend: Syri, Iran, Noord-Korea,De dreigementen aan het adres van al diegenen die zich niet schikken naar de wensen van de VS zijn niet mis te verstaan. Irak is, na Afghanistan, slechts een tweede halte voor de oorlogstrein.
- De oorlogslogica, die door de VS aan de wereld wordt opgelegd, heeft ook ernstige consequenties bij ons. Europa wordt aangespoord tot verdere militarisering. Hogere defensiebudgetten betekenen onvermijdelijk forse bezuinigingen in de sociale sector.
Aan te raden lectuur:
- War on Iraq van voormalig VN-wapeninspecteur Scott Ritter over de valse voorwendsels voor de oorlog tegen Irak.
- Het rapport Rebuilding Americas Defenses op www.newamericancentury.org (onder publications), voor een duidelijk beeld over de doelstellingen van de entourage rond Bush.
- De site www.zmag.org/weluser.htm , voor talloze artikels omtrent de oorlog tegen Irak en de oorlogslogica van de VS van onder meer Noam Chomsky, Robert Fisk,
- Irak: startschot voor de derde wereldoorlog van Marc Vandepitte.
- Irak: de inzet van de tweede Golfoorlog van Thomas Gounet, Boudewijn Deckers en Harpal Brar.
2. Een consequente multiculturaliteit.
Om politiek correcte redenen durfde de overheid er niet op wijzen dat de allochtone burger als eerste zelf verantwoordelijk is om zijn achterstand weg te werken. (Bart Somers)
Achterstand is een individuele uitdaging, geen groepsverhaal. Integratie en emancipatie zijn een opdracht voor elke burger. Margaret Thatcher zei ooit: Gemeenschappen bestaan niet, mensen wel. (Bart Somers
Migrantenstemrecht is een symbooldossier voor progressieve partijen als sp.a en Agalev, maar is het essentieel? (Bart Somers)
Uiteindelijk heeft elke burger maar n plicht: hij moet voor zichzelf leren zorgen, door werk en een inkomen te hebben. (Bart Somers)
We moeten ook openlijk durven poneren dat onze westerse waarden de beste zijn. (Bart Somers)
Een tweede pijler van de lijst Resist is het probleem van de multiculturaliteit. Dit thema omhelst in eerste instantie het toenemende probleem van racisme en discriminatie. Een onderzoek van de EU heeft uitgewezen dat Vlaanderen de meest racistische regio in Europa is. Veel meer dan vaak beseft wordt, is onze samenleving doordrongen van racistische vooroordelen.
Het thema van racisme en discriminatie staat rechtstreeks in verband met het thema van de oorlog in de eerste pijler. Onmiskenbaar hebben de achterdocht en het misprijzen jegens de vreemdeling, en in het bijzonder jegens de Arabier en de moslim, zich sinds de aanslagen van 11 september 2001 dramatisch verscherpt. Al gauw werden in de publieke opinie alle Arabische volkeren als terroristen bestempeld, en de islam als de fundamentalistische leer waardoor het Arabische gevaar wordt genspireerd. Wie vandaag moslim is, is meteen ook een fundamentalist. Een moslim die vandaag zijn rechten als moslim verdedigt, is meteen ook een terrorist.
Met de oorlog tegen het terrorisme lijken de VS de theorie van de botsing der beschavingen te willen concretiseren. Samuel Huntington schreef in zijn befaamde boek The Clash of Civilisations dat de grootste conflicten in onze moderne tijd niet zouden worden uitgevochten tussen staten, maar tussen verschillende culturen of beschavingen, en met name tussen de Westerse en de Arabische of islamitische cultuur. Deze stelling is gevaarlijk misleidend, omdat ze de inzet van de conflicten die onze tijd beheersen terug brengt tot een culturele inzet, tot de wens van de ene cultuur om de andere te domineren of te verdringen. Ze negeert het feit dat in onze moderne tijd slechts n cultuur zich tot in de kleinste uithoeken van de wereld - altijd met volstrekt misprijzen jegens elke andere cultuur en desnoods met geweld - tracht op te dringen: de Amerikaanse Coca-Cola cultuur. En ze miskent dat de strijd die vandaag op zoveel plaatsen in de wereld wordt gevoerd, een strijd om politieke en economische zelfbeschikking is, een strijd om te ontsnappen aan alle moderne vormen van klassieke koloniale praktijken. De Brits-Pakistaanse schrijver Tariq Ali zit ongetwijfeld veel dichter bij de waarheid als hij stelt dat we vandaag eerder getuige zijn van een botsing van fundamentalismes, waarbij hij het Amerikaanse imperialisme als de moeder van alle fundamentalismes benoemt.
Ook in ons land wordt de tegenstelling tussen zij en wij, tussen goed en kwaad, steeds scherper. De politieke en menselijke bereidheid om allochtonen, en met name moslims, als volwaardige medeburgers te beschouwen en te behandelen, is verder dan ooit zoek. Bovenstaande citaten van de Mechelse burgemeester Bart Somers, uit diens recent verschenen boekje Iedereen Burgemeester, zijn tekenend voor de huidige politieke visie op vragen rond migranten, asielzoekers, integratie en inburgering. De wereld wordt op zijn kop gezet. Er is in ons land onmiskenbaar sprake van een structurele achterstelling van een belangrijke gemeenschap binnen onze samenleving. Allochtonen worden op alle vlakken beschouwd als tweederangsburgers: politiek, werkgelegenheid, onderwijs, huisvesting, het sociale leven. Maar die structurele discriminatie wordt in de liberale visie eenvoudig ontkend. En sterker nog, de slachtoffers ervan worden zelf individueel verantwoordelijk gesteld voor elke uitsluiting.
De Belgische overheid heeft gedurende jaren een falend integratiebeleid gevoerd. Dat is een realiteit die niemand ontkent. Bart Somers niet, maar ook sp.a en Agalev niet. Agalev-parlementslid Fauzaya Talhaoui zegt: Ik geef toe dat er een probleem is met het huidige integratiebeleid. Het concept werkt niet. We zullen iets anders moeten uitdokteren. Een beleid dat al die jonge gasten van straat houdt, dat hen voldoende kansen biedt op een diploma. Wat niet wil zeggen dat de integratiesector meteen moet opgedoekt worden. De bestaande structuur kan nog steeds gebruikt worden voor nieuwkomers als vluchtelingen en asielzoekers. Maar voor allochtonen van de derde generatie heeft het huidige beleid weinig zin. Zij hebben geen nood meer aan taalcursussen.
Het integratiebeleid, zoals we dat vandaag kennen, heeft niet tot doel een coxistentie tussen verschillende gemeenschappen op te bouwen, maar beoogt het uitwissen van verschillen, hetgeen erop neerkomt dat de allochtone gemeenschap zich moet assimileren. Het integratiebeleid in Vlaanderen reflecteert het onvermogen van de autochtone gemeenschap om op een volwassen manier om te gaan met verschillen. Het is dan ook tekenend voor een fundamentele en bedrieglijke tegenstelling in het neoliberale samenlevingsmodel: enerzijds propageert het liberalisme een doorgedreven individualisme en de onvoorwaardelijke individuele vrijheid, maar anderzijds stelt het alles in het werk om op het grote sociale niveau de burgers tot een eenduidige grijze massa te kneden.
De allochtone gemeenschap in Belgi wordt voor een onaanvaardbare eis gesteld: een volwaardig burgerschap kan alleen in ruil voor de onvoorwaardelijke afstand van de eigen cultuur en identiteit. Zolang aan die eis niet wordt beantwoord, blijft de allochtoon een tweederangsburger, die niet kan wegen op de politieke besluitvorming, en volledig afhankelijk is van de welwillendheid van sommige politici en een sporadische gunstmaatregel. Van echte gelijkwaardigheid is geen sprake. Discriminatie blijft de regel.
Dyab Abou Jahjah schrijft hierover het volgende: Cultuur is iets individueels. Natuurlijk heb je collectieve culturele elementen, maar in een multiculturele context moet de staat multicultureel zijn of acultureel. De beste oplossing is ervoor te zorgen dat de staat acultureel is en dat erkend wordt dat de maatschappij multicultureel is. Als staat moet je bijvoorbeeld de verschillende cultuurbelevingen subsidiren. Er kan een kwantitatief verschil zijn, maar de staat moet ze wel allemaal als gelijk erkennen. De staat mag niet n cultuur als superieur gaan beschouwen en verdedigen. Als je dus eerste minister bent, moet je niet gaan zeveren dat de islam niet compatibel is met onze cultuur. Met onze oproep voor een aculturele staat pleiten wij dus niet voor de afschaffing van cultuur. We verzetten ons daarmee wel tegen het eurocentrisme dat zegt dat de westerse cultuur superieur is en dat alle andere culturen zich daaraan moeten aanpassen.
Het integratiedebat wordt veelal overheerst door de bekommernis om het behoud van onze waarden. Maar waarden vormen in deze een al te vaag en subjectief begrip. Waarden zijn moeilijk te definiren, en kunnen zeker niet geformuleerd worden als afdwingbare plichten. Alleen wetten kunnen als afdwingbaar worden geformuleerd. Gelijkheid tussen mannen en vrouwen, gelijke rechten voor holebis, vrijheid van godsdienst, vrijheid van politieke overtuiging, gelijkheid tussen alle culturen en nationaliteitendat zijn principes die duidelijk in geschreven wetten kunnen worden vastgelegd, wetten waaraan iedereen zich dient te houden. Waarden behoren eerder tot de priv-sfeer, dienen zeker wederzijds te worden gerespecteerd, maar kunnen niet tot een algemeen geldend en afdwingbaar stelsel worden gemaakt.
Het probleem van de integratie en de multiculturaliteit is van cruciaal belang in de Belgische politiek. Een samenleving die er niet in slaagt al haar burgers in alle opzichten gelijke rechten te geven, kan zichzelf nooit een democratische rechtstaat noemen. Structurele ongelijkheid is de perfecte voedingsbodem voor allerlei extremismen. Door deze ongelijkheid niet te erkennen als een fout in het beleid, voert de huidige regering een nefaste politiek van culpabilisering en demonisering, die uiteindelijk alleen maar kan leiden tot toenemende spanningen, gewelddadige uitspattingen, en de ontwrichting van de samenleving.
Aan te raden lectuur:
- Het failliet van de integratie van B. Van den Broeck en M.C. Foblets.
- Iedereen Burgemeester van Bart Somers, voor een helder inzicht in de liberale kijk op een multiculturele gemeenschap.
- Resist, veel meer dan een cultuurschok van Dyab Abou Jahjah en Zohra Othman.
- The Clash of Fundamentalisms van Tariq Ali.
3. Tegen een moordend kapitalisme.
Miserys the river of the worldeverybody row. (Tom Waits)
Nooit, nooit was er in de wereldgeschiedenis zon schrijnende ellende, zoveel ontoelaatbare onrechtvaardigheid, zon gebrek aan zorg, zoveel geweld en onderdrukking. (Jaap Kruithof)
Sinds de val van de Berlijnse Muur in 1989 lijkt de opmars van het neoliberalisme niet meer te stuiten. Bij het einde van de Koude Oorlog was de euforie van het liberale westen grenzeloos. De toekomst zou nu eindelijk openliggen voor de wereldvrede en de zaligmakende vrije markt. Maar de voorbije dertien jaar hebben het tegendeel bewezen. Sinds de administratie van George Bush I de Nieuwe Wereldorde boven de doopvont hield, heeft de wereld niets dan ontstellende conflicten gekend: de eerste golfoorlog, Joegoslavi, Rwanda, Tsjetsjeni, Oost-Timor, Kosovo, 11 september, Afghanistan, de tweede golfoorlog,. De economische en sociale wanverhoudingen wereldwijd en binnen individuele samenlevingen zijn alleen maar schrijnend toegenomen.
In de wereld van vandaag ligt het wetboek van de vrije markt als een nieuwe schriftleer op de kansel. Maar de dogmas van deze moderne bijbel leiden niet alleen tot de geprezen globale markt, maar evenzeer tot de globalisering van armoede en crisis. De moderne westerse samenleving wordt door de bandeloze marktexploitatie ontwricht. De economische en sociale tegenstellingen nemen schrijnende proporties aan, zekerheden en toekomstbeloftes brokkelen af, angst en misnoegdheid maken zich meester van de burgers. De westerse maatschappij verkeert in een permanente crisis. Niet alleen economisch, maar ook politiek. Naast de economische crisis ontstaat ook een politieke crisis. De politieke klasse kan en wil niet meer beantwoorden aan de taken die haar van oudsher worden toebedacht. De burger ziet zowat alle fraaie verkiezingsbeloften in rook opgaan zodra de electorale zege is beklonken. De algehele politieke ontgoocheling en desinteresse is kenmerkend voor onze huidige samenleving.
De dominantie van de markt heeft zware consequenties voor de concrete invulling van de democratie. Vandaag staat de democratie voor het ontmantelen van de staat, voor privatiseringen, voor het verrijken van een kleine kaste geprivilegieerden. Alles wordt opgeofferd (en in eerste instantie het welzijn van het volk) aan de imperatieven van de financile economie, zegt Ignacio Ramonet, hoofdredacteur van Le Monde Diplomatique. En socioloog Pierre Bourdieu schrijft: De gevolgen van een politiek die uitsluitend gericht is op economische evenwichten zijn veelomvattend: sociale en psychologische stress, werkeloosheid, ziekte, delinquentie, gebruik van drugs of alcohol, armoede, wat dan weer leidt tot ressentiment, racisme en politieke desinteresse.
Het verband tussen een marktgedomineerde wereld en de twee voorgaande themas, oorlog en racisme/discriminatie, mag duidelijk zijn. Zowat alle grote conflicten van de voorbije dertien jaar zijn te verklaren vanuit rechtstreekse of onrechtstreekse economische belangen. Olie, gas, ertsen, mineralen, pijpleidingen, belangrijke handelsrouteshet zijn vaste ingredinten in de strijd om Irak, Afghanistan, Joegoslavi, Congo,En elke militaire operatie gaat gepaard met een obligate misprijzende retoriek tegen d Servirs, d Arabieren,
De markt is efficint, maar heeft hart noch hersens, luidt een uitspraak van professor Paul Samuelson, Nobelprijswinnaar Economie. Dat deze harteloze en hersenloze markt desastreuze gevolgen heeft voor derde wereldlanden is reeds lang duidelijk. Maar de stelling dat deze markt onze westerse wereld niets dan welvaart brengt, is een ernstige vergissing. De rijkdom die in het westen wordt geconcentreerd, is voorbehouden voor een beperkte elite. De bevolking hier bij ons ondervindt gaandeweg meer en meer dat deze markt ook voor haar weinig rooskleurigs in petto heeft.
Om het voorgaande wat concreter te maken, kijken we even naar de VS. Michael Moore, oscarwinnaar voor zijn geprezen documentaire Bowling for Columbine, somt in zijn boek Stupid White Men een aantal opvallende verdiensten op van de regering Bush. Zo heeft de Bush-administratie onder meer:
- 39 miljoen dollar bezuinigd op de federale uitgaven voor bibliotheken.
- 35 miljoen dollar bezuinigd op de financiering van specialisatiecursussen voor kindergeneeskunde.
- 50% bezuinigd op de financiering van onderzoek naar zonne- en windenergiebronnen.
- 28% bezuinigd op de financiering van onderzoek naar mogelijkheden voor schonere, zuiniger autos en vrachtwagens.
- 86% bezuinigd op het Community Access Program, dat in overheidsziekenhuizen, in klinieken en andere zorgvoorzieningen de zorg cordineert voor mensen zonder ziektekostenverzekering.
- 60 miljoen dollar bezuinigd op programmas voor kinderclubs in achterstandswijken.
- 200 miljoen dollar bezuinigd op arbeidstrainingsprogrammas voor mensen die bij reorganisaties hun baan waren kwijtgeraakt.
- 200 miljoen dollar bezuinigd op het budget van kinderopvangprogrammas voor kinderen uit sociaal zwakkere gezinnen.
- 700 miljoen dollar bezuinigd op het budget voor de renovatie van achterstandswijken.
- Een half miljard dollar bezuinigd op het budget van de Dienst Milieubescherming.
- Federale hulp aan internationale organisaties voor geboortebeperking verboden, wanneer die uit eigen middelen informatie geven over abortus, doorverwijzen, of hulp verlenen bij abortus.
- Plannen goedgekeurd om gebieden voor de oostkust van Florida te veilen ten behoeve van olie- en gaswinning.
- Plannen aangekondigd om vergunningen te verlenen voor olieboringen in nationale parken.
- Belastingsverlagingen doorgevoerd, waarvan 43% naar de rijkste 1% van de Amerikanen gaan.
- 15,7 miljoen dollar bezuinigd op voorzieningen inzake kindermishandeling en kinderverwaarlozing.
Tegenover deze nefaste beknotting van sociale voorzieningen staat een forse toename van de militaire budgetten, en een oorlogsvoering die ettelijke miljarden dollars per dag kost. Wanneer Europa eveneens de weg van de militarisering opgaat, hetgeen duidelijk de wens is van Verhofstadt, dan weten we wat ons staat te wachten op het vlak van sociale voorzieningen.
Aan te raden lectuur:
- Het neo-liberalisme van Jaap Kruithof.
- Globalisering en chaos van Ignacio Ramonet.
- Stupid White men van Michael Moore.
4. Een pact met de duivel?
Ongetwijfeld is Resist het meest gecontesteerde politieke initiatief van de komende verkiezingen. En het lijdt al helemaal geen twijfel dat de meest gedemoniseerde kandidaat van deze verkiezingen Dyab Abou Jahjah is. In een nooit geziene mediahetze is men erin geslaagd om de voorman van Resist tot de meest gehate en gevreesde politieke nieuwkomer te maken: fundamentalist, extremist, terrorist, relmanager, homofoob, vrouwenhater,Het is dan ook niet misplaatst om op een paar veel gehoorde aantijgingen een kort antwoord te formuleren.
* tegen integratie:
Neen, Dyab Abou Jahjah is niet tegen integratie. Overigens kan hijzelf zonder moeite als een voorbeeld van integratie worden gezien. Hij spreekt Nederlands, Frans, Engels en Arabisch. Hij heeft de nodige universitaire diplomas op zak, heeft zijn eigen weg gezocht, initiatief genomen, en uiteindelijk zijn plek gevonden bij de AEL en Resist. Een profiel dat perfect beantwoordt aan de integratienormen van pakweg Bart Somers. Alleen heeft Dyab Abou Jahjah een politieke mening, en dat past niet in het liberale integratieplaatje. Allochtonen dienen in de eerste plaats nog altijd dankbaar te zijn voor het feit dat ze hier aanwezig mogen zijn. Vooralsnog worden zij niet geacht een politieke mening te hebben. Integratie betekent voor Dyab Abou Jahjah een volwaardig burgerschap. Die kan niet geconditioneerd worden met de afstand van de eigen cultuur en identiteit. Die conditionering beoogt geen integratie, maar een onmenselijke, vernederende assimilatie.
* tegen holebis en vrouwen:
Neen, Dyab Abou Jahjah is niet tegen holebis. Deze bewering wordt gebaseerd op een stelling die Abou Jahjah in enkele interviews heeft geuit: heteroseksualiteit is de norm, homoseksualiteit wijkt daarvan af. Maar hij heeft duidelijk gesteld dat deze visie de visie van het islamitische geloof is, en geen politieke visie. Op het politieke vlak heeft hij zich ondubbelzinnig uitgesproken voor gelijke rechten voor holebis, tegen elke vorm van discriminatie.
Bovendien pleit Dyab Abou Jahjah voor een strikte scheiding van Kerk en Staat. De visie van de islam kan dus nooit invloed krijgen op de politieke besluitvorming terzake. Overigens is het niet oninteressant om stil te staan bij de katholieke visie op homoseksualiteit. Onlangs nog heeft het Vaticaan een aantal landen overgehaald om tegen een VN-resolutie te stemmen die voorzag in gelijke rechten voor holebis.
Binnen de Belgische Holebifederatie zijn stemmen opgegaan om Dyab Abou Jahjah de jaarlijkse homofobieprijs toe te kennen. Na lange discussie heeft een meerderheid binnen de federatie tegen deze blaam gestemd. Schrijver Tom Lanoye, notoir bevechter van de holebi-rechten, ondertekende een oproep om Dyab Abou Jahjah en de AEL de hand te reiken voor een open dialoog. De verkettering van Abou Jahjah ervaart hij als een risicovolle aanslag op alle democratische principes (lees de tekst van Ludo De Witte, Tarik Fraihi en Tom Lanoye in bijlage). Deze twee feiten tonen aan dat een belangrijk deel van de holebi-gemeenschap zich hoegenaamd niet bedreigd voelt door de uitspraken en standpunten van de AEL.
En neen, Dyab Abou Jahjah is niet tegen vrouwen. Gelijke rechten voor iedereen, betekent ook gelijke rechten voor vrouwen. De AEL is een van de weinige verenigingen waarvan het merendeel van de leden vrouw is. Ook in het bestuur zetelen meerdere vrouwen. Op 11 mei aanstaande organiseren de AEL-vrouwen een manifestatie voor gelijke rechten voor vrouwen.
5. Stem niet voor mij.
Ik wil zelf bepalen welke cultuur ik beleef, ik heb niemand nodig die naar mij komt en zegt: Assimileer je en neem onze waarden over. Dat is onderdrukking. (Dyab Abou Jahjah)
Elk politiek project is een lange termijnproject. Geen enkele politieke beweging is begonnen als een massabeweging. Daarenboven zijn heel wat politieke bewegingen in hun ontstaansfase erg gecontesteerd geweest. Resist is een politiek initiatief dat zich zeer uitgesproken opstelt tegen de gevestigde orde. Het spreekt dan ook vanzelf dat er heel wat tegenkanting ontstaat, dat alles in het werk wordt gesteld om het initiatief te marginaliseren, om de initiatiefnemers te demoniseren, en te proberen de kandidaten en sympathisanten monddood te maken.
Voor een klein en alternatief politiek initiatief is het belangrijk zich te focussen op een duidelijk objectief. Het zou daarom niet verstandig zijn om allerlei persoonlijke ambities van verschillende kandidaten op de voorgrond te laten komen. Resist is een gezamenlijk project van iedereen die er op welke manier dan ook aan deelneemt. En in de omstandigheden van vandaag is het veel interessanter om na te gaan in welke persoon dat gezamenlijk project het best wordt belichaamd. Binnen Resist bestaat er geen twijfel over dat die persoon Dyab Abou Jahjah is. Het concrete objectief van Resist voor de verkiezingen van 18 mei is dan ook een zetel voor Dyab Abou Jahjah in het Parlement.
Dyab Abou Jahjah is gebrandmerkt als een onruststoker. In het Parlement zal dat voor n keer waar zijn. Daar zal hij zich ongetwijfeld manifesteren als een vervelende luis in de pels van het politieke establishment. Het lijdt geen twijfel dat hij de tenoren van de Belgische politiek onophoudelijk zal interpelleren over hun tweeslachtigheid inzake de voorbije en toekomstige oorlogen, over hun medeplichtigheid aan de Amerikaanse militaire agressies, over de doelstellingen van een Europese defensiemacht, over de structurele ongelijkheid tussen autochtonen en allochtonen, over het uitblijven van dezelfde politieke en sociale rechten voor iedereen, over hun economisch beleid van privatisering, sluiting en afdanking,
Daarom de wat ongewone titel van deze tekst. Stem niet voor mij. Een stem voor Resist is een stem voor Dyab. Een stem voor mij is een stem voor Dyab. Mijn vraag is dan ook eenvoudig: stem voor Dyab Abou Jahjah!
Dirk Tuypens
Mei 2003