Twee dagen na de nazi-inval in de Sovjetunie, op 24 juni 1941 schreef Harry S. Truman (die in 1945 president van de USA zou worden) in de New York Times: "Als we zien dat Rusland wint, zullen we Duitsland helpen. Als Duitsland wint, zullen we Rusland helpen. Laat ze elkaar zoveel mogelijk afslachten."1 Drie jaar lang laten de imperialisten de Sovjets bijna helemaal alleen in deze slachtpartij. Stalin beschrijft op 6 november 1942 de situatie. De slag om Stalingrad is in volle hevigheid bezig. "Hoe is te verklaren dat de Duitsers dit jaar toch het initiatief van de militaire operaties hebben kunnen houden en ernstige tactische successen hebben geboekt aan ons front? De Duitsers en hun bondgenoten konden al hun beschikbare reserves verzamelen om ze aan het Oostfront in te zetten. Dit was mogelijk omdat er geen tweede front in Europa was. In september waren er van de 256 Duitse divisies minstens 179 divisies ingezet aan ons front. Voeg daarbij 22 Roemeense, 14 Finse, 10 Italiaanse, 13 Hongaarse, 1 Slowaakse en 1 Spaanse divisie, en je bekomt een totaal van 240 divisies die momenteel aan ons front vechten. Daartegenover: aan het front in Libië vechten momenteel 4 Duitse en 11 Italiaanse divisies tegen de Britten." 2 Wie heeft Europa van de nazi's bevrijd? Van de 783 divisies van de nazi's en hun bondgenoten werden er 607 vernietigd aan het Sovjet-Duitse front ­ meer dan drie kwart... Tijdens de drie jaar dat Stalin vruchteloos heeft aangedrongen om de druk op het Oostfront te verlichten door het openen van een serieus tweede front in het Westen, hebben de Amerikaanse en Britse bommengooiers de industriële en militaire kracht van Duitsland niet willen breken. Resultaat: in 1944 lag de oorlogsproductie in Duitsland 280% hoger dan in 1942. In 1944 werden bijvoorbeeld 38.000 vliegtuigen gebouwd, tegenover 25.000 in 1943 en 15.000 in 1942. In 1944 kon Duitsland 622.000 tanks produceren, tegen 369.000 in 1943 en 140.000 in 1942.3 Het probleem was helemaal niet dat de bommengooiers niet wisten waar de wapenfabrieken gevestigd waren. Ze wilden niet. Het waren toch tanks en vliegtuigen om tegen de bolsjewieken te gebruiken. Na Stalingrad, de opmars van de Sovjets en de partizanen Veruit de belangrijkste D-Day [Decision Day - Beslissende dag] tijdens de Tweede Wereldoorlog is 2 februari 1943: de overwinning in Stalingrad. De fascisten verliezen definitief het initiatief in de oorlog. Het moreel en de hoop onder de bezette volkeren in Europa krijgt een enorme steun. De Amerikaanse en Britse imperialisten hebben zich in 1944 moeten haasten om nog tijdig een deel van Europa onder controle te kunnen houden. De Sovjets rukten op naar Duitsland en de Balken. De Partizanenn waar de communisten overal een belangrijke rol speelden, werden een belangrijke militaire kracht. Zoals op de foto: Parijs werd grotendeels door de verzetsstrijders bevrijd, nog voor de geallieerde troepen de stad binnnentrokken. (Foto archief) De partizanen verzamelen overal de beste krachten en worden een geducht 'tweede front'. In mei 1944 veroveren Tito's partizanen Zagreb, hoofdstad van het 'onafhankelijke' fascistische Kroatië. Op 3 maart 1944 breekt een algemene staking uit in Noord-Italië, dat door de Duitsers wordt bezet. Zes miljoen arbeiders en boeren geven gevolg aan de oproep van de communisten in hun clandestiene krant Unita Proletaria. Op 18 mei 1944 roept Maurice Thorez, de leider van de Franse communisten, via de radio het Franse volk op tot de gewapende opstand. De situatie is gunstig: steeds meer Duitse troepen (en Franse fascistische hulptroepen) worden naar het Oostfront overgeplaatst. De partizanen controleren grote gebieden in Frankrijk. Op 6 januari 1944 steken de Sovjets de vooroorlogse Poolse grens over. Als zij aan hetzelfde tempo blijven oprukken staan zij binnenkort in Oost-Pruisen, dus in het Duitse Reich zelf. Op 19 januari wordt Leningrad na 900 dagen omsingeling, uithongering en bombardementen, ontzet. In februari-maart slaat het Rode Leger de Duitsers beslissend achteruit nabij Kiev in Oekraïne. De weg naar de Balkan ligt open en op 17 maart staan de Sovjets aan de Roemeense grens. De landing in Normandië: om het communisme tegen te houden Nog langer wachten kon de Britse en Amerikaanse imperialisten fataal worden. De combinatie van het oprukkende Rode Leger en de groeiende militaire en politieke kracht van de partizanen en de communisten, kon wel eens heel Europa in een bolsjewistisch continent doen omslaan. Er moest dus ingegrepen worden. De Bekende Vlaming Luc De Vos, hoogleraar geschiedenis aan de Koninklijke Militaire School, legde met kunde en trots uit in De Morgen in 1994: "De landing in Normandië heeft de politiek van de Verenigde Staten en Groot-Brittannië versterkt. Op termijn behoedt ze West-Europa voor het communisme. Het economisch liberalisme zal voortaan heersen in de Noord-Atlantische regio en van daaruit zijn wil opleggen aan de rest van de wereld. D-Day als schild tegen het communisme."4 Dat de westerse imperialisten niet veel te vroeg waren, bewijst onze eigen vaderlandse geschiedenis. Bij de bevrijding in september 1944 kunnen de Belgische communisten rekenen op de sympathie en steun van heel wat Belgen. Ze lagen aan de basis van het gewapende verzet tegen de nazibezetter. Op 15 maart 1941 ­ dus ruim voor de nazi's de Sovjet-Unie binnen vallen ­ wordt het Onafhankelijkheidsfront (OF) opgericht. Dit zal uitgroeien tot de belangrijkste verzetsgroep in België met de grootste gewapende afdeling: het Belgisch Partizanenleger. De communisten spelen er een belangrijke rol in. De KPB groeit tussen september '44 en augustus '45 van 12.000 naar 103.000 leden.5 De Belgische regering uit Londen ziet snel in dat ze niet buiten de communisten kan. Drie van hen worden in een nieuwe regering opgenomen, op 26 september. Enkele dagen later eist de Amerikaanse generaal Eisenhower brutaalweg in een boodschap tot het Belgische verzet dat "iedereen die niet aan het front is" de wapens inlevert. België is nog niet eens helemaal bevrijd! Het Onafhankelijkheidsfront weigert terecht de wapens in te leveren. De regering antwoordt met een besluit dat op 18 november alle verzetsorganisaties ontbindt. Huiszoekingen en arrestaties volgen bij... de partizanen. De communistische ministers nemen ontslag, de socialisten blijven op hun post. Op 18 november breekt een algemene staking uit die zal duren tot de dertigste. Er komen massabetogingen in heel het land die honderdduizenden op de been brengen. Er vallen vier doden op 27 november.6 De Kommunistische Partij neemt een bocht naar het Westen, laat de staking op 1 december afblazen en legt zich uiteindelijk neer bij de ontwapening van de partizanen. Bij de eerste verkiezingen na de oorlog, in februari 1946, behaalt de KPB toch nog bijna 13 procent van de stemmen.7 Overal elders in Europa zien we eenzelfde scenario. In Frankrijk behalen de communisten 26,2 procent van de stemmen bij de verkiezingen in oktober 1945. Ze zijn daarmee de sterkste partij maar de socialisten weigeren met hen een linkse Volksfront-regering te vormen. In Italië hadden de yankees in geheime akkoorden met de maffia en de christen-democraten bepaald dat er geen verkiezingen mochten komen zo lang niet zeker was dat de communisten konden ingedijkt worden. In Nederland, Denemarken, Noorwegen, Luxemburg ­ allemaal landen die door de nazi's bezet waren geweest ­ halen de communisten tussen de 11 en de 13 procent van de stemmen. 1 Karl-Eduard von Schnitzler, Der Rote Kanal, Hamburg 1992, blz. 308 · 2 Staline, Oeuvres, Tome XVI, Paris 1975, blz. 60-61 · 3 G. Déborine, La Deuxième Guerre mondiale, Moscou, blz. 349 · 4 De Morgen, 4 juni 1994 · 5. Hans Depraetere en Jenny Dierickx, De Koude Oorlog in België, EPO, 1985, blz. 37 · 6. Grégoire Madjarian, Conflits, pouvoirs et société à la Libération, 10/18, 1980, blz. 184-186 · 7. www.parties-and-elections.de/