Jullie zijn ondertussen op de hoogte van de rechtszaak die de farmaceutische bedrijven inspannen tegen de Zuid - Afrikaanse regering. In totaal 39 bedrijven, die hun monopoliepositie willen vrijwaren ten koste van de armsten. De gevolgen mochten deze firma\'s gelijk halen zijn dodelijk. De grootste van die 39 is Glaxo Smith Kline. Na de Jong Agalev actie woensdagmiddag tegen de enigste Belgische firma die meedoet, Janssen-Cilag in Berchem, organiseren we nu een tweede actie tegen Glaxo. We willen met deze actie de Zuid-Afrikaanse Regering steunen en dit bedrijf oproepen zich terug te trekken uit het proces. We willen dit echter niet alleen doen, we willen hoogstens het initiatief nemen en organiseren. Hieronder vind je onze oproep aan alle organisaties en mensen, van eender welke ideologische, religieuze of filosofische overtuiging om deel te nemen aan deze stille dodenwake. Hopelijk kan je komen om je verontwaardiging te uiten om de druk tegen dit bedrijf te vergroten! Wanneer? Maandag 12 maart 2001, 20.00 - 22.00u Waar ? Maatschappelijke zetel van Glaxo (Smith Kline) Wellcome Adres: Vorstlaan 191 (Bvd. du Souverain), 1160 Brussel Hoe geraak je er? Brussel Centraal, dan neem je Metro 1A tot de eindhalte Hermann-Debroux (20 tal min rijden). Dan ben je op de Vorstlaan. Dan is het nog ong. 1 km te voet (waarbij je de H. Debrouxlaan en later de Waversesteenweg moet oversteken). Mario Boulez Permanentie alle dagen van 9u30 tot 16u30, tel: 02/219.19.19 Jong Agalev Coördinator jong.agalev@agalev.be Alle info binnenkort op www.jong.agalev.be Stop farma - waanzin! Jong Agalev was verontwaardigd toen we dit weekend in de pers vernamen dat 39 grote farmaciebedrijven een proces aanspanden tegen de Zuid-Afrikaanse regering. Nu we ons in dit dossier verdiept hebben, zijn we kwaad. Kwaad, omdat deze bedrijven zo HIV- en AIDS-patiënten de toegang tot een betaalbare gezondheidszorg ontzeggen. En eigenlijk beschrijft de term \'woest\' nog het beste onze gevoelens. De farmaceutische industrie wil de switch in het Zuid-Afrikaans beleid, waarbij de overheid de HIV-epidemie met behulp van coherente beleidsmaatregelen wil indammen, eenvoudigweg dwarsbomen. De beleidskeuze die de Zuid-Afrikaanse regering in 1997 vooropstelde was vierledig. Eerst en vooral wilde ze geneesmiddelen parallel importeren. Het aankopen van een product tegen schimmelinfecties in Thailand voor 130 frank (of 1/3 van de aankoopprijs van hetzelfde product in Zuid-Afrika) zou de overheid toelaten om betaalbare HIV-zorg aan te bieden. Een andere beleidsoptie was de aanmaak van zogenaamde \'generische\' middelen. Middelen zonder merknaam, die toch even kwalitatief zijn als hun gepatenteerde equivalenten. Verder wilde de Zuid-Afrikaanse regering de apothekers het recht geven om deze goedkopere producten aan hun klanten aan te bieden, ook als de geneesheer een product van een merknaam zou voorschrijven. Tenslotte uitte de regering de wil om een prijzencommissie te installeren. Rond deze wet wordt dus een juridische strijd gevoerd: de farma-industrie versus de Zuid-Afrikaanse staat. De farmaceutische bedrijven beroepen zich op het intellectuele eigendomsrecht en de patentwetgeving. De Zuid-Afrikaanse staat beroept zich op de \'noodsituatie\', en volgens NGO\'s is het algemeen aanvaard dat dan de patentrechten opzij geschoven mogen worden. Toen we woensdag actie voerden bij Janssen-Cilag in Berchem en een gesprek hadden met de verantwoordelijke maakte hij ons er meer dan eens attent op dat het voor hen een strikt juridische zaak betrof. Wij vinden deze uitlatingen op zijn minst van een grote portie cynisme getuigen. Zuid-Afrika telt 4 miljoen HIV-patiënten. Dat is 10% van de totale bevolking en maar liefst één vierde van het aantal volwassen Zuid-Afrikanen. Vanaf 1997, toen de farma-lobby begon met het vertragen en saboteren van de befaamde wet, tot nu zijn er 400.000 Zuid-Afrikanen aan AIDS gestorven. Driekwart van hen had met de nodige medicatie nog 10 à 15 jaar langer kunnen leven. Aids-remmers zorgen niet alleen voor de verlenging van de levensduur, ze verlagen ook het risico van de overdracht van HIV van een vrouw op haar kinderen. In een land met 4 miljoen patiënten is dit toch geen onbelangrijk detail, dachten we. Ook andere ziekten, zoals tuberculose, die vele HIV-patiënten oplopen door een verlaagde immuniteit, kunnen slechts genezen worden dankzij gepatenteerde geneesmiddelen. De middelen waarop het patentrecht vervallen is, zijn vaak niet meer effectief omdat patiënten er reeds resistent voor zijn. Gezondheid is voor de bedrijven die deze rechtszaak aanspanden, duidelijk al lang geen doel op zich meer. Het is een middel geworden. De kostprijs van een geneesmiddel is dan ook minder gekoppeld aan de prijs van het productieproces, dan aan externe factoren, vermoeden we. Vermoedens, omdat de bedrijven de kostenstructuur van hun producten weigeren bekend te maken. We weigeren te geloven dat verschillen in transportkosten en taksen zulke prijsverschillen kunnen veroorzaken. Wellicht kan de \'dekkingsgraad\' van de sociale zekerheid, of in het geval van Zuid-Afrika, het aantal mensen die via hun werkgever een privé-ziekteverzekering kunnen afsluiten, hier een deel van het raadsel van de prijszetting oplossen. Waar de overheid of de privé-sector bereid is om de kosten van veel potentiële HIV-patiënten op zich te nemen, kan de prijs makkelijk verhoogd worden. Vadertje staat springt wel bij... Beweren dat deze industrie onmeedogenloos is, zou hen onrecht aandoen. De verantwoordelijke van Janssen-Cilag was nog zo trots dat het moederbedrijf (Johnson & Johnson) elk jaar via vijf erkende hulporganisaties goederen en geneesmiddelen aan de Derde Wereld schenkt. We stelden hem een alternatieve financiering voor: door de rechtszaak te laten vallen, kon hij het Zuiden een grotere dienst bewijzen. In deze redenering werden we door hem echter niet bijgetreden. Ieder zijn eigen mening, nietwaar ? Ondertussen loopt de rechtsgang in Zuid-Afrika verder. De rechter oordeelde dat een NGO die zich in Zuid-Afrika om HIV- en AIDS-patiënten bekommert wordt uitgenodigd op een hoorzitting. Het proces werd uitgesteld tot 18 april om de farma-industrie de tijd te geven zich voor te bereiden op de getuigenis. Twee grote farmaceutische bedrijven, Glaxo Smith Kline en Merck, hebben ondertussen hun prijs voor Aids-remmers laten zakken tot de kostprijs. Hier kan Jong Agalev geen vrede mee nemen. Het intrekken van deze klacht door de 39 multinationals is een conditio sine qua non voor een aids-beleid in Afrika. Het verlagen van de tarieven is slechts een doekje voor het bloeden. Dat deze bedrijven hun tarieven verlagen is waarschijnlijk geen maatregel die enkel en alleen door naastenliefde ingegeven is. Deze prijsreductie toont aan dat ze bijzonder gevoelig zijn voor de publieke opinie. Een imago zoals Shell dit had tijdens de verontwaardiging over de terechtstelling van Ken Saro Wiwa, de overtreding van milieurechten in de Niger delta en de exploitatie van het Ogoni-volk, kunnen ze missen als de pest. Jong Agalev denkt dan ook dat het absoluut noodzakelijk is de piste van de \'publieke verontwaardiging\' te bewandelen. We roepen dan ook de andere politieke jongerenorganisaties, de jeugdbewegingen, vakbonden, Aids-organisaties, NGO\'s, gewone bezorgde mensen, parlementairen, ... op om een standpunt rond deze grove procedurestrijd in te nemen. Wij willen hier het initiatief voor nemen, niet om onze organisatie eens extra in de verf te zetten, maar wel omdat we dit een hallucinant dossier vinden. Hoe meer organisaties zich verzetten tegen deze kortzichtige daad van 39 multinationals, hoe groter de druk op de publieke opinie. En meer algemene verontwaardiging voert de druk op de sector op. Voor alle mensen van goeie wil, van eender welke politieke, religieuze of filosofische overtuiging, die willen dat respect voor de mensenrechten het haalt op de kortzichtige commerciële logica van de farmaceutische industrie, de volgende oproep: we houden maandag 12 maart om 20 uur een dodenwake voor de maatschappelijke zetel van Glaxo (Smith Kline) Wellcome, Vorstlaan 191, 1160 Brussel. Voor hen die tot het einde gelezen hebt, ik hoop dat u er zal zijn, Hoogachtend, Peter Comhaire