* 'Centristen' versus extremisten In beschouwingen over de toenemende verrechtsing van Europa (zie de verkiezingsresultaten van extreem- annex crimineel-rechts in Oostenrijk, Italië, Denemarken, Nederland, Frankrijk, Nederlandstalig België ...) werd ook door tal van commentatoren gewezen op de uitvlakking van de verschillen tussen socialisten en liberalen, die beiden naar het centrum opschoven en de flanken aan de extremisten overlieten. Bij die extremisten heb je aan de ene kant het succesvolle extreem-rechts: variërend van onverholen 'fascisme' tot 'gewoon ouderwets of nieuwerwets autoritarisme' à la Berlusconi. Aan de andere kant staat extreem-links: variërend van libertaire anarchisten tot orthodoxe communisten. Bij die laatsten heb je zoveel varianten als er historische leidersfiguren waren: marxisten, marxist-leninisten, stalinisten, maoïsten, aanhangers van Fidel & Che, trotskisten ook. Gehandicapt door het ineenstorten van haast alle communistische experimenten tot nu toe (Cuba lijkt een uitzondering) en botsend met de vrijheidsidealen van grote delen van de wereldbevolking lijkt het communisme een voetnoot in de geschiedenis te worden. Een extreem dat niet blijvend gerealiseerd kan worden zonder in de dictatuur van een minderheid (partijtop, 'nomenclatura') te vervallen. Als communisme (en het nog nooit langdurig gerealiseerde) anarchisme geen tegengewicht bieden voor extreem-rechts, wie dan wel ? * De fictie van een centrumpolitiek Zetten we de vijf diverse politieke strekkingen die er mogelijk zijn op de sociaal-economische as (de dominante as die de andere samenlevingsvraagstukken - culturele, ecologische en educatieve bv. - bepaalt), even op een lijn: Extreem-rechts Extreem-links Liberalen Socialisten Sociaal-liberalen/christen-dem./sociaal-dem. (centrumpartijen met slechts nuanceverschillen) Ziedaar de theorie. De fictie nu is dat ons wijsgemaakt wordt dat de centrumpartijen een 'centrumpolitiek' voeren. Dat ze zowel voor werkgevers als werknemers zorgen, dat beiden democratisch aan hun trekken komen. Sommige bedrijfsleiders schijnen dat nog echt te geloven ook: zij kunnen niet alles doen wat ze willen en zien daarin het bewijs dat de regering veel meer met de bevolking dan met hen rekening houdt. Nu zal iedere 'democratische' regering gezien de macht van het getal de belangen van de bevolking in sommige belangrijke aspecten moeten laten voorgaan of doen alsof. Denk bv. aan de voedselveiligheid. Maar macht is niet altijd zichtbaar, treedt niet altijd op de voorgrond én is (oorlogssituaties uitgezonderd) bovenal economisch van aard. Zo komt het dat in veel schijnbaar 'democratische landen' de economische elite het voor het zeggen heeft. De wereldwijde schaalvergroting heeft de economische elite zo sterk gemaakt dat ze op tal van vlakken de politieke elite te sterk af is. De antiglobaliseringsbeweging heeft dat begrepen: de neoliberale globalisering betekent een uitverkoop van heel de samenleving. En de centristen - sociaal-liberalen, christen-democraten en sociaal-democraten - laten die uitverkoop goed- dan wel kwaadschiks gebeuren. Zij willen en/of kunnen de economische macht niet in vraag stellen omdat ze zelf een onderdeel vormen van het economisch/politiek establishment. Zie Patrick Janssens, een man uit de reclamesector (deskundig dus in het manipule ren/bedriegen van mensen) die bij zijn aantreden als SP-voorzitter een ministerwedde vroeg. Zie voorganger Karel van Miert, beheerder nu bij een internationale mijngroep ... Als zulke figuren (over Agusta-corrpute partijgenoten zwijgen we nog) de belangen van de werkende bevolking moeten behartigen, ken je het resultaat op voorhand. * Naar een radikaal democratisch socialisme Een centrumpolitiek is onmogelijk en is hypocriet omdat ze de klassentegenstellingen verhult, de tegenstellingen tussen de grote werkende massa en de economische, politieke, sociale ... toplagen. Een extremistische politiek is nefast omdat men met geweld de klassentegenstel lingen niet kan opheffen. Extreem-rechts doet alsof 'werknemers' en 'werkgevers' geen tegen strijdige belangen hebben: alleen de natie telt. Wie die natie leidt, dat wordt niet in vraag gesteld. Extreem-links brengt zogezegd de arbeidersklasse aan de macht maar creëert via de bureaucratie die de communistische staat (die eigenlijk zou moeten afsterven, maar dat niet doet) een nieuwe toplaag waartegen de werkende klasse geen ideologisch verhaal meer heeft (beroofd als ze bv. is van vrije vakbonden). Tegenover de beide extreme uitersten, tegenover het schijnheilige centrum, tegenover het radikale liberalisme ook (zie Reagan en Thatcher) is er echter een vijfde weg mogelijk: die van een radikaal democratisch socialisme. Zulk een socialisme erkent het bestaan van tegengestelde klassen. Er zal altijd een leidende klasse zijn zoals er ook altijd mensen zullen zijn die economisch, politiek, cultureel 'vooruit' zijn. Het komt er niet op aan de leidende 'klassen' 'te vernietigen' (zoals Stalin deed met de rijke Russische boeren, de 'koelakken) maar hun inzet en talenten aan te wenden voor het algemeen belang en dat onder controle van de hele bevolking. Door een zo groot mogelijke democratische inspraak (en 'rotatiesystemen') moet die bevolking bv. kunnen zorgen voor regelmatige veranderingen in de leidende klassen, zodat je geen partijdictators krijgt die twintig of dertig jaar de boel naar hun hand kunnen zetten. Een echt democratisch socialisme moet ervoor zorgen dat de belangen van de werkende klasse altijd voorgaan op die van de 'leidende' klasse(n). Dat de belastingen bv. goed geïnd worden ipv van een torenhoge belastingsontduiking toe te staan. De door de werkende bevolking gecrëerde rijkdom mag niet langer afgeleid wroden naar belastingsparadijzen, maar moet zorgen voor voldoende middelen voor opvoeding, onderwijs, cultuur, stabiele tewerkstel ling, veilige wegen, sociale huisvesting, sociale media, ontwikkelingssamenwerking ... Dan zouden we ook eindelijk verlost raken van de 'onveiligheidsproblematiek' die nu de kapitalis tische politieke en media-agenda bepaalt en de samenleving verder verdeelt. Het spreekt voor zich dat om een democratisch socialisme te ontwikkelen - een systeem dat we in de geschiedenis alleen in kleine stamverbanden gekend hebben - we allerlei nieuwe democratische inspraaksystemen (ook en vooral economisch !) moeten ontwikkelen die de formele inspraak van verkiezingen om de zoveel jaar, ver overstijgen. * Een reformistisch revolutionair democratisch en ecologisch socialisme Om te voorkomen dat het met het nieuwe socialisme weer de weg op gaat die de traditionele socialistische partijen in Europa gevolgd hebben - die van het steeds verder verwateren van het socialistisch basisprogramma - moet het nieuwe socialisme zowel democratisch, reformistisch als revolutionair zijn. Samengevat komt het hierop neer: * Socialisme in plaats van kapitalisme, omdat al de belangrijke politieke, economische, ecologische, culturele ... beslissingen gemeenschappelijk moeten genomen worden en de belangen van individuen of bedrijven geen voorrang mogen krijgen boven het algemeen belang. * Democratisch socialisme in plaats van communisme omdat ook de persoonlijke vrijheid belangrijk is en omdat een te ver doorgedreven 'collectivisering' in botsing komt met de 'menselijke natuur' en ons verlangen naar vrijheid. * Reformistisch omdat binnen het kapitalisme wel degelijk 'vooruitgang' te boeken is zonder dat - zoals het bij de traditionele socialistische partijen gebeurde - het einddoel uit het oog verloren wordt. * Revolutionair omdat het socialisme finaal de kapitalistische chaos moet vervangen en dat zal niet kunnen gebeuren zonder het inzetten van een mix aan machtsmiddelen (vreedzame en minder vreedzame). Denk aan wat Salvator Allende in Chili overkwam. * Het echte socialisme is per definitie ook ecologisch. Wanneer de ecologische voorwaarden voor het leven op deze planeet in gedrang komen (zoals nu al op tal van plaatsen al het geval is), is niet zozeer de rijke bovenlaag maar de brede bevolking daar het slachtoffer van. Ecologisch moet het echte socialisme echter ook zijn om de verwording tot een 'biefstukkensocialisme' te voorkomen. * Naar een toekomstgericht, visionair socialisme Een ideologie die de wereld wil verbeteren moet ook vooruit kijken. Ter illustratie van wat ons mogelijk te wachten staat vermeldt ik hier wat ene Hans Moravec van plan is. In zijn 'tomorrowland' wil deze robot-specialist en ontwikkelaar van "artificiële intelligen tie', het lichaam overbodig maken door menselijke breinen over te laden in een breincomputer. Moravec voorspelt een 'postbiologisch universum'. Als we over enkel decennia nog veel krachtiger computers zullen hebben, dan wordt het volgens Moravec mogelijk dat de mens als brein naar de cyberspace kan emigreren. Daar kan die mens als ontlichaamde geest, onsterfe lijk leven. Wat zal er gebeuren met de rest van de mensheid nadat de elite naar cyberspace zal zijn uitgeweken ? "Het doet er niet toe wat er met de mensen gebeurt, omdat ze zullen worden achtergelaten als de tweede trap van een raket", stelt Moravec, die verwijst naar tal van verdwenen menselijke culturen. Voor Moravec doet niet het individu of een groep van mensen er toe; enkel het 'verhaal' van de mensheid telt en dat verhaal mag niet worden afgeremd door achterblijvers ... 'The survival of the fittest' op zijn scherpst ... In eigen land treedt reclamemaker Gino Delmotte, Moravec bij door in zijn boek 'De kus van de cybervrouw' te schrijven, dat we dankzij de digitale technologie "mens-machine-symbioten worden: wezens van vlees, vezels, bloed, bytes en dataverbindingen - als we al niet uit het bestaan worden weggeëvolueerd door transhumane, intelligente robots". Om zulke scenario's te vermijden wordt er bij het uitbroeden en realiseren van het 'reformistisch revolutionair democratisch socialisme' best rekening gehouden met de inzichten en de ervaringen van alle stromingen ter linkerzijde: 'sociaal-democraten', anarchisten, ecologisten,communisten, 'basisdemocraten' ... Na al de 'lukkingen' maar ook al de mislukkingen uit het verleden, kan geen enkele linkse stroming nog beweren, zomaar over de toverformule voor een 'vrije en rechtvaardige samenleving' te beschikken. Door studiewerk, open discussies en nieuwe praktijkervaringen, moeten we zoeken naar een echt alternatieve vijfde weg waarvan deze tekst uiteraard alleen maar enkele algemene lijnen kon aangeven. Jan-Pieter Everaerts