De bedrijfgiftenbank, een mes in de rug van NGO wereld??

 

Han Soete

 

Ik was  nieuwsgierig toen ik woensdag naar het debat over de bedrijfsgiften bank vertrok.  Moest ik geld krijgen van een bedrijf om een project te realiseren zou ik ook niet neen zeggen.  Er zit natuurlijk wel een reukje aan als de NGO wereld gaat samenwerken met bedrijven als Union Miniere en Siemens, Siemens is toch betrokken bij wapenproductie, en Union Miniere heeft een koloniaal verleden om U tegen te zeggen.

 

 

Voor mij was de inzet van het debat bij aanvang niet echt duidelijk. Natuurlijk aanvaard je geen centen van de een wapenleverancier, maar dat kan je oplossen door dat soort bedrijven uit te sluiten.  Die bedrijfsgiften bank zou zelfs een soort drukkingsmiddel kunnen zijn. Bedrijven die er mogen aan deelnemen en aan de voorwaarden voldoen kunnen er immers mee uitpakken, wie  niet mag meedoen heeft dus boter op zijn hoofd.

 

Maar Fonds Verplaetse en Karel Vinck hebben me overtuigd, de bedrijfsgiften bank is een mes in de rug van de NGO wereld.

 

Verplaetse is jaren lang de  voorzitter van de Belgische  Nationale bank en heeft in die hoedanigheid ook België jarenlang vertegenwoordig in het IMF.

"Ik ben getroffen door het ethisch reveille bij de bedrijfswereld.  Zij zijn er zich van bewust dat het zo niet verder kan. Ze zij getroffen door Seattle, Praag, Washington,… en ze willen bijdragen in het dichten van de kloof, als het gevolg daarvan is dat ze een goed imago krijgen is dat toch geen probleem. "

Jawel U hoort het goed, volgens Fonds Verplaetse wil de bedrijfswereld aansluiting zoeken bij de beweging tegen de globalisering.  U kent ons wel hè, in Seattle liepen we met duizenden te roepen "No more profits over People", in Praag riepen we met duizenden "Smash the IMF", in Porto Alegre hebben we samen een laboratorium van Monsanto met bijhorende gronden "onteigend".

 

Natuurlijk is de bedrijfswereld getroffen door de beweging in Seattle, Praag, Washington,… de maatschappij waar ze voor staan word immers voor het eerst sinds de val van de Belrijnse muur in vraag gesteld.  De vraag die centraal staat in deze beweging en ook doorgang vind in de NGO wereld is de vraag of "de vrije markt", "het neoliberalisme", het "kapitalisme" nog wel een perspectief te bieden heeft voor de wereld.
Verplaetse vind het wel OK dat je tegen steeds toenemende kloof tussen arm en rijk opkomt, zo lang je maar niet de maatschappij zelf in vraag stelt.

"Dat doet mij terugdenken aan \'68 de strijd tegen het grootkapitaal. Maar vandaag zijn er toch maat twee kleine landjes : Noord Korea en een ander(waarmee hij waarschijnlijk Cuba bedoelt??) die dat volhouden.  De anderen bekeren zich allemaal  tot een sociaal gestuurde markt economie."

Verplaetse definieert iets later waar het hem in de bedrijfsgiften bank om te doen is.

Het gaat niet over centen.  Die twee gescheiden werelden (bedrijfswereld / NGO wereld)  krijgen nu een kans om samen te werken.  Men moet groeien naar een sociale "consensus".

 

De tegenstanders van de bedrijfsgiftenbank hadden het niet beter kunnen definiëren.  En toch slaagt Karel Vinck, de grote baas van Union Miniere er in om nog een aantal argumenten aan te reiken tegen de bedrijfsgiftenbank.

"Om iets te kunnen doen, moeten we met kleine projecten beginnen , de mensen terplaatse kunnen dat niet aan. Ze moeten ook scholing en gezondheidsdienst krijgen. Dit zou de weg kunnen zijn.  We kunnen nu de indruk geven dat we het niet doen voor eigen belangen. "

 

 

Bogdan Van Doninck, op het podium de enige tegenstander van  bedrijfsgiftenbank, deed een prachtige tussenkomst om er voor de waarschuwen dat bedrijfswereld in al die jaren niets van karakter is veranderd.  En om de stelling kracht bij te zetten geeft Vinck de voorwaarden aan om terug in Afrika te gaan investeren.
"Voor we willen investeren moet er stabiliteit zijn.  We kunnen ons toch niet laten chanteren.  Er moeten regimes zijn die zeer positief staan tegenover de ondernemingen.  Als die voorwaarden er zijn, zullen we investeren."

Vinck slaagt er zo maar even in om stabiliteit te definiëren, namelijk "een regime dat zeer positief staat tegenover de bedrijfswereld"

Wil de NGO wereld nu echt met dat soort mensen aan een "sociale consensus gaan werken."

Wat zich momenteel in Zuid Afrika afspeelt, namelijk de Farmaceutische industrie die processen inspant tegen de regering omdat die het aandurft haar AIDS patiënten van goedkope medicijnen te voorzien geeft aan wat Vinck wil zeggen.

 

 

"Ontwikkelingssamenwerking is een lapmiddel ??"

 

Ik was gechoqueerd over de manier waarop een aantal vertegenwoordigers van de NGO wereld zichzelf op dat debat definieerden, ja en heus dat overkomt me niet snel.

 

Fonds voor Ontwikkelingssamenwerking :

"Als we aanvaarden dat ontwikkelingssamenwerking een lapmiddel is dan is de bedrijfsgiftenbank  iets positiefs."  Nu ben ik juist terug uit Porto Alegre en had er de kans om met tientallen mensen uit het zuiden te spreken.   Ik geef aan wat iemand als Aminata Traore  daarover denkt.

 

Al wat de NGO’s kunnen doen is van te weigeren om de bressen te dichten. Ik bedoel dat, wanneer men pijnlijke economische maatregelen uitvaardigt, dat er dan wat geld komt via NGO’s uit het noorden of het zuiden – die zich onderling trouwens bevechten om toegang tot dat geld te krijgen – en dan gaat men daar een put graven, ginds een hospitaaltje bouwen en denkt men dat men Afrika heeft geholpen. Dat is niet het probleem, het probleem is dat er een veel radicalere verandering moet komen.
(Amata Traore (ex minister van Cultuur in Mali) in een interview met de auteur op het Wereld Sociaal Forum.

 

ACV, Wereld Solidariteit.

"Vroeger had Union Miniere een hele cite met scholen enz., dat vervangen we door een globalere aanpak, wij willen hen daarin helpen."

Ik kan me vergissen, maar dit lijkt me alsof de missionarissen zichzelf herdefiniëren, vroeger leverden ze de onderwijzers en de pastoor in de onderwijzer in cite en de scholen van Union Miniere, nu zoeken we samen naar een andere aanpak.  Of heb ik het verkeerd begrepen.

Of nog, "Belastinggeld stinkt toch ook want daar is ook een deel van de bedrijven bij."  Dat ruikt naar demagogie. Een week eerder hoorde ik nog iemand van de ACV studiedienst vertellen hoe belastingen een manier zijn om de rijkdom te herverdelen en dat ze daarom de eis voor vermogensbelasting en de Tobin Taks centraler in hun werk willen zetten.

 

"Ik ben een Taliban"

 

Dat het eenheidsdenken binnen een bepaaqld van de NGO wereld is doorgedrongen werd in het bijzonder geïllustreerd door de manier waarop de tegenstanders van de bedrijfsgiften bank werden gedefinieerd.   "De Taliban die een beeldenstorm aangaan met de bedrijfswereld." (Herwig Peters.)  of " we moeten toch geen Intifada houden tegen de bedrijfswereld" (Luk Claaesens)

 

 

Ik ben blij dat 11.11.11 het debat mogelijk maakte.  Dat er een gebrek is aan debat en democratie binnen de NGO wereld kwam op een schrijnende manier naar voor.  Het was de eerste keer dat zij die in bedrijfsgiftenbank stapten zich moesten verantwoorden tegenover hun leden.  Het deed bij mij de vraag rijzen of dat dit het soort democratie is dat men naar het Zuiden wil exporteren.

Ik ben ook blij dat het debat doorgang vond omdat het duidelijk werd dat er in de zaal heel wat tegenstand was.  Dat er desondanks het dreigende vingertje "U wil toch niet doorgaan voor een Taliban" mensen waren die opstonden en bekenden : "Ik ben een Taliban"

 

Bij het buitengaan betrapte ik mezelf op de volgende bedenking.

"Bijna een jaar geleden hebben we tijdens de UNICE conferentie geprobeerd om de Europese bedrijfswereld op taarten te trakteren, die poging werd toen door overweldigend politie geweld onmogelijk gemaakt.

Vandaag kwam ik ongewapend naar de vertegenwoordigers van Belgische bedrijfswereld "luisteren", …  ze hebben me ervan overtuigd dat we het een jaar geleden bij het rechte eind hadden."