Welke Belg had zich na de Tweede Wereldoorlog durven inbeelden dat de Nazi-collaborateur Léon Degrelle na de oorlog minister zou worden ? Behalve de Rexisten van Degrelle : géén enkele ! Degrelle had bloed aan de handen en vluchtte zo gauw hij kon naar dictator Franco in Spanje.

Maar in de Nieuwe Globalistische Wereldorde van vandaag zijn zulke constructies wèl denkbaar. Op 16 december is in Pretoria een “globaal en omvattend akkoord” getekend voor de Democratische Republiek Congo. En wie zal volgens dat akkoord de portefeuille van Defensie krijgen ? De collaborateurs van de RCD (“Rassemblement Congolais pour la Démocratie”) ! Sinds het najaar van ‘98 houden ze onder de hoede van het Rwandese leger in Oost-Congo een schrikbewind in stand.

Men weet intussen hoe Jean-Pierre Bemba in december 2002 heeft huisgehouden in Ituri, in Noord-Oost-Congo. De leden van Bemba’s MLC-militie (“Mouvement pour la Libération du Congo”, handlanger van Uganda) hebben er op grote schaal gemoord en verkracht, tesamen met de RCD-N-militie van Roger Lumbala . Ze zijn zich te buiten gegaan aan kannibalisme, of hebben ze bewoners verplicht het vlees te eten van hun familieleden.
Dat was tot dusver Bemba’s laatste excursie. Maar in de toekomstige overgangsregering van Congo is voor Bemba de portefeuille van Buitenlandse Zaken weggelegd. En Lumbala krijgt Toerisme !

Pretoria zou Congo zogezegd uit de impasse van vijf jaar oorlog moeten halen.
De oorlog begon in augustus ‘98 toen Rwanda en Uganda een aanvalsoorlog tegen Congo ondernamen. Ze wilden president Laurent Désiré Kabila likwideren. Kabila verdedigde principieel het zelfbeschikkingsrecht van Congo. En dat is in de Nieuwe Wereldorde ‘Not Done’. Het opzet om Kabila uit te schakelen, mislukte maar Rwanda en Uganda bezetten met hun eigen troepen en met de steun van de collaborateurs nagenoeg de helft van het immense Congo.

Pretoria veegt de spons over dat recente verleden en regelt dat Congo zich moet verzoenen. Het zegt dat de verscheidene partijen - regering, MLC, RCD..., ook wel : les composantes - tesamen een regering van nationale unie moeten vormen, die binnen 24 maanden parlements- presidentsverkiezingen moet uitschrijven; het zegt ook dat het regeringsleger en de milities moeten opgaan in één nieuw leger. Dat alles staat gedecreteerd in een document van 21 bladzijden, annexen inclusief.

Maar de inkt van Pretoria was nog niet opgedroogd, of de toekomstige excellenties Lumbala en Bemba trokken op expeditie naar Ituri, de RCD ontplooidde terreurcommando’s in Zuid-Kivu, en Rwanda en Uganda stuurden verse troepen. De feiten zijn gedocumenteerd en bewezen. Bemba heeft de beschuldigingen van kannibalisme toegegeven. Maar Bemba’s MLC mag volgens Pretoria in het Congo van morgen de Assemblée Nationale voorzitten !

Overgang op zijn Westers
“Pretoria” en eerdere schema’s om aan Congo een nieuwe politieke orde op te leggen (zoals het Akkoord van Lusaka van juli 1999) bepalen de politiek van de Internationale Gemeenschap.
Dat is niet verwonderlijk. De blauwdrukken voor deze akkoorden zijn in Europa en de States getekend. De Belgische Buitenlandminister Louis Michel is fier dat zijn kabinet de inspiratie voor “Pretoria” heeft geleverd. “Bekijk de tekst eens grondig”, zo zei Michel begin januari in Kinshasa, “en vergelijk hem met de sneuveltekst van de Ronde-Tafel van Brussel [van januari 2002] die ik heb voorgezeten, en u zult zien dat die conferentie voor een goed deel de inspiratiebron is geweest voor de akkoorden die er nadien zijn gevolgd” (Le Potentiel 6 januari 2003).
De Belgische regering wil dus haast maken met “Pretoria”. “Nous ne pouvons pas perdre de temps, car chaque jour qui passe permet à des forces « négatives » d'embarrasser le processus de paix”, zei Louis Michel begin januari aan de Zuid-Afrikaanse president Thabo Mbeki (Le Soir 9 januari 2003).

Michel reisde toen in spoedtempo naar zeven Afrikaanse hoofdsteden. Dat er in Ituri slachtingen hadden plaatsgevonden, was toen al bekend. Maar Michel noemde ze “taquineries”, plagerijen; hij veroordeelde de daders niet, hij zei enkel dat “het niet het moment is voor persoonlijke nummertjes” !

Een week later, van 13 tot 16 januari, ging André Flahaut bij les composantes op bezoek. Tijdens zijn reis kwamen de bewijzen boven water dat Bemba en Lumbala verantwoordelijk waren voor kannibalisme. Maar Flahaut hield vast aan zijn geplande ontmoetingen met Bemba en met Azarias Ruberwa van de RCD-terreurorganisatie in Goma.

Minister van Defensie Flahaut gebruikte de militaire coöperatie als drukkingsmiddel om “Pretoria” te doen opschieten.
Die coöperatie stopte in 1990 nadat de politie van toenmalig dictator Mobutu op de universitaire campus van Lubumbashi tientallen studenten had vermoord en Mobutu’s militairen in Kinshasa grootschalige plunderingen hadden uitgelokt.
De top van het regeringsleger in Kinshasa vraagt niet liever dan dat de Belgische militaire coöperatie hervat. De chef van de militaire staven en de directeur van de militaire scholen gaven Flahaut heuse verlanglijstjes mee. Flahaut liet verstaan dat België de schoolgebouwen zou kunnen renoveren en instructeurs en lesmateriaal zou kunnen sturen. “Maar als de coöperatie herneemt, moeten we wel voorzichtig zijn”, aldus Flahaut, “zodat we de fouten van vroeger niet herhalen”.
In het licht van “Pretoria” komt dat erop neer dat België niet méér mag geven aan één partij dan aan een andere. Als het risico bestaat dat het regeringsleger meer van de coöperatie zou profiteren, dan de MLC- en RCD-milities, dan moet de coöperatie direct weer teruggeschroefd, zo viel in het gevolg van Flahaut te horen. Kinshasa moet dus de bijwerking accepteren van een mogelijke nieuwe militaire coöperatie : aan de militaire scholen van de regering zullen bij voorbeeld ook militie-leiders getraind moeten worden, in het kader van het nieuwe eengemaakte leger. Want “Pretoria” bepaalt dat er zo’n leger moet komen.

Brussel doet Bemba bijdraaien
Hoewel Laurent-Désiré Kabila en zijn opvolger Joseph Kabila het land tegen de aanvalsoorlog van Rwanda en Uganda en tegen de collaboratie hebben verdedigd, zijn hun regeringen voor de Belgische regering niet méér legitiem dan de collaborateurs Bemba of Ruzerwa. Flahaut maakte dat tijdens zijn Congo-trip meer dan duidelijk. Hij praatte met zijn Congolese collega Irung Awan, maar hij wilde ook absoluut helemaal naar Gbadolite in het uiterste Noorden om daar de hand te gaan schudden van Jean-Pierre Bemba, en vervolgens naar Goma in het uiterste Oosten om Ruberwa te zien.
Daags voor de afspraak met Bemba was de Belgische delegatie bijzonder nerveus. Je voelde hoe “gevoelig” die meeting lag. De volgende ochtend kwam de Franse wereldomroep met het nieuws dat er bewijzen van kannibalisme waren in Ituri. Maar de afgezant van de VN-Mensenrechtenorganisatie zwakte de verantwoordelijkheid van Bemba af met de melding dat Bemba zelf een onderzoek zou instellen.

Toen Flahaut echter in Gbadolite aankwam, was het kwaad al afgewend. De Belgen hebben bijzonder handig gelobbyd, vermoedelijk zelfs via diplomatieke kanalen in Angola, om Bemba zover te krijgen dat hij minister Flahaut uit de wind zette. Want dat is wat er op woensdag 15 januari in Gbadolite gebeurde. Nog voor Flahaut daar de kwestie van de wreedheden in Ituri kon aansnijden, begon Bemba er zelf over. Hij zei dat vijf van zijn manschappen waren aangehouden, op beschuldiging van kannibalisme, en dat zijn organisatie zelf een onderzoek naar de ware toedracht zou doen. Flahaut bedankte opgelucht. Dat de crimineel Bemba naar zichzelf gaat enquêteren, scheen Flahaut niet te storen. Daarop drukten de twee politici elkaar de hand, en kreeg Bemba van de weeromstuit zijn status van acceptabele partij binnen het “Pretoria-proces” terug. Brussel wil niet dat Bemba van dat proces wordt uitgesloten. De Belgische regering heeft er namelijk hard in geïnvesteerd.

Uitgekiende politiek
Flahaut handelt niet zo impulsief als sommige Belgische militairen beweren.
Achteraf bekeken passen nogal wat van zijn beslissingen in een uitgekiende strategie. Hij knoopte militaire samenwerking aan met Benin, in West-Afrika. Dat land vroeg om militaire hulp maar vond naar verluidt enkel bij België gehoor. Het Belgische leger ging in Benin scholen en ziekenhuizen bouwen. Jongeren uit Belgische “opvoedingsgestichten” (zoals dat van Mol) mochten naar Benin op “survival”. “Drie van de negen kwamen zo terug op het rechte pad”, aldus Flahaut. Die ervaring speelt hij uit om Congo ervan te overtuigen dat België ervaring heeft met de reïntegratie van kindsoldaten. Nog een nuttige ervaring : Belgische militairen voeren in Kosovo en Afghanistan politie-taken uit. Dat is net wat het toekomstige Congolese leger volgens Flahaut ook moet doen.

De Belgische militaire tussenkomsten in het buitenland zijn gedrenkt in “humanitaire” propaganda. Flahaut leerde Azarias Ruberwa van de RCD-Goma kende toen hij in januari 2002 het rampgebied in Goma bezocht, na de uitbarsting van de Nyiragongo-vulkaan. Het Belgische leger snelde toen ter hulp in het kader van het B-Fast-programma : snelle internationale humanitaire hulp van Belgische civielen (NGO’s) en militairen. Op zijn recente trip naar Congo nam Flahaut tientallen NGO-mensen mee en medische hulp (“cadeaux”, liet hij zich ontvallen), om de lokale “partners” goed te stemmen. De NGO’s functioneren zo als “interfaces”, tussenpersonen.
Zo ziet de minister ook de hervatting van de coöperatie, met techniciens in plaats van regelrechte militaire instructeurs, omdat techniciens nu eenmaal minder politiek wantrouwen wekken. “Want we moeten vooruitgaan, er is een urgence”, zegt Flahaut. Hij wil niet wachten tot zijn plannen door de instellingen van de Belgische democratie zijn goedgekeurd; veel liever zet hij intussen weer wat nieuwe pionnen uit.

De chef van de Belgische militairen gaat stap voor stap te werk. En de Belgische regering pakt het ten aanzien van Congo ook zo aan. Sneuvelteksten op een Ronde-Tafelconferentie, politieke en economische druk op de regering van een land dat op zijn knieën zit, vervolgens een “globaal akkoord” om president Joseph Kabila te minoriseren en de collaboratie in een overgangsregering te loodsen. It really makes sense.

Video-picture Raf Custers : Kinderen met bwaki in Zuid-Kivu. De oorlog tegen Congo maakte minstens 3,5 miljoen doden. Maar Brussel wil nationale verzoening met oorlogscriminelen.

Copyleft : you may copy or redistribute these pictures solely for non-commercial use under the terms of the GNU General Public License as published by the Free Software Foundation.