DAG 3 = PARLEMENTAIR FORUM/INTERNATIONALE INSTELLINGEN EN FFD (3 februari) Inhoud: #, Leen Laenens evalueert parlementair forum # Internationale instellingen en duurzame ontwikkelingen (They scratch where it doesn’t itch...) # Financing For Development: niet blij met een dode mus >> LEEN LAENENS (AGALEV) EVALUEERT PARLEMENTAIR FORUM Weer een drukke dag achter de rug. Vandaag flink gemobiliseerd voor de actie met MST morgen. Op de valreep nog de handtekening van Leen Laenens gekregen op de petitie, ze vertrekt vandaag huiswaarts, morgen is het de slotzitting van de Lumumba-commissie. Nog even van de middagpauze geprofiteerd om een gesprekje te hebben over het parlementair forum dat naast het Sociaal forum voor de tweede keer werd georganiseerd. “Er schort nog een en ander aan de organisatie. Vorig jaar was er een comité gevormd dat de opdracht meekreeg om het parlementair forum van dit jaar voor te bereiden. Maar ze zijn er niet in geslaagd om op voorhand teksten rond te sturen. Het enige dat we kregen bij het begin was een papier met de 4 thema’s in ééntalig Portugees. Op die manier kan je niet goed werken, als alles steeds mondeling moet gaan.” Vier thema’s speelden de hoofdrol op het parlementair forum. De zogenaamde ‘oorlog tegen het terrorisme,’ Argentinië, een mogelijke nieuwe wereldorde en de eigenlijke resoluties die uit het forum voortkomen. Leen Laenens: “de oorlog is inderdaad een thema dat voortdurend terug komt, het is duidelijk dat de beelden van een kapotgeschoten Afghanistan, ondanks de VS propaganda, mensen in de hele wereld hebben geraakt.” (Overigens hangen overal affiches met George Bush erop, aangewezen als terrorist van de eerste orde) Palestina is een andere brandhaard waarop hier gereageerd wordt. In een artikel van De Standaard (vrijdag laatstleden) staat te lezen hoe Ariël Sharon de dag ervoor had verklaard dat “hij er spijt van heeft dat hij de Palestijnse leider Yasser Arafat niet heeft laten liquideren tijdens de Libanese oorlog in de jaren tachtig.” Ongelooflijk toch dat zo’n figuur premier van een democratisch land kan zijn. Leen Laenens: “uit de interventies van de aanwezige Palestijnse parlementsleden blijkt dat ze zich werkelijk totaal verlaten voelen, alsof de hele wereld hen heeft laten vallen. Eerlijk gezegd lijkt het daar ook wel op. “ Concreet resultaat is alvast een aantal resoluties die uitgevaardigd werden: zo is er een duidelijke keuze gemaakt voor een parlementair netwerk, dat eerst en vooral regionaal moet gestructureerd worden, en dat binnen het kader van het charter dat vorig jaar is opgesteld. Verder is een resolutie gestemd over de Alca (Área de Libre Comercio de las Américas) die van het gehele continent één grote vrijhandelszone moet maken. Over Argentinië en Monterrey: wat zijn de minimum doelstellingen die zouden moeten verwezenlijkt worden - 0,7-norm, Tobin-taks, maatregelen tegen de fiscale paradijzen etc.Nog andere resoluties: rond de voorbereiding van Johannesburg begin september (Rio +10 of de volgende milieuconferentie) en de biodiversiteit. En tenslotte de oorlogsituatie, wat zonder twijfel het meest gevoelige onderwerp was. Wat gebeurt er nu met die resoluties? Leen Laenens: “wat hier uitgekomen is, moet zichtbaar worden binnen het werk van de parlementairen, ook de minder opvallende, zoals die over de biodiversiteit. Deze resolutie heeft een goede voorbereiding gekregen via het comité van de Rio+10 voorbereiding. Dit comité werd bevolkt door een 1000-tal mensen van allerlei strekking, niet enkel parlementairen. Onze Olivier Deleuze deed er nog een opgemerkte tussenkomst over Kyoto.” Volgens Leen is de noodzaak nu meer dan ooit om de democratie te institutionaliseren. Hoe ze dat ziet? “Niet in de zin van een wereldparlement, maar eerder als een netwerk van parlementairen. Er moet trouwens nog zoveel gebeuren. Want wat doen we met de uitvoerende macht op regionaal en mondiaal niveau? Welk beslissingsniveau moet welke beslissingen nemen en hoe kan je democratische controle uitoefenen op al die niveau’s?” >> INTERNATIONALE INSTELLINGEN EN DUURZAME ONTWIKKELINGEN (They scratch where it doesn’t itch...) Op de ochtendconferentie over duurzame ontwikkeling, citeerde VS activist John Cavanaugh een guatemalteekse boer in een gesprek met mensen van de wereldbank: ‘We don’t like your bank too much. They scratch where it doesn’t itch’ (zij krabben waar het niet jeukt) . Een leuke manier om duidelijk te maken dat het beleid van internationale instellingen zoals de Wereldbank en het Internationaal Muntfonds in het beste geval weinig aanbrengt voor ontwikkeling, en in heel wat gevallen gewoon haaks staat op wat nodig is. Ondanks de ongelukkige (want veel te enge) titel ‘ecologische duurzaamheid’ was dit één van de betere en nuttige conferenties van het forum. Zowel Ricardo Navarro van Friends of the Earth El Salvador, als de Duitse wetenschapper Wolfgang Sachs en John Cavanaugh maakten wel erg duidelijk dat de strijd voor economische gelijkheid en herverdeling niet los te maken is van een drastisch beleid inzake ecologische duurzaamheid. Ecovedette Vandana Shiva viel wat uit de toon, maakte het zich al te gemakkelijk met een aaneenschakeling van sloganeske oneliners en vage principes. Een slechte dag wellicht, of net iets meer oog voor de tribune dan voor de inhoud. Belangrijker was dat tijdens de conferentie de conclusies werden voorgesteld van een rapport van het internationaal forum over globalisering (Met mensen als Lori Wallach, Walden bello, Martin khor, Vandana Shiva, enz.). ‘A better world is possible. Alternatives to economic Globalization’ is de titel, en het is op zijn minst een zeer nuttige poging om een samenhangend pakket analyses en voorstellen samen te schrijven. Het rapport zal binnenkort terug te vinden zijn op de website : www.ifg.org. Erg bemoedigend, vonden wij hier. Want de toekomst van het social forum, van de beweging voor een andere globalisering, en (uiteindelijk ook een beetje) van de wereld, hangt af van onze capaciteit om goede alternatieven te formuleren en door te drukken. >> FINANCING FOR DEVELOPMENT: NIET BLIJ MET EEN DODE MUS Porto Alegre valt net iets meer dan een maand voor de grote VN conferentie over ‘financing for development’. We zitten wat FFD betreft in een raar parket. Volkomen onverwacht is men het op het einde van de laatste voorbereidende commissie (tussen 14 en 25 januari) eens geraakt over de ontwerptekst voor de conferentie. Dat betekent dat er op de conferentie zelf in maart in Mexico eigenlijk niet meer moet worden onderhandeld. Alleen als een of andere belangrijke regering niet kan leven met het compromis dat door de diplomaten werd bereikt, kan de tekst nog worden ‘opengebroken’. Hallelujah , goed gewerkt , denk je dan. Toch was de stemming gisteren , op de sessie van het sociaal forum over FFD, allesbehalve enthousiast. Woordvoerders van de Ngo’s waren ontgoocheld en verontwaardigd. De NGO’s hebben zich als een duivel geweerd in de voorbereiding van deze conferentie. We hadden er meer spreekrecht en deden concretere voorstellen dan op eender welke vorige VN conferentie. Met de vlakke en kleurloze eindtekst die nu voorligt voelen we ons bekocht. Zeker als je de aanbevelingen afmeet aan de verwachtingen bij het begin van de voorbereidingen van de conferentie wordt het olympisch minimum niet gehaald. Dit is niet de doorbraak die ons op weg zet naar het realiseren van de in de VN overeen gekomen millennium doelstellingen (met onder andere het halveren van het deel wereldbevolking onder de armoedegrens) De discussie hier op het sociaal forum stelde de juiste vragen: hoe kunnen we individuele regeringen en landengroepen dwingen om verder te gaan dan het bereikte compromis/ hoe kunnen we de conferentie in Monterrey toch gebruiken in onze continue strijd rond de agendapunten die er op de agenda staan/ Hoe moeten we ons organiseren om alternatieve voorstellen luid en duidelijk aan bod te krijgen in de politieke discussies en de mediarapportering tijdens de FFD bijeenkomst? Eén zaak werd duidelijk. De regeringsleiders zijn niet van ons af. Of het nu in Mexico is , of in september op de conferentie over duurzame ontwikkeling in Johannesburg, of bij het beleidswerk in Brussel en andere hoofdsteden. De druk zal blijven, met scherpe analyse van de voorstellen, met concrete alternatieven, én met publieke acties om de bewindslui op hun verantwoordelijkheid te wijzen. Rudy De Meyer en Koen Stuyck