Met Gilberto hadden we te 7.30 uur afgesproken om samen naar de start van de protestactie van de Movimento Sem Terra te gaan. Ondertussen zal het ACV actie gaan voeren aan de Carrefour van Porto Alegre, want vakbonswerk wordt er helemaal niet geduld en er wordt zondagswerk opgelegd (heeft LBC destijds aan GB geen actie gevoerd tegen het zondagswerk?) Ongeveer 700 gezinnen worden van de door hen bezette grond verdreven en geweld wordt daarbij niet vermeden. Deze beweging heeft al vele jaren dergelijke grondbezettingen gedaan, Het gaat altijd om braakliggende stukken grond, die door de grootgrondbezitters niet gebruikt worden. Maar de landloze boeren van Brazilië nemen dan maar zelf het initiatief en nemen een stuk grond, bewerken dat om te overleven en trachten nadien via kleine coöperatieve initiatieven het inkomen van de gezinnen te verzekeren, en onderwijs en gezondheidszorgen te organiseren. De grootgrondbezitters claimen de eigendom van die gronden en zwaaien met papieren eigendomstitels. Gilberto legt ons uit hoe je oude documenten kan maken. Je stopt het samen met een tiental sprinkhanen (Grilo's) in een zak en na een tijdje zit het document vol kleine gaatjes. Dompel het blad in bloed en water en je krijgt er de doffe geur bij. De grondbezitters kopen vb. vijf hectare en palmen de ganse omgeving mee in, op basis van hun 'eigendomsacte'. Na een lange omzwerming door de stad en geremd door twee betogingen (tijdens dit Wereldforum wordt de stad elke dag overspoeld met betogingen) kunnen we aansluiten in de protestmars van MST. We trekken op naar de burelen van het houtbedrijf dat de grond bezit. Onderweg houden we even halt bij een grote appartementsblok die sinds vorige week is ingenomen door daklozen. De onderlinge solidariteit is groot. Na lang aandringen wordt een kleine delegatie in de hall van het burelecomplex ontvangen. Ik kan meegaan. Op de vierde verdieping waar zijn, komen we niet. Een kalende zestiger mag ons ontvangen. De eisen zijn duidelijk: stop het geweld tegen de boeren; verdrijf de mensen niet van het terrein; de 20.000 hectare moet onteigend worden ten voordele van de boeren. Het werd een dovemansgesprek. Vier punten kunnen we aan de betogers meedelen, die buiten de straat blokkeerden en slogans bleven schreeuwen. "Ik ben maar een afgevaardigde, ik ben de tresaurier van het bedrijf. Het is mijn baas die beslist. Bovendien moeten jullie niet hier, maar in de Parana betogen want daar worden de beslissingen genomen." Op de vraag wat de brave man zelf dacht over de situatie, beklemtoonde hij dat zijn private mening niets terzake doet. Hij doet zijn job en persoonlijke meningen verkondigen is daar niet bij. Als we aandringen en vragen wat hij zelf als mens denkt van het gebruikte geweld, wordt hij heel stil, slikt moeizaam iets door en zegt 'geen commentaar'. Met Pedro had ik een korte babbel over de WBCA-werking in Latijns-Amerika. Pedro, verantwoordelijk voor de werking in het ganse continent, woont in Rio de Janeiro en kijkt al uit naar het carnavalsgeweld dat daar weer zal losbarsten. Een geweldige jaarlijkse belevenis, vertrouwt hij me toe. Dit jaar is een jaar van verkiezingen, op alle niveaus en met als besluit de presidentsverkiezingen in oktober. De kandidaat van de Partido do Trabajadores maakt momenteel de beste kansen. Dit jaar zal dus echt weinig kunnen gebeuren naast deze verkiezingsslag. Het moeizame maar boeiende werk van de internationale werking wordt sterk beïnvloed door de vaak lage geschooldheid van de arbeiders en door het gebrek aan inkomen voor de gezinnen. En toch houdt Pedro er de moed in. Het Wereld Sociaal Forum betekent voor hem het op gang brengen van een noodzakelijke wereldwijde tegenmacht om het neoliberale kapitalisme het hoofd te bieden. Om precies half zes zat ik op de eerste rij van zaal drie. Geen tien minuten later zaten ruim duizend wereldburgers op het topje van hun stoel. Rigoberta Menchu kwam iets na zes uur onder een geweldig applaus binnen om een getuigenis te geven. Eerst werd het woord gevoerd daar een Palestijnse vrouw, die deel uitmaakt van de internationale protestbeweging tegen elke vorm van discriminatie en fundamentalisme. Hugo Blanca uit Peru beklemtoonde het belang van internationale solidariteit tussen de volkeren en verwees daarbij naar de inspanningen die de Europeanen gedaan hebben voor de Chilenen ten tijde van de militaire dictatuur. Rigoberta doet haar levensverhaal. De toonzetting is van een gans andere aard dan we tot nu toe gewoon zijn: geen theoretisch discours, geen gedocumenteerde expertise of doordachte bespiegelingen. Mij treft de eenvoud en het geloof in de kracht daarvan die deze kleine Guatemalteekse winnares van de Nobelprijs voor de Vrede uitspreekt en uitstraalt. Ze beseft als geen ander dat de vele spreekbeurten, ontvangsten en recepties niets met het echte leven te maken hebben. Dat is de virtuele Menchu, zegt ze. De echte realiteit wordt elke dag door gewone mensen geleefd, en is gekenmerkt door overleven. Aan de lijve heeft ze zelf ondervonden wat het is geen brood op de plank te hebben en geen onderwijs genoten te hebben. Rigoberta laat zich niet voor de kar spannen van gelijk welke politieke groep of ideologische beweging. "Voor sommigen ben in de feministe bij uitstek, anderen zien mij als communiste of socialiste. Misschien ben ik op die wijze wel het perfecte voorbeeld van de globalisering." Maar Rigoberta laat zich niet gebruiken. Ze wil gewoon klankbord zijn en de stem versterken van gewone huismoeders en werkende mensen. Ze besluit met een oproep tot respect voor culturele diversiteit en het respecteren van iedsre eigenheid. Daarin ligt de toekomst voor onze nieuze wereld. Een nieuwe wereld is dan mogelijk. Bogdan ontmoet ik in de latere avond op een terras aan de Mercado Publico. We kunnen het geluid van een manifestatie niet vermijden. Ondertussen vraagt zich niemand nog af wie de initiatiefnemers zijn en waarvoor gemanifesteerd wordt. Overdaad schaadt, ook als het op betogen voor een betere wereld aankomt. Bogdan, werkzaam op de studiedienst van Broederlijk Delen, heeft zich de voorbije dagen voornamelijk gericht op conferenties en workshops met betrekking tot 'Financing for Development', waar de financiering van de ontwikkeling van de derde wereldlanden concrete vormen moet aannemen. In maart is daarover de langverwachte VN-conferentie in Monterrey/Mexico. In New York kon Bogdan vorige week mee discussiëren en de voorstellen van de ngo's (waaronder de taks op financiële speculaties, de Tobintaks) inbrengen. De resultaten van New York, de laatste voorbereiding, zijn niet bevredigend. Maar men is er wel in geslaagd een slottekst te maken waar alle betrokken landen zich kunnen mee akkoord verklaren. En het proces van betrokkenheid was uniek: internationale instanties zoals deWereldhandelsorganisatie en de Wereldbank, regeringen en ngo's hebben in alle openheid kunnen overleggen. En dat is op zich een uniek gebeuren in de internationale diplomatie. De komende periode is er dus nog werk aan de winkel om de Belgische regering van de haalbaarheid van de ngo-voorstellen voor de financiering van ontwikkeling te overtuigen. In opvolging van het Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie in de tweede helft van 2001 mag van de ploeg Verhofstadt een moedig engagement verwacht worden. Jef Van Hecken Wereldsolidariteit Haachtsesteenweg 579 - 1031 Brussel Tel.: 02/246 36 86 - Fax: 02/246 38 85