VS willen geen pottenkijkers in Irak by Geert Van Moorter Monday, Mar. 14, 2005 at 6:17 PM |
Dokter Geert Van Moorter was tijdens en na de oorlog in Irak voor Geneeskunde voor de Derde Wereld. Na de beschieting van de Italiaanse journaliste Sgrena schreef hij deze verhelderende Opinie die op 10 maart, wat ingekort, verscheen in De Standaard. Prima om te mobiliseren voor de Europese anti-oorlogsbetoging van 19 maart!
De in Irak ontvoerde Italiaanse journaliste Giuliana Sgrena werd meteen na haar vrijlating, op 4 maart, beschoten door Amerikaanse soldaten. Sgrena zegt in een reactie dat haar ontvoerders kort er voor nog waarschuwden dat ’de Amerikanen nog zouden kunnen tussenkomen. Ze willen niet dat je terugkeert‘. Volgens haar echtgenoot ging het om een bewuste aanslag, omdat ze te veel weet.
Dat doet me denken aan de beschieting van het Palestine Hotel op 8 april 2003, waarbij twee journalisten omkwamen. Ik was toen in Irak voor Geneeskunde voor de Derde Wereld. Bij die beschieting zat ik twee verdiepingen lager en hielp ik bij de reddingsoperatie. Het Amerikaanse leger gaf als excuus dat ze vanuit het hotel beschoten werden. Maar niemand in of rond het hotel had een schot gehoord. Een Amerikaanse soldaat legde me later fier uit hoe hij van in zijn tank op 2000 meter een hoofd duidelijk kan zien. De soldaat in de Amerikaanse tank die vuurde naar het Palestine Hotel kon dus duidelijk de journalisten én hun camera zien. Het geheim rapport van het Amerikaanse leger vond geen enkele fout bij zijn troepen.
Dezelfde dag werd ook het kantoor van Al Jazeera vanuit de lucht aangevallen. Een journalist kwam daarbij om. Paul Pascual van Reuters bevestigde me dat het Amerikaanse leger wist waar Al Jazeera zat. Hij had, op verzoek van Al Jazeera zelf, de GPS-coördinaten van het kantoor aan het Pentagon doorgegeven zodat het niet zou beschoten worden.
In maart 2004 werden twee journalisten van een andere Arabische zender, Al Arabiya, in het hoofd geschoten nadat ze zich hadden geïdentificeerd bij een Amerikaans check-point en ervan wegreden.
In augustus 2004 sloot de door de VS geïnstalleerde Irakese regering de kantoren van Al Jazeera gedurende een maand, nadat de VS-minister van Defensie, Donald Rumsfeld, de zender had beschuldigd van anti-Amerikanisme.
Eason Jordan, de directeur informatie van CNN, zei in januari 2005 op het World Economic Forum in Davos dat verschillende journalisten in Irak het doelwit waren geweest van het Amerikaanse leger. Hij nam daarna - onder druk - ontslag. Hij zei dat hij verkeerd begrepen was.
De International Federation of Journalists (IFJ) beschuldigt de VS ervan de media in Irak te willen controleren en intimideren. Over de dood van dertien door Amerikaanse soldaten neergeschoten journalisten in Irak - bijna allen niet embedded - is er volgens het IFJ nog steeds geen ernstige verklaring afgelegd, of onderzoek gedaan.
Zijn dat allemaal vergissingen of toeval?
Wat hebben de Verenigde Staten te verbergen?
De VS worden in Irak geconfronteerd met toenemend verzet. Een verzet dat ze met een vuile oorlog proberen te breken: hele steden en dorpen worden 'gezuiverd van terroristen'. In de ziekenhuizen van Bagdad, Ramadi en Fallujah heb ik de gruwelijke resultaten daarvan gezien: veel dode en gewonde burgers, slachtoffer van (cluster)bommen, of neergeschoten tijdens huiszoekingen, bij check-points, gewoon op straat.
Ik heb kunnen ondervinden dat het Amerikaanse leger zelf een factor van onveiligheid is. Amerikaanse soldaten schieten straffeloos op alles wat ze verdacht vinden. Ze schieten zelfs op ziekenwagens. Toen ik een soldaat daarover aansprak, zei hij: ,,Die ziekenwagen had wel eens vol explosieven kunnen zitten.'' Dat de Conventie van Genève dat verbiedt, never mind. Ze weten dat ze straffeloos te werk kunnen gaan. Want Bush heeft met zijn preventieve aanval tegen Irak het voorbeeld gegeven.
In augustus 2003 vroeg ik een Amerikaanse MP (Militaire Politie) wat hij doet als hij verdachte mensen ziet wegrennen . ,,I finish them'', was zijn reactie. Hij vertelde me dat hij zelfs geen proces-verbaal hoeft op te stellen als een Irakees door een Amerikaanse soldaat wordt doodgeschoten. Als er dan toch een rapport moet komen, ,,dan passen we het verhaal aan in de zin dat die man ons bedreigde of al schietend wegliep.''
En in november vorig jaar zagen we op tv een Amerikaanse marinier een gewonde Irakees in een moskee afmaken, tijdens de aanval op Fallujah. De soldaat was zich van geen kwaad bewust, zulk gedrag is niet ongewoon in bezet Irak. Maar doordat de beelden de wereld rondgingen, moest hij zich verantwoorden. Het Amerikaanse leger stelde hem eind februari buiten vervolging.
Al minstens 100.000 Irakezen stierven door deze oorlog
Er sterven veel meer Irakese burgers door acties van het Amerikaanse en het Britse leger dan door zelfmoordaanslagen. Voor alle duidelijkheid, niemand kan aanvallen tegen onschuldige burgers goedkeuren, noch die van het Amerikaanse leger, noch die van sommige groepen in Irak die niets met het gewettigd verzet tegen de bezetting te maken hebben.
Volgens het prestigieuze medische tijdschrift The Lancet waren in oktober vorig jaar al minstens 100.000 Irakezen gestorven door de oorlog. De helft hiervan kwam om door een gewelddadige oorzaak, waarvan 84 procent door het Amerikaanse of het Britse leger (vier procent door het verzet). De Verenigde Staten proberen die vuile oorlog te verbergen, zoals bij de belegering van Fallujah waar het ziekenhuis werd bezet zodat zelfs de verhalen van de artsen, of beelden van de slachtoffers, de buitenwereld niet konden bereiken.
En zo zijn het bijna enkel de zelfmoordaanslagen die in beeld komen.
In Irak heerst de complete chaos. Ik deed samen met Irakese collega's onderzoek naar de gezondheidssituatie in Irak. Twee jaar na de val van Bagdad is de toestand er dramatisch. Niemand is er nog veilig. De koopkracht, de voedingssituatie en de levensomstandigheden zijn danig verslechterd. Meer dan de helft van de bevolking zit zonder werk, dus zonder inkomen. De prijzen voor voedsel en transport zijn meer dan verdubbeld. Er zijn grote problemen met elektriciteit, drink- en afvalwater en huisvuil. De kindersterfte is daardoor gestegen. En de medische infrastructuur is nog niet verbeterd.
De bezetters schijnen zich vooral bezig te houden met hun eigen belangen en hun eigen veiligheid. Iedere steun aan die bezetting - ook via opleiding van Irakese militairen, politie en justitie, zoals o.a. België gaat doen - verstevigt de Amerikaanse greep op Irak. Een groot deel van de rijkdom van het land, de olie, riskeert dan naar Westerse multinationals te gaan. Dit komt de bevolking van Irak niet ten goede. En de chaos riskeert langer te blijven duren.
De grote meerderheid van de Irakezen wil het bezettingsleger weg. Hoe sneller er een einde komt aan de bezetting, des te groter de kans op echte vooruitgang voor de Irakese bevolking.