Moeder, in welke maatschappij leven wij?
by Kif Kif Mediawatch Friday, Jan. 28, 2005 at 5:21 PM |
ico@kifkif.be
|
Analyse van de 'interessante denkpiste' van Marino Keulen.
Moeder, in welke maatschappij leven wij?
Ico Maly
27/01/2005
Moeder, in welke maatschappij leven wij? Laten we voor deze vraag eens te rade gaan bij onze huidige Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering Marino Keulen. Hij is van mening dat we in onze maatschappij “welvaart moeten verdienen”(i ). Dit werd al duidelijk met de publicatie en mediaberichtgeving over zijn kersvers beleidsplan in het kader van inburgering. In De Morgen van 19 september 2004 kondigt hij aan dat: "De groep mensen die verplicht moet inburgeren een stuk groter [wordt] (…) Dat gaat niet alleen om het leren van het Nederlands, maar ook de acceptatie van het westerse waardemodel. (…) Bovendien kunnen mensen die de verplichting niet naleven een woning of appartement geweigerd worden."(ii) Migranten moeten Nederlands kennen voordat ze zich mogen beroepen op hun recht op een woning. Geen Vlaams, geen huis. Weg met het sociale vangnet en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Eigen schuld dikke bult lijkt de leuze van onze minister.
Integratie: geen Vlaams, geen huis!
De drie grootste Antwerpse huisvestingsmaatschappijen vinden dit blijkbaar een schitterend idee en voelen zich vrij om de Minister te ‘ondersteunen’ met beleidsvoorbereidend werk. Meer nog één huisvestingsmaatschappij (SHM) is de minister voor en brengt illegaal het ‘nieuwe beleid’ al geruime tijd in de praktijk. Hoewel hier een loopje genomen wordt met de grondwet (artikels 10 en 23) en de geldende sociale huurwetgeving is de voorzitter van de Antwerpse huisvestingsmaatschappij (SHM) 'De Goede Woning' Fonds Kockx (CD&V) ervan overtuigd dat hij met zijn maatschappij goed bezig is.
Minister Keulen tikt deze huisvestingsmaatschappij niet eens op de vingers, maar stemt volmondig in met de denkpiste. “Mensen die in aanmerking willen komen voor een sociale woning, zullen vanaf volgend jaar Nederlands moeten kennen. Vlaams minister van Wonen Marino Keulen (VLD) heeft daarover een plan uitgewerkt. Na twee jaar moeten de kandidaat-huurders een basiskennis van het Nederlands hebben of aan een cursus begonnen zijn."(iii) Maar iedereen kan gerust zijn, volgens onze minister is dat geen uitsluitende of discriminerende maatregel.
Vreemd. Iedereen, met de minister van Inburgering voorop hoort toch te weten dat de voorgestelde maatregelen indruisen tegen het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en de grondwet, flagrant in strijd zijn met het geldende sociaal huurreglement en in het bereik vallen van de antidiscriminatiewet. Toch volgt aan Vlaamse zijde geen golf van verontwaardiging, integendeel. Dit voorstel kan rekenen op de sympathie van menig journalist. Bart Sturtewagen schrijft: “Keulens plan moet een bijkomende aanmoediging zijn voor iedereen die zich hier duurzaam vestigt, om Nederlands te leren. Niets meer, niets minder. Bij die inspanning hoort het recht op de volle ondersteuning van de Vlaamse gemeenschap” (iv). De maatregel wordt dan ook verkocht als zijnde een goede zaak voor de sociale mix, het samenleven, het vermijden van getto’s en de veiligheid. ,,Het is de bedoeling de leefbaarheid en de samenhang in de sociale woonblokken te verhogen en de sociale interactie tussen huurders en maatschappij te bevorderen. Het gaat niet om een straf of een manier van uitsluiten.''(v)
Hoe kan een maatregel die ermee dreigt mensen een dak boven het hoofd te ontzeggen, bijdragen tot de leefbaarheid en de sociale interactie tussen huurders? Zou wonen op zich, in een huis, in een wijk niet evenveel of zelfs meer bijdragen tot de sociale interactie en de integratie? Zal het voorgestelde beleid niet eerder het tegendeel realiseren?
Hoe kan deze maatregel nu bijdragen tot de veiligheid van de allochtonen en autochtonen die noodgedwongen bij huisjesmelkers of op straat belanden. Hoe kan deze discriminerende maatregel ooit in het voordeel spelen van de geviseerde personen, de zwaksten? Toch de ‘doelgroep’ bij uitstek van een sociaal woningbeleid of niet? Dient een sociaal woningbeleid niet in eerste instantie de sociaal zwakkeren te helpen in plaats van (te dreigen met) ze dakloos te maken en de illegale woningmarkt een boost te bezorgen.
De trucs van de foor
Om de antidiscriminatiewet te omzeilen, wil Keulen de taalvereiste voor alle kandidaat-huurders, allochtoon of autochtoon in het huurbesluit inschrijven. ,,We werken met objectieve voorwaarden die voor alle kandidaat-huurders gelden, ongeacht hun huidskleur of afkomst.''(vi) , verkondigt minister Keulen. Onder deze ‘mooie stellingname’ schuilt echter een val van formaat. Immers “Keulen wil dat de inschrijving in een Belgische of Nederlandse school voortaan geldt als bewijs van basiskennis van het Nederlands. Wie dat bewijs niet kan voorleggen moet een taalcursus volgen."(vii) Eindelijk heeft de minister de lang gezochte toverformule gevonden om de ellenlange wachtlijsten in te korten: taal.
Wie komt in het vizier van dit beleid? Inderdaad niet enkel asielzoekers dreigen het slachtoffer te worden van de nieuwe maatregel, ook de allochtonen en de autochtone kansarmen zullen overgelaten worden ‘aan de verdere autonomie van de huisvestingsmaatschappijen’. De huisvestingsmaatschappij mogen blijkbaar autonoom en met instemming van de minister discriminerende (en politieke) criteria toepassen. In de praktijk zullen duidelijk allochtonen geviseerd worden en hiervan de dupe zijn. Blijkbaar moeten we dit, zonder tegenspraak een goede zaak vinden voor de samenleving.
Of dit dan een goed sociaal woningbeleid is, valt sterk te betwijfelen. Zelfs bij een oppervlakkige kijk op de huidige situatie is duidelijk vast te stellen dat allochtonen momenteel oververtegenwoordigd zijn in de markt van lage-kwaliteitswoningen. Tevens hebben verschillende onderzoeken reeds bewezen dat racisme en marktmechanismen hiervan de oorzaken zijn. Het nieuwe beleid van de minister dreigt dit enkel aan te moedigen en te legitimeren. Dergelijke maatregelen drijven de zwaksten in de armen van de huisjesmelkers of sturen ze de straat op. De minister lijkt dit een goede zaak te vinden. Betalen we dan voor de woningen van de goedopgeleiden van onze maatschappij en de uitsluiting van de mensen die er de meeste nood aan hebben? Is dit de gekozen piste van het beleid?
Als het afhangt van de minister en de drie Antwerpse huisvestingsmaatschappijen blijkbaar wel. “De directies van de drie grote Antwerpse sociale bouwmaatschappijen willen niet alleen het Nederlands als taal onder hun bewoners, ze wensen ook niet meer dan een derde allochtonen van dezelfde afkomst in de flatgebouwen. Zij willen hun deuren dicht houden voor niet-erkende asielzoekers en ze vinden dat ze in wijken met lage inkomens ook actief kandidaten met een hoog inkomen mogen zoeken als huurder.”(viii) Onder het mom van gettobestrijding en het bevorderen van de sociale cohesie worden de grondrechten van de meest kwetsbare groepen uit onze samenleving ondergraven. Weg met het sociale vangnet voor behoeftigen! De “sociale mix” krijgt prioriteit ten aanzien van de grondrechten.
Een koude, harde en rechtse wereld
De dreiging om dakloos te worden zou bevorderlijk zijn voor de integratie. Niets voor niets, remember: welvaart moet je verdienen. Het ‘gelijke rechten en plichten-verhaal’ dat het beleidsplan van minister Keulen hoog in het vaandel leek te dragen, is al snel ontaard in een verdoken ‘extra plichten voor migranten-verhaal’. Samenlevingsproblemen zouden als sneeuw voor de zon verdwijnen als allochtonen Nederlands spreken. Het beeld wordt geschapen alsof allochtonen/asielzoekers geen Nederlands kennen of willen leren en dat de ‘problemen’ in wijken afhangen van het al dan niet Nederlands spreken van migranten. Het lijkt er op dat autochtonen opeens wel met allochtonen zouden spreken, maar ‘nu kan het gewoonweg niet’. Kortom de ‘allochtonen’ zijn de oorzaak van de verregaande individualisering en de verbrokkeling van de sociale cohesie. Zij zorgen voor problemen en niemand anders.
Voor de goede lezer was deze vooronderstelling al duidelijk aanwezig in het beleidsplan inburgering, waar de acties ten aanzien van de ‘autochtonen’ en onze organisaties beperkt bleven tot enkele ‘sensibiliseringsinitiatieven’ terwijl de ‘allochtonen’ bedolven werden onder de verplichtingen. Racisme en discriminatie wordt doodgezwegen en in het kader van deze nieuwe maatregel zelfs gelegitimeerd door mooie woorden en -als het even kan- zelfs geïnstitutionaliseerd. Qua voorbeeldfunctie ten aanzien van de privé-markt kan dit tellen.
Wat men maar niet wil inzien is dat men zijn rechten nodig heeft om zijn plichten te vervullen. Het hebben van een dak boven het hoofd is een middel tot integratie. Het kan dus niet als een beloning gehanteerd worden. Hoe dergelijke maatregelen ooit te rijmen zijn met de doelstellingen van een sociaal huisvestingsbeleid, is een onoplosbaar raadsel. Hoe bevordert een stijgend aantal daklozen de sociale cohesie binnen een samenleving? Welk signaal geef je hiermee als overheid naar de privé-woningmarkt waar racisme en discriminatie sinds jaar en dag bijzonder sterk aanwezig zijn? Kan deze maatregel als iets anders gezien worden dan als een zoveelste extra discriminatie?
Deze vragen wil de minister blijkbaar niet beantwoorden. De minister acht het blijkbaar ook onnodig, niet wenselijk om ze te formuleren. Terwijl het sociaal netwerk langzaam maar zeker afgebroken wordt, knikt hij instemmend en mompelt iets over ‘interessante denkpistes’, Het antwoord op de hoofdvraag kan dan niets anders zijn als: helaas, mijn kind, we leven in een koude, harde en rechtse maatschappij.
i De Morgen, 17-09-2004: Minister Keulen verstrengt en verstevigt inburgeringsbeleid (Peter Dupont)
ii De Morgen, 17-09-2004: Minister Keulen verstrengt en verstevigt inburgeringsbeleid (Peter Dupont)
iii Vrtnieuwssite, 25-01-2005: Sociale huurders moeten Nederlands spreken.
ivDe Standaard, 26-01-2005: Goede wil en eigenbelang. (Bart Sturtewagen)
v De Standaard, 24.01.2005: Basiskennis Nederlands wordt voorwaarde voor sociale woning
vi De Standaard, 24-01-2005: Basiskennis Nederlands wordt voorwaarde voor sociale woning
vii De Morgen, 25-01-2005: Nederlands kennen wordt voorwaarde om sociale woning te krijgen door Bart Eeckhout)
viii De Standaard, 31-12-2004: Plafond op allochtonen.
www.kifkif.be