arch/ive/ief (2000 - 2005)

Onverwoestbare moraal en optimisme achter de muren van ‘The new Rock’
by Katrien Demuynck Friday, Aug. 06, 2004 at 12:04 PM
katrien.demuynck@intal.be

Op zaterdag 31 juli en zondag 1 augustus 2004 konden we Gerardo Hernández, een van de vijf Cubaanse politieke gevangenen in de VS, bezoeken in de Federale Hoge Veiligheids-gevangenis van Lompoc – California.

Onverwoestbare moraa...
gerardoinlompoc.jpg, image/jpeg, 86x142

The ‘Cuban Five’

De zaak van de ‘Cuban Five’ is weinig gekend. Het gaat nochtans om een ernstig geval van mensenrechtenschending. Bovendien ontmaskert deze zaak de retoriek van Bush omtrent de ‘war on terror’. Vandaar wellicht dat ze, buiten in Miami zelf, angstvallig stilgehouden wordt.
Het gaat om vijf Cubanen die gevangen zitten in de VS. Ze werden tot uiterst zware straffen veroordeeld. Hun opdracht was nochtans infiltreren in anti-Cubaanse terroristische netwerken in Miami... met het oog op het voorkomen van terreur. De vijf werden opgepakt nadat de Cubaanse overheden op 17 juni 1998 een aantal dossiers met bezwarende informatie – door hen bijeengebracht - overmaakten aan het FBI. Ondanks herhaalde vragen vanwege de (pro-deo) advocaten van de verdediging weigerde de rechter het proces van de vijf te verplaatsen buiten Miami. Het is nochtans evident dat in Miami geen eerlijke rechtspraak mogelijk is als de belangen van de anti-Cubaanse maffia op het spel staan. Vergeten we niet dat op datzelfde ogenblik de burgemeester van Miami weigerde de beslissing van de federale overheid uit te voeren om het Cubaanse jongetje Elián González terug naar zijn vader te laten gaan. Als diezelfde federale overheid het jongetje uiteindelijk manu militari gaat ontzetten, schreeuwden de burgemeester en de chef van de lokale politie moord en brand en dreigden ze met oproer in de stad. Menige Amerikaanse vlag ging in vlammen op. Ondanks dat uiterst vijandig klimaat bleef de aanklager erbij de zaak van de vijf in Miami hoorde voor te komen. Daarbij overtrad hij meteen het 6e amendement van de Amerikaanse grondwet die elke beschuldigde recht geeft op een onpartijdige jury. Het proces verliep dan ook navenant. Ondanks zijn duur en de omvang van de dossiers – het is een van de langste processen uit de VS-geschiedenis – besliste de jury op enkele uren tijd over het lot van de beschuldigden.
De vijf verblijven sinds hun veroordeling in vijf hoge veiligheidsgevangenissen verspreid over de VS. Momenteel wachten ze op de uitspraak van het proces in beroep dat doorging op 10 maart laatstleden. Bezoek wordt maar zelden en willekeurig toegestaan. Sommigen onder hen worden zelfs het bezoek van hun echtgenotes ontzegd.
Amnesty International richtte reeds verschillende vragen aan de VS-autoriteiten ivm deze zaak, zowel wat betreft de schending van het bezoekrecht als wat betreft het verloop van het proces.
(je vindt meer op http://news.amnesty.org/mav/index/ENGAMR516072004)


Veroordeeld zonder aanklacht!

Intussen zijn over de wereld verspreid meer dan 200 comité’s met de zaak van de vijf bezig. Ook in België richtten we zo’n comité op. Het voert actie om de aandacht van de publieke opinie op deze zaak te trekken. Zo was vorig jaar Adriana Pérez, de echtgenote van Gerardo Hernández, in België om de zaak aan te klagen. Adriana kon haar man in de bijna zes jaar dat hij gevangen zit nooit bezoeken. Eén keer kreeg ze een visum. Bij haar aankomst in de VS werd ze echter onmiddellijk gearresteerd, ondervraagd en uiteindelijk op een vliegtuig terug naar Cuba gezet. Sindsdien zijn al haar aanvragen geweigerd. Zo rees bij ons de idee om vanuit België te proberen een bezoek te brengen aan Gerardo.

Gerardo Hernández kreeg de zwaarste strafmaat (2 maal levenslang plus 15 jaar). Hij is wellicht de enige man ter wereld die twee keer levenslang kreeg op basis van een beschuldiging die de openbare aanklager zelf had proberen te herroepen op 25 mei 2001, net vóór het beraad van de jury. Gerardo werd van twee zware feiten beschuldigd: “samenzwering met het oog op spionage” en “samenzwering met het oog op moord”. De eerste aanklacht werd volledig onderuit gehaald door de getuigenissen van een aantal hoge officieren van het zuidelijk commando van het VS-leger. Ze verklaarden onder eed dat er in dit geval geen sprake was van spionage. De beschuldiging van moord houdt in dat Gerardo, die in Miami verbleef, schuldig verklaard wordt voor het neerhalen door de Cubaanse luchtmacht van twee vliegtuigjes van “Brothers to the Rescue” op 24 februari 1996. De vliegtuigjes schonden het Cubaanse luchtruim herhaaldelijk. Deze beschuldiging, de poot waar het hele proces op draaide, kon echter totaal niet onderbouwd worden. Ze gaat zelfs in tegen het internationaal recht. Vandaar dat de aanklager ze nog op de valreep uit het dossier probeerde te verwijderen. Toch verklaarde de jury Gerardo schuldig over de hele lijn.


Het begon er op te lijken dat ons plan om Gerardo te bezoeken niet zou kunnen doorgaan. Maar vorig WE liet hij ons via via weten dat hij mondeling reeds de toestemming had om éénmalig bezocht te worden door Katrien Demuynck en Marc Vandepitte. Een hele opluchting, want de tickets hadden we zo wie zo al aangekocht en de passen lagen klaar...
Gerardo heeft slechts recht op een totaal van 10 verschillende bezoekers gedurende zijn tweemaal levenslange celstraf. Die mensen komen op een lijst en mogen dan onder gelimiteerde voorwaarden de gevangene bezoeken. Op dit moment staan reeds 9 mensen op die lijst ingeschreven. We wilden absoluut niet de laatste plaats op de lijst innemen, dat komt toe aan vrienden en familieleden. Bovendien is het, wegens de zeer hoge kosten, niet waarschijnlijk dat we dit soort bezoek regelmatig zouden kunnen herhalen. Dus vroegen we een uitzonderlijk bezoek aan. Uiteindelijk bleek dit niet meer of minder moeilijk dan op de bezoekerslijst zelf te geraken. Het koste zo'n twee en een half maanden tijd en veel geluk. We stuurden de nodige documenten twee keer opnieuw naar Lompoc door en belden wel 20 keer naar de gevangenis zelf. De laatste keer hebben we vermoedelijk gesproken met de counselor van de C-unit, waar Gerardo verblijft. Onze gesprekspartners identificeerden zich vrijwel nooit. Hij zei ons dat hij al wist van de zaak. Dat is logisch want de twee aanvragen waren naar hem gericht. Hij vermeldde ook dat hij wist wat het antwoord op de aanvraag was, maar dat Gerardo zelf wel zou opbellen. Dat laatste leek helemaal absurd. Ons telefoonnummer staat niet op de - ook al gelimiteerde - lijst van nummers waar hij contact mag mee opnemen. Maar goed, dat heeft hij met wat vindingrijkheid opgelost.
Toen ik Adriana verwittigde dat we de toestemming hadden was ik een beetje onzeker. Ze wist al van onze aanvraag natuurlijk. Maar het moet toch hard of confronterend zijn om er telkens weer op gedrukt te worden dat jij zelf niet bij je man kan. Maar ze was eigenlijk heel enthousiast en blij: dat we hem een dikke knuffel moeten geven en dat ze zeker een foto wil. Ongelooflijk toch hoe ze het optimisme erin houdt.
We keken echt uit om van Gerardo te vernemen hoe hij alles beleeft, hoe hij zijn motivatie hoog houdt, hoe hij de toekomst inschat, hoe het leven in zo'n hoge veiligheidsgevangenis - waar hij tussen zware criminelen verblijft - verloopt.


Ontmoeting met een ‘Nieuwe Mens’

Lompoc is een kleine stad een stuk weg van de highway die San Francisco met Los Angeles verbindt, in een troosteloos verlaten landschap. In Lompoc vind je drie zaken: bommen, bloemen en gevangenen. Vooraleer je het stadje binnenrijdt, passeer je de imposante luchtmachtbasis Vandenberg. Deze basis speelt een sleutelrol in de Star Wars. Hier worden o.a. anti-ballistische raketten getest en wordt geoefend met gesofisticeerde vliegtuigen. De militaire terreinen zijn omgeven door uitgestrekte velden waarop snijbloemen worden gekweekt. Noord-Amerika is een wereld van contrasten. Even verder bereiken we het doel van onze reis: de federale gevangenis van Lompoc en meer bepaald de afdeling ‘High Security’. Hier zitten zo’n 1700 zware criminelen opgesloten. Het complex oogt angstaanjagend. Op het jasje van de bewaker die ons binnenleidt, staat ‘The New Rock’. De beruchte Alcatras gevangenis van San Francisco werd in de volksmond ‘the Rock’ genoemd. Lompoc is er de opvolger van. In die troosteloze en grijze burcht, achter drie hoge afrasteringen versterkt met rollen prikkeldraad, zullen we kennis maken met een uitzonderlijk man: Gerardo Hernández.

Als je eraan komt wordt je direct via een luidspreker gevraagd of je geen wapens of drugs bij je hebt. Datzelfde moet je nog eens aangeven op een formulier dat aan de ingang ingevuld moet worden. Dan moet je door een metaaldetector en krijg je een stempel . Buiten de kleren die je draagt mag er absoluut niets naar binnen. Per groep worden de bezoekers door een sluis geleid. Vandaar gaat het naar een hoofdgebouw. Ook daar moet je nog een zware metalen deur voorbij en zo kom je in een bezoekersruimte. Je krijgt een plaats toegewezen, en dan is het wachten op ‘jouw’ gevangene. Een dik halfuur later komt Gerardo de zaal ingestapt.
We zien mekaar voor het eerst, maar het lijkt wel of het een blij weerzien is. We zijn al een tweetal jaar met elkaar in correspondentie. Ook met Adriana, Gerardo’s echtgenote, hebben we heel regelmatig contact. Na een stevige omhelzing moet afstand genomen worden. Een paar cipiers houden daar nauwlettend toezicht op. Het is ontzettend rumoerig in de zaal en moeilijk om mekaar te verstaan. Gerardo is erg blij met ons bezoek. Sinds zijn arrestatie is niets in zijn leven nog zeker. Hij voelt dit niet evidente bezoek aan als een kleine overwinning. Hij heeft er zelf alle mogelijke stappen voor ondernomen, en het is gelukt! Maar hoe kan iemand die tweemaal levenslang kreeg zo optimistisch blijven? Het antwoord is eerlijk. De eerste maanden na de arrestatie waren uitzonderlijk zwaar. De vijf zaten 17 maanden in eenzame opsluiting. Ze konden nauwelijks contact hebben met hun advocaten. Ze hadden geen enkel contact met hun familie. Het enige wat hen rechtop hield was het vertrouwen dat Cuba hen niet in de steek zou laten. Later, eens ze terug contact hadden met de buitenwereld, zou alles anders worden. Wat Gerardo het meest koestert is de onderscheiding die de vijf kregen als helden van de revolutie. Sinds 1959 werd die nog maar aan een 30-tal mensen toegekend. Als ik het moeilijk heb voel ik die ster op mijn borst, zegt Gerardo, en ik vat weer moed. Er zijn ook de tientallen dagelijkse brieven van over heel de wereld, tot soms zestig per dag. Daar zijn zelfs brieven van kinderen bij, zegt Gerardo. De tranen springen even in zijn ogen. Zo een brief van een kind krijgen, met moeite geschreven, dat raakt me het meest, bekent hij. Het feit dat zoveel mensen hun sympathie betuigen en voor gerechtigheid in onze zaak werken, dat geeft ons echt een ongelofelijke kracht, gaat hij verder. Als om 16 uur de post in de eenheid bedeeld wordt roepen ze hem al gauw uit de rij wachtenden om zijn dagelijkse stapel post op te halen, want er zijn zoveel brieven dat ze niet in zijn postvak kunnen en in de weg liggen voor de postbedeling… Als we hem vragen waarom hij zo een risicovolle opdracht opgenomen heeft, glimlacht hij. Ik ben helemaal geen uitzondering, hoor, antwoordt hij. Als je 10 Cubanen aanspreekt om dit soort werk te doen in het belang van ons volk, dan ben ik zeker dat 7 van hen zonder twijfelen ja zeggen. Wij weten allemaal wat het is om vrienden of familie in een aanslag te verliezen. Of hij het opnieuw zou doen? Daar heb ik al veel over nagedacht, zegt Gerardo. En ik ben eruit. Ik kan me niet inbeelden dat ik iets anders zou doen. En dan met een schalkse glimlach: ik zou misschien wat slimmer proberen te zijn, dat ze me niet vatten!
Gerardo heeft wat tickets gekocht om foto’s te laten nemen. Een klein meisje, dochtertje van een andere gevangene komt dichterbij. Haar papa is zoals het merendeel van de gevangenen in de ruimte, lid van een minderheidsgroep in de VS. Hij is Mexicaan. Het kindje wil mee op de foto staan. De mama komt bezorgd dichterbij maar laat het gebeuren. Voor een tweede foto neemt Gerardo het meisje op de arm. Ik hou zoveel van kinderen zegt hij, maar Adriana is intussen 34. Ik zal wellicht nooit vader kunnen worden.
We blijven nog vele uren praten. Het optimisme van Gerardo, zijn onbreekbare moraal en zijn vertrouwen in de toekomst maken een sterke indruk op ons. Ze contrasteren fel met de gelatenheid, frustratie en moedeloosheid die we bij de andere gevangenen zien. Op het eerste gezicht lijkt de kracht van Gerardo bovenmenselijk. We vragen hem waar hij die vandaan haalt. Hij ziet zich als deel van een heel volk dat vecht voor een alternatief maatschappijproject. Een project waarin mensen niet gedreven worden door winstbejag of persoonlijk prestige, maar door een groot gevoel van solidariteit en rechtvaardigheid. Dat moet Che bedoeld hebben als hij het had over de ‘Nieuwe Mens’, bedenken we.

Als het bezoek om is drukt Gerardo ons op het hart om iedereen in Belgie en Europa die met de zaak bezig is van harte te bedanken. Die steun, en de steun van het Cubaanse volk zorgt ervoor dat wij de moed hoog houden, verzekert hij. Hij vraagt ons om zijn dank en welgemeende groeten over te brengen aan de vele mensen die de campagne voor de vrijheid van de Vijf ondersteunen. Voor hij achter de zware deur verdwijnt heft hij zijn gebalde vuist, vastbesloten om te strijden tot de overwinning.