arch/ive/ief (2000 - 2005)

Vlaams patronaat: geef hier die zorg!
by ace Thursday, Jan. 29, 2004 at 7:15 PM
ace@steun.be

Het Vlaams Economisch Verbond, de organisatie van Vlaamse patroons, windt er geen doekjes meer om, zij willen met private ondernemers de zorgmarkt op om hier lucratieve handel op te zetten. Zij zijn de echte wegbereiders van de GATS, die internationaal àlle markten willen openbreken voor concurrentie en winstbejag in de welzijns- en gezondheidssectoren. Hun persmededeling is ten zeerste duidelijk. Hun woede is het antwoord op de manifestie van vrijdag 10h30 tegen Dewael en Landuyt aan het Martelarenplein in Brussel, met de vakbonden, werkgevers, mutualiteiten, Vlaamse steden en gemeenten en het Gehandicaptenfront, een uniek Front dat zich niet zonder slag of stoot zal laten opzij zetten.

Vlaams patronaat: ge...
dienstencheque-360.jpg, image/jpeg, 360x270

Hieronder ter illustratie, de persmededeling van 29/01/04 van het VEV. "Het is beter om zich op deze onvermijdelijke ontwikkeling voor te bereiden, dan er zich tegen af te zetten" zo besluiten zij.


Gesubsidieerd Vlaanderen zal dienstencheques niet tegenhouden (Voka-persbericht, 29/01/2004)

Vandaag voert het ‘Platform voor solidaire zorg’ actie tegen het voornemen van de Vlaamse Regering om binnenkort van start te gaan met een eigen systeem van dienstencheques. Zoals bekend kunnen met de federale dienstencheques poets- en andere huishoudelijke hulp tegen betaalbare prijzen worden aangekocht bij gespecialiseerde bedrijven; de Vlaamse dienstencheques zullen dan kunnen dienen om beroep te doen op zorgdiensten zoals kinderopvang.



Op het eerste zich hebben de tegenstanders -de vakbonden en de gesubsidieerde zorgvoorzieningen- weinig redenen om zich tegen de Vlaamse dienstencheques te verzetten.

Zo zijn het de Vlaamse vakbonden geweest die in de zomer van vorig jaar zélf in het Vlaams overleg met de idee van dienstencheques op de proppen gekomen zijn. Daar hadden ze goede argumenten voor: ze hadden immers vastgesteld dat voor heel wat van hun leden (ploegenarbeiders bijvoorbeeld) de openingsuren van de kinderdagverblijven niet aangepast zijn. Aangezien het vroeger of later openblijven van de crèches niet als de meest kindvriendelijke oplossing wordt beschouwd, wierp één van de Vlaamse vakbonden het voorstel op om ouders de mogelijkheid te geven om met dienstencheques de meest passend zorg aan te kopen. Vandaag is deze zelfde vakbond de voortrekker in het verzet tegen de idee die hij zelf gelanceerd heeft…

Ook de gesubsidieerde zorgsector lijkt weinig redenen te hebben om zich druk te maken. De afgelopen vier jaar stegen de middelen die uit de Vlaamse begroting naar deze sector toevloeien met een derde; en daar wordt door de invoering van dienstencheques geen euro van afgeknepen. Integendeel, er komt méér geld bij voor kinderopvang en daar kan de ‘marktleider’ toch moeilijk iets op tegen hebben… We herinneren er aan dat ongeveer de helft van de federale dienstencheques voor huishoudelijke hulp bij social-profit-organisaties terecht komt; voor de Vlaamse dienstencheques zal die verhouding zeker niet anders liggen. Het gebeurt zelden dat een sector protesteert tegen een maatregel die zijn omzet aanzienlijk kan doen toenemen.

Als de Vlaamse dienstencheques gesubsidieerd Vlaanderen doodsbenauwd maken, dan moet er iets anders aan de hand zijn. De dienstencheques kunnen inderdaad een ommekeer beteken in het Vlaamse zorgbeleid, doordat ze gebaseerd zijn op twee principes die voor sommigen moeilijk verteerbaar zijn: de subsidiëring van de vraag naar zorgdiensten in de plaats van het zorgaanbod, en het vrij ondernemerschap in de zorg. Twee principes waar het Vlaamse zorgbeleid dtingend nood aan heeft.

Met de dienstencheques komt de zorg-koopkracht in de handen van de zorg-consument: de ouders die een goede opvang zoeken voor hun kind, depersoon met een handicap die bijstand wil in zijn of haar dagelijks leven, de bejaarde die verzorgd wil worden, … Niet langer de overheid met haar talloze regels is de baas in de zorg, en ook niet de vele lobbygroepen met hun talloze tentakels die hun belangen veilig gesteld willen zien, wél de zorgvrager die met zijn dienstencheques zélf keuzes kan maken. De idee van vraagfinanciering wint trouwens ook los van de dienstencheques veld in het Vlaamse zorgbeleid: zo werd in 2001 reeds door het Vlaams Parlement bij decreet het ‘persoonsgebonden budget’ voor personen met een handicap ingevoerd, maar is het tot op vandaag wachten op de nodige uitvoeringsbesluiten om dit principe in praktijk om te zetten.

Verder geven de dienstencheques ook een resem nieuwe mogelijkheden om tot een echt ondernemerschap in de zorg te komen. De drempel om als nieuwe ondernemer met betaalbare zorgdiensten op de markt te komen, zonder de lange lijdensweg van de op het lijf van de bestaande voorzieningen geschreven erkennings- en subsidieregelingen te moeten doorlopen, wordt een stuk kleiner. Zoals in elke sector heeft ook de zorg nood aan nieuw ondernemerschap, zodat nieuwe aanbieders met creatieve ideeën kunnen gaan inspelen op onvervulde noden.

Voka, het Vlaams netwerk van ondernemingen, rekent er op dat de Vlaamse Regering zich niet zal afschikken door het verzet tegen de dienstencheques, en spoedig dit voornemen van de Vlaamse Ondernemingsconferentie uitvoert. De dienstencheques vormen immers een vraaggerichte, marktconforme en eenvoudige wijze om professionele zorg te ondersteunen. Ze kunnen er ook voor zorgen dat de behoefte aan zorg kan worden omgezet in volwaardige jobs in het economisch circuit.

Het is duidelijk dat door de Vlaamse Regering in de eerste plaats wordt gedacht aan het gebruik van dienstencheques in de kinderopvang. Deze optie is verdedigbaar, maar ook andere zorg-activiteiten moeten in aanmerking moeten komen voor de Vlaamse dienstencheques. We denken hierbij aan activiteiten tot nu toe konden worden uitgeoefend in het kader van de Plaatselijke Werkgelegenheidsagentschappen (PWA’s) en die niet binnen de federale dienstencheques-regeling vallen, zoals het begeleiden van personen met een handicap.

De coalitie tegen de dienstencheques zou zich moeten afvragen of ze geen achterhoedegevecht aan het voeren is. De mensen die nood hebben aan zorgdiensten zullen steeds meer zelf keuzes willen maken, en de middelen die de overheid uittrekt voor zorg zelf willen besteden. De markt voor zorgdiensten zal steeds meer open staan voor vrij en nieuw ondernemerschap, en zal steeds minder door belangengroepen kunnen worden afgeschermd. Het is beter om zich op deze onvermijdelijke ontwikkeling voor te bereiden, dan er zich tegen af te zetten.

Sonja Teughels en Mark Andries (resp. adviseur en adjunct-directeur bij het Kenniscentrum van Voka, het Vlaams netwerk van Ondernemingen)