arch/ive/ief (2000 - 2005)

Berichten uit Mumbaï, "Dit WSF is veel volkser dan in Porto Alegre"
by Frank Slegers Monday, Jan. 19, 2004 at 11:39 AM
info@wsf.be

Frank Slegers neemt in de Indiase stad Mumbaï deel aan het Wereld Sociaal Forum. Frank is ondermeer actief in het netwerk van de Euromarsen tegen de werkloosheid en de uitsluiting en is ook één van de drijvende krachten van het Sociaal Forum van België. Hij brengt verslag uit vanop het WSF in Mumbaï. “Slechts een deel van het publiek volgt echt de debatten, en de samenstelling in de zalen is witter dan buiten op het terrein. Het volkse publiek loopt liever buiten in de ene stoet na de andere. Allicht spelen allerlei drempels: de taal (Engels is absoluut niet algemeen gekend bij het publiek, en via vertaling volgen is altijd moeilijk), het abstract karakter van vele uiteenzettingen,…”

Volgens de Times of India van donderdag 15 januari 2004 bedraagt het budget van het WSF 85 miljoen rupees (1 euro = ongeveer 56 rupee). Gautam Modi, de perscoördinator van het WSF zegt dat 60 pct. hiervan gedekt wordt door ngo's, vooral twee uit Nederland (Novib en Hivos) en Oxfam Groot-Brittannië.
De rest werd bijeengebracht door de 216 organisaties die zijn aangesloten bij het Indische initiatiefcomité, door inkomgelden, enz…. De organisatoren hebben beslist geen geld aan te nemen van bedrijven (het vorige WSF werd mee gefinancierd door de Ford Foundation), en er zijn ook geen overheidssubsidies.

Vrijdag

Vrijdagavond wonen volgens de kranten 80.000 tot 100.000 mensen de opening bij.

Zaterdag

Zaterdagmorgen rond 9 uur zit het terrein al helemaal vol met mensen. Het terrein wordt doorkruist door twee verticaal op elkaar staande lanen. Op deze lanen trekt de ene groep na de andere in stoet op, sociale bewegingen allerhande, vooral uit India en omringende landen (Nepal, Tibet, Sri Lanka, Pakistan,…) dikwijls in traditionele klederdracht en met culturele voorstellingen (dansen, muziek, grote poppen die dieren voorstellen,…). Allerlei trommels blijken in Azië even populair als in Afrika.

Er zouden vanmorgen al 75.000 mensem zijn ingeschreven.

's Middags onder de 'Belgische boom', waar we elkaar iedere dag rond 13 uur ontmoeten, is de conclusie snel getrokken: dit WSF is veel volkser dan in Porto Alegre. Het speelt zich ook veel meer buiten af dan binnen. De grote hallen waar de grote conferenties doorgaan zitten bijlange niet vol. In het debat over landbouw en de WHO waar we 's voormiddags waren zaten een 400 à 500 mensen, terwijl er enkele duizenden in kunnen. Het volkse publiek loopt liever buiten in de ene stoet na de andere. Allicht spelen allerlei drempels: de taal (engels is absoluut niet algemeen bij het publiek, en via vertaling volgen is altijd moeilijk), het abstract karakter van vele uiteenzettingen,…

Later wordt ons uitgelegd dat India 16 officiele talen kent, en dat vele mensem enkel hun eigen taal spreken. Ze kunnen zich dus enkel uitdrukken door voortdurend te betogen, en gebruik te maken van hun culturele tradities om zich uit te drukken.

Het is een volks WSF, en vele mensen zijn georganiseerd naar hier gekomen, georganiseerd door hun sociale beweging. Dat merk je niet alleen aan de petjes, de badges en de vlaggen. Ergens zien we een culturele voorstelling met een publiek met allemaal hetzelfde blauwe petje: de voorstelling is georganiseerd door en voor de organisatie. Ergens anders zien we een eetstalletje dat speciaal door een andere organisatie voor de eigen mensen is opgezet.

Slechts een deel van het publiek volgt echt de debatten, en de samenstelling in de zalen is witter dan buiten op het terrein.

's Morgens horen we in het grote debat over landbouw en WHO Vandana Shiva pleiten voor locale en nationale actie, tegen de idee dat de strijd globaal is zonder meer: globale strijd heeft enkel zin als die geworteld is in locale en nationale strijd, want op dat niveau is de politiek en de staat georganiseerd, en het is tegenover dat niveau dat je eisen stelt.

Daarna trekken we naar een workshop over de organisatie in de kledingindustrie (garment industry). Hier zitten een 200 mensen, in het uit een soort jutte opgetrokken zaaltje (er zijn er zo tientallen), met verlichting en talrijke ventilators aan het plafond. De vertaling gebeurt successief, vele mensen komen tussen in het Hindi of in andere Aziatische talen. Allerlei sprekers: werkneemsters uit de kledingsindustrie, vakbondsmensen, mensen die zich organiseren in coöperatieven, een organisatie die zich richt op het plaatselijk kapitaal, Nina uit Nederland van de Schone kleren campagne,… Mensen uit allerlei landen: India, Sri Lanka, Pakistan, Latijns Amerika, maar ook iemand van de sweat shops campagne uit de VS. Het debat is interessant. Drie conclusies. Eerste conclusie: de informele sector vormt het leeuwenaandeel van de economie in India, het organiseren van mensen in sectoren zoals de kledingsindustrie is dus absoluut vitaal. Tweede conclusie: de werknemers zijn overwegend vrouwen (het belang van de genderdimensie heet dat in ngo-taal). Derde conclusie: het belangrijkste is de organisatie van de mensen in de bedrijven (of in de vorm van coöperatieven). Bewustmakingscampagnes zoals de Schone kleren campagne hebben hun belang voor de bewustmaking van het publiek in het Westen, maar wegen toch vooral omdat ze een ondersteuning bieden aan de organisatie van de mensen hier in de bedrijven.

Hier wordt niet alleen abstracte taal gebruikt. De gedreven voorzitster vraagt dat al wie in de garment industry werkt zou rechtstaan. Enkele vrouwen staan recht. Dan vraagt zij dat ook de vakbondsmensen uit de industrie rechtstaan. Noch enkele mensen, vooral mannen, staan recht. Dan vraagt zij dat alle familieleden van mensen in de garment industry rechtstaan. Dan vraagt zij dat de academici die studeren op de garment industry rechtstaan. Dan al wie producten koopt van deze industrie. Op de duur staat iedereen recht. Geef nu elkander de hand. Zie je wel dat we niet alleen staan, als we solidair zijn kunnen we winnen…

Enkele vrouwen uit de industrie zingen tot slot een strijdlied.

In de zaal luistert Carole Crabbé, vroeger van Magasins du Monde, nu vrijgesteld voor de Belgische Schone kleren campagne, aandachtig toe. MdM had voor het WSF nog een kaderschool met toeleveranciers, ondermeer over de arbeidsvoorwaarden bij deze toeleveranciers. Zo konden deze mensen meteen ook deelnemen aan het WSF.

Buiten komen we een Pakistaan tegen die ons probeert te overtuigen dat gans ons lichaam weerspiegelt is in onze handen (wij dachten altijd in onze voetzolen). Hij geeft ons zijn kaartje: hij maakt deel uit van een internationale vereniging met hoofdzetel in Moskou. Oh globalisering…

's Middags vernemen we bij 'de Belgen' ook van alles over de syndicale activiteiten: het Syndicaal Forum voor het WSF, georganiseerd door de drie internationale vakbondskoepels (IVVV, WVA, communisten), en specifieke initiatieven van het WVA, de christelijke wereldfederatie waar het ACV een sterkhouder is.

De syndicalisten zijn ook onder de indruk van een Belgische non die ze hebben ontmoet. Deze houdt zich bezig met kinderen, die door arme families geplaatst worden bij rijke families, en daar het slachtoffer zijn van geweld, seksueel misbruik, uitbuiting… Zij heeft zo 200.000 kinderen onder haar hoede…

's Avonds gaan we naar de Assemblee van de sociale bewegingen. Een uiteenzetting over de sociale bewegingen in India gaat door de slechte klankinstallatie de mist in.

Paul Nicholson van Via Campesina vertelt over de pogingen die gedaan werden door een aantal mensen van de sociale bewegingen om de tegenstellingen binnen de Indiase en Aziatische sociale bewegingen te overbruggen. Met twee grote Indiase sociale bewegingen die niet deelnemen aan het WSF bleek samenwerking toch mogelijk, maar met de mensen van Mumbai Resistance 2004 bleek een minimale samenwerking nog niet mogelijk. De gesprekken gaan verder…