arch/ive/ief (2000 - 2005)

Verslag vanuit Bagdad. Drs Van Moorter en Moulaert getuigen.
by Dirk Adriaensens Thursday March 20, 2003 at 04:18 PM
sos.irak@skynet.be

Een nieuwe getuigenis over het begin van de oorlog vanuit Bagdad door de dokters Van Moorter en Moulaert die in Bagdad zijn voor Geneeskunde Voor de Derde Wereld (ism SOS Irak). Zij roepen op tot massaal verzet tegen deze genocide. Lees hun verslagen, mét foto's op www.irak.be en www.g3w.be.

Dr.Colette Moulaert: "Gisteren hebben we het Mansour-hospitaal bezocht, waar 300 chronisch zieke kinderen worden behandeld. Ze zullen allen sterven omwille van de oorlog en het embargo. Ze kunnen niet in het hospitaal blijven, dat trouwens al werd gebombardeerd in 1991. De kinderen zullen verhuisd worden naar het gelijvloers.
Men heeft een schrijnend gebrek aan geneesmiddelen. We moeten absoluut het maximum doen om deze kinderen te redden. We moeten snel reageren, de weerstand organiseren tegen de oorlog vandaag.
Naast het hospitaal zagen we dat er water wordt gepompt uit de Tigris. Het water wordt gefilterd en behandeld met chlorine. Dit gezuiverde water wordt in enorme reservoirs verzameld. Wat zuiver water betreft, zijn de Irakezen voorbereid op een oorlog.
We hebben Peter Arnett ontmoet, de bekende journalist van CNN. Hij denkt dat men de volgende nacht hevig zal bombarderen, en dat de VS er zich willen vanaf maken in 3 weken, waarbij ze close combat en stadsguerilla zullen trachten te vermijden. Geruchten doen de ronde dat men electro-magnetische bommen zal willen gebruiken.
Dr. Colette Moulaert aan de lijn vanuit Bagdad: "Bert, ze zijn begonnen!" De Amerikaanse terreur-bombardementen op Bagdad dus, en onze vrienden-artsen Colette en Geert Van Moorter zijn nog altijd ter plekke, als eerste getuigen. Colette: "Er zijn drie salvo's geweest om 5u45 (lokale tijd, dat is 3u45 in België), ten oosten en ten zuiden van Bagdad."
Ik vraag of zij en Geert veilig en wel zijn. "Wij blijven in het Hotel Palestine, dat is ver van alle militaire objectieven", zegt Colette. "Tijdens de dag, als er geen bombardementen zijn, hopen we naar ziekenhuizen te kunnen gaan, om vandaar te kunnen getuigen over de verschrikkingen van deze oorlog et te helpen waar we kunnen. Maar we hebben nog geen officiële toelating om er als arts te werken. Onze contactpersoon die dat ging regelen, is sinds gisteren ook uit Bagdad verdwenen… Gisteren zijn we wel al de chronische patiënten gaan bezoeken in het Al-Mansourhospitaal. We hebben er afschuwelijke verhalen van meegebracht. We gaan nog proberen die door te mailen."
En de communicaties, die blijven voorlopig verzekerd? "Zoals je hoort werkt de telefoon nog (inderdaad, de lijn is zelfs zeer goed, stel ik vast), en alle laptops hier zijn ingepakt in aluminiumpapier. Dat zou beschermen tegen de e-bom, zegt men. Elke dag hebben we ook een vaste afspraak met Alain Lallemand van Le Soir. Die zit in een ander hotel. Hij heeft een satelliettelefoon, die we zouden kunnen gebruiken."
En wat met andere internationalisten, of zijn Geert en Colette nog de enigen? Colette klinkt heel optimistisch: "O, van die kant uit bekeken is alles prima: er is de groep Algerijnen, en een heleboel Palestijnen!"
Tijd om op te leggen. Ik bewonder de kalmte en de moraal van Colette (en ongetwijfeld ook van Geert - het is de eerste keer dat ik niet hem, maar Colette aan de lijn heb). En ik hoop van ganser harte dat ze nog veel van hun bewonderenswaardig werk gaan kunnen doen, tegen de oorlog en in solidariteit met het Iraakse volk. Ik open mijn mail, en bij de verschillende mailtjes van aanmoediging voor Geert en Colette zit er ook eentje van Mayang Grenough, een Amerikaanse non die al 35 jaar actief is in de Filippijnse volksbeweging. Vorig jaar was ze samen met Geert op een mensenrechten-onderzoeksmissie in de Filippijnen. Ze schrijft: "I hope and pray for their safety during this time. Such courage and compassion is really moving."

Vanuit Bagdad, 20 maart, 8u20, aan de telefoon
Vandaag, donderdag, is het in Bagdad beginnen donderen. De oorlog is begonnen. Ik roep iedereen op tot massaal protest vandaag om 17 u aan de VS-ambassade in Brussel. We moeten absoluut deze geplande massamoord een halt toeroepen.
Ik lag vannacht pas om 2 uur in bed. Colette maakte me wakker om kwart na vier: "Heb je het nog niet gehoord?" Al een half uur waren de bombardementen bezig. Ik hoor nu ook de doffe dreunen, het moorden 'voor het goede doel' heeft een aanvang genomen. Uit ervaring weet ik dat elke 'ploef' ter plaatse een enorme knal en een zware inslag betekent. Ik besef sterker dan ooit dat oorlog niets met mensenrechten te maken heeft, dat hij integendeel zélf de zwaarste schending van de mensenrechten is. Ik zie het boekje van StopUSA voor me liggen, met Bush getekend als Rambo. De laffe Rambo is er dus mee begonnen…
Op straat herneemt intussen het ochtendleven. Ik merk niet direct paniek, maar er is wel minder volk op straat dan anders. Ik laat mijn venster open, dat geeft minder kans op glasscherven.
Ik bedenk dat ik vanavond in een debat had moeten zitten met Luc De Vos, de militaire professor met zijn pro-VS standpunten. Spijtig dat ik hem nu niet kan aanpakken. Ik heb immers heel wat extra 'munitie', ik zou hem al het menselijk leed van hier in zijn gezicht willen smijten. Gisteren waren we nog bij de geboorte van een kind. Welke toekomst heeft dat kind? Welke toekomst heeft onze planeet, als we die oorlogsmachine niet kunnen stoppen? Wat moeten de kinderen van Bushra, van Fatiha, van Lika nu denken… (wordt emotioneel) Lika, een vrouw van 36, heeft drie kinderen. Haar dochtertje van zeven heeft veel schrik, en vraagt honderduit: 'Zullen mijn armen en benen eraf gaan met de bommen? Zal ik pijn hebben? Ga ik sterven?' Lika vraagt wat ze haar dochtertje moet antwoorden. Ik vraag mezelf af wat ik deze vrouw moet antwoorden. Haar zoontje Jaffar, 6, heeft hemofilie, een bloedziekte. Mits regelmatige inspuiting van Factor VIII kan die onder controle gehouden worden, maar Factor VIII mag Irak niet binnen door het embargo!
Op de kankerafdeling van het Mansour-ziekenhuis is er onvoldoende pijnstilling voorhanden. Ik zie de dokter zijn armen hulpeloos ten hemel richten. De kinderen zien af van de pijn, de ouders begrijpen niet waarom het niet anders kan. Veel kinderen zullen tijdens de oorlog sterven. Niet zozeer door de bommen, maar omdat ze niet naar het ziekenhuis kunnen en omdat er te weinig medicamenten zijn.
Het liedje van Boudewijn De Groot, 'Meneer de President', komt in me op. "Meneer de President, wel te rusten, slaap maar lekker in je mooie Witte Huis." (zingt voor) Perfect van toepassing. Ik vraag me af wat er in de hoofdjes van de kinderen moet omgaan als de alarmsirenes afgaan. Vanavond zullen miljoenen Irakezen verschrikt de nacht ingaan. Zullen de kinderen in slaap geraken? Hoevelen zullen huilen van schrik?
(hier wordt de telefoonverbinding plots onderbroken…)
9.45 u, opnieuw Geert Van Moorter aan de lijn. Om zijn onderbroken relaas af te maken.
Hoeveel onschuldigen zullen vermoord worden door het VS-leger, dat via Antwerpen zijn moordmachine heeft kunnen opbouwen? (cynisch) Bedankt, Belgische regering, bedankt, ministers en regeringspartijen die dit toegelaten hebben. President Bush, premier Blair & Co., slaap zacht, terwijl de mensen in Irak sterven onder jullie bommen.
Onder de bommen in Bagdad stel ik vast dat de naam van het anti-oorlogsfront StopUSA, Stop the United States of Aggression, bijzonder goed gekozen is. We moeten immers niet alleen tegen de oorlog zijn, maar we moeten de dader ervan bij naam durven noemen, veroordelen en stoppen!