arch/ive/ief (2000 - 2005)

Medical Team vanuit Bagdad: straks vallen hier de bommen
by posted by Bert De Belder Monday March 17, 2003 at 05:09 PM
info@g3w.be

De dokters Geert Van Moorter en Colette Moulaert zijn op 15 maart vertrokken naar Bagdad, als Medical Team in opdracht van Geneeskunde voor de Derde Wereld. Ze publiceren een dagboek op www.g3w.be. Een eerste bericht uit een stad waar straks de bommen vallen.

Onderweg naar Bagdad stapt Hamuz mee in de jeep. Hij werkt op de luchthaven maar is ook ingeschakeld in het leger en heeft nu zijn uniform aan. Volgens hem zijn er nu zeven miljoen soldaten, dus zowat iedere volwassen man, opgeroepen, dit is meer dan algemene mobilisatie. Hamuz is een zeer beleefde, ingetogen man. Ik mag hem niet fotograferen vanwege zijn uniform. Hij excuseert zich gegeneerd en doet teken dat hij anders kan opgesloten worden. De communicatie gaat met haken en ogen, maar ik ben reeds gewend mijn plan te trekken met handen en voeten. Ik vraag om me wat Arabisch te leren zoals ‘vriend' ‘sadik'; ‘ik begrijp je niet' ‘la aaroef', ‘ik ben dokter, geen probleem' ‘ana tabib la muskelin'… en dan geeft Abdel Salaam, de chauffeur een zinnetje ‘ana ahebboek' en Hamuz moet lachen, het betekent ‘I love you', zo dat weten we dan ook weer.

Onderweg zagen we veel volk aan een tankstation. Hamuz zegt dat er sinds gisteren geen benzine meer is, uit voorzorg voor de bombardementen. Dit geeft een akelig gevoel, voor het eerst direct geconfronteerd met de oorlogsdreiging. Dit is een direct teken dat het menens wordt. Jezes, dit moet toch kunnen gestopt worden?

Embargo zorgt voor ongewenste kinderen en doodt ze nadien
Als Hamuz hoort dat we dokter zijn, vraagt hij hoe hij kan zorgen dat zijn vrouw geen kinderen meer krijgt, want hij heeft er al vier en twee is eigenlijk genoeg, want met het embargo kan hij die moeilijk onderhouden. Ik doe teken van stop met mijn hand op mijn broek en hij moet hartelijk lachen. We gaan dan wel ernstig verder en verwijzen hem naar Irakese collega's voor de pil. Maar die gaf bij zijn vrouw te veel bijwerkingen. Dan maar een sterilisatie voorgesteld. Ook hier weer geconfronteerd met het embargo. Want daarvoor heb je verdoving en materiaal nodig. Verdomme dit embargo raakt die man, alleen al op dit vlak twee keer. De kinderen zijn vanwege het embargo en de onzekere toekomst niet echt gewenst en eens ze er zijn kunnen de ouders er niet fatsoenlijk voor zorgen. Over mensenrechten gesproken.

Tijdens een halte wijst een man naar een portret van Saddam en hij zegt ‘good', waarschijnlijk een van zijn enige woorden Engels.

Bagdad, vreedzaam, nog even
Na uren door de woestijn (waar het nu af en toe regent en het vannacht ferm koud was) komen we aan in het stadje Ramadi waar de Eufraat door vloeit en het veel groener is, mensen werken op het veld, rustige idyllische beelden, voor hoe lang nog??? Dadelpalmbomen, mooie groene zichten. Irak mag door het embargo al jaren geen dadels uitvoeren, terwijl dit na de olie hun belangrijkste exportproduct was. Benzine is hier spotgoedkoop, 0,3 frank voor een liter benzine, 0,08 frank voor een liter diesel.

Als we Bagdad binnenrijden zien we geen enkel teken van een dreigende oorlog. Geen militaire voertuigen, geen groepen soldaten. Ze zullen er ongetwijfeld wel zijn maar niet in het straatbeeld. Dat is, denk ik, goed voor de gemoedstoestand van de mensen. Een enkele keer zie ik wat zandzakjes op een vluchtheuvel.

Raar gevoel, je rijdt door de stad waar het leven vredevol zijn gang gaat, geen militairen, veel volk op straat, winkels die hun waar uitgestald hebben… en dan flitst het door je hoofd dat hier straks massaal bommen vallen. Dit is crazy, het flitst voortdurend door mijn hoofd. We zien een paar meisjes in schooluniform, giechelend, lachend, ze stappen misschien naar huis, het is middag. Deze onschuldige meisjes riskeren open gereten te worden, ik mag er niet aan denken.

Pers ondergebracht in Iraaks TV-station
Dan zie ik een heel pak grote schotelantennes, captatiewagens, een soort tenten, een soort vakantiekamp rond een groot gebouw. Dit moet de internationale pers zijn. Je ziet er blanken op tuinzetels zitten niksen, een paar zijn met apparatuur bezig, grote antennes… Ik vraag aan Abdel Salaam welk hotel dit is. Geen hotel maar het uitzendgebouw van Irakese televisie. Colette en ik moeten lachen. Goed gevonden van de Iraki's. Nu zitten de reporters werkloos te wachten tot de bombardementen uitbreken om dan als eerste de beelden rechtstreeks te kunnen doorzenden. Beetje pervers maar ja, die mensen doen ook maar hun job. Het is nochtans mede door de pers dat er gekuist nieuws gebracht wordt in onze huiskamers. Ik zie ‘Reuters life', CBS…

De Iraakse autoriteiten hebben dit goed gezien om deze mensen te doen logeren met hun apparatuur bij het TV-station van Irak. Colette en ik hebben tijdens de Navo-bombardementen in Belgrado kunnen zien hoe het omroepgebouw van de Servische televisie met een ‘precisiebom' werd kapot geschoten, terwijl de Navo wist dat er dag en nacht in gewerkt werd. Er kwamen een 20-tal journalisten en personeel om. Dit is nochtans verboden volgens de internationale oorlogsregels maar daar veegde de Navo haar voeten aan. De Navo zei dat de staatstelevisie een deel van de propaganda van Milosovic was en dat was voldoende om het kapot te bombarderen en journalisten gepland te vermoorden. Als Bush dit nu doet met de Iraakse TV, dan kunnen de reporters life uitzenden hoe ze gebombardeerd worden door Bush en Co...

Angst, tastbaar
In het hotel Palestine waar we logeren, probeer ik naar België te bellen maar het lukt niet. Ik hou dan maar een gesprekje met de mensen van de telefooncentrale. Ik leg hen wat uit over ons doel. Mevrouw Bushra wordt er emotioneel van en met trillende stem en lippen vraagt ze wat ik denk van die oorlog. Ik kan alleen maar antwoorden dat dit schandalig is, een misdaad, een... Ik heb geen woorden meer en ook ik word emotioneel.

Ik ben nog maar net in Bagdad en ik word geconfronteerd met de angst van de mensen. Ik kwam hier toch voor psychologische ondersteuning; maar ik voel dat ik niet goed weet te reageren. In deze context durf ik niet zeggen wat ik reeds gewoon was de laatste twee drie dagen. Toen moest ik voor de pers en vrienden uitleggen wat ik ging doen. Ik hoor het mezelf zeggen "onze aanwezigheid alleen al is een ondersteuning voor die mensen". Dat is zo maar nu heb ik toch het gevoel dat ze er vet mee zijn, dat deze vrouw met angsten zit, met schrik voor haar vier kinderen, voor de toekomst. Voor het eerst zie ik iemand die duidelijk afgezien heeft.

Ik vraag of ik haar mag fotograferen, voor het thuisfront, zodat de miljoenen anonieme Irakezen een gezicht krijgen, om te tonen dat het gaat over mensen van vlees en bloed zoals wij. Dat onze regering weet welke mensen er zullen vermoord worden met de wapens die via Antwerpen gepasseerd zijn, dat ze ‘fier' mogen zijn op hun ‘moedige' houding: in woorden neen zeggen tegen de oorlog en in de feiten het troepentransport van Bush doorlaten.

Bushra stemt toe. Ze vertelt me dat haar dochter van 17 zou moeten geopereerd worden voor haar sinussen en amandelen, maar dat er nu geen middelen voor zijn, tenzij in een privé-ziekenhuis, wat niet te betalen is. Haar tweede dochter, daar zit ze heel erg mee in, die is als de dood voor de oorlog. Telkens ze er iets over hoort, slaat ze in paniek en begint ze te wenen: "we gaan toch niet dood, mama?" Bushra zegt me dat ze haar dan probeert gerust te stellen maar dat het moeilijk lukt, ze heeft zelf ook veel schrik. Ik zie de tranen in haar ogen en haar bovenlip trilt van emotie, schrik en verdriet. Het komt bij mij ook op, ik moet me even wegdraaien.

Belgium good
Ondertussen verwachten de mensen hier dat het een dezer dagen gaat uitbreken, ze volgen aandachtig het nieuws. Ze weten dat Bush, Blair en Aznar nu bijeen zijn. "Om alsnog een vreedzame oplossing te zoeken", denkt iemand hardop. Ik durf er niet tegenin te gaan. Ook niet als de mensen horen dat we van België zijn, dan zeggen ze meestal ‘good, Belgium good'. Ze kennen ons land als een land dat zich tegen de oorlog uitspreekt.

Het meeste VN-personeel is hier reeds weg, maar de diensten zijn nog open én de wapeninspecteurs zijn hier nog. Dat geeft een tijdelijke geruststelling voor mij, maar toch maar kleintjes. We zitten op de achtste verdieping, straks toch maar de nooduitgangen en de noodtrappen gaan zoeken.