EU-top zit ook in wapenlobby by vredesactie (posted by raf) Wednesday May 22, 2002 at 02:08 PM |
raf.custers@euronet.be |
Op 17 mei voerden Europese vredesactivisten actie aan de jaarvergadering van EADS in Amsterdam. Ze kwamen ook als ethische aandeelhouders tussen tijdens die vergadering. EADS is de tweede Europese wapenproducent. Het publiek kent EADS als de fabrikant van de Airbus-vliegtuigen. De actievoerders hebben naar aanleiding van hun interventie een Kritisch Aandeelhouders-rapport opgesteld. Hieronder nemen we het onderdeel over de Europese luchtvaart-lobby over. Het volledige rapport is te vinden via de website vredesactie.be
Nieuwe adviesraden voor nieuwe lobbymogelijkheden
Vanaf het ogenblik dat de EU begon te werken aan het zesde Kaderprogramma (2002-2006) voor Onderzoek en Technologische Ontwikkeling, dat wil bijdragen aan het tot stand brengen van een ??Europese Onderzoeksruimte?, begon de luchtvaart- en defensie-industrie krachtig te lobbyen om een flinke hap van die fondsen in te palmen. De eerste lobbyroute loopt langs de European Research Advisory Board (EURAB), waarin 45 deskundigen de Commissie adviseren over research kwesties. EADS wordt hier vertegenwoordigd door Brigitte Serreault.
Maar de Europese Commissie biedt de luchtvaart- en defensie-industrie ook andere lobbykanalen aan via de oprichting van nieuwe comités. In oktober 2000 richtte Commissaris voor Onderzoek Busquin de ?Group of Personalities? op; deze is in het kader van de invoering van de Europese Onderzoeksruimte verantwoordelijk voor het ontwikkelen van een visie op de luchtvaart in 2020. De Group werd voorgezeten door Busquin zelf en telde 14 vooraanstaande figuren uit de luchtvaartindustrie, w.o. de EADS-medevoorzitters Jean-Luc Lagardère en Manfred Bischof en BAE Systems-voorzitter Sir Richard Evans.
Op 29 januari 2001 legde de Group op de Aeronautics Days Conferentie in Hamburg haar verslag voor: ?European Aeronautics: A Vision for 2020?. Het schetst ideeën voor onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten en richt de schijnwerpers op de behoefte aan meer overheidsfinanciering om die visie in realiteit te kunnen omzetten. Hoewel het rapport het vooral heeft over civiele aspecten, is er ook een belangrijke militaire doelstelling: « ?meer beslissende inspanningen leveren om de synergieën tussen de civiele en de militaire research in elkaar te laten passen. Die twee hebben veel gemeenschappelijke technologische behoeften en Europa zou synergieën tussen beide moeten bevorderen om daar dezelfde voordelen uit te kunnen halen zoals andere landen dat doen. »
De Group vroeg ook de oprichting van een ?Advisory Council for Aeronautics? om zo snel mogelijk een ?Strategic Research Agenda? (SRA) op te stellen voor de luchtvaart. Deze adviesraad zou in de lente van 2001 van start moeten gaan en zijn SRA moeten klaar hebben tegen begin 2002.
De industrie bestelt?: de Commissie levert. Net voor het einde van de lente, op 19 juni 2001, opende EU-commissaris voor Onderzoek Busquin in Le Bourget, op de Parijse luchtvaartshow (eigenlijk de grootste Europese wapenbeurs), de eerste vergadering van de splinternieuwe Advisory Council for Aeronautics Research (ACARE). Onder de leden van ACARE vinden we Walter Kröll (Voorzitter DLR ? Deutsche Luft- und Raumfahrtgesellschaft), François Lureau (Chief Executive Officer van Thales Aerospace), Phil Ruffles (Director of Engineering and Technology Rolls-Royce), Joachim Szodruch (Directeur EADS Airbus) en Victor Aguado (Directeur-generaal Eurocontrol). ACARE heeft als taak de Strategic Research Agenda (SRA) voor te bereiden en te promoten. Deze SRA zal dienen als leidraad voor de planning van researchprogramma?s ? vooral nationale en EU-programma?s ? op het domein van de luchtvaart. Dit omvat ook militaire toepassingen die we echter niet ?militair? mogen noemen. Een uitstekend voorbeeld is het Galileoproject.
.
Dankzij het lobbywerk zal de luchtvaart- en defensie-industrie ook haar verhoging van het budget binnenhalen van 700 miljoen EURO tot 1 miljard EURO voor onderzoek en ontwikkeling in het zesde Framework Programme, een toename met bijna 43 %.
EADS stelt de luchtvaart- en defensieagenda op voor Europa
Maar die invloed op het Europese researchbeleid is slechts de meest zichtbare indicator voor de betrokkenheid van de bedrijven. Al lang daarvoor waren de bedrijven die nu EADS vormen naast andere producenten ook van de partij geweest bij het in de steigers zetten van het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid (GBVB) en het Gemeenschappelijk Europees Veiligheids- en Defensiebeleid (GEVDB).
Via de twee belangrijkste lobbygroepen van de wapenindustrie, de European Defence Industries Groep (EDIG) en de Aerospace Components Manufacturers Association (AECMA ? Chief Executive Officer Rainer Hertrich van EADS is voorzitter van deze lobbygroep) namen de grote bedrijven deel aan de voorafgaande consultaties van Polarm (European Armaments Policy Council Working Group) en Coarm (Working Group on Exports of Conventional Arms). Beide comités bespraken de integratie van de WEU (West-Europese Unie), de oprichting van een European Armaments Agency en een Europese uitvoerwetgeving. Via deze comités werden de bedrijven ook uitgenodigd op de briefings van de Council of Permanent Representatives of the EU (COREPER): het conclaaf van de ambassadeurs die het diplomatiek graaf- en spitwerk doen voorafgaand aan de vergaderingen van de Europese ministers).
Het toppunt om de macht van de bedrijven te illustreren was de opname van hun studie over de toekomst van de Europese defensie-industrie als Commissiedocument: ?Implementing European Union Strategy on Defence-related Industries? in 1997.
In dat licht kan de relevantie van de onlangs opgestarte adviesgroep voor luchtvaart STAR 21 niet genoeg benadrukt worden. In de herfst van 2001 verwelkomde de Europese Commissie dit industrieel initiatief om te onderzoeken hoe het bestaande politieke en wetgevende kader moet aangepast worden om de wereldwijde concurrentiekracht van de sector veilig te stellen. STAR 21 is een van de mooiste voorbeelden hoe EADS en andere grote luchtvaart- en defensiebedrijven inderdaad zeer nauwe contacten onderhouden met de Europese Commissie en de agenda van de Commissie mee bepalen. STAR 21 is uitermate buitengewoon van samenstelling. Niet minder dan vijf Europese Commissarissen en zeven van de meest vooraanstaande voorzitters van de sector zetelen er in, waaronder de twee van EADS: Manfred Bischoff en Jean-Luc Lagardère. Daarnaast ook twee Europese parlementsleden (die niet zijn afgevaardigd door het Europees Parlement) en de Hoge Commissaris voor het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid Javier Solana (zie schema[xvi]).
EU-Commissaris Liikanen zit de groep voor. Hij verduidelijkt: « Deze sector is strategisch belangrijk voor technologische ontwikkeling, wetenschappelijke vooruitgang, en voor de defensie en de veiligheid van Europa (?). Dus is het essentieel dat we al onze energie toespitsen op de vraag hoe het politieke en wetgevende kader het beste de belangen van Europa kan dienen.[xvii] ?
De groep zal de aanschafprocedures en de grensoverschrijdende trafieken van militaire goederen binnen de EU herbekijken. En zij zal ook de blik richten op de ontwikkeling van een Europese ruimtestrategie, met inbegrip van Galileo en van de voor het ruimtebeleid belangrijke aspecten van het Gemeenschappelijk Europees Veiligheids- en Defensiebeleid (middelen voor inlichtingenverzameling en crisismanagement ontwikkelen).
?Neutrale? conferenties en denktanks
Om hun winsten te maximaliseren en hun invloed op het beslissingsproces veilig te stellen maken bedrijven als EADS, naast ?schenkingen? en lobbykantoren in Brussel en andere hoofdsteden, ook gebruik van talrijke andere middelen. Eén zo?n instrument is het inhuren van public relationsbedrijven om een ?neutrale? conferentie op touw te zetten, zoals het ?Forum Europa? (een zelfverklaard neutraal platform voor debat over Europese materies), dat gesponsord wordt door EADS. Besluitvormers uit verschillende nationale en internationale agentschappen worden uitgenodigd om vervolgens het doelwit te worden van bedrijfspropaganda ? misschien op een meer gesofistikeerd niveau, maar toch. Javier Solana, hoge vertegenwoordiger van het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid, werd uitgenodigd voor de zesde Defence Conference (22/05/01) om deze conferentie over ?Europe?s Future Defence Strengths? te openen [xviii]. Tom Enders, hoofd van de afdeling Defensie- en Civiele Systemen van EADS, maakte aan de aanwezige politici duidelijk dat « de industrie niet over water kan wandelen. Wil Europa sterk worden in defensie, dan moet het een aanzienlijke verhoging doorvoeren in de militaire uitgaven. Er zijn geen middelen waarmee de industrie zélf kan instaan voor het compenseren van de achterop hinkende Europese defensiebudgetten. »[xix]
Op 24 januari 2002 sponsorden EADS, BAE Systems, Finmeccanica, Thales en Euractiv dan weer de European Defence R&D Conference, georganiseerd door het public relationsbedrijf GPC International. Tom Enders (EADS) kreeg opnieuw de kans om aan de Europese Commissie, WEAG en andere ambtenaars zijn mening te kennen te geven over de ontbrekende fondsen voor onderzoek en ontwikkeling, en gebruikte daarbij het argument van 11 september.[xx]
Een andere manier voor een bedrijf om haar wensen onder het relevante publiek te verspreiden is het financieren van conservatieve denktanks, die dan op hun beurt een verhoging van de defensiebudgetten gaan eisen. Het Centre for European Reform (CER) is een vooral Britse denktank « gewijd aan de verbetering van de kwaliteit van het debat over de toekomst van de EU »[xxi]. Deze naar eigen zeggen ?onafhankelijke? organisatie werd opgericht door 34 leden-bedrijven, w.o. de drie grootse Europese wapenbedrijven : EADS, BAE Systems en Thales UK.
Een van de doelstellingen van CER is een in heel Europa aanvaard streefcijfer in te voeren voor de nationale defensiebudgetten, waarbij alle lidstaten van de EU zich verbinden om minstens 2 % van hun Bruto Binnenlands Product te besteden aan defensie, en 25 % van hun defensiebudget aan wapenaankopen en onderzoek & ontwikkeling. De CER hoopt dat de Ministerraad een monitoring groep opzet van militaire planners voor de coördinatie van het uitoefenen van druk vanuit gelijkaardige groepen, om de regeringen aan te sporen hun militaire capaciteiten op te drijven. Politici van uiteenlopende politieke strekking schaarden zich achter de CER-doelstellingen. Carl Bildt, de conservatieve voormalige premier van Zweden, zetelt in de adviesraad van CER. Hij schreef voor CER het artikel ?Opening Europe?s Final Frontier?, waarin hij de stelling verdedigt om « van het ruimtebeleid een sleutelelement te maken van de agenda in de komende jaren ». Voor Bildt veronderstelt dit een ruimtebeleid « om vrede en stabiliteit in Europa en daarbuiten te verzekeren ». « Het Europees Ruimte Agentschap ESA zou de toestemming moeten krijgen om projecten op te zetten met veiligheids- en defensie-implicaties (?) ».
Carl Bildt verscheen eerder al op het toneel als een van de ?wijze? mannen die voor diezelfde militarisering opkwamen van het Europees Ruimte Agentschap, in een rapport aangevraagd door de ESA-directeur-generaal « om hem onafhankelijk advies te leveren over de evolutie van ESA » (onze cursivering).