arch/ive/ief (2000 - 2005)

Ontwapen de markten.
by Attac-Vlaanderen. Saturday March 09, 2002 at 09:16 PM
vlaanderen@attac.org

In december 1997, enkele maanden na de Aziatische crisis, schreef Ignacio Ramonet een editoriaal met de titel "De markten ontwapenen" voor Le Monde Diplomatique. In dat editoriaal riep hij op tot de oprichting van de organisatie Attac die zich tot doel zou stellen de markten te ontwapenen. Op de tekst kwamen duizenden positieve reacties van individuen, organisaties, vakbonden en tijdschriften. Enkele maanden later is Attac een feit…

De markten ontwapenen.

Ignacio Ramonet


De storm die de Aziatische financiële markten getroffen heeft en die over de ganse wereld beroering veroorzaakte, maakt deel uit van een groter gevaar, namelijk financiële globalisering. Financiële globalisering is een wet op zichzelf geworden, met eigen krachten en belichaamt in organisaties zoals het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Wereldbank (WB), de OESO en de Wereldhandelsorganisatie (WHO). Samen bedreigen zij de machtsbasis van echte staten in de echte wereld.

De orkaan die de Aziatische financiële markten heeft getroffen vormt een bedreiging voor de rest van de wereld. De globalisering van investeringskapitaal veroorzaakt wereldwijde onzekerheid. Het spot met nationale grenzen en vermindert de macht van staten om de democratie te handhaven en de rijkdom en de welvaart van hun inwoners te garanderen.

Financiële globalisering is een wet op zichzelf en het heeft een afzonderlijke supranationale staat opgericht. Een staat met een eigen administratie, eigen invloedssferen en eigen actiemiddelen. Die supranationale staat wordt gevormd door het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Wereldbank, de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) en de Wereldhandelsorganisatie (WHO). Deze vier machtige instellingen zingen unaniem de lofzang van de "waarden van de markt", een visie waarin ze trouw gevolgd worden door het merendeel van de grote media.

Deze kunstmatige wereldmacht heeft geen maatschappelijke basis. Het is integendeel verantwoording verschuldigd aan de financiële markten en de mammoet-ondernemingen die haar overheersen. Het resultaat is dat de echte staten uit de echte wereld tot maatschappijen zonder machtsbasis verworden (1). En het wordt steeds erger.

De Wereldhandelsorganisatie, die in 1995 de GATT opvolgde, is nu een instelling met supranationale macht, die niet onderworpen is aan de controlemechanismen van de parlementaire democratie. Als een geschil aan het geschillenorgaan van de WHO wordt toegewezen, heeft die het recht nationale arbeids-, gezondheidszorg- of ecologische wetgeving ‘tegenstrijdig met de belangen van vrijhandel' te verklaren, en aan te dringen op de afschaffing ervan (2). En in de OESO wordt – buiten het bereik van de publieke opinie - sinds 1995 onderhandelt over een zeer belangrijke overeenkomst nl. het Multilaterale Investeringsakkoord (MIA). Het MIA zal waarschijnlijk in 1998 ondertekend worden en zal investeerders volledige macht tegenover de nationale regeringen geven (3).

Als we niet willen dat de wet van de jungle het in de volgende eeuw volledig overneemt, moeten we van het ontwapenen van deze financiële macht een top-prioriteit maken. Er wordt per dag op de financiële markten zo'n 1500 miljard dollars verhandeld voor speculatie op schommelingen van de wisselkoersen. Deze instabiliteit is één van de belangrijkste oorzaken van de reële rentestijging, die een rem zet op het verbruik van consumenten en industriële investeringen. Het vergroot de staatsschulden en stimuleert pensioenfondsen die honderden miljarden dollars beheren om bedrijven ertoe aan te zetten steeds hogere dividenden uit te keren. De eerste slachtoffers van deze zoektocht naar winst zijn uiteraard de werknemers. Zij worden massaal afgedankt om de beursnoteringen van hun vroegere werkgevers, die met sprongen vooruitgaan, te verbeteren. Hoe lang kan de samenleving deze onverdraaglijke situatie nog blijven tolereren? De tijd is rijp om op deze destructieve kapitaalstromen een halt toe te roepen.

Er zijn drie manieren om het probleem onderuit te halen: de belastingsparadijzen ontmantelen, de belasting op vermogens verhogen en een taks heffen op financiële transacties. Belastingsparadijzen zijn enclaves waar het bankgeheim absoluut is en op die manier de perfecte mantel vormen voor geldverduistering en andere criminele activiteiten. Honderden miljarden dollars worden zo buiten het bereik van belastingsdiensten gehouden, in het voordeel van machtige individuen en financiële instellingen. Alle belangrijke banken in de wereld hebben filialen in belastingsparadijzen en maken er ‘propere' winsten. Waarom geen financieel embargo creeëren rond bij voorbeeld Gibraltar, de Kaaiman-eilanden of Liechtenstein door banken die met openbare diensten werken te verbieden daar filialen te openen?

De macht om vermogensbelastingen te heffen is een noodzakelijke voorwaarde voor de democratie. Deze vermogens zouden onderhevig moeten zijn aan net hetzelfde belastingstarief als inkomensbelastingen. Maar dat is nu nergens zo, en zeker niet in de Europese Unie.

De absolute bewegingsvrijheid van het kapitaal ondermijnt de democratie en we moeten een systeem invoeren om de gevolgen daarvan tegen te gaan. De Tobintaks, genoemd naar de Amerikaanse Nobelprijswinnaar economie die dit in 1972 voorstelde, is een dergelijk mechanisme. Het idee was om op alle wisseltransacties een bescheiden taks te heffen en zo de markten te stabiliseren en inkomsten te genereren voor de internationale gemeenschap. Met een heffing van 0,1% zou de Tobintaks zo'n 166 miljard $ per jaar opleveren, tweemaal het jaarlijkse bedrag dat nodig is om de ergste armoede tegen het einde van het millenium uit te roeien (4).

Vele experten stellen dat er geen bijzondere technische problemen zijn om een dergelijke taks in te voeren (5). Het zou het einde inluiden van het liberale dogma dat onderschreven wordt door al diegenen die ons zo graag zeggen dat er geen alternatief mogelijk is voor het huidige systeem.

Waarom geen nieuwe wereldwijde niet-gouvermentele organisatie opzetten, Action for a Tobin Tax to Assist the Citizen (ATTAC)? Met de vakbonden en de vele sociale, culturele en ecologische organisaties, zou het een formidabele druk kunnen uitoefenen op regeringen om deze taks te introduceren, in naam van de universele solidariteit.



(1) Zie André Gorz, "Misères du présent, richesse de l'avenir", Galilée, Paris, 1997; zie ook de paper van Bernard Cassen op het symposium over Sociaal-democratie en Globalisering georganiseerd door de ‘Parti québécois', in Quebec op 27-28 September 1997. Zie ook: "Le Désarmement financier", van de Groep van Lissabon o.l.v. Riccardo Petrella, Brussel, 1997.
(2) Zie François Chesnais, "La Mondialisation du Capital", Syros, Paris, 1997 (nieuwe uitgave).
(3) (Noot van de vertaler: het MIA werd onder druk van de publieke opinie afgeblazen).
(4) Rapport over de menselijke ontwikkeling 1997, Economica, Parijs, 1997.
(5) Zie Mahbub Ul Haq, Inge Kaul, Isabelle Grunberg, "The Tobin Tax: Coping with Financial Volability", Oxford University Press, Oxford, 1996. Zie ook: Le Monde Diplomatique, februari 1997.

Deze tekst verscheen eerder als editoriaal in Le Monde Diplomatique (december, 1997). De tekst werd vertaald door Gaetan Regniers voor Attac-Vlaanderen. Deze tekst mag vrij verspreid mits bronvermelding. Wie meer wil weten over de korte geschiedenis van Attac: ‘Tous sur Attac', Les petits libres n°29, 2000, Parijs : Editions Mille et un nuits.