arch/ive/ief (2000 - 2005)

10 veel gestelde vragen over de Tobin taks
by Attac-Vlaanderen. Sunday March 03, 2002 at 06:21 PM
vlaanderen@attac.org

Wat is een Tobin-taks ? - Waar komt die naam 'Tobin-taks' vandaan ? - Waarom een Tobin-taks ? - Zet zo'n belasting geen rem op economische handelingen ? - Is dit dé manier om de macht van financiële markten in te tomen ? - Is het voorstel praktisch wel uitvoerbaar ? - Maar verplaatst de valutahandel zich niet naar landen die niet meedoen ? - Zal er niet geprobeerd worden de Tobin-taks te ontduiken ? - Wat gebeurt er met de opbrengst ? - Wat kan gedaan worden om de Tobin-taks toch ingevoerd te helpen krijgen ? Veel vragen, hieronder de antwoorden.

1. Wat is een Tobin-taks ?

Een Tobin-taks is een - kleine - belasting op international wisseltransacties. Bij elke omwisseling van Dollars in Yens, Ponden in Reals, of - om een ander voorbeeld te noemen - Kronen in Euros zal door de invoering van een Tobin-taks over het gewisselde bedrag belasting worden geheven. Daarbij wordt gedacht aan een zeer laag tarief, van bijvoorbeeld 0,1 of 0,25 procent. Toch kan zo'n belasting, als zij wereldwijd ingevoerd zou worden, een enorm bedrag opleveren. Want volgens de Bank voor Internationale Betalingen (BIB) gaat op de international valutamarkten gemiddeld per dag wel 1500 miljard dollar om. ATTAC kiest expliciet voor een belasting op alle internationale wisseltransacties. Sommige voorstanders van een Tobin-taks bepleiten uitsluitend een heffing op speculatieve valutatransacties. Bedoeld worden dan vooral die gevallen waar geprobeerd wordt om koersen uit balans te brengen, om vervolgens op de koersschommelingen die daarvan het gevolg zijn winst te maken. In het verlengde daarvan zijn ook voorstellen gedaan om speculatieve transacties met een hoger tarief te belasten dan 'gewone' wisseltransacties. Het probleem is echter dat het technisch niet mogelijk is onderscheid te maken tussen speculatieve en gewone transacties: bij iedere transactie wordt immers gestreefd winst te maken. Door te kiezen voor een kleine belasting op alle internationale wisseltransacties wordt veel onnodig gesteggel voorkomen.


2. Waar komt die naam 'Tobin-taks' vandaan ?

Het idee voor zo'n belasting is afkomstig van de Noord-Amerikaanse econoom James Tobin, dus naar hem is deze heffing vernoemd. Tobin, die in 1981 de Nobelprijs voor economie won, presenteerde zijn idee voor het eerst tijdens een lezing in Princeton in 1972. Op dat moment werd nauwelijks op het voorstel gereageerd, maar sindsdien duikt het tijdens elke financiële crisis weer op. En inmiddels wordt onder andere in het Europees Parlement en in de Verenigde Naties gestudeerd op de mogelijke invoering van een belasting op internationale wisseltransacties. In de financiële wereld zijn ze daar helemaal niet blij mee. Otmar Issing, economisch brein van de Duitse Bundesbank liet dat goed merken toen hij tijdens een valutacrisis door journalisten gevraagd werd naar de Tobin-taks: 'O, dat. Het monster van Loch Ness steekt zijn kop weer op!'


3. Waarom een Tobin-taks ?

Niemand is dol op het betalen van belasting, maar verschillende zwaarwegende argumenten pleiten voor invoering van deze nieuwe taks. Allereerst zal door invoering van een Tobin-belasting de enorme speculatie op de wisselmarkten enigszins worden geremd. Het overgrote deel van de valutatransacties betreft het wisselen van bedragen naar een andere munt en weer terug (round trips) in één week, of zelfs één dag. Het merendeel van deze transacties is speculatief en dient geen enkel productief doel. Maar de volatiliteit (vluchtigheid) en instabiliteit van de wisselkoersen neemt er sterk door toe, waardoor ook de onzekerheid in de economie als geheel groter wordt. 'Hit and run' speculatie kan binnen enkele dagen grote bedragen opleveren, maar daarvoor betalen anderen een hoge prijs. Het zijn de armsten in de samenleving die het meeste last hebben van de prijsstijgingen, faillissementen en werkloosheid die daar onder andere het gevolg van kunnen zijn. Door elke keer als geld gewisseld wordt daarop een kleine belasting te heffen, wordt veelvuldig geld wisselen om speculatiewinsten te behalen minder aantrekkelijk. Daarmee samenhangend kan invoering van een Tobin-taks ook de sterke greep waarin de geglobaliseerde financiële markten de nationale staten houden wat losser maken. Tijdens de pesocrisis eind 1994 in Mexico en de recente crisis in Azië is opnieuw gebleken welke vernietigende invloed het geglobaliseerde financiële stelsel kan hebben op economieën door speculatie tegen munten en het van de ene op de andere dag verplaatsen van kapitaal naar financieel lucratievere oorden. Tot slot, en dat is niet de minst belangrijke reden, kan een Tobin-taks veel geld opleveren, dat gebruikt kan worden voor sociale doelen. Het precieze bedrag is natuurlijk sterk afhankelijk van de mate waarin zo'n taks speculatief handelen ontmoedigt - hoe beter dat lukt, des te geringer de opbrengst. Maar om de gedachten te bepalen: voor het United Nations Development Programme (UNDP) berekenden economen dat een heffing van 0,1 procent jaarlijks 148 tot 166 miljard dollar in het laatje kan brengen, en een tarief van 0,25 procent zelfs 290 miljard dollar.


4. Zet zo'n belasting geen rem op economische handelingen ?

Niet alle internationale wisseltransacties zijn natuurlijk schadelijke speculatie. Een bedrijf dat in het buitenland producten in- of verkoopt zal valuta moeten wisselen. En wie buiten de eigen landsgrenzen op vakantie gaat heeft ook buitenlands geld nodig. Omdat bijna niemand zulke activiteiten af wil remmen wordt vaak de vraag gesteld of een Tobin-taks daar geen schadelijke gevolgen voor heeft. Het antwoord is 'nee', en wel om een simpele reden. Voor wie speculerend op koersstijging of -daling verschillende malen per week of dag hetzelfde bedrag wisselt kan zelfs een heel kleine belasting op elke transactie uiteindelijk enorm oplopen: bij een maand lang elke dag tien keer wisselen betekent een tarief van 0,1 procent bijvoorbeeld al een heffing van 30 procent per maand. Maar een éénmalige heffing van 0,1 procent op de betaling van in- of uitgevoerde goederen of een som geld om een buitenlandse investering mee te financieren is eigenlijk verwaarloosbaar. Daarom zal een Tobin-taks wel ontmoedigend werken op speculanten, maar zullen niet-speculatieve transacties er niet door worden gehinderd.


5. Is dit dé manier om de macht van financiële markten in te tomen ?

Oh nee, zeker niet. De belangrijkste beperking van een Tobin-taks is dat valuta slechts een deel van de portefeuilles van grote beleggers en speculanten uitmaken: de handel in obligaties en aandelen wordt door een Tobin-taks niets in de weg gelegd. Een andere beperking is dat een Tobin-taks alleen onder 'normale omstandigheden' zinvol is, om de bij vraag 3 genoemde redenen. Maar in crisistijden is een dergelijke belasting niet effectief. En ook een Tobin-taks zal niet kunnen verhinderen dat nieuwe crises zoals in Mexico of Azië uitbreken. Want als de koers van een munt echt flink onder vuur komt te liggen laat geen valutahandelaar zich van mogelijke miljardenwinsten afhouden door een kleine heffing, die in geen verhouding staat tot zijn potentiële winst. Het idee voor een Tobin-taks is het meest tot de verbeelding sprekende instrument om iets tegen de negatieve gevolgen van de financiële globalisering te doen. Daarom zet ATTAC zich internationaal in voor de invoering van een Tobin-taks als eerste stap. Maar een Tobin-taks is geen doel op zich en zal geen eind maken aan de schadelijke gevolgen van de financiële globalisering. Er zijn daarom ook andere ideeën en voorstellen internationaal in discussie, waar vaak ook door ATTAC en anderen actie voor wordt gevoerd. We noemen er twee:

1. Tot het begin van de jaren zeventig was het normaal dat landen controle uitoefenden op en beperkingen stelden aan grensoverschrijdende financiële stromen, om ruimte te scheppen voor eigen economische keuzes die niet direct afgestraft kunnen worden door kapitaalvlucht van beleggers en speculanten. Sindsdien is daar door de wereldwijde deregulering en financiële globalisering een eind aan gekomen, met als gevolg dat geldkapitaal nu in een fractie van een seconde van het ene naar het andere land verplaatst kan worden. Tegen die 'tijdgeest' in hebben Chili en Maleisië de afgelopen jaren een klein voorbeeld gesteld door kapitaalcontroles in te stellen om de in- en uitvoer van speculatief kapitaal (tijdelijk) af te remmen, of geheel aan banden te leggen. Financiële experts en internationale organisaties voorzagen economische catastrofes als gevolg van deze inbreuk op de vrijheid van kapitaal om zich ongehinderd over de wereld te verplaatsen. Maar de voorspelde rampspoed en ellende bleven uit. En nu geven ze soms zelfs schoorvoetend toe dat de gevolgen van deze maatregelen positief waren, omdat deze landen minder kwetsbaar waren geworden voor de gevolgen van speculatie.

2. Een ander belangrijk voorstel is een wat verdergaande variant van de Tobin-taks en is genoemd naar Paul Bernd Spahn, de bedenker van het plan. Omdat een kleine heffing op wisseltransacties zoals we zagen in tijden van crisis geen enkele indruk zal maken op valutahandelaren die dikke winst ruiken heeft de Duitse hoogleraar Spahn voorgesteld af te spreken dat het tarief van een in te voeren Tobin-belasting onmiddellijk sterk verhoogd wordt wanneer dat nodig is om een munt tegen speculanten met dollartekens in de ogen te beschermen. Alleen al de geloofwaardige aankondiging dat in zo'n geval een hoge belasting - van indien nodig 50 of zelfs 100 procent - op valutatransacties geheven zal worden kan preventief werken.


6. Is het voorstel praktisch wel uitvoerbaar ?

Tegenstanders van een Tobin-taks vinden dat een belasting op wisseltransacties helemaal niet nodig is. Volgens de economische standaardtheorie zorgen financiële markten immers voor - zoals dat zo mooi genoemd wordt - 'een efficiënte allocatie van schaarse middelen.' Maar sinds de financiële crises in het laatste decennium van de vorige eeuw wordt dat argument niet meer gebruikt. Niemand durft daarna nog vol te houden dat er géén grote risico's zitten aan het functioneren van de geglobaliseerde financiële markten. Niemand weet waar en wanneer, maar iedereen gaat er vanuit dat nieuwe financiële crises zullen ontstaan. Niet voor niets hebben internationale organisaties als het IMF en regeringsleiders het ene na het andere plan gelanceerd voor - zoals dat zo mooi genoemd wordt - de 'herstructurering van de internationale financiële architectuur', overigens tot nu toe met weinig resultaat. In deze voorstellen speelt een Tobin-taks geen rol. Tegenstanders beroepen zich nu vooral op de onuitvoerbaarheid van zo'n taks. Er is de afgelopen jaren daarom veel onderzoek gedaan naar de praktische uitvoerbaarheid. Op zichzelf is er technisch gezien geen probleem, concluderen bijvoorbeeld de internationale topeconomen Barry Eichengreen en Charles Wyplosz. Integendeel, implementatie is zelfs eenvoudiger geworden door de informatietechnologie, die het mogelijk maakt de handel in valuta continu te monitoren. En de Britse econoom John Grieve Smith schreef in de Cambridge Journal of Economics dat invoering van de Tobin-taks zeker niet complexer, en misschien zelfs wel eenvoudiger, is dan het heffen van BTW of inkomstenbelasting. Want een Tobin-belasting kan geheven worden door de banken, die de berekening en heffing van de belasting in hun gecomputeriseerde systemen kunnen inbouwen.


7. Maar verplaatst de valutahandel zich niet naar landen die niet meedoen ?

Als gevolg van de internationale verwevenheid en liberalisering van financiële markten zal invoering van een Tobin-taks in één land er wellicht toe leiden dat een deel van de valutahandelaren met zijn transacties uitwijkt naar een ander land. Het is daarom op zich natuurlijk het beste als alle landen in de wereld tegelijkertijd beginnen met het in dezelfde mate belasten van de valutamarkten. Maar afwachten tot dat zeer onwaarschijnlijke moment aanbreekt is niet nodig. Er zijn verschillende landen die op eigen houtje jarenlang bepaalde financiële transacties hebben weten te belasten: zo inde de Engelse fiscus nog begin jaren negentig 13 miljard dollar per jaar met een belasting op aandelentransacties in Londen. En met name de Europese Unie (EU) zou een voorbeeld kunnen stellen, aangezien de helft van de dagelijkse valutaomzet plaatsvindt in lidstaten. Die handel kan nooit en te nimmer volledig verplaatst worden naar de rest van wereld. Bovendien kan zulk uitwijken ook nog eens minder aantrekkelijk gemaakt worden door bijvoorbeeld een ontmoedigingsheffing op transacties tussen partijen binnen en buiten het heffingsgebied.


8. Zal er niet geprobeerd worden de Tobin-taks te ontduiken ?

Ja natuurlijk. Maar er is toch ook niemand die voorstelt uit de wet te halen dat iemand vermoorden strafbaar is omdat die wet toch niet alle moorden weet te voorkomen? Zoals bij elke belasting zal uiterst creatief geprobeerd worden een Tobin-taks te ontduiken. Daarom zullen niet alleen onmiddellijke ('spot') en termijn- ('forward') transacties belast moeten worden, maar ook valutaopties, -swaps en -futures om de ontsnappingsmogelijkheden zo klein mogelijk te maken. Het dichten van gaten in belastingstelsels behoort echter tot de dagelijks routine van regeringen en parlementen. Net als bij elke andere belasting is voor de invoering van een Tobin-taks de politieke wil belangrijker dan de administratieve uitvoerbaarheid.


9. Wat gebeurt er met de opbrengst ?

Een belangrijke vraag, want het gaat zoals we hebben gezien om nogal wat geld. Het is het meest efficiënt een Tobin-taks direct te innen op de plaats waar geld gewisseld wordt. Maar het probleem daarmee is dat ruim 90 procent van de wisseltransacties in de wereld in dertien landen plaatsvindt: 30 procent in Engeland, 16 procent in de Verenigde Staten, 10 procent in Japan, en bijvoorbeeld bijna 2 procent in ons land. Omdat het niet rechtvaardig is het overgrote deel van de opbrengst van een Tobin-taks in deze rijke landen terecht te laten komen, wordt er in verschillende uitwerkingen van het voorstel meestal van uitgegaan dat een aanzienlijk deel of het geheel van de opbrengst voor internationale doelen wordt bestemd, en derhalve moet worden beheerd door een nieuw op te richten internationale organisatie waarin nu eens een keer niet de rijkste landen de dienst uit moeten maken. Bij een heffing van 0,05 procent kan een Tobin-taks per jaar bijna 100 miljard dollar opleveren, en bij een heffing van 0,1 procent bijna 150 miljard dollar. Met zulke bedragen kan een eind gemaakt worden aan veel ellende in de wereld. Voorbeelden? Elementaire medische zorg voor alle wereldburgers zou de kindersterfte halveren en kost volgens de Verenigde Naties 5 tot 7 miljard dollar per jaar. Het garanderen van universele vrije toegang tot veilig drinkwater kost 10 tot 15 miljard dollar per jaar. Voor 5 tot 6 miljard dollar per jaar krijgt iedereen in de wereld een elementaire schoolopleiding en kan het analfabetisme onder volwassenen worden gehalveerd. En de totale schuldenlast die landen in de Derde Wereld als een molensteen om hun nek hangt is zo'n 170 miljard dollar per jaar. Er zijn, kortom, zoveel goede doelen, dat het eigenlijk onbegrijpelijk is dat een Tobin-taks niet allang is ingevoerd. De verklaring hiervoor is volgens internationaal erkend deskundige Barry Eichengreen eenvoudig: machtige gevestigde belangen willen zo'n belasting niet.


10. Wat kan gedaan worden om de Tobin-taks toch ingevoerd te helpen krijgen ?

Allereerst moet natuurlijk het voorstel voor een Tobin-taks landelijk, regionaal en plaatselijk bekend worden gemaakt. Daar kan iedereen haar of zijn steentje aan bijdragen. Bijvoorbeeld door het schrijven van brieven en artikelen. Door het organiseren van kleine en grotere discussie- en actiebijeenkomsten. Door het verspreiden van materiaal, zoals deze kleine introductie. Of - zoals een groep wil gaan doen - door het uitwerken van een kampanje voor invoering van een lokale Tobin-taks, als symbolisch begin. Daarnaast kan de discussie over een Tobin-taks verbreed worden door van alles en iedereen - niet op de laatste plaats partijen en politici, vakbonden en NGOs - te verlangen dat zij een standpunt innemen over de invoering van een Tobin-taks, en dat actief uit gaan dragen. Dan zal ook heel duidelijk worden waar en bij wie de weerstanden zitten en wat het draagvlak is voor invoering van een Tobin-taks. In andere landen wordt hier al langer aan gewerkt. Zo hebben de gemeenteraden van onder anderen ruim vijftig steden in Frankrijk en Sao Paulo in Brazilië zich uitgesproken voor invoering van een Tobin-taks. Ook verschillende vakbonden in de wereld hebben zich voor een Tobin-taks uitgesproken, waaronder de AFL-CIO, de belangrijkste vakcentrale in de Verenigde Staten. En bij het Franse parlement, het Europees Parlement en het Congres in de Verenigde Staten zijn voorstellen voor invoering van een Tobin-taks ingediend. In Canada werd zo'n voorstel in 1998 al door het parlement aangenomen. In Finland heeft de regering zich zelfs voor een Tobin-taks uitgesproken. In ons land wil ATTAC hier samen met anderen mee aan de gang.