arch/ive/ief (2000 - 2005)

Wereldjongerenfestival debat "Na Praag, Göteborg, Genua... allen naar Brussel!"
by Lesley Versprille en Wouter Van Damme Wednesday August 15, 2001 at 11:39 PM
woutervd@pi.be

Met zestien Belgische jongeren nemen we deel aan het Vijftiende Wereldjongerenfestival in Algiers. We zitten hier met duizenden jongeren uit meer dan 100 landen gedurende acht dagen bijeen om "de strijd voor vrede, ontwikkeling en solidariteit te globaliseren". Met onze Belgische delegatie organiseerden we op vrijdag 10 augustus in het "Europees huis" een meeting met als titel "Na Praag, Göteborg, Genua, … allen naar Brussel op 14 december".

Met deze meeting wilden we horen hoe het eraan toe ging in de voorbije acties van de antiglobalisten en mobiliseren voor de komende acties in België “voor een ander Europa, voor een betere wereld”. Rond de tafel zaten jongeren uit Tsjechië, Zweden, Spanje, Italië en natuurlijk België.

In Göteborg werd er gemanifesteerd tijdens de afsluitende top van het Zweedse voorzitterschap van de Europese Unie van 14 tot 16 juni. Staffan Snitting van de Revolutionaire Communistische Jeugd (RKU) van Zweden: “Ik zal u iets meer vertellen over de politieke achtergrond van Zweden. In 1994 trad Zweden na een referendum toe tot de Europese Unie. Dat kwam vooral na het neoliberale offensief van begin ‘90. Voor de toetreding was het verzet heel goed georganiseerd. Maar uiteindelijk haalden de ja-stemmen het heel nipt. Het bewustzijn van de mensen rond het echte karakter van de Europese Unie bleef wel. We waren en zijn dus de zwakke schakel in het Europees imperialisme. Het doel van de sociaal democratie, waarvan de eerste minister van Zweden lid is, bestond er nu, tijdens het voorzitterschap van Zweden, dus weer uit, het verzet van de bevolking te breken. Ze wilden enkel dat we kritisch waren t.o.v. Europa en streden voor een “sociaal Europa”. Hun slogan was “voor een ander Europa” en ze vonden onze slogan “Zweden uit Europa” radicaal en nationalistisch. Gedurende zes maanden hebben we heel hard gewerkt om de manifestatie voor te bereiden. De mobilisatie was daar een heel belangrijk onderdeel van. Uiteindelijk maakten we de grootste betogingen sinds de Tweede Wereldoorlog mee. Het was positief dat er veel arbeiders aanwezig waren op deze betoging (…) Als communisten hebben we op zich geen problemen met geweld. We zijn er wel tegen dat er geweld gebruikt wordt dat niet gericht is en die als provocatie dient. De politie speelt daar natuurlijk een grote rol in. De politie en de regering wil dat de beweging kapotgemaakt wordt.”

De spreker uit Spanje, Catalonië, vertelde het volgende: “Barcelona was een heel speciaal feit omdat we voorkwamen dat de Wereldbank-leiders een meeting hielden. Ze besloten om hun meeting dan maar via internet te doen. Toen het nieuws kwam dat de Wereldbank in Barcelona op 24 juni 2001 zou vergaderen, werd er een front van een driehonderdtal organisaties, gaande van scouts tot communisten, gevormd. Het was een zeer sterk punt dat de beweging zo verscheiden en ruim was. Er werden vijf comissies gevormd voor de voorbereiding van de manifestatie. Ten eerste een commissie voor de sensibilisering en de mobilisatie per regio én per universiteit. Ten tweede een logistieke commissie voor de ontvangst en het verblijf van de manifestanten. Ten derde een commissie voor het organiseren van een tegenconferentie op 25 en 26 juni, om de strijd niet enkel te herleiden tegen de Wereldbank maar ook een alternatief voor te stellen. De vierde commisssie stond in voor de concrete organisatie van de betoging en het bestuderen van de mogelijkheden om in de Rode Zone binnen te geraken (dit laatste was uiteindelijk niet nodig omdat de meeting niet doorging). De vijfde commissie tenslotte, die stond in voor de media en de communicatie om correcte informatie te geven en om de mediamanipulatie tegen te gaan. Op de tegenconferentie waren er 5000 mensen aanwezig die opgesplitst werden in 6 à 7 groepen om te discussiëren per deelthema. Op zondagochtend waren er 50.000 manifestanten aanwezig.”

Andrea Fioretti van de Assemblea Nazionale Anticapitalista, die er bij was in Genua: “In Genua waren er 300.000 betogers. Het belang is niet het aantal maar de samenstelling van die betoging. Van die 300.000 waren er 200.000 jonge Italianen, waarvan veel jonge werkers zowel uit communistische als uit christelijke organisaties (...) De politie van Italië heeft overlegd met de politie van Amerika over de beste manier om de manifestatie te voorkomen. De regering van Berlusconi bestelde 200 lijkzakken om de betogers angst in te boezemen. Ze probeerden om een terroristisch klimaat te creëren. Omdat deze strategie niet werkte hebben ze de manifestaties aangevallen (…) We zijn niet tegen geweld op zich want we moeten inzien dat we het oppakken tegen het imperialistisch systeem. We moeten de brutaliteit van het imperialisme in Palestina, de imperialistische oorlogen, voor ogen hebben.”

Wouter Van Damme die voor de PVDA-jongeren sprak: “De antiglobaliseringsbeweging is een alsmaar groeiende beweging van vooral jongeren die rond verschillende thema’s strijden: milieu, derde wereld, werk,… Ze vinden elkaar in één zaak, ze stellen op een of andere manier het kapitalisme in vraag. Wij communisten moeten onze verantwoordelijkheid nemen en een alternatief aanbieden (…) Er is een oorlog aan de gang, een economische oorlog tussen de drie blokken, Amerika, Japan en Europa. De Europese multinationals willen van de E.U. een hecht blok maken om sterker te staan tegen de andere imperialistische blokken. De economische eenmaking is nu bijna rond. De vorming van een superstaat is aan de orde. De E.U. vormt zelfs een eigen leger om desnoods een militaire oorlog uit te vechten. (…) De Belgische regering is op dit ogenblik voorzitter van de Europese Unie en op 21 en 22 september komen ze samen in Luik, op 19 oktober in Gent en op 14 en 15 december in Brussel. Wij roepen iedereen van jullie op om naar Brussel te komen in december. In België is de mobilisatie gestart, overal worden comité’s opgericht. Hier zie je hun symbool, D14, wat natuurlijk voor 14 december staat, en “manekke pis” die op de E.U. pist. De slogan van D14 is “voor een ander Europa”. Op donderdag 13 december is er een vakbondsbetoging en ’s avonds organiseren we met de PVDA een meeting waarop verschillende communistische partijen hun analyses over de E.U. kunnen komen toelichten. Op 14 december stappen we op naar de top. Op 15 december is er een soort familiemanifestatie of volksfeest. Met de PVDA-jongeren willen we benadrukken dat “een andere wereld mogelijk is”, kijk maar naar Cuba en Vietnam.”

Er waren heel wat tussenkomsten van het publiek. Een lid van Rifundazione Communista uit Italië vond dat we met de antiglobaliseringsbeweging de kwestie van de vrede uit het oog verliezen. “Sinds de val van de muur is het aantal conflicten op wereldvlak enorm toegenomen en overal zitten de grootmachten er in belangrijke mate tussen. Staten die niet naar hun pijpen dansen worden in conflicten gedompeld. Dat is een heel belangrijk gevolg van de globalisering” was zijn argumentatie.

Een meisje van de Griekse jongcommunisten (KNE) zei dat we moeten oppassen voor het begrip globalisering. De burgerij heeft het begrip uitgevonden om de mensen in verwarring te brengen. De globalisering is niks nieuws, “globalisering is imperialisme” riep ze kwaad uit. Dit werd door verschillende anderen benadrukt. Lenin schreef in 1916 het boek “Imperialisme als hoogste stadium van het kapitalisme”. Daarin beschrijft hij de alsmaar verdergaande fusies van bedrijven tot monopolies of multinationals die de hele wereld controleren. Het Grieks meisje legde eveneens de band tussen de globalisering en oorlogen. “Het woord globalisatie zorgt voor verwarring over de natuur en de oorsprong van oorlogen bijvoorbeeld in Joegoslavie en Palestina. Deze oorlogen zijn niets anders dan een gevolg van de globalisatie.”

Sukant van de Socialist Labour Party (SLP-Youth) uit Groot-Brittanië stelde dat ook de burgerij de diversiteit van de antiglobaliseringsbeweging bejubelt maar precies om haar te verzwakken. De burgerij maakt van die diversiteit als het ware een cultus met als doel de eenheid die er bestaat in het in vraag stellen van het kapitalistisch systeem te breken. Hij pleitte ook om de communistische ervaringen maximaal te promoten in de antiglobaliseringsbeweging. “ We moeten aantonen dat de werkers wel iets bereikt hebben zowel in de Sovjet Unie als in Cuba” zei hij.