arch/ive/ief (2000 - 2005)

De militaire ambities van de Europese Unie
by vzw VREDE (Ludo De Brabander) Tuesday December 05, 2000 at 12:36 PM

Op de Europese top in Helsinki zijn er afspraken gemaakt voor de oprichting van een Europese interventiemacht. Het Europese economische blok krijgt hiermee nu eindelijk een militaire arm. Toch is er nog geen sprake van een echt leger. NAVO-trouwe lidstaten, noch neutrale EU-landen willen hiervan horen. België en Frankrijk willen zich daarentegen onafhankelijker opstellen tegenover Washington en pleitten wel voor een eigen Europees leger.

Wat vooraf ging: NAVO-top

De discussie voor een Europese interventiemacht krijgt een prominente plaats op de NAVO-top te Evere (Brussel) van 2 december. Traditioneel staan ?Atlantisten? (zoals VS, Verenigd Koninkrijk) in dat dossier tegenover ?Europeanisten? (Frankrijk en nu ook meer en meer België) en blijft de uitbouw van een eigen Europese defensiecapaciteit een delicate evenwichtsoefening met vooral wantrouwende blikken vanuit de VS. De VS willen wel dat Europa meer inspanningen doet op vlak van defensie, maar tegelijk mag dat niet ten koste gaan van de NAVO. In feite moest op deze top het groen licht gegeven worden voor de Europese plannen, wat dan ook is gebeurd.

In de marge van de NAVO-bijeenkomst, maande NAVO-secretaris-generaal Robertson de Europese lidstaten aan om "te investeren in hun militaire capaciteiten om de veiligheid van de toekomstige generaties te garanderen". Roberston heeft vooral benadrukt dat de defensiebudgetten omhoog moeten. Landen die in de wachtrij staan om lid te worden van de NAVO, hebben de boodschap alvast begrepen. Kandidaat-lid Estland voorziet een stijging van 22 % in de begroting 2000, Letland, het andere kandidaat-lid uit het Balticum, wil het defensiebudget doen stijgen tot 2 % van het BBP in 2003. Nieuw NAVO-lid Hongarije is bezig met een inhaalbeweging en laat het defensiebudget stijgen met zomaar eventjes 43%. Italië heeft aangekondigd dat het defensiebudget zo vlug mogelijk 2 % (i.p.v. 1,5 %) van het BBP moet bedragen. Frankrijk verhoogt eveneens zijn budget en vooral in het onderdeel voor de aankoop van nieuw materieel (+ 1,7 %). De Verenigde Staten maken wellicht de grootste sprong en naderen gevaarlijk dicht de kaap van 300 miljard dollar. Uiteindelijk moet het defensiebudget er 331 miljard dollar bedragen tegen 2005. Van dergelijke bedragen durfde zelfs de defensie-industrie niet dromen. Kent iemand de vijand?

In de marge van de top kreeg België te horen dat 1. Het defensiebudget drastisch omhoog moet en 2. meer moet worden geïnvesteerd. De lezer weet intussen dat ook België opnieuw het defensiebudget heeft laten stijgen met 3 % (totaal: 101 miljard fr.).

Europese top Helsinki

Na het fiat van de NAVO kon Europa met een gerust gemoed vertrekken naar de Intergouvernementele Conferentie in Helsinki. Belangrijkste ambitie: Europa scherpe tanden geven. Het is opvallend hoe snel alles in zijn werk is gegaan. Op enkele maanden tijd worden proefballonnetjes over een eigen Europese interventiemacht plots realiteit. Zelden is een Europees dossier zo vlug in de beslissingsmolen geraakt. De oorlog tegen Joegoslavië heeft blijkbaar zijn effect gehad. De Europese frustratie over de militaire inferioriteit ten opzichte van de VS moet groot geweest zijn.

De Belgische Ministers vertrokken naar Helsinki met een net gepubliceerde beleidsnota van Buitenlandse Zaken op zak, die vrij ambitieus is voor wat het Europees defensiebeleid betreft. Die nota is voor het verschijnen wellicht nog wat bijgewerkt na het bezoek van Verhofstadt aan Parijs. De Belgische premier en Chirac konden er blijkbaar goed met mekaar opschieten, want ze waren het roerend eens over het feit dat Europa veel meer op eigen militaire benen moet komen te staan. Bovendien werd nu heel erg duidelijk hoezeer België zich aan de Parijse kar heeft vastgehangen, wat niet zo erg geapprecieerd wordt in Washinton.

De bewuste nota gaat op vlak van defensie veel verder dan het Europees ontwerp dat in Helsinki zou worden goedgekeurd. "België is van mening dat artikel 5 van het Verdrag van Brussel, op termijn, in het Verdrag van de Unie kan worden opgenomen en, in ieder geval, in de tussentijdse periode een juridisch toepasbaar kader vormt voor de tien volle leden van de WEU", zo stelt de nota Michel. Artikel 5 van het Verdrag van Brussel (oprichtingsverdrag van de WEU), handelt over collectieve defensie. Integreren van artikel 5 in de EU zou de facto betekenen dat Europa ook een eigen legermacht zou krijgen wat veel verder gaat dan de oprichting van een gemeenschappelijke crisisinterventiemacht, waarover binnen de EU sedert de Brits-Franse top in St Malo eind vorig jaar, inmiddels wel consensus was gegroeid.

Verhofstadt heeft het regeringsstandpunt met de steun van Frankrijk in Helsinki verdedigd, maar kreeg nul op het request. De neutrale landen waren wel akkoord om een snelle interventiemacht op te richten, maar wilden niet horen over een heus Europees leger, omdat op die manier hun neutraliteit zou worden aangetast. Ook de trouwe NAVO-landen (met op kop het Verenigd Koninkrijk) zagen dat niet zitten. Zij willen vermijden dat de transatlantische solidariteit zou worden ondergraven.

Dat neemt niet weg, dat in Helsinki behoorlijk werd gewerkt aan een militaire poot voor de EU. Om het hele gamma van de zogenaamde Petersbergtaken (crisispreventie en -hantering) te kunnen uitvoeren, worden nieuwe politieke en militaire organen in het leven geroepen. Hoofddoel is om op basis van vrijwillige samenwerking een snelle interventiemacht van 50 tot 60.000 soldaten (of 15 brigades) op te richten tegen het jaar 2003. Deze troepen moeten militair zelfvoorzienend zijn, met de nodige capaciteiten op vlak van bevelvoering, controle en inlichtingsdiensten, logistiek en waar nodig ondersteund worden door lucht- en zeemachtonderdelen. Bij dit alles is voorzien dat er beroep kan worden gedaan op bestaande defensieplanningsprocedures en daarvoor wordt meer bepaald verwezen naar de NAVO.

Bij de Raad komen er nieuwe permanente politieke en militaire organen. Het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid (GBVB) is in het Verdrag van Amsterdam intergouvernementeel gehouden, d.w.z. buiten de bevoegdheden van de Europese Commissie en dus binnen de Europese Ministerrraad.

Wat is afgesproken? Er komt een Permanent Comité voor politieke en veiligheidsvraagstukken (CPV), waarin nationale vertegenwoordigers van hoog niveau (wellicht ambassadeurs) zullen zetelen. Het CPV is niet alleen verantwoordelijk voor het Gemeenschappelijk Europees Veiligheids- en Defensiebeleid (GEVDB), maar ook voor alle materies van het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid. In geval van militair optreden in een crisissituatie, zal onder het gezag van de Raad het CPV de politieke controle uitoefenen en de strategische leiding op zich nemen.

Voor het eerst zullen ook regelmatig militairen aanwezig zijn op de bijeenkomsten van de Raad. Het gaat onder meer over de voorzitter van een op te richten Militair Comité (MC). Dat MC moet militaire adviezen verstrekken, doet aanbevelingen aan het CPV en geeft militaire leiding aan de Militaire Staf. In het MC zetelen de Chefs van de Defensiestaf. De Militaire Staf (MS) voert taken uit op het gebied van vroegtijdige waarschuwing, situatiebeoordeling en strategische planning voor Petersbergtaken. De EU wil daarbij geen tijd verliezen. Zolang de organen niet zijn opgericht moeten interim-organen voorlopig garanderen dat er kan worden opgetreden.

In Helinki is er ook een akkoord gekomen over de niet-militaire crisisbeheersing van de Europese Unie. Dit onderdeel is veel vager uitgewerkt en kreeg ook in de media veel minder aandacht. Zo wordt gesteld dat er een inventaris moet worden gemaakt van nationale en collectieve middelen voor de uitbouw van een snel reactievermogen (op vraag van OVSE en /of VN of eventueel bij zelfstandige acties van de EU). Er komt ook een gegevensbank en een studie waarin de concrete doelstellingen worden bepaald van de collectieve niet-militaire reatie. Tot slot wordt gedacht aan een coördinatiemechanisme binnen de Raad dat evenwel nauw samenwerkt met de commissiediensten en de oprichting van een fonds waarin geld wordt gestokkeerd dat vlug kan worden vrijgemaakt. Mager beestje toch.

Ludo De Brabander